Nota Museaal beleid, de stad als podium, 2024-2026 Maastricht

Geldend van 03-01-2024 t/m heden

Intitulé

Nota Museaal beleid, de stad als podium, 2024-2026 Maastricht

DE RAAD DER GEMEENTE MAASTRICHT,

gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d..20 november 2023, no. 2023.04661;

BESLUIT:

1. De notitie Museaal Beleid Maastricht, als uitvoering van de cultuurvisie Maastricht, vast te stellen.

1. Inleiding

In het coalitieakkoord 2022-2026 “Maastricht, stad van verbondenheid’ is de ambitie geformuleerd voor het ontwikkelen van een actief museumbeleid met input vanuit het veld. Dit museumbeleid is onderdeel van de Maastrichtse cultuurvisie ‘Cultuur maakt Maastricht, Maastricht maakt cultuur’.

Maastricht is een van de negen culturele brandpunten in Nederland, en daarmee een belangrijke cultuurstad. Maastricht heeft verschillende musea, presentatie instellingen en ZZP’ers actief in de beeldende kunstensector. Zij dragen allemaal bij aan het culturele aanbod en versterken het vestigingsklimaat van de stad. De Maastrichtse visie specifiek op musea en beeldende kunst verdient echter meer aandacht. Dit is van belang voor de stad, haar inwoners, de musea, de presentatie instellingen en de opleidingen.

Maastrichtse Cultuurvisie: ‘’Maastricht heeft als een van de negen culturele brandpunten in Nederland een bijzondere verantwoordelijkheid voor de professionele kunsten. Niet alleen als euregionale centrumstad en hoofdstad van de provincie, maar ook voor haar eigen inwoners en bezoekers, die mede vanwege het hoogwaardig cultureel aanbod graag in Maastricht wonen, werken en ontspannen.’’

In het coalitieakkoord is de ambitie voor een Maastrichts museumbeleid onderbouwd door in te zetten op het versterken van participatie en de toegankelijkheid van de musea voor alle Maastrichtenaren. We bieden ruimte aan lokale makers, versterken het bereik van jeugdige bezoekers en steunen de ontwikkeling van educatieprogramma’s.

Na uitvoerig overleg met het museale en beeldende kunstenveld in Maastricht en de regio en met de (inter-)nationale ontwikkelingen in de beeldende kunst in het achterhoofd hebben we ervoor gekozen om het gevraagde museumbeleid breder te trekken en in te zetten op een open museaal en beeldend kunstbeleid.

Om de gestelde ambities te kunnen bereiken is het namelijk van belang om over de grenzen en buiten de muren van de museale instellingen te gaan werken. Daarmee bedienen we niet alleen onze eigen musea, maar ook de aanwezige presentatie instellingen en de ZZP’ers in de cultuur- en kunstsector in onze stad. We willen met dit beleid niet alleen de musea de ruimte geven maar het hele beeldende kunstenveld. Niet alleen musea tonen kunst, ook galeries, individuen en instituten doen dit. Met een innovatief museaal kunstbeleid wordt er meer mogelijk en geven we ruim baan aan artistieke projecten die actief de stad gebruiken en opzoeken.

Kernpunten in dit beleid zijn de externe gerichtheid en directe verbinding tussen de diverse spelers in het veld. Hiermee doelen we op vernieuwende samenwerkingsverbanden tussen de musea, collecties, erfgoed en hedendaagse kunst. We zetten nadrukkelijk niet in op ondersteuning in de exploitatie van instellingen. We willen meer dynamiek faciliteren en stimuleren via duidelijke doelstellingen en speerpunten. Het coalitieakkoord en de cultuurvisie vragen om kunst voor alle inwoners, maar ook om een stad die in beweging is en nieuwe manieren zoekt om haar bewoners te verassen en cultureel te verrijken. Door het beleid breder te trekken dan alleen de musea maar ook artistieke richting te geven, sluiten we direct aan bij onze eigen cultuurvisie en die van de provincie en het Rijk. Dit maakt ook de toetsing van projecten transparanter, up-to-date en makkelijker.

We beogen om een flexibele, laagdrempelige en dynamische subsidieregeling op te zetten, die meer ´reuring´ geeft en (museale) kunst en collecties voor een (nieuwe) en dus bredere doelgroep toegankelijk maakt. Ook dagen we makers, curatoren en professionals uit om anders naar kunst, museale collecties en erfgoed in onze mooie stad te kijken. We faciliteren samenwerking, cross-overs tussen musea, professionals en instellingen. Met kleinere subsidie tranches maken we op de korte termijn meer spontane interactieve projecten mogelijk, in- en voor de stad.

Op de lange termijn is dit kunstbeleid bedoeld om adequaat in te kunnen spelen op de (inter)nationale ontwikkelingen in de sector. Het klassieke onderscheid tussen musea, collectie- en presentatie instelling vervaagt langzaam en we moeten hierop kunnen anticiperen. De traditionele museale context staat aan het begin van een nieuw hoofdstuk; we denken nu binnen de beeldende kunsten, erfgoed en museale collectie ook aan de publieke ruimte en interventies binnen en buiten de (museale) muren. Met de publieke ruimte bedoelen we openbare gebouwen, locaties in de wijken en in de binnenstad. Interventies, zijn nieuwe manieren om te stad te benaderen en te beleven. Hier denken we aan vernieuwende maar laagdrempelige combinaties met architectuur, geluid, licht en de interactie tussen de stadse geschiedenis en haar spannende toekomst.

