Regeling vervallen per 01-01-2011

VERORDENING op de heffing en invordering van de liggelden Bataviahaven 2010

Geldend van 01-01-2010 t/m 31-12-2010

De raad van de gemeente Lelystad,

op voorstel van het college van de gemeente Lelystad d.d. 24 november 2009;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en de onderdelen a en b van de Gemeentewet;

B E S L U I T:

vast te stellen de navolgende

VERORDENING op de heffing en invordering van de

liggelden Bataviahaven 2010

(Verordening liggelden Bataviahaven Lelystad 2010).

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

a.Schip

Elk vaartuig met inbegrip van een vaartuig zonder waterverplaatsing en een watervliegtuig, gebruikt of geschikt om te worden gebruikt als een middel van vervoer te water; onder vaartuig wordt mede verstaan drijvende werktuigen, zoals kranen, baggermolens, pontons of materieel van soortgelijke aard, alsmede glijboten en ponten.

b.Passagiersvaartuig

Een vaartuig dat hoofdzakelijk gebruikt wordt of geschikt is voor het bedrijfsmatig vervoer van personen over het water, veerboten daaronder begrepen.

c.Charterschip

Een categorie passagiersvaartuigen, hoofdzakelijk gebruikt voor de chartervaart. Voor het overgrote deel betreft het zeilschepen met een traditioneel karakter. Een klein deel bestaat uit omgebouwde voormalige vrachtschepen, welke worden voortbewogen door een motor.

d.Pleziervaartuig

Een vaartuig dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor niet-bedrijfsmatige sportieve of recreatieve doeleinden.

e.Passanten

Belastingplichtigen voor ligplaatsen waarvoor geen abonnement is afgegeven ten behoeve van het vaartuig waarmee ligplaats wordt ingenomen.

Artikel 2. Belastbaar feit

Ter zake van het hebben van een ligplaats in de Bataviahaven en het in verband daarmee door of vanwege de gemeente verlenen van diensten wordt onder de naam "liggelden" rechten geheven.

Artikel 3. Belastingplicht

  • 1. Belastingplichtig is degene die een ligplaats heeft ingenomen, dan wel degene voor wie diensten als bedoeld in artikel 2 worden of zijn verricht.

  • 2. Bij voortgezet innemen van een ligplaats na afloop van de termijn waarvoor liggeld is voldaan, ontstaat opnieuw de belastingplicht.

Artikel 4. Vrijstelling

Het recht wordt niet geheven ter zake van:

  • a.

    het innemen van een ligplaats met een schip dat voor onderhoudswerkzaamheden aan gemeente-eigendommen wordt gebezigd;

  • b.

    het innemen van een ligplaats met een schip dat door charitatieve organisaties wordt gebruikt;

  • c.

    niet-commerciële evenementen georganiseerd door stichtingen zonder winstoogmerk, waarbij de organisatie van het evenement volledig uitgevoerd wordt door vrijwilligers.

Artikel 5. Belastinggrondslag

Voor de berekening van het recht wordt:

  • a.

    als lengte van een vaartuig aangemerkt de lengte over alles van het vaartuig met inbegrip van een vaste boegspriet, een papegaaienstok, het trimvlak en een roer, waarbij een gedeelte van een meter wordt gerekend voor een hele meter;

  • b.

    als breedte van een vaartuig aangemerkt de breedte over alles van het vaartuig met inbegrip van overhangen en balkons, waarbij een gedeelte van een meter wordt gerekend voor een hele meter;

  • c.

    als m² aangemerkt de hoeveelheid ingenomen wateroppervlakte, zijnde het product van de lengte en de breedte over alles; waarbij een gedeelte van een m² wordt gerekend voor een hele m².

Artikel 6. Tarieven

Het recht wordt geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 7. Verlaten ligplaats

Het college is gerechtigd de ligplaats die wordt ingenomen met een abonnement aan een ander schip toe te wijzen bij afwezigheid van het schip waarvoor het abonnement is afgegeven.

Artikel 8. Het belastingjaar

  • 1. Met betrekking tot de rechten genoemd in de bij deze verordening behorende tarieventabel die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot de overige rechten genoemd in de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor een ligplaats wordt ingenomen.

Artikel 9. Opzeggen recht

Ingeval een ligplaats wordt ingenomen voor een kalenderjaar en de gebruiker wenst deze ligplaats het volgende jaar niet in te nemen, dient deze gebruiker dit voor 1 november van het jaar voorafgaand aan het jaar dat hij van de ligplaats geen gebruik wenst te maken aan het college mede te delen. Indien de gebruiker niet voor bedoelde datum heeft opgezegd, wordt het recht voor het volgende kalenderjaar automatisch verlengd.

