Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR711945
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR711945/1
Regeling vervallen per 01-01-2025
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024
Geldend van 29-12-2023 t/m 31-12-2024
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024De raad van de gemeente Landsmeer;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2023;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;
gezien het advies van de afdeling Financien;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024.
Artikel 1 Definities
Deze verordening verstaat onder:
- a.
'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- c.
'maand': het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalandermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- d.
'kwartaal': een aaneengesloten periode van 91 dagen;
- e.
'half jaar': een aaneengesloten periode van 183 dagen;
- f.
'jaar': een aaneengesloten periode van 365 dagen;
- g.
'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:
- a.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;
- b.
het verlenen van een dienst op aanvraag; of
- c.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieven-tabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;
- b.
diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;
- c.
het afgeven van bewijzen van onvermogen;
- d.
het afgeven van stukken nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon en bezoldiging;
- e.
de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikking of afschrift daarvan, houdende een beslissing op een aanvraag subsidie van de gemeente;
- f.
openbare besturen, ambtenaren of instellingen voor de diensten door hen in het openbaar belang verzocht met uitzondering van de leges genoemd in de hoofdstukken 5 en 6 en hoofdstuk 18, onderdeel 18.6.4, van de tarieventabel en voor zover daarin niet reeds op andere plaatsen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is voorzien.
- g.
Het in behandeling nemen van een aanvraag van een stichting of vereniging van sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve, educatieve en/of culturele aard voor een beschikking waarvan het gebruik bijdraagt aan de cohesie in de gemeenschap en/of waarvan de opbrengsten aangewend worden om de continuïteit van de eigen activiteiten te waarborgen. Enkel verenigingen en stichtingen waarvan uit de statuten de sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve, educatieve en/of culturele doelstelling blijkt, komen in aanmerking voor deze vrijstelling. Verenigingen en stichtingen met een commercieel doel in de statuten worden uitgesloten van de vrijstelling. De aanvrager dient op het aanvraagformulier aan te geven dat de organisatie en de activiteit voldoen aan de hierboven gestelde voorwaarden.
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieven-tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 8 dagen na de dagtekening van de kennisgeving
- c.
langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 8 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;
- d.
langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 8 dagen na dagtekening van kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
hoofdstuk 7 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);
- 2.
hoofdstuk 8 (rijbewijzen);
- 3.
hoofdstuk 4 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);
- 4.
hoofdstuk 13 onderdeel 1.13.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- 5.
hoofdstuk 9 (kansspelen);
- 1.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel
-
1. De 'Verordening Legesverordening 2023’ van 22 december 2022, wordt evenals de tarieventabellen 2023, ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na het in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.
-
4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
-
5. Deze verordening wordt aangehaald als 'Legesverordening 2024'.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 21 december 2023.
De griffier,
De voorzitter,
Bijlage Tarieventabel, behorende bij de legesverordening 2024
Tarieventabel 01-01-2024 |
|
tarieven 2024 |
|
Tarieventabel, behorende bij de legesverordening 2024 |
|
|
|
Indeling tarieventabel |
|
|
|
Titel 1 Algemene dienstverlening |
|
|
|
Hoofdstuk 1 Algemeen |
|
|
|
Hoofdstuk 2 Bestuursstukken |
|
|
|
Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand |
|
|
|
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen (BRP) |
|
|
|
Hoofdstuk 5 Gemeentearchief |
|
|
|
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen uit het Kiezersregister |
|
|
|
Hoofdstuk 7 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart |
|
|
|
Hoofdstuk 8 Rijbewijzen |
|
|
|
Hoofdstuk 9 Kansspelen |
|
|
|
Hoofdstuk 10 Huisvestingswet |
|
|
|
Hoofdstuk 11 Verkeer en vervoer |
|
|
|
Hoofdstuk 12 Telecommunicatie, kabel en leidingen |
|
|
|
Hoofdstuk 13 Overige publiekszaken |
|
|
|
Hoofdstuk 14 Gemeentegarantie |
|
|
|
Hoofdstuk 15 Diversen |
|
|
|
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning |
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen |
|
|
|
Hoofdstuk 2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven |
|
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning |
|
|
|
Hoofdstuk 4 Teruggaaf |
|
|
|
Hoofdstuk 5 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|
|
|
Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|
|
|
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde beschikking |
|
|
|
Hoofdstuk 8 Overschrijven omgevingsvergunning |
|
|
|
Hoofdsuk 9 Verklaring vergunningvrij bouwen |
|
|
|
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
|
|
Hoofdstuk 1 Exploitatievergunningen seksinrichtingen/escortbedrijven |
|
|
|
Hoofdstuk 2 Horeca |
|
|
|
Hoofdstuk 3 Evenementen |
|
|
|
Hoofdstuk 4 Winkeltijdenwet |
|
|
|
Hoofdstuk 5 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|
|
|
Titel 1 Algemene dienstverlening |
|
|
|
Hoofdstuk 1 Algemeen |
|
|
|
1.1.1 |
het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
|
|
verstrekken van: |
|
|
1.1.1.2 |
scans of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet |
|
|
|
elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
|
|
1.1.1.2.1 |
per pagina van A3 of A4-formaat, of kleiner |
|
€ 0,50 |
1.1.1.2.2 |
per pagina groter dan A3 formaat |
|
€ 15,80 |
1.1.1.3 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of |
