Verordening op de heffing en de invordering van lig- haven- en kadegelden 2024

Geldend van 29-12-2023 t/m heden

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lig- haven- en kadegelden 2024

De raad van de gemeente Doesburg;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 november 2023;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b van de Gemeentewet;

besluit

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van lig- haven- en kadegelden 2024

Artikel 1 Definities

  • a. haven: de haven inclusief afmeerplaatsen die in eigendom en beheer is bij de gemeente en in het haven- en kadereglement wordt omschreven als kade zuid, locatie Turfhaven;

  • b. vaartuig: een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen gebezigd wordt dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen, alsmede elk ander voorwerp, hoe dan ook genaamd, dat is vervaardigd dan wel bestemd of geschikt om als gevolg van hun drijfvermogen te water te worden gebruikt of bewaard;

  • c. schip: elk vaartuig, hoe ook genaamd en van welke grootte, inhoud, toerusting of inrichting;

  • d. passagier- en cruiseschip: een vaartuig dat een middel van openbaar vervoer is, of hoofdzakelijk gebezigd wordt voor het bedrijfsmatig vervoeren van personen;

  • e. pleziervaartuig: een vaartuig dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor de recreatie, niet zijnde een passagiersschip;

  • f. de schepencarrousel: organisatie van eigenaren van oude vrachtschepen, verbouwd tot woon- schepen, die zich met haar leden inzet voor behoud van het varend erfgoed;

  • g. bijboten: bootjes of sloepen die bij een vaartuig horen en daaraan met een vanglijn verbonden zijn;

  • h. camper: voertuig bedoeld om in te overnachten;

  • i. vaste ligplaats: een ligplaats die naar plaatselijk gebruik, zulks ter beoordeling van het college van burgemeester en wethouders, is bestemd voor het regelmatig afmeren of ter anker leggen van een vaartuig en die permanent ter beschikking wordt gesteld voor eenzelfde vaartuig;

  • j. overnachtings-passanten: eigenaar van een pleziervaartuig of camper die te kennen geeft ten- minste een nacht in de passantenhaven te willen verblijven, en daarvoor als vergoeding het hiervoor vastgestelde tarief aan liggeld en toeristenbelasting voldoet;

  • k. dag-passanten: eigenaar van een pleziervaartuig die te kennen geeft aan de hiervoor bestemde steiger aan te meren, en daarvoor als vergoeding het hiervoor vastgestelde tarief aan liggeld voldoet;

  • l. lengte: de afstand, gemeten tussen voorsteven en achtersteven, met inbegrip van uitstekende delen van het vaartuig;

  • m. breedte: de afstand op het grootspant, met inbegrip van uitstekende delen van het vaartuig;

  • n. laagseizoen: periode 1 november tot en met 31 maart;

  • o. hoogseizoen: 1 april tot en met 31 oktober;

  • p. jaar: kalenderjaar;

  • q. havenmeester: degene die door de gemeente als zodanig is aangesteld.

  • r. centrale computer: computer van het bedrijf waarmee de gemeente Doesburg een overeenkomst heeft afgesloten, bestemd voor de registratie van overnachtings- of dag- passanten met gebruik van een telefoon of een ander communicatiemiddel;

Artikel 2 Gebiedsomschrijving

Deze verordening is van toepassing binnen het gebied van de gemeente Doesburg, zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende kaart (Bijlage 2).

Artikel 3 Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam liggelden worden rechten geheven voor het gebruik en het innemen van de kade met cruise- en passagiersschepen.

  • 2. Onder de naam havengelden worden rechten geheven voor het gebruik en het innemen van een ligplaats met pleziervaartuigen en schepen van de Schepencarrousel.

  • 3. Onder de naam kadegelden worden rechten geheven voor het gebruik en het innemen van een overnachtingsplaats op de kade met campers.

Artikel 4 Belastingplicht

  • 1. De liggelden worden geheven van de schipper, de reder, de eigenaar van het cruise- of passagiers- schip, degene aan wie het cruise- of passagiersschip in gebruik is gegeven, dan wel degene die als vertegenwoordiger voor één van deze personen optreedt.

  • 2. De havengelden worden geheven van de eigenaar of gebruiker van:

    • a.

      een pleziervaartuig;

    • b.

      het schip van de Schepencarrousel.

  • 3. De kadegelden worden geheven van de eigenaar of gebruiker van de camper

Artikel 5 Vrijstellingen

De lig- en havengelden worden niet geheven voor

  • 1.

    vaartuigen in dienst van het rijk, de provincie, de gemeente of het waterschap.

  • 2.

    vaartuigen van de Koninklijke Marine.

  • 3.

    hospitaalschepen in gebruik als vakantieschepen ten behoeve van zieken- en gehandicapten (ziekengastschepen).

  • 4.

    bootjes of sloepen tot een vaartuig behorende en daaraan met een vanglijn verbonden.