Artikel 10. Beëindiging belastingplicht

  • 1. Indien de belastingplicht, voor een vaartuig dat een ligplaats inneemt met een abonnementstarief voor een kalenderjaar, eindigt gedurende de periode waarvoor dat abonnement is verstrekt, wordt op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet ontheffing verleend over zoveel delen van het recht als er nog volle kalenderkwartalen in de periode van dat abonnement resteren.

  • 2. Indien de belastingplicht, voor een vaartuig dat een ligplaats inneemt met een abonnementstarief voor een zomer- of winterperiode, eindigt gedurende de periode waarvoor dat abonnement is verstrekt, wordt op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet ontheffing verleend over zoveel delen van het recht als er nog volle maanden in de periode van dat abonnement resteren.

Artikel 11. Wijze van heffing en termijnen van betaling

  • 1. Het recht wordt geheven bij wege van een mondelinge dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een gedagtekende bon, nota of ander schriftuur, waarop het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

  • 2. Het recht is verschuldigd zodra een ligplaats wordt ingenomen en moet worden betaald op het moment van de mondelinge kennisgeving of het uitreiken van de kennisgeving, dan wel in het geval van toezending van de kennisgeving binnen dertig dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 3. Bij voortgezet verblijf na afloop van de termijn waarover liggeld is betaald begint een nieuwe termijn en is met betrekking tot deze nieuwe termijn het recht opnieuw verschuldigd, alsdan dient betaling opnieuw overeenkomstig lid 2 plaats te vinden. Een en ander laat onverlet het verbod van voortzetting van de termijn door passanten, zoals dat is bepaald in de Havenverordening Bataviahaven 2001.

  • 4. Abonnementen dienen te worden betaald binnen dertig dagen na dagtekening van de nota.

  • 5. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de leden 2 tot en met 4 van dit artikel gestelde termijnen.

Artikel 12. Kwijtschelding

Bij de invordering van de liggelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13. Nadere regels door het college van de gemeente Lelystad

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de liggelden.

Artikel 14. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening liggelden Bataviahaven 2009" van 4 december 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2010.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 april 2010.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening liggelden Bataviahaven 2010.

Lelystad, 15 december 2009.

De raad van de gemeente Lelystad,

de griffier, de voorzitter,

Tarieventabel Bataviahaven Lelystad 2010, behorende bij de Verordening Liggeld Bataviahaven 2010

Geldig vanaf 1 april 2010. Prijzen inclusief 19% omzetbelasting.

tarief

omschrijving

Categorie

periode

berekenings-grondslag

eenheid

prijs per eenheid

1

charterschepen

Passant

abonnement (voor 1 winter-maand, van 1 november tot 1 april)

abonnement (gehele winter, van 1 november tot 1 april)

abonnement (gehele zomer, van 1 april tot 1 november)

abonnement (jaar)

dagdeelpassant (maximaal 4 uren tot uiterlijk 17:00 uur)

weekabonnement

dag, zijnde een tijdvak van maximaal 24:00 uur, gerekend vanaf 12:00 uur

aaneengesloten periode van 30 of 31 dagen (afhankelijk van de “startmaand”)

winter, van 1 november tot 1 april

zomer, van 1 april tot 1 november

kalenderjaar

dagdeel (maximaal 4 uren of een gedeelte daarvan voor 17:00 uur)

lengte

lengte

lengte

lengte

lengte

lengte

lengte

m

m

m

m

m

m

m

€ 1,00

€ 5,90

€ 24,45

€ 57,10

€ 81,60

€ 0,60

€ 4,30

2

Overige passagiersvaartuigen

2.1 passant

2.2 dagdeelpassant (maximaal 4 uren tot uiterlijk 17:00 uur)

2.3 reserveringskosten passagiersschepen per aanlanding

dag, zijnde een tijdvak van maximaal 24:00 uur, gerekend vanaf 12:00 uur

dagdeel (maximaal 4 uren of een gedeelte daarvan voor 17:00 uur)

lengte

lengte

aanlanding

m

m

€ 1,00

€ 0,60

€ 88,25

3

pleziervaartuigen

3.1 passant

dag, zijnde een tijdvak van maximaal 24:00 uur, gerekend vanaf 12:00 uur

lengte

m

€ 1,30

Voor multi-hulls geldt een toeslag op het recht van 50%

4

verhaalswerkzaam-heden

4.1 Indien voor een ligplaats, door nalatigheid van de belastingplichtige door of vanwege de gemeente verhaalswerkzaamheden moeten worden verricht, worden de hiervoor vermelde rechten verhoogd met € 85,50 per uur dat deze verhaalswerkzaamheden in beslag nemen, waarbij een gedeelte van een uur voor een vol uur wordt gerekend.

Lelystad, 15 december 2009.

Mij bekend,

de griffier van de gemeente Lelystad,