Dit gaat verder dan digitale ontwikkelingen en creatief collectiebeheer. Als we de komende cultuurplannen van het Rijk beschouwen, moeten de beeldende kunstinstellingen ook aandacht gaan geven aan verantwoord ondernemen, inclusie, diversiteit en duurzaamheid (in de breedste zin van het woord). Dit stimuleert nieuwe interventies en kunstprojecten die verbindend zijn, vragen stellen en meegaan in de laatste (gebieds-)ontwikkelingen in onze diverse samenleving. Als we vooruitkijken naar deze thematieken die bepalend gaan worden, van het Rijk tot aan de Euregio, is het belangrijk dat Maastricht haar beeldende en museale kunst meer gaat omarmen en dan wel op een innovatieve cross-sectorale manier.

Door het faciliteren van beeldende kunst en de museale sector in de brede zin zetten we in op samen denken en- werken, met de stad als een attractief en vernieuwend podium voor onze eigen inwoners en bezoekers uit de regio en (ver) daarbuiten.

2. Samenhang met cultuurvisie en coalitieakkoord en andere beleidsvelden

Als we de ambities uit de Maastrichtse cultuurvisie en het coalitieakkoord 2022-2026 verder toespitsen op de beeldende kunsten is het belangrijk dat Maastricht een duidelijke kwalitatieve visie ontwikkelt voor de musea, beeldende instellingen en zelfstandige makers.

Volgens de Maastrichtse cultuurvisie mogen we meer maatwerk leveren en kijken naar hybride oplossingen voor de professionele kunstsector. Steeds meer non-disciplinaire en/of interdisciplinaire uitingen vinden hun weg in- en naar de stad. Door mee te denken met de instellingen, collecties vernieuwend te ontsluiten en de deur wijder open te zetten voor makers en bezoekers, dragen we bij aan een gezonde, actuele en inclusievere beeldende kunst en museale praktijk in Maastricht.

Maastricht is een unieke stad, met een duidelijke identiteit. Maastricht is ook een plek waar geschiedenis, de waan van de dag en de toekomst elkaar ontmoeten. Denk hierbij aan gebiedsontwikkelingen, nieuwe broedplaatsen en innovatief onderzoek samen met educatie. De stad is een interactieve plek, waar erfgoed en hedendaagse kunst spelenderwijs artistiek samenkomen. Dit kan zeker ook in de wijken en buurten.

Maastrichtse Cultuurvisie: ”Herontwikkelingsgebieden worden juist door cultuurpioniers opnieuw van waarde, ontsloten voor meer initiatieven en ook internationaal op de kaart gezet”.

We creëren met dit beleid ruimte voor verfrissende initiatieven in de stad. We willen als stad makers de ruimte geven. Er moet ook ruimte zijn om professionals in de beeldende kunst uit te dagen de stad Maastricht te gebruiken. We stimuleren zo het naar buiten treden van de verschillende beeldende initiatieven in de stad. Daardoor komen bewoners en bezoekers in aanraking met erfgoed en hedendaagse kunst, op verschillende manieren en plekken. We faciliteren makers, we stimuleren actief de samenwerking en verbinding tussen instituten, musea, individuele kunstenaars en afgestudeerden. We zetten in op een zichtbare interactie met de stad. Kunst is voor- en door de makers, en altijd midden in de stad en haar wijken. De geschiedenis van de stad kan goed samengaan met hedendaagse kunst, en andersom.

Coalitieakkoord: ”Cultuur draagt bij aan de kwaliteit van leven van onze inwoners en daarbij aan de leefbaarheid van de wijken. Het is niet alleen een vestigingsfactor die mensen en banen bindt aan Maastricht, maar biedt ook verbeeldingskracht om oplossingen te vinden voor de complexe en actuele maatschappelijke vraagstukken.”

Kortom: beeldende kunst, de museale collecties en erfgoed zijn uitermate geschikt om gebiedsontwikkeling, sociale thema’s, nieuwsgierige bezoekers, en cultuur als medium te bedienen. Uit de gesprekken met het veld en het cultuurdebat in de raad komt deze sterke verbinding tussen maken, presenteren en leren (talentontwikkeling) ook al duidelijk naar voren. Het is belangrijk dat kunst makkelijk toegankelijk is, en dan liefst op een actuele en inclusieve manier.

We zetten in op kwalitatief hoogwaardige professionele initiatieven binnen- en buiten de museum- en presentatie muren, die dicht bij de mensen komen. Maastricht brengt ook veel nieuwe talenten voort, en hun visie op de stad met al zijn gesprekken en bevolkingsgroepen zorgt voor een bruisend unieke “community of arts”. We willen ook de samenwerking tussen de educatieve (post-doc) instituten, masterprogramma’s en de instellingen faciliteren. Beeldende kunst, de collecties en het komen zo dichterbij de mensen.

