Lijst met gevallen waarvoor advies van de gemeenteraad nodig is bij een buitenplanse omgevingsplanactiviteit

Geldend van 26-01-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2024

Intitulé

Lijst met gevallen waarvoor advies van de gemeenteraad nodig is bij een buitenplanse omgevingsplanactiviteit

De Raad van de gemeente Rotterdam,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 december 2021 (raadsvoorstel nr. 21bb10958);

gelet op artikel 16.15a, onderdeel b, artikel 16.15b, artikel 16.16 van de Omgevingswet en artikel 4.21 van het Omgevingsbesluit;

overwegende, dat het wenselijk is een lijst met gevallen vast te stellen waarvoor advies van de gemeenteraad nodig is voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 16.15a, onderdeel b, van de Omgevingswet;

besluit:

Lijst met gevallen waarvoor advies van de gemeenteraad nodig is bij een buitenplanse omgevingsplanactiviteit vast te stellen.

Artikel 1

Onder een buitenplanse omgevingsplanactiviteit die bestaat uit het bouwen wordt verstaan het ruimtelijk bouwen, in stand houden en gebruiken van een bouwwerk in afwijking van het omgevingsplan.

Artikel 2

Als categorieën van gevallen als bedoeld in artikel 16.15a onder b van de Omgevingswet waarvoor de gemeenteraad adviseur is, worden aangewezen:

  • a.

    het bouwen, herbouwen, vernieuwen, uitbreiden van gebouwen en bouwwerken en het omzetten van bestaande functies ten behoeve van de woonfunctie inclusief de bij die functie bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde en voorzieningen, bij meer dan 120 woningen;

  • b.

    het bouwen, herbouwen, vernieuwen, uitbreiden van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde en het omzetten van bestaande functies in functies ten behoeve van educatie, sport, recreatie, voorzieningen van culturele, medische, maatschappelijke en levensbeschouwelijke aard inclusief de bij die functies behorende voorzieningen, bij meer dan 5.000 m² bruto vloeroppervlak;

  • c.

    het gebruik van bij een gebouw behorende gronden ten behoeve van de woonfunctie, educatie, sport, recreatie, voorzieningen van culturele, medische, maatschappelijke en levensbeschouwelijke aard behorende bij een gebouw met meer dan 1.000 m² bruto vloeroppervlak;

  • d.

    het realiseren van winkels, bedrijven en kantoren en de daarbij behorende voorzieningen en het omzetten van bestaande functies naar winkel-, bedrijfs-, en kantoorfuncties, bij meer dan 5.000 m² kantoren en bij meer dan 5.000 m² detailhandel;

  • e.

    Het bouwen van kiosken, paviljoens en overige bebouwing van beperkte omvang voor openbare nutsvoorzieningen, voorzieningen voor het openbaar vervoer of het wegverkeer, bij een oppervlakte van meer dan 65 m2 en bij een hoogte van meer dan 3 meter per bouwwerk.

Artikel 3

Projecten die in overeenstemming zijn met een reeds door de gemeenteraad vastgestelde stedenbouwkundige visie, stedenbouwkundige randvoorwaarden, masterplan, gebiedsvisie, Stadsvisie Rotterdam, ontwerp-omgevingsplan of ander ruimtelijk kader, worden niet voor advies voorgelegd aan de gemeenteraad.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Omgevingswet in werking treedt.

Artikel 5

Dit besluit wordt aangehaald als: Lijst met gevallen waarvoor advies van de gemeenteraad nodig is bij een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 24 februari 2022.

De griffier,

De voorzitter,

Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl

Toelichting

Algemene toelichting:

  • 1.

    Wanneer een bepaald project valt onder artikel 3, zijn de categorieën uit artikel 2, lid 1 tot en met lid 5 niet van toepassing. De gemeenteraad heeft immers al zijn instemming met het betreffende project uitgesproken, dan wel het ruimtelijk kader als bedoeld in artikel 3, geaccordeerd.

  • 2.

    Wanneer een project bestaat uit een combinatie van functies, mogen de onder artikel 2, lid 1 tot en met lid 5 genoemde categorieën bij elkaar worden opgeteld.

  • 3.

    Een project met minder dan 5.000 m2 detailhandel en minder dan 121 woningen valt niet onder de reikwijdte van dit besluit.

Artikelsgewijze toelichting:

Artikel 2, onder a

Bij bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en voorzieningen kan gedacht worden aan garages, carports, zwembaden, serres, etc.  

Artikel 2, onder b

Bij bovenomschreven functies kan gedacht worden aan scholen, sportvoorzieningen, gezondheidscentra, kerken, wijkgebouwen, kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, etc.

Artikel 2, onder c

Gedacht kan worden aan het wijzigen van het gebruik van gronden ten behoeve van buitenruimte bij kantoor, kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang etc.