Verordening op de raadsvoorbereiding Ridderkerk 2023

Geldend van 29-12-2023 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 22-06-2023

Intitulé

Verordening op de raadsvoorbereiding Ridderkerk 2023

De raad van de gemeente Ridderkerk;

gelezen het voorstel van het presidium;

gelet op het bepaalde in artikel 82, eerste lid, en artikel 84 van de Gemeentewet;

BESLUIT:

vast te stellen de

Verordening op de raadsvoorbereiding Ridderkerk 2023

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      vergadering: de vergadering van de voorbereidende vergadering conform art 82 Gemeentewet;

    • b.

      vertegenwoordiger: het raadslid of het burgerlid dat een fractie in de vergadering vertegenwoordigt en als zodanig wordt geacht te zijn benoemd tot lid;

    • c.

      burgerlid; hij die mag deelnemen aan de vergadering, maar geen raadslid is;

    • d.

      voorzitter: voorzitter van een voorbereidende vergadering of diens vervanger;

    • e.

      griffier: griffier van de raad of de commissiegriffier;

    • f.

      presidium: het presidium zoals genoemd in het Reglement van orde van de raad.

    • g.

      wet: Gemeentewet

  • 2. Daar waar in de tekst sprake is van de mannelijke vorm kan ook de vrouwelijke vorm worden gelezen.

Hoofdstuk 2 Burgerleden

Artikel 2 Burgerleden

  • 1. Burgerlid namens een fractie is hij die daartoe is aangemeld door de fractievoorzitter.

  • 2. De artikelen 10, 11, 12 en 13 Gemeentewet zijn van toepassing op alle burgerleden.

  • 3. Vereist is dat het burgerlid bij de laatstgehouden gemeenteraadsverkiezingen geplaatst is op de geldig verklaarde lijst van kandidaten, waaruit ook de fractie voortkomt.

  • 4. Het vereiste in het derde lid geldt niet meer vanaf twee jaar vóór de volgende gemeenteraadsverkiezingen.

  • 5. Vanaf het in het vierde lid genoemde moment dient de aanmelding van de fractievoorzitter vergezeld te zijn van een ondertekend schrijven van het afdelingsbestuur van de partij, die de kandidatenlijst heeft ingediend. Uit het schrijven moet blijken dat de aanmelding wordt gesteund.

  • 6. Een burgerlid dient in handen van de raadsvoorzitter in een voorbereidende vergadering de volgende eed of de verklaring en belofte af te leggen:

    Ik zweer (verklaar) dat ik, om als burgerlid te kunnen optreden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in deze functie te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als burgerlid naar eer en geweten zal vervullen. Zo waarlijk helpe mij God Almachtig (Dat verklaar en beloof ik).

  • 7. Burgerleden die hun fractie vertegenwoordigen ontvangen per bijgewoonde vergadering de wettelijk voorgeschreven vergoeding.

  • 8. Het burgerlid zijn eindigt:

    • a.

      Als niet meer wordt voldaan aan het vereiste genoemd in het tweede lid.

    • b.

      Als de fractievoorzitter dit meedeelt.

    • c.

      Als de raadsperiode 2022-2026 eindigt.

  • 9. Bij een splitsing komen de burgerleden toe aan:

    • a.

      de fractie die de naam draagt die boven de kandidatenlijst stond of;

    • b.

      de door de splitsing ontstane fracties, in een verdeling waartoe de voorzitters van deze fracties onderling tot overeenstemming zijn gekomen. Deze verdeling geldt dan voor de rest van de raadsperiode.

Hoofdstuk 3 Raadsvoorbereiding

Artikel 3 Raadsvoorbereidende vergadering

  • 1. De raad bereidt zijn werkzaamheden voor in voorbereidende vergaderingen.

  • 2. Het presidium stelt jaarlijks het Schema raadsvergaderingen vast, met daarop aangegeven de voorbereidende vergaderingen. Uitgangspunt voor de aanvangstijd van de voorbereidende vergaderingen is het door het presidium vastgestelde tijdstip.

  • 3. Een voorbereidende vergadering komt voorts bijeen indien de voorzitter het nodig oordeelt of indien tenminste twee fracties schriftelijk met opgaaf van redenen daarom verzoeken.

  • 4. De vergaderingen zijn commissies in de zin van artikel 82 Gemeentewet. Het aantal en de benaming worden bepaald door de raad.