3. Totstandkoming van het beleid:

Een museaal kunstbeleid moet gedragen worden door het veld, en zowel artistiek inhoudelijk als maatschappelijk transparant zijn. Daarnaast is het belangrijk om de doelstellingen uit het coalitieakkoord en de cultuurvisie mee te nemen en de stad Maastricht als uitgangspunt te nemen. We hebben bij de totstandkoming van deze nota de trechter methode toegepast. We hebben de tijd genomen om ons heel breed te oriënteren en zijn begonnen met input ophalen bij het veld, inspiratie opdoen bij anderen, publicaties te lezen, conferenties bij te wonen, musea en beeldende kunstinstellingen te bezoeken, en afgestemd met collega-beleidsmakers. Nu filteren wij uit die brede stroom aan informatie hetgeen er nodig is en past bij de beeldende kunst in de stad Maastricht. Elementen vanuit het coalitieakkoord, de cultuurvisie maar ook de wensen van de musea en de presentatie instellingen, zijn integraal meegenomen in dit beleid.

We vinden het van belang om een aantal thema’s te benoemen die naar voren zijn gekomen in de onderzoeksfase. Thema’s die breed worden gedragen in het museale- en beeldende kunstveld en van invloed zijn geweest op de richting van dit beleid en de ontwikkeling van de bijbehorende subsidieregeling:

  • Meer projecten met- en over de stad Maastricht

  • Verbinden van oud en nieuw (erfgoed en hedendaagse kunst)

  • Open gesprekken met de overheid als partner, zelf de artistieke regie houden

  • Verjonging publiek (nieuwe manieren om een nieuwe generatie te bereiken)

  • Vernieuwend ontsluiten van collecties voor een breder publiek

  • Extern gerichte tentoonstellingen maken, actief naar buiten treden

  • Op naar een postmoderne visie, weg van statisch kunst- en cultuurbeleid

  • Flexibel beleid zodat spontane initiatieven gevoed kunnen worden

  • Verbinden van instellingen en musea, stimuleren van actieve samenwerking

  • Focus op actuele thema’s en relevante maatschappelijke problematiek

  • De stad als presentatieplek, meer (tijdelijke) interventies mogelijk maken

  • Maastricht als cultuurstad, maar ook Maastricht als kunststad

  • Focus ook op jonge professionele kunstinitiatieven (zelfstandige makers)

  • Steun voor lokale makers, maar ook buitenlandse makers zijn welkom

  • Duidelijk maken wat beeldende kunst en erfgoed bijdraagt aan de stad Maastricht

  • Diversiteit, Inclusie en Gelijkheid in Zuid-Limburg is anders dan in de randstad (denk aan laaggeletterdheid, armoede, demografische opbouw, exclusie expats, studenten)

Er is veel vraag naar flexibele projectsubsidies vanuit het veld, om meer professionele tentoonstellingen, biënnales, interventies, installaties te kunnen realiseren. Ook zouden musea en instellingen graag meer events, gesprekken en interactieve randprogrammering willen ontwikkelen. Daartoe biedt dit beleid ook mogelijkheden. Het gaat om kleinere projectbijdragen, die voor veel partijen al een grote impact hebben. Samen zetten we zo in op een gezonde creatieve fundering van de beeldende kunst en museale sector voor de stad. Daarnaast heeft beeldende kunst in al haar variëteit een maatschappelijke functie en zorgen we met deze flexibele regeling voor een meer up-to-date profilering van de kunstensector in-, door- en voor de stad Maastricht.

4. Beeldend kunstbeleid

We ontwikkelen een helder beleid, dat musea en beeldende kunst faciliteert op een frisse, nieuwsgierige en inclusieve manier om de stad verder te verrijken. Ook zorgen we voor nieuwe samenwerkingen, veerkracht in de wijken, geven we een impuls aan de openbare ruimte en faciliteren we nieuwe kansen in de (EU)regio.

Onze keuze is om een breed, proactief museaal kunst beleid te ontwikkelen in plaats van een beperkt, reactief museumbeleid. We omarmen hiermee vernieuwende cross-overs tussen de museale collecties, erfgoed en hedendaagse kunst.

Proactief omdat we op tijd willen inspelen op de laatste en komende ontwikkelingen in de museale sector en de aankomende cultuurplanperiode 2024-2028 van het rijk. Proactief omdat musea aan het veranderen zijn; het concept van collectiebeheer en tonen van objecten is gedateerd, veel musea zoeken naar nieuwe manieren om hedendaagse kunst en hun collecties te laten zien en een (nieuw en jong) publiek te bereiken. Ook (zoals al van toepassing bij het Bonnefanten), wordt het woord ‘museum’ an sich verschillend benadert en uitgelegd door het kunstveld. Steeds meer identificeren musea zich met een bredere opzet waarbij alle professionele beeldende kunst meegenomen wordt. Maatschappelijke thema’s, de verbinding tussen erfgoed en (ultra-) hedendaagse kunst, en de participatieve dialoog met de samenleving, nemen hier het voortouw. Daarnaast geven met een proactief beleid gehoor aan de wensen van het beeldende en museale kunstveld in Maastricht.

Een breed, proactief museaal kunstbeleid is een middel dat de eigen identiteit van de lokale kunstenaars en makers tot uitdrukking laat komen en hun unieke visie op de stad, haar geschiedenis en inwoners versterkt.