  • 5.

    historische vaartuigen, niet bedoeld om op te wonen, die

    • a.

      staan ingeschreven in het Register Varend Erfgoed en daarvan het geldige bewijs kunnen overleggen;

    • b.

      een ligplaatsovereenkomst (vaste ligplaats in Doesburg) hebben.

Artikel 6 Maatstaf van heffing en tarieven

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en tarieven die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel (bijlage 1).

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemd tijdvak, eenheid of afmeting voor een geheel gerekend.

Artikel 7 Belastingtijdvak

  • 1. Met betrekking tot de rechten als bedoeld in artikel 3 en opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel die niet per jaar worden geheven, is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor de kade, lig- of overnachtingsplaats wordt ingenomen, dan wel gelijk aan de periode van het laag- of hoogseizoen.

  • 2. Met betrekking tot de rechten als bedoeld in artikel 3 en opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel die per jaar worden geheven, is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De rechten als bedoeld in artikel 7 lid 1 is zijn verschuldigd zodra het gebruik van de kade, ligplaats of overnachtingsplaats begint.

  • 2. De rechten als bedoeld in artikel 7 lid 2 is zijn verschuldigd bij de aanvang van het tijdvak waarover deze worden geheven.

Artikel 9 Wijze van heffing

  • 1. De rechten genoemd in artikel 4, leden 2a en 3, worden geheven bij wege van voldoening op aangifte.

  • 2. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het aanmelden als overnachtings- of dagpassant op de centrale computer op de daartoe bestemde wijze of het aanmelden bij de havenmeester direct na het innemen van een overnachtings- of passanten ligplaats of camperplaats.

  • 3. De overige rechten genoemd in artikel 4 worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 10 Termijnen van betaling

In afwijking artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 9:

  • a.

    mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

  • b.

    schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • c.

    langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die moge- lijkheid wordt geboden binnen 14 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

  • 4.
    • d.

      De rechten genoemd in artikel 4, leden 2a en 3, moeten overeenkomstig de aangifte worden betaald bij de aanvang van het in gebruik nemen van een overnachtings- of passanten ligplaats of camperplaats.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lig-, haven- en kadegelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Overgangsrecht

De Verordening op de heffing en de invordering van lig- haven en kadegelden 2023 van 22 december 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening lig- haven- en kadegelden 2024

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2023

De griffier,

J.B. Voorhof

De voorzitter,

drs. L.W.C.M. van der Meijs,

Bijlage Tarieventabel behorende bij de Verordening lig-, haven- en kadegelden 2024

Algemeen

De tarieven genoemd in Hoofdstuk 1, 2 en 4 van deze tabel zijn inclusief omzetbelasting. De tarieven genoemd in Hoofdstuk 3 zijn exclusief omzetbelasting.

Hoofdstuk 1 – tarieven liggeld (gebied B)

Het liggeld bedraagt voor:

Nummer

Omschrijving

2024

1.

cruise- en passagiersschepen per reservering

€17,60

én per strekkende meter (lengte)

a.

voor ten hoogste een half uur

€ 0,00

b.

voor een half uur tot maximaal 4 uur

€ 0,33

c.

voor 4 uur tot maximaal 8 uur (dagtarief)

€ 0,44

d.

voor 8 uur of langer (etmaal)

€ 0,77

2.

schepen bestemd voor vaartochten op de Oude IJssel, een vast bedrag per week

€44,00

3.

Voor het innemen van een ligplaats door pleziervaartuigen gedurende de dag

€ 5,50

Hoofdstuk 2 – tarieven havengeld (gebied C)

1.

per overnachting, per strekkende meter (lengte)

€ 1,76

2.

bij verkregen toestemming voor een vaste ligplaats een vast bedrag van

€75,90

én voor iedere vierkante meter

a.

in het hoogseizoen aan steiger parallel aan B. Ubbinkweg (zie bijlage 2)

€38,56

b.

in het laagseizoen

€24,86

c.

voor een jaar (jaarplaats): steiger parallel aan B. Ubbinkweg (zie bijlage 2)

€51,04

3.

schepen van de Schepencarrousel:

a.

een vast bedrag per week exclusief stroomverbruik

€27,94

b.

voor stroomverbruik een vast bedrag per week

€14,85

Hoofdstuk 3 – tarieven kadegeld (gebied D)

Het kadegeld bedraagt voor campers per overnachting

a.

Gedurende het hoogseizoen (1 april t/m 31 oktober)

€13,20

b.

Gedurende het laagseizoen (1 november t/m 31 maart

€ 6,60

Hoofdstuk 4 – tarief afname stroom en water, afgifte van huishoudelijk afval in 30 liter zakken

1.

Inname elektra (met betaalapp) per kWh

€ 0,88

2.

Inname drinkwater (met betaalapp) per 100 liter

€ 0,66

3.

Afgifte van huishoudelijk afval in 30 l zakken (met betaalapp)

€ 1,10

Behoort bij raadsbesluit van 21 december 2023.

De griffier van Doesburg,

J.B. Voorhof