|
|
|
in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
|
€ 43,25 |
1.1.1.4 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden |
|
|
|
opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere |
|
|
|
wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
|
€ 5,60 |
Hoofdstuk 2 Bestuursstukken |
|
|
|
1.2.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
tot het verstrekken van: |
|
|
1.2.1.1 |
een kopie van de gemeentebegroting met toelichting, meerjarenbegroting |
|
|
|
en beleidstoelichting |
|
€ 63,30 |
1.2.1.2 |
een kopie van de gemeenterekening met bijlagen |
|
€ 37,20 |
1.2.1.3 |
het beleidsplan/de perspectiefnota |
|
€ 12,40 |
1.2.1.4 |
betrekking hebbende op een bestemmingsplan bestaande uit |
|
|
|
plankaarten, toelichting bij het plan en voorschriften van het plan |
|
€ 40,55 |
1.2.1.4.1 |
verhoging per zwart-wit pagina in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
|
€ 0,40 |
1.2.1.4.2 |
verhoging per zwart-wit pagina in formaat A3, per bladzijde |
|
€ 0,40 |
1.2.1.4.3 |
verhoging per zwart-wit pagina in formaar A2 of groter, per bladzijde |
|
€ 10,55 |
1.2.1.4.4 |
verhoging per kleur pagina in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
|
€ 2,70 |
1.2.1.4.5 |
verhoging per kleur pagina in formaat A3, per bladzijde |
|
€ 3,60 |
1.2.1.4.6 |
verhoging per kleur pagina in formaat A2 of groter, per bladzijde |
|
€ 40,55 |
Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand |
|
|
|
1.3.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie |
|
|
|
van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een |
|
|
|
huwelijk uur op: |
|
|
1.3.1.1 |
maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 12.00 uur |
|
€ 161,10 |
1.3.1.2 |
maandag om 9.00 en dinsdag om 9.00 uur |
|
nihil |
1.3.1.3 |
maandag tot en met vrijdag tussen 12.00 uur en 16.00 uur |
|
€ 417,95 |
1.3.1.4 |
zaterdag tussen 10.00 en 16.00 uur |
|
€ 649,85 |
1.3.1.5 |
zondag tussen 10.00 uur en 16.00 uur |
|
€ 738,80 |
1.3.1.6 |
indien het huwelijk wordt gesloten tussen 16.00 en 22.00 uur wordt |
|
|
|
het tarief bedoeld bij 1.3.1.3., 1.3.1.4 en 1.3.1.5 verhoogd met: |
|
20% |
1.3.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie |
|
|
|
van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een |
|
|
|
huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1,van het Burgelijk |
|
|
|
Wetboek op: |
|
|
1.3.2.1 |
maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 16.00 uur |
|
€ 417,95 |
1.3.2.2 |
zaterdag tussen 10.00 en 16.00 uur |
|
€ 649,85 |
1.3.2.3 |
zondag tussen 10.00 uur en 16.00 uur |
|
€ 738,80 |
1.3.2.4 |
indien het huwelijk wordt gesloten tussen 16.00 en 22.00 uur wordt |
|
|
|
het tarief bedoeld bij 1.3.2.1, 1.3.2.2 en 1.3.2.3 verhoogd met: |
|
20% |
1.3.3.1 |
De ingevolge het eerste lid berekende leges worden bij voltrekking van twee |
|
|
|
of meer huwelijken, de registratie van twee of meer partnerschappen of de omzetting |
|
|
|
van twee of meer geregistreerde partnerschappen in huwelijken op eenzelfde tijdstip |
|
|
|
verminderd met 25% per huwelijk, partnerschap of omzetting |
|
|
1.3.4 |
Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van: |
|
|
1.3.4.1 |
een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een normale uitvoering |
|
€ 15,55 |
1.3.4.2 |
een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een luxe uitvoering |
|
€ 37,80 |
1.3.5. |
Het tarief bedraagt voor het bijschrijven van een kind in een trouwboekje |
|
|
|
in een luxe uitvoering |
|
nihil |
1.3.6. |
Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de |
|
|
|
registers van de Burgerlijke stand, per 5 minuten of gedeelte daarvan |
|
€ 16,60 |
1.3.7 |
Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
|
|
van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand |
|
|
|
(Stb. 1879, 72) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit |
|
|
|
akten burgerlijke stand (Stb. 1969, 36) of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen |
|
|
|
of gewijzigd. |
|
|
1.3.7.1 |
Uittreksel burgerlijke stand |
|
€ 16,60 |
1.3.7.2 |
Verklaring huwelijksbevoegdheid |
|
€ 29,00 |
1.3.7.3 |
tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn (attestatie de vita) |
|
€ 16,60 |
1.3.8 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een |
|
|
|
aanvraag voor een huwelijkslocatie, niet zijnde het gemeentehuis |
|
€ 125,90 |
1.3.9.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor een |
|
|
|
éénmalige Bijzondere ambtenaar burgerlijke stand (Babs) die reeds eerder |
|
|
|
in een andere gemeente in Nederland is benoemd |
|
€ 62,90 |
1.3.9.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor een |
|
|
|
éénmalige Bijzondere ambtenaar burgerlijke stand (Babs) die niet reeds eerder |
|
|
|
in een andere gemeente in Nederland is benoemd |
|
€ 188,85 |
1.3.10 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beschik- |
|
|
|
baar stellen van getuigen bij een voltrekking van een huwelijk of een registratie partnerschap |
|
|
|
per getuige: |
|
€ 38,60 |
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen |
|
|
|
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 |
|
|
|
en 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één |
|
|
|
persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
|
1.4.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking |
|
€ 16,60 |
1.4.3 |
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan |
|
|
|
verstrekking van één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de |
|
|
|
basisregistratie personen. |
|
|
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking |
|
€ 16,60 |
1.4.5 |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling |
|
|
|
nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve |
|
|
|
media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
|
€ 5,10 |
1.4.6 |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling |
|
|
|
nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in |
|
|
|
artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
|
€ 8,40 |
1.4.8 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
tot het verstrekken van gegevens n.a.v. een GBA "No hit": per verstrekking |
|
|
Hoofdstuk 5 Gemeentearchief |
|
|
|
1.5.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van naspeuringen |
|
|
|
in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed |
|
|
|
kwartier, of een deel daarvan |