We zetten met dit beleid nadrukkelijk niet in op ondersteuning in de exploitatie van alleen de musea. Om de gestelde ambities te kunnen bereiken is het namelijk van belang om over de grenzen en buiten de muren van de museale instellingen te gaan werken. Inzetten op alleen exploitatie ondersteuning heeft niet het gewenste effect. Het budget behorende bij deze nota is hiervoor niet toereikend, daarmee zouden we slechts een tweetal musea kunnen voorzien. Bovendien komen nog te weinig mensen dagelijks in een museum en zou een exploitatiesubsidie per saldo onrendabel en weinig effectief zijn. Door meer projectmatig te werken worden de ambities uit het coalitieakkoord en de cultuurvisie realistischer in kaart gebracht en uiteindelijk gerealiseerd. Ook negeren we op deze manier de presentatie instellingen en de zelfstandige professionele makers niet.

Met dit brede, proactieve beeldende museale kunstbeleid willen we de interactie tussen buiten en binnen faciliteren. Kunst en collecties naar de mensen toe, zowel in het centrum als in onze veelzijdige wijken. Projecten die deze verbanden opzoeken, met een relevante artistieke (onderzoeks-) waarde zijn belangrijk om verbinding te blijven houden met de stad. Daarnaast is dit beleid bedoeld om makkelijker aan te kunnen sluiten bij hedendaagse ontwikkelingen en de immer veranderende waan van de dag. In de cultuurvisie staat omschreven dat contrasten niet als probleem worden gezien, maar juist fungeren als een motor voor ontwikkelingen.

We willen ervoor zorgen dat de vele professionele (kunst)makers die al in Maastricht wonen en werken een directe impuls krijgen. Het moet aantrekkelijk en laagdrempelig zijn om beeldende kunst te beoefenen, interactie met erfgoed en de museale collecties aan te gaan, midden in de stad, samen en voor de inwoners.

Maastrichtse Cultuurvisie: ’Maastricht kan bij uitstek een pleisterplaats voor zo’n nieuwe kunstenpraktijk zijn. In zo’n stad vertonen kunst en cultuur een herkenbare samenhang. Ze lokken directe onderlinge samenwerking en debat uit. De sociale, maatschappelijke en economische betekenis van kunst en cultuur is in zo’n stad hoog’’.

De rol van de gemeente Maastricht is die van facilitator, stimulator, verbinder en aanjager. Op het gebied van de artistieke inhoud blijven wij op een afstand. Dat is de rol en de taak van de professional. Wel proberen wij die artistieke inhoud te stimuleren en aan te jagen. Door gesprekken aan te gaan met het veld, door op samenwerkingen te wijzen en verbindingen tot stand te brengen. Als gemeente zien wij een belangrijke rol weggelegd om het veld uit te dagen om innovatief te zijn en te blijven.

Dit geeft ruim baan aan een dynamische regeling, die makers, instellingen en musea een nieuwe impuls moet geven. Met kleinere subsidie bedragen maken we meer spontane interactieve projecten mogelijk, in- en voor de stad. Maastricht heeft baat bij een meer zichtbare kunstscene, die voor alle bewoners eenvoudig mee te maken en beleven is. Door de museale muren te laten vervagen, bestaande en nieuwe tentoonstellingsplekken te gebruiken, actief de wijken te betrekken, en naast professionele kunst- en museale organisaties, ook individuele professionals kansen te bieden, zorgen we voor meer verbinding in de stad. Landelijk en internationaal zien we ook deze beweging in de kunstwereld. Beeldende kunst mag zichtbaarder zijn, schuren, uitdagen en zich op onverwachte publiekelijk toegankelijke plekken manifesteren.

Het is belangrijk dat we bruggen bouwen tussen makers, curators, architecten, kunstenaars, kunstinstellingen, academici, postdoc afgestudeerden, creatieve denkers, erfgoed professionals en de musea. Vanuit het veld komt er een helder geluid om verbinding en een frisse kijk op erfgoed en hedendaagse beeldende kunst. We denken aan kunstvormen die zich midden in de samenleving bewegen, de stad omarmen en nieuwe samenwerkingen opzoeken. Collecties trekken we naar buiten, van de binnenstad tot aan de wijken. Met dit beleid krijgen ook jonge professionele makers een kans om meer samen te werken met gevestigde musea en presentatie instellingen. De kwaliteit en diversiteit in de beeldende kunst krijgen zo een directe impuls. Belangrijk is het om in te zetten op professionaliteit in de sector. Door professionaliteit en kwaliteit te borgen is de impact en het maatschappelijk rendement in samenwerkingsprojecten juist groter en langduriger.

Maastrichtse Cultuurvisie : ‘’Kwaliteit zit niet slechts in hoogwaardige techniek of vakbekwaamheid, maar vooral juist in zeggingskracht en impact, betekenis voor de omgeving. Het motto moet zijn: Goed of anders niet.”’

Doelstellingen

Uit bovenstaande kunnen we de twee belangrijkste doelstellingen van het beeldende museale kunstbeleid aflezen:

  • Externe gerichtheid: actief naar buiten treden van beeldende kunst, erfgoed en museale collecties; meer zichtbaarheid in de stad;

  • Verbinding en samenwerking: tussen de diverse spelers in het veld, ook met de minder voor de hand liggende partners.

Subsidiecriteria.

Subsidie wordt uitsluitend verleend aan projecten die voldoen aan een- of meerdere van de onderstaande 3 inhoudelijke criteria.