  • 5. Elke vergadering heeft zoveel mogelijk haar eigen onderwerpen waarover wordt overlegd en geadviseerd. Onderling verdelen de vergaderingen de onderwerpen.

  • 6. Bezwaarschriften worden niet eerst in een voorbereidende vergadering behandeld, maar direct in de gemeenteraad.

Artikel 4 Taken voorbereidende vergadering

Een voorbereidende vergadering heeft de volgende taken:

  • -

    het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel of onderwerp;

  • -

    het uitbrengen van advies aan de raad uit eigener beweging;

  • -

    voeren van overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door het college of de burgemeester verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur.

Artikel 5 Samenstelling

  • 1. Per te behandelen agendapunt laat een fractie zich vertegenwoordigen door maximaal twee vertegenwoordigers. Voor een agendapunt is één van hen de woordvoerder.

  • 2. De raadsfracties, die burgerleden kunnen hebben, mogen zich laten vertegenwoordigen door raadsleden en/of burgerleden.

  • 3. Elke aanwezige vertegenwoordiger heeft één stem.

Artikel 6 Voorzitter

  • 1. De voorzitter van een vergadering wordt door de raad uit zijn midden benoemd.

  • 2. De voorzitter is in deze functie geen vertegenwoordiger van een fractie en neemt niet deel aan de beraadslaging, tenzij de vergadering dit toestaat.

  • 3. De voorzitter is belast met:

    • a.

      het leiden van de vergadering;

    • b.

      het handhaven van de orde;

    • c.

      het doen naleven van deze verordening;

    • d.

      hetgeen deze verordening hem verder opdraagt.

  • 4. De voorzitter kan te allen tijde ontslag nemen. Hij doet daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat in op het moment dat er een opvolger is benoemd.

Artikel 7 Ondersteuning

  • 1. De ondersteuning voor de vergadering geschiedt door de griffie.

  • 2. De griffier heeft het recht, ter ondersteuning en advisering van de voorzitter en de vergadering, het woord te voeren.

Hoofdstuk 4 Aanwezigheid en deelname beraadslagingen

Artikel 8 Aanwezigheid en deelname beraadslaging

  • 1. Namens de voorzitter kan de griffier de burgemeester, één of meer wethouders en de gemeentesecretaris uitnodigen in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslagingen deel te nemen.

  • 2. Als de burgemeester of een wethouder bij een vergadering aanwezig wil zijn en wil deelnemen aan de beraadslagingen, doet hij hiertoe een verzoek aan de voorzitter via de griffier.

  • 3. De voorzitter neemt zo spoedig mogelijk een voorlopige beslissing op het verzoek.

  • 4. De vergadering kan bepalen dat anderen aanwezig mogen zijn en mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Hoofdstuk 5 Vergaderingen

Paragraaf 1 Voorbereidingen

Artikel 9 Oproep

  • 1. De voorzitter stelt ten minste 10 dagen vóór een vergadering de vertegenwoordigers op de hoogte van een oproep onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van de vergadering.

  • 2. Van de voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 87 van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden de vertegenwoordigers tegelijkertijd met de oproep op de hoogte gesteld.

  • 3. Als een aanvullende agenda met de daarop vermelde voorstellen wordt opgesteld, worden de vertegenwoordigers daarvan zo spoedig mogelijk vóór aanvang van de vergadering op de hoogte gesteld.

Artikel 10 De agenda

  • 1. De voorzitter stelt de agenda van de vergadering voorlopig vast.

  • 2. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de oproep, voor de aanvang van een vergadering, een aanvullende voorlopige agenda opstellen.

  • 3. Bij aanvang van de vergadering stelt de vergadering de agenda vast. Op voorstel van een vertegenwoordiger van een fractie of de voorzitter kan de voorbereidende vergadering bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren of de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.

  • 4. Wanneer de vergadering een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereid acht, kan zij aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies vragen. De vergadering bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

Artikel 11 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. De vergaderstukken worden actief digitaal openbaar gemaakt.

  • 2. Alleen de oproep en de agenda worden voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd.

  • 3. Indien voor stukken op grond van artikel 87 van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, zijn deze stukken via het raadsinformatiesysteem alleen vertrouwelijk te raadplegen door raadsleden, burgerleden en collegeleden.