|
€ 17,00 |
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen uit het Kiezersregister |
|
|
|
1.6.1. |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager |
|
|
|
als kiezer, bedoeld in artikel D4 van de Kieswet (Stb. 1989, 423) |
|
€ 9,30 |
Hoofdstuk 7 Reisdocumenten en Nederlandse indentiteitskaart |
|
|
|
1.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
|
1.7.1.1 |
van een nationaal paspoort: |
|
|
1.7.1.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
|
€ 83,85 |
1.7.1.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
|
|
heeft bereikt |
|
€ 63,40 |
1.7.1.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een |
|
|
|
nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.7.1.1 (zakenpaspoort): |
|
|
1.7.1.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
|
€ 83,85 |
1.7.1.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
|
|
heeft bereikt |
|
€ 63,40 |
1.7.1.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende |
|
|
|
de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
|
|
1.7.1.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
|
€ 83,85 |
1.7.1.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
|
|
heeft bereikt |
|
€ 63,40 |
1.7.1.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
|
€ 63,40 |
1.7.1.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
|
1.7.1.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
|
€ 75,80 |
1.7.1.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet |
|
|
|
heeft bereikt |
|
€ 40,90 |
1.7.1.5.3 |
van een vervangende Nederlande identiteitskaart voor een persoon met een |
|
|
|
uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon |
|
€ 36,90 |
1.7.1.6 |
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.7.1.1 tot en met 1.7.1.5 genoemde |
|
|
|
documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een |
|
|
|
bedrag van |
|
€ 57,05 |
1.7.1.7 |
Voor de (hernieuwde) naamskeuze van kinderen die zijn geboren voor 1 januari 2024 (artikel IIIB WIGG) is het tarief: |
|
|
|
voor het oudste kind van twee ouders |
|
€ 75,00 |
|
voor elk volgende kind van diezelfde ouders |
|
€ 50,00 |
Hoofdstuk 8 Rijbewijzen |
|
|
|
1.8.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.8.1.1 |
tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
|
€ 51,11 |
1.8.1.2 |
tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs met spoed |
|
€ 90,76 |
Hoofdstuk 9 Kansspelen |
|
|
|
1.9.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b |
|
|
|
van de Wet op de kansspelen (Stb. 1964, 483) voor een periode van twaalf |
|
|
|
maanden voor: |
|
|
1.9.1.1 |
één speelautomaat |
|
€ 99,40 |
1.9.1.2 |
voor twee of meer speelautomaten, voor de eerste speelautomaat |
|
€ 99,40 |
|
en voor iedere volgende speelautomaat |
|
€ 39,60 |
1.9.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de |
|
|
|
Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
|
€ 34,75 |
Hoofdstuk 10 Huisvestingswet |
|
|
|
1.10.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.10.1.1 |
tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, |
|
|
|
eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 |
|
€ 26,85 |
1.10.1.2 |
tot het verkrijgen van een voorrangsverklaring voor een sociale huurwoning |
|
€ 98,45 |
1.10.2 |
Het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tijdelijke (ver)huur van |
|
|
|
leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet |
|
|
|
bedraagt |
|
€ 334,70 |
Hoofdstuk 11 Verkeer en vervoer |
|
|
|
1.11.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
tot het verkrijgen van een: |
|
|
1.11.1.1 |
ontheffing per kenteken als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en |
|
|
|
verkeerstekens (RVV 1990, Stb.459) en tevens registratie in het register |
|
|
|
van ontheffingen van het inrijverbod: |
|
|
1.11.1.1.a |
Purmerland per jaar |
|
€ 123,90 |
|
Purmerland per maand |
|
€ 10,40 |
1.11.1.1.b |
Den Ilp per jaar |
|
€ 123,90 |
|
Den Ilp per maand |
|
€ 10,40 |
1.11.1.1.c |
Purmerland en Den Ilp per jaar |
|
€ 205,85 |
|
Purmerland en Den Ilp per maand |
|
€ 17,10 |
1.11.1.1.1 |
Heffing naar tijdsgelang: |
|
|
1.11.1.2 |
ontheffing per kenteken als bedoeld in artikel 87 van het RVV 1990 en tevens |
|
|
|
registratie in het register van ontheffingen van het inrijverbod: |
|
|
|
Purmerland/Den Ilp voor een zo kort mogelijke periode: per dag |
|
€ 22,20 |
|
met een maximum voor een aaneengesloten periode van meerdere |
|
|
|
dagen per ontheffing van |
|
€ 205,85 |
1.11.1.3 |
registratie van een kenteken behorend bij een inwoner van Landsmeer in |
|
|
|
het register van ontheffingen van het inrijverbod Purmerland en/of van |
|
|
|
het inrijverbod Den Ilp |
|
€ 11,95 |
1.11.1.4 |
ontheffing per kenteken bedoeld in artikel 87 van het RVV 1990 en tevens registratie in |
|
|
|
het register ontheffingen van het inrijverbod Purmerland en/of Den Ilp, |
|
|
|
indien het gaat om een bedrijfsvoertuig behorende bij het bedrijf of |
|
|
|
instelling zoals genoemd in artikel 3 onder c van de “Verordening op het verlenen van |
|
|
|
ontheffingen van het inrijverbod Purmerland en/of Den Ilp 2016” vastgesteld |
|
|
|
d.d. 25 februari 2016 |
|
€ 11,95 |
1.11.1.5 |
Leges worden geheven voor een ontheffing zoals bedoeld in 1.11.1.1, indien het gaat om |
|
|
|
bedrijfsvoertuigen zoals bedoeld in artikel 3 onder d van de "Verordening op het verlenen |
|
|
|
van ontheffingen van het inrijverbod Purmerland en/of Den Ilp 2016" |
|
|
|
vastgesteld d.d. 25 februari 2016, alsmede de mantelzorger zoals bedoeld in artikel 4 , |
|
|
|
lid 2 onder f van de "Verordening op het verlenen van ontheffingen van het inrijverbod |
|
|
|
Purmerland en/of Den Ilp 2016" zoals vastgesteld d.d. 25 februari 2016 |
|
€ 11,95 |
1.11.1.6 |
Leges worden geheven voor een ontheffing zoals bedoeld in 1.11.1.1, indien het gaat om |
|
|
|
voertuigen van personeel dat werkzaam is bij de gemeente Landsmeer, of werkzaam is bij |
|
|
|
een andere gemeente of dienst die, ten behoeve van een voorgenomen en/of afgesloten |
|
|
|
samenwerkingsverband werkzaamheden moet verrichten voor de gemeente |
|
|
|
Landsmeer. |
|
€ 11,95 |
1.11.1.7 |
Wijziging van een kenteken doorvoeren door een medewerker |
|
€ 11,95 |
|
Landsmeer. |
|
|
1.11.2.1 |
gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit |
|
|
|
administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (Stb. 1990, 460) |
|