  • 1.

    Het actieve bereik van nieuwe doelgroepen (bijv. in de wijken).

  • 2.

    Het gebruik van de stad (en de openbare ruimte), als een podium.

  • 3.

    Focus op jongeren, jeugd, en nieuwe talenten.

Deze kernwaarden moeten vervolgens gecombineerd worden met een- of meerdere van de onderliggende specifieke speerpunten:

  • a)

    Nieuwe samenwerkingen tussen musea, presentatie-instellingen en beeldende kunstinitiatieven (zowel privaat als publiek);

  • b)

    Meer (en andere) inwoners bereiken in een directe dialoog met de stad;

  • c)

    Cultureel erfgoed en hedendaagse kunst als elkaars versterkers;

  • d)

    Collecties delen, ontsluiten en door kunstenaars laten gebruiken;

  • e)

    Nieuwe definities van wat een museum kan en mag zijn (externe gerichtheid);

  • f)

    Beeldende kunst als een gesprekspartner en verbinder in de publieke buitenruimte (laagdrempelig en inclusief);

  • g)

    Diepere reflectie op lokaal relevante thema’s (op stads- en wijkniveau);

  • h)

    Duurzaamheid (verantwoord kunst beleven en maken) en vergroening (spel tussen de binnen en buitenruimte).

Doelgroep

De doelgroep van dit beleid zijn professionals die actief zijn in de beeldende kunst en museale sector in Maastricht. Dat zijn musea, instellingen, curators, kunstenaars, zowel organisaties als ZZP’ers. Wij zullen de instellingen en professionele makers zo goed mogelijk begeleiden.

5. Uitwerking subsidieregeling

We beogen om een flexibele, laagdrempelige en dynamische subsidieregeling op te zetten, die meer ´reuring´ geeft en beeldende kunst, musea en erfgoed voor een (nieuwe) en dus bredere doelgroep mogelijk maakt. Ook dagen we makers, curatoren en professionals uit om anders naar beeldende kunst, museale collecties en het erfgoed, in onze mooie stad, te kijken. Met kleinere subsidie tranches (Maximaal €10.000 per aanvrager) maken we meer spontane interactieve projecten mogelijk, in- en voor de stad.

Om te borgen dat we de hele doelgroep bereiken, met name ook de ZZP’ers, en niet alleen de gevestigde instellingen die veel ervaring en capaciteit hebben om een subsidieaanvraag voor te bereiden, splitsen we het budget:

  • €50.000 is beschikbaar voor professionele instellingen, waarbij een maximum van €10.000 per aanvrager beschikbaar is. Om de subsidie te verkrijgen moedigen we sterk aan dat er cofinanciering vanuit eigen middelen en/of middelen van derden wordt bijgelegd. De middelen kunnen dan namelijk ook als multiplier worden ingezet om middelen bij andere fondsen te werven.

  • €50.000 is beschikbaar voor aanvragen door ZZP’ers. Ook hier geldt een maximum van €10.000 per aanvrager. De voorwaarde van cofinanciering voor een project van een ZZP’er is ook hier niet verplicht maar wordt wel aangemoedigd. De ZZP’er kan het gehele project financieren met deze middelen, of kan de middelen als een deel van de financiering inzetten, afhankelijk van de grootte van het project en de begroting.

De subsidieregeling zal per 1 januari 2024 opengesteld worden van start gaan. Er is een jaarlijks budget van €100.000 beschikbaar. Het budget van 2023 zal worden toegevoegd aan het budget van 2024, waarmee de regeling het eerste jaar start met een subsidieplafond van €200.000. De daarop volgende jaren tot en met 2026 is er een jaarlijks budget van €100.000 beschikbaar.

Voorbeelden van projecten die kunnen worden ingediend:

ROOMS. In de huiselijke kamers van Marres wisselden uitdagend theater, dromerige films, intieme dansstukken en bijzondere beeldende kunst elkaar af. Achter de kamerdeuren namen een tiental makers ons twee dagen lang mee op een expeditie naar onontgonnen werelden. Dit gaat om een ontmoeting tussen nieuwe talenten en gevestigde namen, met het publiek in een actieve en deelnemende rol.

TRANSITIONS ART FESTIVAL. Transitions is een viering van avontuurlijk film maken in zijn vele vormen en klanken. In Maastricht komen grensverleggende kunstenaars samen met degenen die hen waarderen en ondersteunen. Het concept maakt gebruik van verlaten locaties, leegstand en is zeer laagdrempeling. Kunstenaars komen samen (jong en oud), vertellen verhalen en bereiken een breed en nieuw publiek. De tentoonstelling bestaat uit veertien gratis toegankelijke locaties rond het Sphinxkwartier in Maastricht.

NO ACCESS. Een tentoonstelling in het gangenstelsel van de Cannerberg in Maastricht. In donkere, afgebakende ruimtes waren eenentwintig verschillende werken te zien: videokunst, korte documentaires, animaties en interactieve media-installaties. Ze voerden te toeschouwer mee in de actuele realiteit van migratie en grenscontroles. Het ontsluiten van ruimtes die normaal alleen met een gids te bezoeken zijn is een perfect voorbeeld van laagdrempelige kunstuitingen op verrassende plekken in de stad. De thematiek is zeer relevant, zet aan tot reflectie en heeft diepgang. Ook was er een unieke narratieve samenwerking tussen Viewmaster, Zuyd en Bureau Europa.