Artikel 12 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt door aankondiging in de Blauwkai en door plaatsing op de internetsite van de gemeente ter openbare kennis gebracht.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats, alsmede de voorlopige agenda van de vergadering;

    • b.

      de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 14.

Paragraaf 2 Ter vergadering

Artikel 13 Quorum

Voor het laten doorgaan van een vergadering geldt geen quorum.

Artikel 14 Spreekrecht in voorbereidende vergaderingen

  • 1. Na de opening van de vergadering kunnen aanwezige insprekers gezamenlijk gedurende maximaal dertig minuten het woord voeren over onderwerpen die tot het takenpakket van de betreffende voorbereidende vergadering behoren.

  • 2. Het woord kan niet gevoerd worden over:

    • a.

      een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft open gestaan;

    • b.

      benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;

    • d.

      een onderwerp waarover inspreker reeds in de vorige vergadering heeft ingesproken.

    • e.

      een onderwerp waarover gelijktijdig ook in de andere vergadering wordt ingesproken.

  • 3. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit ten minste vóór 10.00 uur op de dag van de vergadering aan de griffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren.

  • 4. De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 5. Elke inspreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de insprekers als er meer dan zes sprekers zijn. De voorzitter kan tevens in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.

  • 6. De inspreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend. Inspreker richt zich tot de voorzitter. De voorzitter geeft vertegenwoordigers gelegenheid korte verhelderende vragen te stellen aan inspreker. De voorzitter of een vertegenwoordiger doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.

  • 7. Als een inspreker zich naar de mening van de voorzitter beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, kan de voorzitter hem het woord ontnemen.

Artikel 15 Besluitenlijst

  • 1. Van de vergadering wordt een korte besluitenlijst gemaakt.

  • 2. De vertegenwoordigers, de voorzitter, de burgemeester en de wethouders hebben het recht, een voorstel tot wijziging van de ontwerp-besluitenlijst te doen, als deze onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen gezegd of besloten is. Het voorstel dient te worden ingediend bij de griffier.

  • 3. Voorstellen tot wijziging van de nog vast te stellen besluitenlijst, worden vooraf aan de griffier kenbaar gemaakt.

  • 4. De vastgestelde besluitenlijst wordt door de griffier en de voorzitter ondertekend.

Artikel 16 Spreekvolgorde, -termijnen en -tijden

  • 1. De voorzitter bepaalt de spreekvolgorde.

  • 2. De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in één termijn, tenzij de vergadering anders beslist.

  • 3. De vergadering kan bepalen dat er spreektijden worden vastgesteld.

Artikel 17 Voorstellen van orde

  • 1. De voorzitter en iedere vertegenwoordiger kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde over de vergadering doen, dat kort kan worden toegelicht.

  • 2. Over een voorstel van orde beslist de vergadering terstond.

Artikel 18 Handhaving orde en schorsing

  • 1. De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering en is bevoegd, wanneer de orde op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 2. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

  • 3. De voorzitter is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

  • 4. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten.

  • 5. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;

    • b.

      een andere vertegenwoordiger hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

  • 6. Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

  • 7. De voorzitter kan een vergadering voorstellen aan een vertegenwoordiger die door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat de vertegenwoordiger de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan de vertegenwoordiger bovendien voor ten hoogste drie vergaderingen de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

Artikel 19 Advies

  • 1. Wanneer de voorzitter vaststelt, dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij de beraadslaging, tenzij de vergadering anders beslist.

  • 2. Nadat de beraadslaging is gesloten, beslist de vergadering of er een advies aan de raad wordt uitgebracht.

  • 3. De vertegenwoordigers beslissen op voorstel van de voorzitter over de inhoud van het advies.

  • 4. In het advies worden de standpunten van de vertegenwoordigers opgenomen.

  • 5. In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van stemmingen over de agendering, geheimhouding en met betrekking tot de orde.

Hoofdstuk 6 Lidmaatschap van andere organisaties

Artikel 20 Verantwoording

  • 1. Een lid van de raad, een wethouder of de burgemeester die door de gemeenteraad is aangewezen tot lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een ander gemeenschappelijk orgaan, ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, heeft het recht verslag te doen over zaken die in het algemeen bestuur als bedoeld aan de orde zijn.

