Verordening Meedoen is Belangrijk 2024

Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening Meedoen is Belangrijk 2024

De raad van de gemeente Oss;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2023;

gelet op het advies van de raadscommissie van datum;

gelet op artikel 108 en artikel 147 van de Gemeentewet;

overwegende dat het voor personen met een minimum inkomen, zowel volwassenen als kinderen die voltijd onderwijs volgen, wenselijk is de financiële belemmeringen te verminderen of zoveel mogelijk op te heffen voor deelname aan sociaal, culturele, sportieve en educatieve activiteiten;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening Meedoen is Belangrijk 2024

Hoofdstuk 1 Algemene Bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

  • 2. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      rechthebbende: de inwoner van Oss van 18 jaar en ouder, niet zijnde een student, die een inkomen heeft dat gelijk is aan of minder dan 120 % van de voor hem geldende bijstandsnorm en van wie het vermogen niet hoger is dan de vermogensgrens als bedoeld in artikel 34, derde lid van de Participatiewet;

    • b.

      burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders;

    • c.

      kinderen: de ten laste komende, in Nederland woonachtige, eigen kinderen of stiefkinderen, jonger dan 18 jaar;

    • d.

      subsidiejaar: tijdvak van een jaar;

    • e.

      student: studerende van 18 jaar en ouder die recht heeft op studiefinanciering op grond van de WSF of de Wtos;

    • f.

      tegemoetkoming: de bijdrage die op grond van deze verordening verstrekt kan worden;

    • g.

      inkomen: het inkomen zoals bedoeld in artikel 31, eerste lid, artikel 32 en artikel 33 van de Participatiewet.

    • h.

      vermogen: het vermogen zoals bedoeld in artikel 34 van de Participatiewet.

Hoofdstuk 2 Tegemoetkomingen

Artikel 2. Sociale, culturele en sportieve activiteiten

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan een rechthebbende een tegemoetkoming verstrekken in de kosten van deelname aan sociale, culturele en sportieve activiteiten.

  • 2. De tegemoetkoming bedraagt:

    • a.

      voor kinderen vanaf de geboorte tot en met het basisonderwijs € 175,- per persoon per subsidiejaar.

    • b.

      voor kinderen vanaf het voortgezet onderwijs tot en met 17 jaar € 250,- per persoon per subsidiejaar.

    • c.

      voor personen vanaf 18 jaar € 175,- per persoon per subsidiejaar.

  • 3. Verificatie van de gemaakte kosten vindt op verzoek plaats door het tonen van bewijzen.

Artikel 3. Schoolkosten

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan een rechthebbende een tegemoetkoming verstrekken in de schoolkosten voor de ten laste komende kinderen die voltijd (speciaal) dagonderwijs volgen.

  • 2. De tegemoetkoming bedraagt:

    • a.

      voor het basisonderwijs € 50,- per kind per subsidiejaar.

    • b.

      vanaf het voortgezet onderwijs tot en met 17 jaar € 400,- per kind per subsidiejaar.

    • c.

      voor het overgangsjaar van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs € 600,- per kind. Deze tegemoetkoming is eenmalig en is in plaats van de in sub a en b genoemde bedragen.

  • 3. Verificatie van daadwerkelijk gemaakte schoolkosten vindt op verzoek plaats door inzage in het inschrijvingsbewijs van de betreffende school.

Artikel 4. Zwemlessen

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan een rechthebbende een tegemoetkoming verstrekken voor de kosten van zwemlessen voor de ten laste komende kinderen vanaf 5 jaar tot groep 7 van de basisschool als zij niet over het zwemdiploma A beschikken.

  • 2. De tegemoetkoming wordt vastgesteld op basis van een vast afgesproken tarief. De kosten worden vergoed voor minimaal diploma A en maximaal diploma B of vergelijkbaar.

  • 3. De tegemoetkoming eindigt wanneer het kind in groep 7 zit. Vanaf dan kunnen de ouders een beroep doen op de vangnetregeling van de gemeente Oss.

