Liggeldverordening centrum Stadskanaal 2024

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-05-2024

Intitulé

Liggeldverordening centrum Stadskanaal 2024

De raad van de gemeente Stadskanaal;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2023 nr. Z-22-100469/D/23/298275;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de

Liggeldverordening centrum Stadskanaal 2024.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    vaartuig: een vervoermiddel dat bestemd of ingericht is voor het vervoer over water van personen en of goederen, dan wel een drijvend werktuig, niet zijnde een woonschip;

  • b.

    historisch vaartuig: een vaartuig dat als varend monument is opgenomen in het Register Varend Erfgoed Nederland van de Stichting Federatie Varend Erfgoed Nederland (FVEN);

  • c.

    gebruiker: de houder of bezitter van een vaartuig dat een ligplaats inneemt;

  • d.

    openbaar water: het water van het Stadskanaal tussen de Buinersluis en het Drouwenermond te Stadskanaal;

  • e.

    ligplaats: een gedeelte van het openbaar water dat door een vaartuig mag worden ingenomen;

  • f.

    innemen ligplaats: het gebruik van een gedeelte van een gemeentelijke ligplaats.

  • g.

    dag: een aaneengesloten periode van vierentwintig uren of een gedeelte daarvan die aanvangt en eindigt om 17.00 uur;

  • h.

    zomerseizoen: de periode van 1 mei tot en met 30 september in een bepaald kalenderjaar;

  • i.

    winterseizoen: de periode van 1 oktober tot en met 30 april in een bepaald kalenderjaar;

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘’liggeld’’ wordt ten behoeve van de gemeente een recht geheven voor het innemen van een ligplaats aan het Stadskanaal in het centrum van Stadskanaal en het (eventuele) genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten overeenkomstig de bepalingen van deze verordening.

Artikel 3 Toepassing

  • 1.

    Deze verordening is van toepassing op het openbaar vaarwater van het Stadskanaal (het kanaal) in het centrum van Stadskanaal. Het betreft het kanaal tussen de Buinersluis en het Drouwenermond te Stadskanaal.

  • 2.

    Voor de ligplaatsen gelden de begrenzingen als aangegeven op de bij deze verordening behorende ligplaatsenkaart.

  • 3.

    Het is verboden met een vaartuig een ligplaats in te nemen of te hebben dan wel een ligplaats voor een vaartuig beschikbaar te stellen buiten de in de ligplaatsenkaart - als bedoeld in artikel 3, lid 2 - aangewezen gedeelten van het Stadskanaal.

Artikel 4 Belastingplicht

Belastingplichtig is de gebruiker van een vaartuig dat een ligplaats inneemt in het in artikel 3 genoemde water.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

  • 1.

    Als grondslag voor de berekening van het verschuldigde bedrag geldt voor een vaartuig het aantal strekkende meters van het vaartuig.

  • 2.

    Een gedeelte van een strekkende meter wordt gerekend voor een hele.

  • 3.

    Als maatstaf van heffing geldt het aantal dagen gedurende welke de ligplaats wordt ingenomen. Een gedeelte van een dag wordt voor een gehele dag gerekend (geldend vanaf 17.00 uur).

  • 4.

    Het recht wordt geheven naar het tarief opgenomen in artikel 6, met inachtneming van:

    • a.

      de lengte in strekkende meters van het vaartuig waarmee de ligplaats wordt ingenomen;

    • b.

      de periode gedurende welke een ligplaats wordt ingenomen.

Artikel 6 Tarief

  • 1.

    Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt geheven naar de volgende tarieven, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 5:

    • a.

      voor een ligplaats gedurende het zomerseizoen €1,50 per meter per dag, met een minimum van €10,00 per dag, of €375,00 per zomerseizoen;

    • b.

      voor een ligplaats gedurende het winterseizoen €175,00 per vaartuig, ongeacht de lengte;

  • 2.

    De in lid 1 genoemde tarieven zijn inclusief BTW en toeristenbelasting.

  • 3.

    De tarieven voor een ligplaats zijn exclusief de tarieven voor voorzieningen zoals water, stroom, etc. Hiervoor gelden de dan geldende tarieven.

Artikel 7 Wijze van heffing

Het liggeld bedoeld in artikel 6 wordt geheven door middel van het AanUit.net systeem. Dit systeem berekent de totale kosten van het verblijf en verbruik.

Artikel 8 Belastingtijdvak

  • 1.

    Het belastingtijdvak is een dag, of als dat langer is, de in het kalenderjaar gelegen aaneengesloten periode gedurende welke het belastbaar feit zich voordoet.

  • 2.

    Indien na afloop van de door de belastingplichtige opgegeven periode het gebruik van de ligplaats wordt voortgezet, vangt met ingang van de dag waarop die voortzetting plaatsvindt een nieuw belastingtijdvak aan.

Artikel 9 Verschuldiging

  • 1.

    Het liggeld is verschuldigd - behoudens de in artikel 10 genoemde vrijstellingen - zodra het vaartuig ligplaats heeft ingenomen.

  • 2.

    Het liggeld is hoofdelijk verschuldigd door de gebruiker van het vaartuig of door degene, die als gemachtigde hiervan optreedt, met dien verstande, dat betaling door de één de anderen hiervan vrijwaart.

  • 3.

    De betaling wordt voldaan aan het einde van de maand door eenmalige automatische incasso of kan worden betaald via iDeal, Mr. Cash, Sofort of Creditcard (Mastercard of VISA).

Artikel 10 Vrijstellingen

Liggelden worden niet geheven ter zake van:

  • a.

    historische vaartuigen die zijn opgenomen in het register van de FVEN;

  • b.

    kleine vaartuigen tot drie meter lengte en twee meter breedte doch uitsluitend indien deze boten in eigendom zijn van een inwoner van de gemeente Stadskanaal.

  • c.

    de Snikke ‘’Dieverdoatsie’’;

  • d.

    het ontschepen van zieken of doden;

  • e.

    vaartuigen die worden gebruikt ten behoeve van het onderhoud en verbetering van de in deze verordening bedoelde vaarwateren en of kades;

  • f.

    vaartuigen die dienst doen als hospitaalschepen;

  • g.

    vaartuigen die ten gevolge van ijsgang of andere weersomstandigheden gedwongen zijn langer dan strikt noodzakelijk voor het laden en lossen te blijven liggen;

  • h.

    een vaartuig dat eigendom is van de gemeente Stadskanaal.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van liggeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels

  • 1.

    Het college van burgemeesters en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van liggelden.

  • 2.

    Een ieder die een ligplaats inneemt dient zich bekend te maken middels de AanUit.net applicatie of in overleg met de brugbediening.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 mei 2024.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 mei 2024.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als: ‘’Liggeldverordening centrum Stadskanaal 2024’’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 27 november 2023.

De raad

de heer H.R. Kastermans

plv. raadsgriffier

Bijlage 1

Ligplaatsenkaart, centrum Stadskanaal

afbeelding binnen de regeling