  • 2. Wanneer een vertegenwoordiger of de voorzitter een persoon als bedoeld in het eerste lid ter verantwoording wenst te roepen of van hem inlichtingen wil ontvangen over ontwikkelingen bij het openbaar lichaam, wordt deze persoon door de voorzitter uitgenodigd voor de vergadering.

  • 3. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing op andere organisaties of instituties waarin de raad één van zijn leden heeft benoemd en op de rechtspersonen waarvan de gemeente aandeelhouder is en vertegenwoordigd wordt door de burgemeester of door een door hem gemandateerde.

Hoofdstuk 7 Besloten vergaderingen

Artikel 21 Algemeen

  • 1. Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

  • 2. Anders dan is bepaald in artikel 5, eerste lid, mogen besloten commissievergaderingen bezocht worden door alle raads- en burgerleden en kunnen alle aanwezigen vragen stellen.

Artikel 22 Besluitenlijst

  • 1. De concept-besluitenlijst van een besloten vergadering wordt niet verspreid, maar uitsluitend voor de raads-, burger- en collegeleden beschikbaar gesteld via het raadsinformatiesysteem.

  • 2. De concept-besluitenlijst wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de vergadering een beslissing over het al dan niet openbaar maken van de besluitenlijst. De vastgestelde besluitenlijst wordt door de griffier en de voorzitter ondertekend.

Artikel 23 Geheimhouding

Indien met gesloten deuren wordt vergaderd, geldt overeenkomstig artikel 23 van de Gemeentewet een verplichting tot geheimhouding omtrent informatie die in die vergadering ter kennis van de aanwezigen komt. De verplichting duurt voort, totdat de vergadering of de raad haar opheft.

Artikel 24 Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van artikel 89, vierde lid, van de Gemeentewet, voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, als de vergadering die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de vergadering overleg gevoerd.

Hoofdstuk 8 Oriënterende bijeenkomsten

Artikel 25 Algemeen

  • 1. De oriënterende bijeenkomsten zijn commissies in de zin van artikel 84 Gemeentewet.

  • 2. Het aantal en de namen van oriënterende bijeenkomsten worden bepaald door de raad.

  • 3. Deze bijeenkomsten hebben een informeel karakter en zijn gericht op het op interactieve wijze overdragen en verkrijgen van informatie.

  • 4. In de bijeenkomsten wordt geen bestuurlijke verantwoording afgelegd.

  • 5. De bijeenkomsten worden gehouden op verzoek van de raad, een voorbereidende vergadering of het college.

  • 6. De voorgaande artikelen gelden niet voor deze bijeenkomsten.

  • 7. Gespreksleiders zijn de voorzitters van de voorbereidende vergaderingen, zij mogen aan de bijeenkomsten deelnemen.

  • 8. De bijeenkomsten zijn openbaar en worden zo veel mogelijk vooraf bekend gemaakt in de Blauwkai met vermelding van het onderwerp.

  • 9. Alle raads- en burgerleden kunnen deelnemen aan de bijeenkomsten.

  • 10. De gespreksleider kan derden uitnodigen deel te nemen aan de bijeenkomsten.

  • 11. De uitnodiging, met overzicht van te behandelen onderwerpen, en eventuele stukken worden per mail verzonden aan alle raads- en burgerleden, het college en de betrokken ambtenaren en actief digitaal openbaar gemaakt via het raadsinformatiesysteem.

  • 12. Van de bijeenkomsten wordt geen besluitenlijst of verslag gemaakt.

  • 13. Aanwezige burgerleden ontvangen per bijgewoonde bijeenkomst de wettelijk voorgeschreven vergoeding.

Hoofdstuk 9 Apparatuur

Artikel 26 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.

Artikel 27 Gebruik communicatieapparatuur, tablets e.d.

In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik van communicatieapparatuur, tablets e.d. toegestaan, tenzij het, naar het oordeel van de voorzitter, de orde van de vergadering verstoort.

Hoofdstuk 10 Slotbepalingen

Artikel 28 Uitleg verordening

In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist de vergadering op voorstel van de voorzitter.

Artikel 29 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking met terugwerkende kracht vanaf 22 juni 2023.

  • 2. Op dat tijdstip vervalt de Verordening op de raadsvoorbereiding 2022, vastgesteld bij raadsbesluit van 2 juni 2022, raadsbesluitnr. 506107.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Ridderkerk van

18 december 2023

De griffier,

mr. J.G. van Straalen

De voorzitter,

dhr. C.A. Oosterwijk