Subsidieregeling innovatiebudget Expertisecentrum Limburg

1. Alle begrippen die in deze Subsidieregeling staan en die geen nadere beschrijving hebben, betekenen hetzelfde als in de Jeugdwet en/of de Algemene wet bestuursrecht.

2. In deze Subsidieregeling wordt verstaan onder:

• a.

  Bovenregionaal Expertisecentrum Jeugdhulp Limburg (BEL): de wijze en vorm waarop de jeugdzorgregio’s in Limburg invulling geven aan de landelijke opdracht expertisecentra jeugdhulp.

• b.

  Jeugdzorgregio: een regionaal samenwerkingsverband in de provincie Limburg, zoals aangewezen door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, waarin gemeenten bovenlokaal samenwerken voor uitvoering van jeugdhulptaken.

• c.

  Regionaal expertteam (RET): regionaal samenwerkingsverband in de provincie Limburg dat is samengesteld uit professionals / vertegenwoordigers vanuit jeugdzorgpartners per Jeugdzorgregio dat samenkomt om integraal te adviseren en indien mogelijk te ondersteunen bij Complexe casussen.

• d.

  Verwijzer: partij die bevoegd is om jeugdhulp te indiceren (huisarts, medisch specialist, jeugdarts, Gecertificeerde Instelling (GI), professionals in de gemeentelijke toegang, rechters).

• e.

  Initiatief: activiteit(en) gericht op het versterken van het jeugdhulplandschap geïnitieerd door één of meerdere Jeugdzorgregio’s dat bijdraagt aan de doelen van het BEL.

• f.

  wet: de Jeugdwet.

1. Voor subsidie komen in aanmerking activiteiten die betrekking hebben op een nieuw Initiatie die de Jeugdzorgregio ondersteunen of zorgen voor doorontwikkeling, zoals het creëren van passend aanbod of het inzetten op nieuwe ontwikkelingen.

2. Het Initiatief dient aan te sluiten bij de doelstellingen van deze Subsidieregeling als bedoeld in artikel 2 en betreft activiteiten gericht op ‘gezamenlijk leren’ met de partijen in de Jeugdzorgregio, om zo kennis en expertise zo breed mogelijk uit te dragen en te leren van elkaars Initiatieven.

3. Het Initiatief moet, naast het gestelde in lid 1 en 2 van dit artikel, voldoen aan de volgende randvoorwaarden:

• •

  Het zorgen voor passende oplossingen voor jongeren met complexe en meervoudige problematiek die nu vastlopen in de zorg en niet de juiste hulp krijgen;

• •

  Het bijdragen aan een lerend stelsel en de ontwikkeling van kennis.

1. Het totale subsidieplafond voor deze subsidieregeling bedraagt € 1.330.038,- gedurende de looptijd van deze subsidieregeling.

2. Per Jeugdzorgregio geldt een deelplafond op basis van het aantal jeugdigen per regio (bron CBS 2022). Dit komt neer op de volgende deelplafonds:

1. Een aanvraag wordt schriftelijk ingediend door de aanvrager bij de coördinerende gemeente Roermond, onder vermelding van het Bovenregionaal Expertisecentrum Jeugdhulp Limburg.

2. De aanvrager dient bij een aanvraag voor een subsidie voor een Initiatief een plan van aanpak met de volgende gegevens te overleggen:

• -

  Een omschrijving van het Initiatief en hoe dit bijdraagt aan de doelen van het BEL;

• -

  Een omschrijving hoe het initiatief bijdraagt aan de gestelde criteria in artikel 5;

• -

  Een omschrijving van de doelgroep;

• -

  Een omschrijving van het te verwachten effect of resultaat en hoe het Initiatief gemonitord wordt;

• -

  Omschrijving van de deelnemende partners;

• -

  Of en op welke wijze ervaringsdeskundigen of gezinnen betrokken worden;

• -

  Een gespecificeerde begroting van de kosten van het Initiatief.

3. Bij een eerste aanvraag voor verlening van een subsidie dienen tevens de volgende gegevens te worden overlegd:

• -

  Een rechtsgeldig getekend machtigingsbesluit door alle gemeenten binnen de aanvragende Jeugdzorgregio(‘s) en eventuele partner/verwijzer ten behoeve van de penvoerende gemeente;

• -

  Alle andere informatie die de aanvragen nodig acht voor goede beoordeling van de aanvraag.

1. Aanvragen voor een subsidie moeten tenminste 8 weken voor aanvang van het Initiatief worden ingediend.

2. Aanvragen voor een subsidie kunnen worden ingediend tot 1 juli 2024.

3. De beoordeling van de aanvraag vindt plaats door te toetsen aan de in artikel 2 opgenomen doelen, de in artikel 5 opgenomen criteria en de in artikel 10 opgenomen weigeringsgronden.

1. Op aanvragen voor subsidie wordt binnen 8 weken na indiening beslist.

2. De hoogte van de toe te kennen subsidie voor een Initiatief wordt bepaald aan de hand van de ingediende begroting, het beschikbare budget en bedraagt nooit meer dan de maximale uitvoeringskosten.

3. Indien besloten wordt tot bevoorschotting, dan wordt dat in het besluit tot subsidieverlening opgenomen en worden in dat besluit de hoogte en de termijnen van de voorschotten bepaald.

4. Het college kan aan de subsidieverlening nadere verplichtingen verbinden.

1. Binnen 13 weken na afloop van het Initiatief, doch uiterlijk op 1 april 2025, dient aanvrager een aanvraag tot eindvaststelling van de subsidie in. Bij de aanvraag tot eindvaststelling dient een inhoudelijke en financiële onderbouwing ingediend te worden, over de volledige looptijd van het Initiatief.

2. Als blijkt dat bij de uitvoering van het Initiatief (op onderdelen) is afgeweken van de subsidieverlening kan het college de verleende subsidie verlagen of op ‘nihil’ vaststellen.

3. Als een Initiatief over meerdere kalenderjaren loopt, dient de aanvrager een financiële tussenverantwoording van elk kalenderjaar in, uiterlijk 1 februari op het daaropvolgende jaar.

1. Deze Subsidieregeling treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt en vervalt van rechtswege op 31 december 2024.

2. Na het vervallen van de Subsidieregeling behoudt deze zijn rechtskracht voor nog in te dienen aanvragen tot vaststelling.