€ 85,40 |
1.11.2.2 |
duplicaat gehandicaptenparkeerkaart |
|
€ 25,45 |
1.11.2.3 |
autoruitetui (zelfklevend) ten behoeve van een gehandicaptenparkeerkaart |
|
€ 1,20 |
1.11.3.1 |
ontheffing voor het berijden van voet en/of fietspaden voor een: |
|
|
1.11.3.1.a |
dag |
|
€ 5,75 |
1.11.3.1.b |
week |
|
€ 11,55 |
1.11.3.1.c |
maand |
|
€ 23,00 |
1.11.3.1.d |
half jaar |
|
€ 32,65 |
1.11.3.1.e |
jaar |
|
€ 41,45 |
1.11.3.2 |
ontheffing voor het berijden van wegen waarvoor een breedte- of |
|
|
|
wiel(as)drukbeperking geldt voor een: |
|
|
1.11.3.2.a |
dag |
|
€ 16,45 |
1.11.3.2.b |
week |
|
€ 32,70 |
1.11.3.2.c |
maand |
|
€ 65,40 |
1.11.3.2.d |
half jaar |
|
€ 98,05 |
1.11.3.2.e |
jaar |
|
€ 127,65 |
1.11.4 |
duplicaatkaart ex artikel 7 van de Ministeriële Beschikking |
|
€ 55,45 |
1.11.5 |
parkeervergunning als bedoeld in artikel 9 van de Parkeerverordening |
|
€ 55,45 |
1.12.6 |
gewone parkeerkaart |
|
|
1.12.7 |
een ontheffing voor parkeren in de Blauwe Zone |
|
|
Hoofdstuk 12 Telecommunicatie, kabels en leidingen |
|
|
|
1.12.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een melding |
|
|
|
in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en |
|
|
|
wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 |
|
|
|
van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur Landsmeer 2017. |
|
€ 450,60 |
1.12.2 |
Het in 1.12.1 genoemde bedrag wordt: |
|
|
1.12.2.1 |
indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen |
|
|
|
gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van |
|
|
|
het netwerk, verhoogd met |
|
€ 885,80 |
1.12.2.2 |
indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van |
|
|
|
de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand |
|
|
|
aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder |
|
|
|
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die terzake door het |
|
|
|
college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
|
1.12.3 |
Indien een begroting als bedoeld in 1.12.2.2. is uitgebracht, wordt een |
|
|
|
melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag |
|
|
|
waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de |
|
|
|
melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
Hoofdstuk 13 Overige publiekszaken |
|
|
|
1.13.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.13.1.1 |
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag |
|
€ 41,35 |
1.13.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.13.2.1 |
tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening |
|
€ 6,25 |
1.13.2.2 |
voor het ter legalisatie zenden van stukken naar een andere gemeente |
|
|
|
in Nederland in het persoonlijk belang van de aanvrager (de kosten van |
|
|
|
porto wel, doch de kosten ter zake van het in behandeling nemen van |
|
|
|
een aanvraag tot legalisatie niet inbegrepen) |
|
€ 7,35 |
1.13.3 |
Naturalisatie: |
|
|
|
voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het afleggen van een optie ter |
|
|
|
verkrijging van het Nederlanderschap, alsmede voor de behandeling van een |
|
|
|
naturalisatieverzoek worden de tarieven geheven conform het op het moment van |
|
|
|
aanvraag geldend Besluit optie en naturalisatiegelden, conform de rijkswet op het |
|
|
|
Nederlanderschap |
|
|
Hoofdstuk 14 Gemeentegarantie |
|
|
|
1.14.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente |
|
|
|
gegarandeerde hypothecaire geldlening |
|
€ 115,75 |
Hoofdstuk 15 Diversen |
|
|
|
1.15.1.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
voor een lozingsvergunning |
|
€ 427,05 |
1.15.1.2 |
Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen |
|
|
|
van een lozingsvergunning doch voor het verlenen van de vergunning |
|
|
|
deze aanvraag wordt ingetrokken, bedragen de leges |
|
€ 111,05 |
1.15.2 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van formulieren ter verkrijging van |
|
|
|
een bijdrage voor woningverbetering en/of verbetering woonbuurten |
|
€ 7,75 |
1.15.3 |
Het tarief bedraagt ter zake van: |
|
|
1.15.3.1 |
het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning tot |
|
|
|
het laten liggen van een vaartuig in openbaar gemeentewater |
|
€ 10,40 |
1.15.3.2 |
het verstrekken van twee registratiestickers voor vaartuigen |
|
€ 1,75 |
1.15.4 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
tot het verkrijgen van een uittreksel uit het register van kinderopvangorganisaties, |
|
|
|
per pagina |
|
€ 5,60 |
1.15.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van |
|
|
|
een vergunning voor het aanleggen van een weg op grond van artikel 2.11 van de Algemene |
|
|
|
plaatselijke verordening, niet zijnde een omgevingsvergunning |
|
€ 1.451,55 |
HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET |
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen |
|
|
|
1 |
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
|
2. |
In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
|
3. |
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: |
|
|
|
binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan; |
|
|
|
binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet; |
|
|
4. |
In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ |
|
|
betreffen de in die omschrijving: |
|
||
- onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische |
|||
installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567; |
|
||
- onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk; |
|||
- onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting. |
|||
5. |
In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling wordt onder bouwkosten verstaan de normbouwkosten voor |
|
|
|
de bouwactiviteit, als daarin is voorzien in de bij deze tarieventabel behorende gemeentelijke of regionale |
|
|
|
normbouwkostenregeling en de bij de aanvraag opgegeven bouwkosten meer dan 10% afwijken van deze |
|
|
|
normbouwkosten. |
|
|
Hoofdstuk 2 |
Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven |
|
|
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
|
a. |
omgevingsoverleg; |
|
|
b. |
een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met |
|
|
|
artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit; |
|
|
c. |
een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet; |
|
|
d. |
toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet; |
|
|
e. |
een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning; |