  • 4. De tegemoetkoming wordt aan rechthebbende in natura verstrekt met een zwemvoucher en wordt rechtstreeks betaald aan de door de gemeente gecontracteerde zwemscholen.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 5. Beleid

Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen.

Artikel 6. Indexering

De bedragen in de verordening kunnen jaarlijks worden geïndexeerd.

Artikel 7. Rechtmatigheid

Burgemeester en wethouders controleren periodiek de rechtmatigheid van de verstrekkingen. Hierbij wordt uitgegaan van het beginsel risicoanalyse dat aan het concept Hoogwaardig Handhaven ten grondslag ligt. De wettelijke grondslag hiervoor is de Handhavingsverordening. De in deze verordening aan burgemeester en wethouders geformuleerde opdracht tot het stellen van nadere regels voor de uitvoering is van overeenkomstige toepassing op de verordening Meedoen is belangrijk.

Artikel 8. Terugvordering

In geval van ten onrechte uitgekeerde tegemoetkoming wordt aangesloten bij de regels uit paragraaf § 6.2 en § 6.4 van de Participatiewet.

Artikel 9. Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen ten gunste van de rechthebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2024.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening Meedoen is Belangrijk 2024”.

  • 3. De verordening Meedoen is belangrijk 2020, vastgesteld in de vergadering van 16 april 2020 wordt ingetrokken op de dag van inwerkingtreding als bedoeld in het eerste lid.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 14 december 2023.

De gemeenteraad voornoemd,

De griffier,

drs. P.H.A. van den Akker

De voorzitter,

drs. W.J.L. Buijs-Glaudemans

ALGEMENE TOELICHTING

Meedoen aan de samenleving is belangrijk. Deze verordening regelt diverse voorzieningen die de gemeente Oss voor minima heeft.

ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1.Begripsbepalingen

Voor de bepaling van de geldende 120% norm gelden uitzonderingen. Zo is de kostendelersnorm niet van toepassing en wordt er hierbij worden uitgegaan van de norm die zou gelden als men geen kostendeler zou zijn. Daarnaast worden de 120% normen bij verblijf in instelling bepaald door de zak- en kleedgeldnorm + 20% van de alleenstaandennorm/gehuwdennorm, afhankelijk van de leefvorm.

Voor het vaststellen van het inkomen en vermogen wordt aangesloten bij § 3.4 van de Participatiewet.

Voor het bepalen wie tot de ten laste komende kinderen behoren, wordt aangesloten bij artikel 4 eerste lid onder d en e van de Participatiewet.

Artikel 2.Sociale, culturele en sportieve activiteiten

Per persoon verstrekken burgemeester en wethouders per subsidiejaar nooit meer dan de bedragen genoemd onder artikel 2 lid 2 van deze verordening.

Nieuw is dat deze bedragen hoger zijn voor de groep vanaf het voortgezet onderwijs tot en met 17 jaar. Door de tegemoetkoming voor deze groep te verhogen geven we gehoor aan de aanbevelingen uit de minimaeffectrapportage van het NIBUD uit 2022. Hierin wordt geconcludeerd dat gezinnen met oudere kinderen meer moeite hebben om rond te komen.

De tegemoetkoming kan bijvoorbeeld betrekking hebben op activiteiten zoals het bezoeken van pretparken of de bioscoop, deelname aan baby- of peuterzwemmen, bezoeken van een theater of musea, lidmaatschap van een bibliotheek of lidmaatschap van een sportschool of -vereniging. Op verzoek dienen bewijzen te worden aangetoond.

Artikel 3.Schoolkosten

Het gaat om kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 17 jaar die voltijd (speciaal) dagonderwijs volgen. Bij schoolkosten kan gedacht worden aan de aanschaf van leer- en overblijfmiddelen, excursies, verplichte sportkleding, ouderbijdrage en schoolfonds.