FIRST FRIDAYS BONNEFANTEN.

Elke Bonnefanten ‘Free Friday’ kunnen bezoekers een avond gratis naar het museum in Maastricht. Alle tentoonstellingen in het museum zijn die vrijdagavond gratis te bekijken. Elke editie van ‘Free Friday’ nodigt het museum een vereniging, club, stichting of subcultuur uit, om samen een programma te organiseren. Uitgangspunt vormen de collecties oude en hedendaagse kunst of de tijdelijke tentoonstellingen die op dat moment in het museum te zien zijn.

FASHIONCLASH x CERAMIQUE.

De expositie in Centre Ceramique van het participatieproject MOVING PORTRAITS; 7 korte films gemaakt door jonge cultuurmakers. Mode geeft de mogelijkheid om jezelf te uiten. Veel artiesten gebruiken mode om de wereld hun ‘alter ego’ te laten zien, zich te presenteren als levend kunstwerk en te experimenteren met hun uiterlijk. Het eindresultaat is een serie geworden bestaande uit zeven bewegende portretten (korte films), opgenomen op verschillende locaties in Maastricht. De modeworkshops werden begeleid door Mulas Hybrid House en filmworkshops door Lotte Milder en Karlijn Milder van Studio AKATAK.

FOTOMUSEUM. SURVIVORS.

Met 'Survivors: Faces of Life after the Holocaust' toont het museum 75 close-up portretten van Joodse mannen en vrouwen. De indringende foto’s op zeer groot formaat geven overlevenden van de Holocaust een gezicht. Fotomuseum aan het Vrijthof realiseert tentoonstellingen met maatschappelijke relevantie. Actuele onderwerpen als toenemende onverdraagzaamheid, racisme en antisemitisme sluiten hierop aan. Tijdens de tentoonstelling 'Survivors' organiseert het fotografiemuseum een uitgebreid omlijstingsprogramma; ontwikkeld en uitgevoerd door jongeren die hun gedachten over deze thematiek vormgeven. Met klassieke concerten, lezingen, debatten, rondleidingen, schoolactiviteiten en satelliet-exposities van studenten fotografie uit Nederland en België.

Ondertekening

Aldus besloten door de Raad der gemeente Maastricht in zijn openbare vergadering van 19 december 2023

De Griffier,

H.J.W. Verdellen

De Voorzitter,

W.A.G. Hillenaar

Bijlage 1: Subsidieregeling museaal beleid, verbinding beeldende kunst en erfgoed Maastricht 2024-2026

SUBSIDIEREGELING MUSEAAL BELEID: DE STAD ALS PODIUM

GEMEENTE MAASTRICHT 2024-2026.

Besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Maastricht tot vaststelling van de Subsidieregeling Museaal beleid, verbinding beeldende kunst en erfgoed, gemeente Maastricht 2024-2026.

Het college van burgemeester en wethouders van Gemeente Maastricht; overwegende dat het gemeentebestuur Maastricht met het Museale beleid, de stad als podium, inzet op het stimuleren van beeldende kunstinstellingen en professionals om meer naar buiten te treden en verbinding met elkaar en andere partners te realiseren door het verstrekken van subsidies voor activiteiten die daaraan bijdragen; gelet op de Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht; besluit vast te stellen de Subsidieregeling Museaal beleid, de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026.

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • Aanvrager: rechtspersoon of natuurlijk persoon die een projectsubsidie aanvraagt;

  • ASV: Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht;

  • Beeldende kunsten: Beeldende kunst is een term die wordt gebruikt om elke kunstvorm te beschrijven die tastbare werken creëert die in de ruimte bestaan. Directe samenwerkingsverbanden tussen erfgoed, museale collecties en andere disciplines met beeldende kunst, vallen in deze subsidieregeling wel onder beeldende kunst;

  • Boekjaar: het boekjaar loopt vanaf 1 januari tot en met 31 december;

  • College: het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Maastricht;

  • Externe gerichtheid: het actief naar buiten treden van beeldende kunst, erfgoed en museale collecties en activiteiten voor meer zichtbaarheid in de stad en de wijken;

  • Professionals: een professionele kunstenaar of een professionele museale en/of kunstinstelling;

  • Professionele kunstenaar: een kunstenaar die een erkende kunstvakopleiding heeft genoten op het gebied van beeldende kunsten en/of tenminste één jaar werkzaam is als professioneel kunstenaar op het gebied van beeldende kunsten, en/of zijn werk aantoonbaar professioneel en publiekelijk heeft getoond;

  • Professionele museale en/of kunstinstelling: een kunst (en/of museale) organisatie die een duurzame, toonaangevende positie inneemt binnen het (beeldende) kunstenveld en specifiek hiervoor erkend worden. Ook instellingen die actief zorg dragen voor erfgoed en (museale) collecties vallen hieronder;

  • Project: uitvoering van een activiteit of initiatief, met een begin- en een einddatum, op het gebied van beeldende kunsten door (een groep van) zelfstandige professionele kunstenaars of professionele kunstenaars in samenwerking met (groepen) bewoners en beeldende kunstinstellingen.