|
|
f. |
intrekking van een omgevingsvergunning; |
|
|
g. |
wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d; |
|
|
h. |
een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g. |
|
|
2.2.1 |
Omgevingsoverleg |
|
|
1. |
Voordat een formele aanvraag om een besluit als bedoeld in de overige paragrafen van deze titel wordt ingediend |
|
|
|
en betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben |
|
|
|
voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief; |
|
|
a. |
voor een Informatievraag: |
|
€ 0,00 |
b. |
voor een eenvoudige Omgevingstafel: |
|
€ 916,34 |
c. |
voor een complexe Omgevingstafel: |
|
€ 3.665,35 |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning |
|
|
|
2.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een |
|
|
|
omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de |
|
|
|
verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en |
|
|
|
waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die |
|
|
|
in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en |
|
|
|
overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van |
|
|
|
de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag |
|
|
|
worden gevorderd. |
|
|
2.3.1.1 |
Bouwactiviteit (bouwtechnische deel) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 |
|
|
|
van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen |
|
|
|
van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
a. |
indien de bouwkosten minder dan € 500.000 bedragen: |
|
0,90% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
|
€ 125,00 |
b. |
indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen: |
|
0,89% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
|
€ 4.496,50 |
c. |
indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000 bedragen: |
|
0,88% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
|
€ 8.855,25 |
2.3.2 |
Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel) |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in |
|
|
|
artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit of het in stand |
|
|
|
houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere |
|
|
|
artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
a. |
indien de bouwkosten minder dan € 500.000 bedragen: |
|
2,70% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
|
€ 293,40 |
b. |
indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen: |
|
2,66% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
|
€ 13.489,50 |
c. |
indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000 bedragen: |
|
2,62% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
|
€ 26.565,75 |
2.3.3 |
Planologische wijziging bij omgevingsplanactiviteit (waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit) |
|
|
a. |
Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit in overeenstemming is met regels voor de toepassing |
|
€ 391,20 |
|
van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het |
|
|
|
omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet: |
|
|
b. |
Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit): |
|
€ 391,20 |
c. |
Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (buitenplanse omgevingsplanactiviteit): |
|
€ 7.831,48 |
2.3.4 |
Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 1.305,30 |
2.4 |
Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
|
|
2.4.1 |
Omgevingsplanactiviteit: monumenten |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
|
a. |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument: |
|
€ 391,20 |
b. |
voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
|
€ 391,20 |
2.4.2 |
Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 391,20 |
2.5.1 |
Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.20 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, of als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet. |
|
|
1. |
voor activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.20 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving (milieubelastende activiteit BAL-activiteit regulier): |
|
|
a. |
voor één milieubelastende activiteit: |
|
€ 2.132,00 |
b. |
voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten: |
|
€ 4.264,00 |
c. |
voor vijf of meer milieubelastende activiteiten: |
|
€ 6.396,00 |
2. |
voor een milieubelastende activiteit zoals bedoeld in onderdelen a en b, waar tevens afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is (milieubelastende activiteit BAL-activiteit uitgebreid): |
|
|
a. |
voor één milieubelastende activiteit: |
|
€ 4.264,00 |
b. |
voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten: |
|
€ 8.528,00 |
c. |
voor vijf of meer milieubelastende activiteiten: |
|
€ 12.792,00 |
2.6 |
Lozingsactiviteiten |
|
|
2.6.1 |
Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 391,20 |
2.6.2 |
Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 1.100,00 |
2.7 |
Aanlegactiviteiten |
|
|
2.7.1 |
Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven |
|
|
|
[gereserveerd] |
|
|
2.7.2 |
Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde |
|
|
|
[gereserveerd] |
|
|
2.7.3 |
Omgevingsplanactiviteit: geluid weg |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 391,20 |
2.7.4 |
Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet, artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit of artikel 22.278 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 391,20 |
2.7.5 |
Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 391,20 |
2.7.6 |
Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 391,20 |
2.8 |
Overige activiteiten |
|
|
2.8.1 |
Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in de bomenverordening "Groene kaart" in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 409,75 |
2.8.2 |
Omgevingsplanactiviteit: reclame |
|
|
a. |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 117,18 |
b. |
Indien daarbij advies van de MOOI Noord-Holland moet worden ingewonnen, wordt het bedrag van het vorige lid verhoogd met: |
|
€ 86,20 |
2.8.3 |
Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 409,75 |
2.8.4 |
Andere activiteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk: |
|
€ 546,30 |
2.9 |
Maatwerkvoorschriften |
|
|
2.9.1 |
Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: |
|
|
a. |
voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op: |
|
|