De tegemoetkoming voor kinderen op het basisonderwijs is vergeleken met de andere tegemoetkomingen lager, doordat de kosten op het basisonderwijs minimaal zijn. Een ouderbijdrage is vrijwillig en mag ook niet verplicht worden gesteld door basisscholen.

De eenmalige tegemoetkoming voor een kind in het overgangsjaar van basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs is verhoogd. Dit is een duur jaar voor veel ouders, door de vele extra (vaak eenmalige) kosten zoals een fiets, laptop en schooltas. Het verhogen van deze tegemoetkoming past bij de wens van de raad om alle leerlingen een goede start geven in het voortgezet onderwijs.

Artikel 4.Zwemlessen

Zwemvaardigheid voor kinderen is niet alleen belangrijk om mee te kunnen doen, maar is ook belangrijk in het kader van de veiligheid. De rechthebbende ontvangt een zwemvoucher die ingeleverd kan worden bij een van de gecontracteerde aanbieders van zwemlessen. De gemeente betaalt de kosten van de zwemlessen rechtstreeks aan deze aanbieder.

De raad vindt het belangrijk dat alle kinderen een zwemdiploma kunnen behalen. Het afgesproken tarief met gecontracteerde zwemscholen biedt de mogelijkheid om minimaal diploma A (of vergelijkbaar) te kunnen behalen. Voor de kinderen vanaf groep 7 tot 18 jaar die nog geen zwemdiploma hebben, is er de vangnetregeling van de gemeente Oss. Dit is een passende voorliggende voorziening.

Artikel 5.Beleid

Geen nadere toelichting.

Artikel 6.Indexering

Het college kan de tegemoetkomingen in deze verordening indexeren. Als in de komende jaren indexering plaats zal vinden dient het college hierover te besluiten. Leidraad met betrekking tot de indexering is Schulinck Participatiewet (de juridische adviseur van Wolters Kluwer) evenals de adviezen van de VNG. De indexeringspercentages worden door Schulinck berekend aan de hand van de consumentenprijsindex voor alle huishoudens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Artikel 7.Rechtmatigheid

De claimbeoordeling van aanvragen zijn gebaseerd op risicoanalyse en heet ook wel een lean aanvraagproces. De inwoner geeft aan wat hij aanvraagt en verklaart of hij tot de kring van rechthebbenden behoort. De claimbeoordeling houdt in dat de aanvrager een juiste en volledige verklaring heeft afgelegd, waarna het besluit wordt genomen, kenbaar wordt gemaakt en tot betaling wordt overgegaan. De borging van de risico’s op onrechtmatige verstrekkingen wordt gerealiseerd door periodieke controles op basis van steekproeven.

Burgemeester en wethouders kunnen bewijzen van gemaakte kosten met betrekking tot alle soorten tegemoetkomingen uit deze verordening opvragen tot 2 jaar na datum van aanvraag. Uitzondering hierop zijn de bewijzen van kosten van zwemlessen.

Schoolkosten:

Verificatie is gebaseerd op BRP-gegevens en de inschrijvingen op basis van De leerplichtwet. Deze gegevens zijn al aanwezig en ter beschikking. Aan de belanghebbende hoeft zelf geen informatie te worden gevraagd omdat deze niets bijdraagt aan de bestaande mogelijkheden van doelmatige verificatie. De afdeling Werk Inkomen en Schuldhulpverlening kan de registers in het kader van de Leerplichtwet raadplegen voor sluitende controle op de rechtmatigheid.

Artikel 8.Terugvordering

Bij terugvordering van bijzondere bijstand gelden de bepalingen daarover uit de Participatiewet. Bij eventuele terugvordering van tegemoetkomingen op grond van hoofdstuk 2 zijn de terugvordering bepalingen van de Participatiewet van overeenkomstige toepassing. Dit ter bevordering van de eenduidigheid. Burgemeester en wethouders werken terug- en invordering van ten onrechte verstrekte uitkering nader uit in beleidsregels.

Artikel 9.Hardheidsclausule

Geen nadere toelichting.

Artikel 10.Inwerkingtreding en citeertitel

Geen nadere toelichting.