  • Projectsubsidie: een eenmalige subsidie die wordt verstrekt voor specifiek benoemde activiteiten met een duidelijke begin- en einddatum;

  • Subsidiabele kosten: naar oordeel van het college noodzakelijke kosten die direct verband houden met- en uitsluitend gemaakt worden voor de activiteit waarvoor subsidie wordt gevraagd;

  • Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk voorschrift;

  • Subsidiejaar: zie boekjaar.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3. Activiteiten

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor projecten die voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      De projecten dienen direct en concreet bij te dragen aan de ontwikkeling en versterking van het beeldende en/of museale klimaat in de gemeente Maastricht op het gebied van beeldende kunst, erfgoed en museale collecties;

    • b.

      De projecten vinden plaats in Maastricht;

    • c.

      De projecten dienen te worden uitgevoerd in het boekjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • d.

      Projecten dienen gericht te zijn op het bevorderen van de externe gerichtheid (van collecties, erfgoed en hedendaagse kunst). Tevens dienen projecten te zijn gericht op de verbinding, inclusie en samenwerking van de beeldende kunsten en museale sector in Maastricht.

  • 2.

    Subsidie wordt uitsluitend verleend aan projecten die voldoen aan meerdere onderstaande inhoudelijke criteria:

    • a)

      Nieuwe samenwerkingen tussen musea, presentatie-instellingen en beeldende kunstinitiatieven (zowel privaat als publiek);

    • b)

      Meer (en andere) inwoners bereiken in een directe dialoog met de stad;

    • c)

      Cultureel erfgoed en hedendaagse kunst als elkaars versterkers;

    • d)

      Collecties delen, ontsluiten en door kunstenaars laten gebruiken;

    • e)

      Nieuwe definities van wat een museum kan en mag zijn (externe gerichtheid);

    • f)

      Beeldende kunst als een gesprekspartner en verbinder in de publieke buitenruimte (laagdrempelig en inclusief);

    • g)

      Diepere reflectie op lokaal relevante thema’s (op stads- en wijkniveau);

    • h)

      Duurzaamheid (verantwoord kunst beleven en maken) en vergroening (spel tussen de binnen en buitenruimte).

Artikel 4. Doelgroep

  • 1.

    Subsidie op grond van deze regeling kan uitsluitend worden aangevraagd door professionals, zijnde organisaties of ZZP’ers, die actief zijn in de beeldende en museale sector in Maastricht.

Artikel 5. Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidiabele activiteiten zoals bedoeld in artikel 3 bedraagt het subsidieplafond in totaal per boekjaar €100.000,-. Dit subsidieplafond wordt 50/50 verdeeld over professionele instellingen en ZZP’ers.

  • 2.

    Budget ex. artikel 7 lid 2 dat overgeheveld wordt, zal worden toegevoegd aan het subsidieplafond van het daaropvolgende subsidiejaar;

  • 3.

    Jaarlijks vindt er een indexering van de subsidieplafonds plaats.

  • 4.

    Wijzigingen in het subsidieplafond na de vaststelling zoals bedoeld in artikel 2 behoudens wijzigingen als gevolg van jaarlijkse prijsindexeringen, worden door het college vastgesteld en openbaar gemaakt.

  • 5.

    Het in enig kalenderjaar resterende gemeentelijke subsidieplafond wordt niet herverdeeld.

  • 6.

    Eventueel bij de vaststelling teruggevorderde bedragen worden niet herverdeeld.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Voor subsidie komen de redelijk gemaakte kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van het project als bedoeld in artikel 3.

  • 2.

    Niet voor projectsubsidie in aanmerking komen:

    • a.

      kosten die door de subsidieaanvrager zijn gemaakt vóór de indiening van de aanvraag;

    • b.

      kosten die reeds gesubsidieerd of gefinancierd worden vanuit een andere subsidie- of inkooprelatie met de gemeente Maastricht.

Artikel 7. Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een projectsubsidie bedraagt maximaal €10.000,-.

  • 2.

    Budget dat niet besteed wordt binnen de subsidieregeling wordt overgeheveld naar het volgende kalenderjaar.

Artikel 8. Wijze van verdeling

  • 1.

    Verdeling van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    De aanvraag wordt getoetst aan de criteria en voorwaarden zoals bepaald in artikel 3.

  • 3.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen.

  • 4.

    Indien het vastgestelde subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op dezelfde dag wordt ontvangen, worden de aanvragen die op die dag ontvangen zijn, door middel van loting gerangschikt.

  • 5.

    De aanvraag wordt niet in behandeling genomen indien op het moment van ontvangst van de aanvraag het subsidieplafond voor het jaar waarvoor de aanvraag wordt ingediend reeds is bereikt.

Artikel 9. Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag om een projectsubsidie dient:

    • a.

      inzichtelijk te maken in schrift en/of beeld, hoe het project of de activiteit wordt uitgevoerd (projectplan);

    • b.

      inzichtelijk te maken wat de looptijd is van het project binnen het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • c.

      inzichtelijk te maken hoe de activiteit bijdraagt aan de beoogde doelstellingen zoals omschreven in het Museale beleid, de stad als podium van de gemeente Maastricht 2024-2026;

    • d.

      een overzicht te geven van de aan de activiteit verbonden begrote inkomsten en uitgaven (begroting).