1. het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
€ 391,20 |
|
2. bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
|
|
3. het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of |
|
|
|
4. het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; |
|
|
|
per maatwerkvoorschrift: |
|
|
|
b. |
in andere gevallen dan bedoeld in lid a, per maatwerkvoorschrift: |
|
€ 391,20 |
2.9.2 |
Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten |
|
|
|
Als de aanvraag op een maatwerkvoorschriften als bedoeld in het omgevingsplan of hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief: |
|
€ 1.100,00 |
2.9.3 |
Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten |
|
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.9.1 en 2.9.2, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: |
|
€ 391,20 |
2.10 |
Gelijkwaardigheid |
|
|
2.10.1 |
Gelijkwaardige maatregel |
|
|
1. |
Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op: |
|
|
a. |
een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
Volgens begroting |
b. |
een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
Volgens begroting |
c. |
een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief: |
|
€ 1.100,00 |
d. |
een andere activiteit dan bedoeld in voorgaande onderdelen, bedraagt het tarief: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
Volgens begroting |
2. |
Het op grond van het lid a, b en d verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
2.11 |
Overige tarieven |
|
|
2.11.1 |
Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit: |
|
€ 391,20 |
2.11.2 |
Wijzigen omgevingsvergunning |
|
|
a. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
|
€ 391,20 |
b. |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om andere wijzigingen van een omgevingsvergunning dan genoemd onder lid a is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft. |
|
|
2.11.3 |
Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning: |
|
€ 391,20 |
2.11.4 |
Beoordeling onderzoeksrapporten |
|
|
|
De in artikel 2.12.4 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. |
|
|
2.11.5 |
Wijzigen van het omgevingsplan |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: |
|
€ 7.831,50 |
|
Tenzij kostenverhaal op andere wijze met elkaar is overeengekomen. |
|
|
2.11.6 |
Verklaring vergunningvrij bouwen |
|
|
|
Voor een schriftelijke verklaring dat een activiteit vergunningvrij is, bedraagt het tarief: |
|
€ 114,90 |
2.11.7 |
Niet genoemd besluit op aanvraag |
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan. |
|
€ 96,55 |
2.12 |
Modaliteiten |
|
|
2.12.1 |
Planologische wijziging bij omgevingsplanactiviteit (waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit) |
|
|
a. |
als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit in overeenstemming is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet dan bedraagt het tarief (binnenplanse omgevingsplanactiviteit waarbij gebruik wordt gemaakt van een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid, wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht): |
|
€ 388,35 |
b. |
als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan dan bedraagt het tarief (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit): |
|
€ 388,35 |
c. |
als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan dan bedraagt het tarief (buitenplanse omgevingsplanactiviteit): |
|
€ 7.831,48 |
2.12.2 |
Achteraf ingediende aanvraag |
|
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met: |
|
10,00% |
2.12.3 |
Uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit: |
|
|
a. |
als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet zijnde een milieubelastende activiteit: |
|
€ 7.831,48 |
2.12.4 |
Beoordeling onderzoeksrapporten |
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld: |
|
|
a. |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: |
|
€ 184,40 |
b. |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport: |
|
€ 184,40 |
c. |
voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER): |
|
€ 2.500,00 |
d. |
voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport: |
|
€ 184,40 |
2.12.5 |
Advies |
|
|
1. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet: |
|
|
a. |
voor een advies van de gemeenteraad: |
|
€ 273,15 |
b1. |
voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit gemeente Landsmeer dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet: |
|
€ 64,75 |
b2. |
indien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit waarvoor advies van MOOI Noord-Holland wordt ingewonnen, wordt het overeenkomstig artikel 2.3.2 berekende bedrag verhoogd met: |
|
0,25% |
|
van de bouwkosten, met een maximum van: |
|
€ 2.490,00 |
c. |
voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit gemeente Landsmeer in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
Volgens begroting |
d. |
voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in voorgaande onderdelen: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
Volgens begroting |
2. |
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onder c of e is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
2.12.6 |
Instemming |
|
|
1. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan: |
|
|
a. |
als de gemeenteraad moet besluiten over de instemming: |
|
€ 409,75 |
b. |
als een ander bestuursorgaan moet besluiten over de instemming: |
|
|
het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn. |
|
Volgens begroting |
|
2. |
Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
2.13 |
Vermindering |
|
|
1. |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt: |
|
50,00% |
|
van de voor het omgevingsoverleg geheven leges. |
|
|
2. |
Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan: |
|
|
a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had; |
|
|
|
b. in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en |
|
|
|
c. binnen zes maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving. |
|
|
|
3. |
Bij de toepassing van het eerste lid blijft voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning in ieder geval verschuldigd: |
|
€ 0,00 |
Hoofdstuk 4 |
Teruggaaf |
|
|
2.14.1 |
Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig |
|
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
85,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
|
|
2.14.2 |
Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten |
