Beleidsregels over het intrekken van omgevingsvergunningen voor bouwactiviteiten onder de Omgevingswet (artikel 5.40 lid 2 onder b Ow)

Geldend van 15-02-2024 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels over het intrekken van omgevingsvergunningen voor bouwactiviteiten onder de Omgevingswet (artikel 5.40 lid 2 onder b Ow)

Artikel 1 begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    Activiteit: activiteit als bedoeld in artikel 5.1 van de Omgevingswet;

  • b.

    Bouwactiviteiten: de omgevingsplanactiviteit bouwen zoals bedoeld in artikel 5.1 lid 1 onder a van de Omgevingswet en/of de ‘technische’ bouwactiviteit als bedoeld onder artikel 5.1 lid 2 onder a van de Omgevingswet;

  • c.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sluis;

  • d.

    Intrekken: het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning;

  • e.

    Omgevingsvergunning: vergunning als bedoeld in artikel 5.1 lid 1 en lid 2 van de Omgevingswet;

  • f.

    Ow: Omgevingswet.

Artikel 2 intrekkingsregeling bij uitblijven aanvang van bouwactiviteiten

  • 1.

    Op grond van het bepaalde in artikel 5.40 lid 2 onder b van de Ow is het college bevoegd een verleende omgevingsvergunning in te trekken als gedurende een jaar of een in de vergunning bepaalde langere termijn geen activiteiten zijn verricht met gebruikmaking van de vergunning;

  • 2.

    Als er sprake is van wijziging in wet- en regelgeving of beleid kan van deze bevoegdheid gebruik worden gemaakt als gedurende een jaar of een in de vergunning bepaalde langere termijn geen bouwactiviteiten zijn verricht met gebruikmaking van de vergunning;

  • 3.

    Als er geen sprake is van wijziging in wet- en regelgeving of beleid kan van deze bevoegdheid gebruik worden gemaakt als gedurende twee jaar of een in de vergunning bepaalde langere termijn geen bouwactiviteiten zijn verricht met gebruikmaking van de vergunning.

Artikel 3 intrekkingsregeling bij stilliggen van de bouwactiviteiten

  • 1.

    Op grond van het bepaalde in artikel 5.40 lid 2 onder b van de Ow is het college bevoegd een verleende omgevingsvergunning in te trekken als gedurende een jaar of een in de vergunning bepaalde langere termijn geen activiteiten zijn verricht met gebruikmaking van de vergunning;

  • 2.

    Van deze bevoegdheid kan gebruik worden gemaakt indien de bouwactiviteiten langer dan een jaar hebben stilgelegen.

Artikel 4 procedure

  • 1.

    Voordat besloten wordt de vergunning in te trekken, stelt het college de vergunninghouder in de gelegenheid zijn zienswijze binnen vier weken naar voren te brengen. De zienswijze kan schriftelijk of mondeling worden ingediend.

  • 2.

    De vergunninghouder krijgt niet de gelegenheid zijn zienswijze op het voornemen tot intrekking van de vergunning naar voren te brengen, indien er zich een situatie voordoet als bedoeld in artikel 4:11 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 5 reikwijdte

Deze beleidsregels hebben geen betrekking op de overige intrekkingsgronden als bedoeld in artikel 5.40 lid 2 van de Ow.

Artikel 6 hardheidsclausule

Er wordt volgens deze beleidsregels gehandeld, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen.

Artikel 7 inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking de dag na bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Sluis op 6 februari 2024

De burgemeester van Sluis (treedt in de plaats van het college ingevolge artikel 42, lid 2. Gemeentewet)

Mr. M.M.D. Vermue