Besluit subsidieplafonds EFRO 2024

Geldend van 27-11-2024 t/m heden

Intitulé

Besluit subsidieplafonds EFRO 2024

Gedeputeerde Staten van Gelderland

Handelend in hun hoedanigheid van beheerautoriteit van het Programma EFRO Oost-Nederland 2021-2027;

Gelet op de artikelen 4:25 en 4:26 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 4.2.2 van de Regeling Europese EZK en LNV-subsidies 2021 (hierna: REES 2021), alsmede de Beleidsregel Programma EFRO Oost-Nederland 2022;

Besluiten

Vast te stellen het Besluit subsidieplafonds 2024 voor het Programma EFRO 2021-2027 Oost-Nederland (Besluit subsidieplafonds EFRO 2024):

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. Voor wat betreft de in dit besluit gehanteerde begrippen wordt aangesloten bij de begripsbepalingen zoals opgenomen in artikel 1.1 van de Beleidsregel Programma EFRO Oost-Nederland 2022.

  • 2. Deze beleidsregel wordt in dit besluit verder aangeduid als ‘de Beleidsregel’.

Artikel 2 Subsidieplafond voor innovatieprojecten prioriteit 1

  • 1. Subsidieaanvragen voor innovatieprojecten als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, onder b, van de Beleidsregel kunnen uitsluitend worden ingediend in de periode van 1 februari 2024 tot en met 31 januari 2025.

  • 2. Het deelsubsidieplafond bedraagt voor de verstrekking van subsidies voor samenwerkingsprojecten die gericht zijn op prioriteit 1:

    • a.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Gelderland: € 10.500.000;

    • b.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Overijssel: € 6.500.000.

Artikel 3 Subsidieplafond voor innovatieprojecten prioriteit 2

  • 1. Subsidieaanvragen voor innovatieprojecten als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, onder c, van de Beleidsregel kunnen uitsluitend worden ingediend in de periode van 1 februari 2024 tot en met 31 januari 2025.

  • 2. Het deelsubsidieplafond bedraagt voor de verstrekking van subsidies voor samenwerkingsprojecten die gericht zijn op prioriteit 2:

    • a.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Gelderland: € 0,00;

    • b.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Overijssel: € 0,00.

Artikel 4 Subsidieplafond voor test- en demonstratieprojecten prioriteit 1

  • 1. Subsidieaanvragen voor test- en demonstratieprojecten als bedoeld in artikel 3.2.1, eerste lid, onder b, van de Beleidsregel kunnen uitsluitend worden ingediend in de periode van 1 maart 2024 tot en met 31 januari 2025.

  • 2. Het deelsubsidieplafond bedraagt voor de verstrekking van subsidies voor samenwerkingsprojecten die gericht zijn op prioriteit 1:

    • a.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Gelderland: € 5.000.000;

    • b.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Overijssel: € 4.000.000.

Artikel 5 Subsidieplafond voor test- en demonstratieprojecten prioriteit 2

  • 1. Subsidieaanvragen voor test- en demonstratieprojecten als bedoeld in artikel 3.2.1, eerste lid, onder c, van de Beleidsregel kunnen uitsluitend worden ingediend in de periode van 1 maart 2024 tot en met 31 januari 2025.

  • 2. Het deelsubsidieplafond bedraagt voor de verstrekking van subsidies voor samenwerkingsprojecten die gericht zijn op prioriteit 2:

    • a.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Gelderland: € 3.240.354,39;

    • b.

      voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Overijssel: € 1.256.265,65.

Artikel 6 Verdeling van de beschikbare middelen

  • 1. De beschikbare middelen worden, met inachtneming van de deelplafonds, verdeeld op volgorde van ontvangst van de aanvragen.

  • 2. Indien er meer aanvragen zijn ontvangen op één dag, waarbij honorering van al deze aanvragen zou leiden tot overschrijding van een deelplafond, wordt de onderlinge rangorde van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.

  • 3. Wanneer door de verstrekking van een subsidie een deelplafond zou worden overschreden, worden zowel de aanvraag voor die subsidie, als de daarop in de rangorde volgende aanvragen die betrekking hebben op dat deelplafond, afgewezen.

  • 4. Indien een aanvraag bijdraagt aan de realisatie van nationale beleidsdoelen op het gebied van innovatie of de transitie naar een koolstofarme of circulaire economie wordt de aanvraag tevens beschouwd als een aanvraag voor Rijkscofinanciering op grond van artikel 4.3.1 van de REES 2021. De subsidie komt in dat geval voor 25 procent ten laste van het subsidieplafond, genoemd in artikel 4.3.2 van de REES 2021 en voor 75 procent ten laste van het betreffende subsidieplafond genoemd in dit besluit. Indien het subsidieplafond zoals genoemd in artikel 4.3.2, eerste of tweede lid, van de REES 2021 is bereikt, komt de subsidie geheel ten laste van het betreffende subsidieplafond in dit besluit.

Artikel 7 Slotbepalingen

  • 1. Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit subsidieplafonds EFRO 2024.

  • 2. Het besluit Subsidieplafonds EFRO 2022 van 30 augustus 2022 (Prb. 2022, 10377), laatst gewijzigd bij besluit van 17 januari 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum.

  • 3. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin deze wordt geplaatst.

Ondertekening

Gedeputeerde Staten van Gelderland

Henri Lenferink

Commissaris van de Koning

Frederik van Ardenne

Secretaris

Toelichting

Artikelen 2 tot en met 5

Bij de verdeling van subsidiegelden werkt de beheerautoriteit (BA) met deelsubsidieplafonds voor Gelderland en voor Overijssel. Hierdoor is er een budget beschikbaar ‘voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Gelderland’, en een budget ‘voor zover de activiteiten ten goede komen aan de provincie Overijssel’.

In een project waaraan Gelderse en Overijsselse bedrijven deelnemen, werken de deelplafonds als volgt:

  • De subsidie voor de Gelderse bedrijven telt mee voor het Gelderse deelplafond;

  • De subsidie voor de Overijsselse bedrijven telt mee voor het Overijssels deelplafond.

Als het budget in een van de provincies is uitgeput, of niet is opengesteld, kan de BA mogelijk toch subsidie verlenen aan een project waaraan Gelderse en Overijsselse bedrijven deelnemen. Dit geldt in de situatie dat het project ten goede komt aan de provincie die het budget verstrekt. De BA hanteert dan een vergelijkbare toets als in het geval dat de projectpartners bijvoorbeeld een bedrijf uit Utrecht, of een kennisinstelling uit Noord-Brabant nodig hebben. Het zou immers onwenselijk zijn dat Gelderse projectpartners bijvoorbeeld wel de TU Delft, maar niet de Universiteit Twente in een project kunnen betrekken.

Artikel 6

De verdeling zoals bedoel in artikel 6, eerste lid, werkt zo lang er genoeg budget is. De artikelleden die hierop volgen, zorgen ervoor dat duidelijk is hoe de BA vervolgens omgaat met de resterende aanvragen. Tenslotte is bepaald hoe de BA omgaat met aanvragen die in aanmerking komen voor Rijkscofinanciering.

Wanneer toewijzing van alle aanvragen met dezelfde ontvangstdatum binnen een bepaald deelplafond ertoe zou leiden dat het plafond zou worden overschreden, geldt dat de onderlinge rangorde van die aanvragen wordt vastgesteld door middel van loting. De BA zal aanvragen afwijzen die worden uitgeloot, of die een latere ontvangstdatum hebben dan de toegekende aanvragen.