|
|
|
Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt: |
|
85,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
|
|
2.14.3 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure |
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat |
|
|
a. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag: |
|
75,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
b. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken tot zes weken na de indiening van de aanvraag: |
|
50,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
c. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag: |
|
25,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
|
2.14.4 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat |
|
|
a. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag: |
|
75,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
b. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag: |
|
50,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
|
c. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag: |
|
25,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
|
2.14.5 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
|
50,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
|
|
2.14.6 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
|
a. |
Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende |
|
50,00% |
|
activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
|
|
van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges. |
|
|
b. |
Onder een weigering bedoeld in lid a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
|
2.14.7 |
Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten |
|
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat |
|
|
|
betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. |
|
|
2.14.8 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
|
|
|
Een bedrag minder dan € 125,00 wordt niet teruggegeven. |
|
|
2.3.1.18 |
Advies |
|
|
|
Het is aan de gemeente zelf om te bepalen over welke producten en diensten er leges worden geheven en in |
|
|
|
hoeverre deze kostendekkend moeten zijn. |
|
|
|
Vanwege de inzichtelijkheid en eenduidigheid adviseert de Omgevingsdienst IJmond te werken met een vast |
|
|
|
legestarief. Het werken met een begrotingsconstructie brengt een aanzienlijke administratieve verplichting met |
|
|
|
zich mee en leidt bij initiatiefnemers tot onzekerheid over de uiteindelijke legeskosten. Daarnaast geeft het werken |
|
|
|
met een begrotingsconstructie het risico op bezwaren tegen de hoogte van de leges. |
|
|
|
De vergunningplicht voor een milieubelastende activiteit vindt de grondslag in het Besluit activiteiten leefomgeving |
|
|
|
(Bal) en het Omgevingsplan (inclusief bruidsschat). Omdat er geen kentallen voor specifieke bedrijfstakken |
|
|
|
bekend zijn adviseert de Omgevingsdienst IJmond voor alle vergunningsplichtige milieubelastende activiteiten |
|
|
|
hetzelfde tarief te hanteren. De vergunningsplichten zijn in de modellegesverordening opgenomen in de volgende |
|
|
|
artikelen: |
|
|
|
Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit |
|
|
|
• Artikel 2.12 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Bal) |
|
|
|
• Artikel 2.13 Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Bal) |
|
|
|
• Artikel 2.14 Afvalbeheer (afdeling 3.5 Bal) |
|
|
|
• Artikel 2.15 Agrarische sector (afdeling 3.6 Bal) |
|
|
|
• Artikel 2.16 Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Bal)) |
|
|
|
• Artikel 2.17 Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Bal) |
|
|
|
• Artikel 2.18 Sport en recreatie (afdeling 3.9 Bal) |
|
|
|
De Omgevingsdienst IJmond adviseert om (volgens de systematiek uit de modellegesverordening) afhankelijk van |
|
|
|
de hoeveelheid aangevraagde milieubelastende activiteiten de verschuldigde leges stapsgewijs te verhogen. |
|
|
|
Dit wordt geadviseerd, omdat verwacht wordt dat leges anders niet dekkend zijn als er meerdere milieubelastende |
|
|
|
activiteiten worden aangevraagd. Voor meer dan vijf milieubelastende activiteiten wordt één tarief geadviseerd. |
|
|
|
Dit omdat hogere kosten enkel in zeer specifieke gevallen te verwachten zijn en deze gevallen zich niet direct |
|
|
|
lenen voor een vast tarief. Vanwege de keuze om niet met een begrotingsconstructie te werken vallen deze |
|
|
|
gevallen in de tariefstelling van 5 of meer milieubelastende activiteiten. |
|
|
|
De tariefstelling is als volgt: |
Uren |
|
|
Reguliere procedure |
|
|
|
Voor één milieubelastende activiteit: |
25 |
€ 2.132,00 |
|
Voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten |
50 |
€ 4.264,00 |
|
Voor vijf tot meer milieubelastende activiteiten |
75 |
€ 6.396,00 |
|
Uitgebreide procedure |
|
|
|
Voor één milieubelastende activiteit: |
50 |
€ 4.264,00 |
|
Voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten |
100 |
€ 8.528,00 |
|
Voor vijf tot meer milieubelastende activiteiten |
150 |
€ 12.792,00 |
|
Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten |
13 |
€ 1.100,00 |
|
Op basis van de monitoring één jaar na inwerkingtreding van de Omgevingswet te beoordelen of de |
|
|
|
legestarieven bijgesteld moeten worden. |
|
|
2.3.1.19 |
Verklaring van geen bedenkingen |
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het |
|
|
|
tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen |
|
|
|
bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de |
|
|
|
omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.2, |
|
|
2.3.1.19.1 |
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: |
|
€ 432,25 |
2.3.1.19.2 |
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet |
|
|
|
afgeven: |
|
€ 288,15 |
|
vermeerderd met de bij de gemeente in rekening gebrachte legeskosten voor het uitbrengen |
|
|
|
van de verklaring van geen bedenkingen door het aangewezen bestuursorgaan: |
|
PM |
2.3.1.20 |
Principeverzoek Het Lint 2015 |
|
|
2.3.1.20.1 |
Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van een verzoek tot beoordeling |
|
|
|
van een Principeverzoek Het Lint 2015 met betrekking tot de vraag of op een, |
|
|
|
op basis van genoemd Principeverzoek Het Lint 2015, uitgewerkt bouwplan een vergunning |
|
|
|
kan worden verleend of een (wijziging van het) bestemmingsplan kan worden |
|
|
|
vastgesteld: |
|
€ 3.866,90 |
2.3.1.20.2 |