Artikel 10. Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, in afwijking van artikel 7, eerste lid, van de ASV ingediend uiterlijk 8 weken voorafgaand aan de uitvoering van het project ingediend.

Artikel 11. Beslistermijn

Burgemeester en wethouders beslissen, in afwijking van artikel 8, eerste lid, van de ASV, uiterlijk binnen 8 weken na binnenkomst van de complete aanvraag een besluit.

Artikel 12. Aanvullende weigeringsgronden

Overeenkomstig artikel 9, derde lid, aanhef en onder f, van de ASV , kan subsidieverlening worden geweigerd als:

  • a.

    voor de activiteit of programma van activiteiten reeds subsidie is verleend door het college;

  • b.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien, die in strijd zijn met het algemeen belang of de openbare orde;

  • c.

    De beoogde kunstuiting door aanleg, constructie of aanwezigheid schade oplevert aan de openbare ruimte en daarmee gevaar oplevert voor het veilig en doelmatig gebruik van de openbare ruimte;

  • d.

    De beoogde kunstuiting niet duurzaam aan de ondergrond is bevestigd, zodat verplaatsen, omvallen of omduwen mogelijk is;

  • e.

    De beoogde kunstuiting niet voldoet aan de vereisten van veiligheid en vandalismebestendigheid; d. De beoogde kunstuiting een belemmering vormt voor het beheer van openbaar groen, omliggende objecten en voorzieningen of in de weg staat voor hulpdiensten;

  • f.

    De aanvrager niet akkoord is met het door aan het college voorbehouden recht om de kunstuiting te verplaatsen of verwijderen indien deze door omstandigheden niet meer voor verval te behoeden is, of als de onderhoudskosten te hoog worden, de grond voor andere doeleinden nodig is of anderszins, met het doel de kwaliteit van de openbare ruimte te kunnen waarborgen c.q. herstellen.

Artikel 12. Verplichtingen

Burgemeester en wethouders kunnen in de verleningsbeschikking specifieke verplichtingen opleggen.

Artikel 13. Verantwoording

  • 1.

    1.Projectsubsidies zoals bedoeld in deze regeling worden conform art. 13 en art. 14 ASV door het college vastgesteld.

  • 2.

    Subsidies tot en met € 5.000,- worden door het college direct vastgesteld.

  • 3.

    Bij subsidies van meer dan € 5.000,- en ten hoogste € 10.000,- dient de subsidieontvanger uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht, een ondertekende aanvraag tot vaststelling in.

  • 4.

    De aanvraag zoals bedoeld in lid 3 bevat:

    • a.

      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan;

    • b.

      een jaarrekening of een financieel verslag bestaande uit een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten.

Artikel 14. Hardheidsclausule

  • 1.

    In gevallen, de uitvoering van deze subsidieregeling betreffend, waarin deze subsidieregeling niet voorziet, beslist het college.

  • 2.

    Het college kan afwijken van de bepalingen in deze subsidieregeling, indien toepassing van deze subsidieregeling gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 15. Slotbepalingen

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2024.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Museaal Beleid: de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026.

Bijlage 2: Overzicht belangrijkste gesprekken met het veld.

In de afgelopen periode (maart-juli 2023) is er input en inspiratie voor het beeldende kunstbeleid opgehaald middels gesprekken met het veld in Limburg en daarbuiten:

Instelling, Museum, Instituut

Wie

Provincie Limburg

Joke Zaat + Karsten Reijntjens

Fotomuseum aan het Vrijthof

Erik de Jong

Gemeente Maastricht

Frans Bastiaens

Gemeente Maastricht

Team Cultuur

Marres

Valentijn Byvanck

Bureau Europa

Floor van Spaendonck

Bonnefantenmuseum

Stijn Huijts

Drukwerkkunst museum

Gerard de Graaf

Vestingmuseum

Koos Consten

NHM & Maastricht Museum

Wim Hupperetz

Museumnacht Maastricht

Peggy van Sebillen

Van Eyck

Hicham Khalidi

DSM Collectie

Catharien Romijn

Gemeente Sittard-Geleen

Sven Portz

Gemeente Heerlen

Leentje Mostert

Schunck Heerlen

Cynthia Jongen

MUMC+ Collectie

Norbert Grünschel

Het Nieuwe Domein

Joery Wilbers + Noelle Kemmerling

TEFAF

Werkgroep Maastricht Marketing

ICOM

Lana Karaia

Limburgs Museum

Bert Mennings

Museum van Bommel van Dam

Bernard Ellenbroek

Odapark Venray

Joep Vossebeld

BKOR Rotterdam

Marjolein van der Meijden

Huis voor de Kunsten Roermond

Diverse rondes

Het Mondriaanfonds

Meet up Limburg

SRAL

Lydia Beerkens

CERK

Eric Wetzels

Rijksdienst Cultureel Erfgoed

Conferentie Amersfoort

Cultural Emergency Response

Sandra Letschert

LIMA Digital Art Institute

Gaby Wijers

Bart vd. Boom

Viewmaster

Universiteit Maastricht Curator

Barbara Strating

JvE Lab & UM

Mieke Derickx

HERE Museum Heritage Conferentie

Verschillende partners Utrecht

Rotterdam Kunsthal Curator

Charlotte Martens

Jan van Eyck Curator

Bruno Alves de Almeida

Bureau Europa Curator

Remco Beckers