Indien binnen zes maanden na afgifte van een besluit op het Principeverzoek Het Lint 2015 |
|
|
|
een aanvraag wordt ingediend en deze aanvraag leidt tot een omgevingsvergunning die |
|
|
|
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in 2.12, |
|
|
|
of leidt tot een (wijziging van het) bestemmingsplan op basis van artikel 3.1 |
|
|
|
eerste lid, of artikel 3.6, eerste lid onder a, van de Wet ruimtelijke ordening, bestaat |
|
|
|
eenmalig aanspraak op een teruggaaf van een deel van de leges als bedoeld in |
|
|
|
onderdeel 2.3.1.20.1. De teruggaaf bedraagt: |
|
50% |
Hoofdstuk 5 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|
|
|
2.5.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een |
|
|
|
omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld geringe |
|
|
|
wijziging in het project: |
|
€ 412,70 |
Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|
|
|
2.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van |
|
|
|
een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke |
|
|
|
ordening |
|
€ 8.262,20 |
2.6.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen |
|
|
|
van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet |
|
|
|
ruimtelijke ordening |
|
€ 8.262,20 |
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde beschikking |
|
|
|
2.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in |
|
|
|
deze titel niet benoemde beschikking: |
|
€ 101,85 |
Hoofdstuk 8 Overschrijven omgevingsvergunning |
|
|
|
2.8.1 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
|
|
overschrijven van een verleende omgevingsvergunning |
|
€ 156,45 |
Hoofdstuk 9 Verklaring vergunningvrij bouwen |
|
|
|
2.9.1 |
Voor een schriftelijke verklaring dat een activiteit vergunningvrij is, bedraagt het |
|
|
|
tarief: |
|
€ 121,20 |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
|
|
Hoofdstuk 1 Exploitatievergunningen seksinrichtingen/escortbedrijven |
|
|
|
3.1.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een seks- |
|
|
|
inrichting of een escortbedrijf als bedoeld in artikel 3.3 van de Algemene |
|
|
|
Plaatselijke Verordening gemeente Landsmeer |
|
€ 2.375,85 |
3.1.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen |
|
|
|
van een aanvraag tot het overschrijven van een vergunning |
|
|
|
als bedoeld onder 3.1.1 |
|
€ 131,85 |
Hoofdstuk 2 Horeca |
|
|
|
3.2.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, van de |
|
|
|
Alcoholwet (Stb. 1964, 386) |
|
€ 386,10 |
3.2.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
voor het wijzigen van de persoon van de leidinggevende, niet zijnde |
|
|
|
de houder van de inrichting, op een verleende vergunning ingevolge artikel 3 |
|
|
|
van de Alcoholwet (Stb. 1964, 364) |
|
€ 85,05 |
3.2.3 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor |
|
|
|
het wijzigen van de inrichting op een verleende vergunning ingevolge |
|
|
|
artikel 3 van de Alcoholwet (idem als 3.2.2) |
|
€ 85,05 |
3.2.4 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een |
|
|
|
aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning ingevolge artikel 2:28 |
|
€ 386,10 |
|
van de Algemeen Plaatselijke Verordening. |
|
|
3.2.5 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
€ 59,70 |
|
tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 35 van de |
|
|
|
Alcoholwet. |
|
|
Hoofdstuk 3 Evenementen |
|
|
|
3.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van |
|
|
|
een vergunning ingevolge artikel 2.25 van de Algemene Plaatselijke |
|
|
|
Verordening Landsmeer voor het organiseren van een evenement: |
|
|
3.3.1.1 |
Voor een evenement met een commercieel karakter met minder dan |
|
|
|
1.000 deelnemers of bezoekers |
|
€ 109,50 |
3.3.1.2 |
Voor een evenement met een commercieel karakter met meer dan |
|
|
|
1.000 deelnemers of bezoekers |
|
€ 729,55 |
3.3.1.3 |
Voor een evenement met een commercieel karakter met meer dan |
|
|
|
5.000 deelnemers of bezoekers |
|
€ 4.291,45 |
Hoofdstuk 4 Winkeltijdenwet |
|
|
|
3.4.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.4.1.1 |
voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet (Stb. 1996, 182) |
|
|
|
of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet (Stb. 1996, 183) |
|
€ 35,60 |
3.4.1.2 |
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 3.4.1.1 |
|
|
|
bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander |
|
€ 35,60 |
3.4.1.3 |
tot het wijzigen van een in onderdeel 3.4.1.1 bedoelde ontheffing |
|
€ 35,60 |
Hoofdstuk 5 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|
|
|
3.5.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor |
|
|
|
een vent-, opkopers- of standplaatsvergunning om in de gemeente ijs, patates frites, |
|
|
|
vis,bloemen en dergelijke te mogen verkopen of het opkopen |
|
|
|
of ophalen van oude materialen voor een: |
|
|
3.5.1.a |
dag |
|
€ 8,95 |
3.5.1.b |
week |
|
€ 18,35 |
3.5.1.c |
maand |
|
€ 28,05 |
3.5.1.d |
jaar |
|
€ 102,70 |
3.5.1.e |
onbepaalde duur |
|
€ 166,30 |
3.5.2 |
Het tarief bedraagt voor het waarmerken van een opkopersregister, |
|
|
|
de kosten van het register niet meegerekend |
|
€ 21,25 |
3.5.3 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.5.3.1 |
voor een ontheffing van het algemeen sluitingsuur: |
|
|
3.5.3.1.a |
voor een dag: |
|
€ 43,25 |
3.5.3.1.b |
voor een jaar tot 1.00 uur |
|
€ 38,50 |
3.5.3.1.c |
voor een jaar tot 2.00 uur |
|
€ 183,20 |
3.5.3.1.d |
voor een jaar na 2.00 uur |
|
€ 279,65 |
3.5.4 |
tot het verstrekken van een nachtverblijfregister |
|
€ 18,30 |
3.5.5 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
|
|
voor een vergunning voor de verkoop van vuurwerk |
|
€ 44,05 |
3.5.6 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een reclamemelding als bedoeld in artikel 2.10 |
|
|
|
lid 7 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Landsmeer bedraagt voor: |
|
|
3.5.6.1 |
een niet-commercieel publieksevenement c.q. activiteit: |
|
€ 37,20 |
3.5.6.2 |
een commercieel publieksevenement c.q. activiteit: |
|
€ 123,55 |
3.5.7 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding voor het plaatsen van tijdelijke |
|
|
|
containers, bouwsteigers, chemische toiletten en (schaft)keten op of aan openbare plaatsen |
|
|
|
als bedoeld in artikel 2.10 lid 11 van de algemene plaatselijke verordening bedraagt: |
|
€ 37,20 |
Behoort bij collegebesluit van 28 november 2023 De griffier, |
|
|
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl