Verordening op de heffing en invordering van leges Noord-Holland 2024

Geldend van 28-12-2023 t/m heden

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges Noord-Holland 2024

Provinciale Staten van Noord-Holland;

gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten;

gelet op artikelen 220, 220a, 223 1ste lid letter b en 225 van de Provinciewet en artikel 13.1 van de Omgevingswet;

overwegende dat de verordening en de daarbij behorende dient te worden gewijzigd vanwege de inwerkingtreding van de Omgevingswet:

besluiten vast te stellen:

de verordening op de heffing en invordering van leges Noord-Holland 2024 en de bijhorende Legestarieventabel 2024

Artikel 1 Begrippenkader

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    leges: de rechten die worden geheven ter zake van het genot van de door of vanwege het Provinciebestuur verleende diensten bedoeld in deze verordening en de tarieventabel.

  • b.

    tarieventabel: de Legestarieventabel.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “leges” worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel

Artikel 3 Belastingplichtig

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Instemming

  • 1. Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van de tarieventabel bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

    • a.

      Het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit

      Waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

    • b.

      Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 5 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 6 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de heffingsmaatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als volle eenheid aangemerkt.

  • 3. Bijkomende door de provincie te maken kosten worden in rekening gebracht bij de aanvrager, mits de aanvrager voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag daarover wordt geïnformeerd.

  • 4. Als het tarief of het verschuldigde bedrag is gebaseerd op een begroting van de kosten wordt:

    • a.

      die begroting van de kosten voorafgaand aan het in behandeling van de aanvraag aan de aanvrager medegedeeld;

    • b.

      de aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aan vrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk door de aanvrager is ingetrokken.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1. De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg.

  • 2. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van een schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

  • 3. De leges kunnen worden geheven bij voorlopige aanslag tot ten hoogste het bedrag waarop de aanslag vermoedelijk zal worden vastgesteld.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, 1ste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk dan wel elektronisch wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving dan wel in geval van toezending daarvan binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

  • 2. Indien de te heffen leges meer dan € 5000, -- bedragen kunnen de leges worden betaald in vier gelijke termijnen, waarbij de eerste termijn vervalt 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving en elke volgende termijn telkens 30 dagen later.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Teruggaaf

  • 1. Als het college van Gedeputeerde Staten op grond van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen vergunning is vereist, vindt op verzoek van de aanvrager teruggaaf van het betaalde bedrag plaats ter hoogte van 85% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

  • 2. Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, vindt op verzoek van de aanvrager teruggaaf van het betaalde bedrag plaats ter hoogte van 85% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

  • 3. Als een aanvrager zijn aanvraag om een vergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift bij een reguliere aanvraag op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is, geheel of gedeeltelijke intrekt terwijl het college van Gedeputeerde Staten daarover nog geen besluit heeft genomen, vindt op verzoek van de aanvrager teruggaaf van een deel van het betaalde bedrag plaats.

  • De teruggaaf bedraagt:

    • a.

      bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen 4 weken na de indiening van de aanvraag 75% van de voor de activiteit verschuldigde leges waarvoor de aanvraag is ingetrokken;

    • b.

      bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 4 weken tot 6 weken na de indiening van de aanvraag 50% van de voor de activiteit verschuldigde leges waarvoor de aanvraag is ingetrokken;

    • c.

      bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 6 weken na de indiening van de aanvraag 25% van de voor de activiteit verschuldigde leges waarvoor de aanvraag is ingetrokken;

  • 4. Als een aanvrager zijn aanvraag om een vergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift bij een uitgebreide aanvraag op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is, geheel of gedeeltelijke intrekt terwijl het college van Gedeputeerde Staten daarover nog geen besluit heeft genomen, vindt op verzoek van de aanvrager teruggaaf van een deel van het betaalde bedrag plaats.

  • De teruggaaf bedraagt:

    • a.

      bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen 6 weken na de indiening van de aanvraag 75% van de voor de activiteit verschuldigde leges waarvoor de aanvraag is ingetrokken;

    • b.

      bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 6 weken tot 18 weken na de indiening van de aanvraag 50% van de voor de activiteit verschuldigde leges waarvoor de aanvraag is ingetrokken;

    • c.

      bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf 18 weken na de indiening van de aanvraag 25% van de voor de activiteit verschuldigde leges waarvoor de aanvraag is ingetrokken;

  • 5. Als het college van Gedeputeerde Staten een verleende vergunning intrekt op verzoek van de vergunninghouder, vindt op verzoek van de aanvrager teruggaaf van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges plaats ter hoogte van 25%, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

  • 6.

    • a.

      Als het college van Gedeputeerde Staten een vergunning weigeren, vindt op verzoek van de aanvrager teruggaaf plaats ter hoogte van 25% van de verschuldigde leges van de voor de activiteit waarvoor de vergunning is geweigerd.

    • b.

      onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechtelijke uitspraak.

  • 7. Teruggaaf vindt niet plaats als het verschuldigde leges minder bedragen dan € 300,00.

  • 8. De teruggaafregeling bedoeld in de voorgaande leden heeft geen betrekking op de kosten zoals bedoeld in artikel 5, derde lid.

  • 9. Een verzoek tot teruggaaf wordt ingediend bij de inspecteur der provinciale belastingen

Artikel 11 Overdracht van bevoegdheden

Het college van Gedeputeerde Staten is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel, als de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving, die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De legesverordening 2023 en de daarbij behorende tarieventabel wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, 2de lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, 2de lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het 1ste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening met de daarbij behorende tarieventabel 2024 treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Legesverordening Noord-Holland 2024”.

Ondertekening

Haarlem, 11 december 2023

Provinciale Staten van Noord-Holland,

A.T.H. van Dijk, voorzitter

K. Bolt, statengriffier

Bijlage 1 TARIEVENTABEL 2024

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen in het kader van de Omgevingswet

Artikel

 

1.1

Enkel- en meervoudige aanvragen

1.1.1

De tarieven in de tarieventabel gelden voor een enkelvoudige aanvraag om een omgevingsvergunning

1.1.2.

Bij een meervoudige aanvraag worden de tarieven van elke afzonderlijke activiteit bij elkaar opgeteld.

1.1.3

Bij een magneetactiviteit wordt het tarief verhoogd met de kosten voor een advies met instemming, die door een ander bestuursorgaan bij Gedeputeerde Staten in rekening worden gebracht.

1.2

Reguliere of uitgebreide voorbereidingsprocedure

1.2.1

De tarieven in de tarieventabel gelden voor een aanvraag waarop de reguliere voorbereidingsprocedure van toepassing is

1.2.2

Voor een aanvraag waarop afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geldt een toeslag van € 2.675, -

1.3

Coördinatieregeling

1.3.1

Als de aanvrager verzoekt om toepassing van de coördinatieregeling, bedoeld in artikel 16.7 van de Omgevingswet in verbinding met afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht geldt een toeslag van € 25.000, -

1.3.2

Als de aanvrager verzoekt om toepassing van een koepelconcept of coördinatiebesluit als bedoeld in artikel 16.8 van de Omgevingswet in verbinding met afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht geldt een toeslag van € 35.000,00

Hoofdstuk 2 Dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving /omgevingsverordening

Artikel

 

2.1

Begripsbepalingen

2.1.1.

Tenzij in deze verordening of deze tarieventabel anders is bepaald, zijn op dit hoofdstuk de begripsbepalingen van toepassing die zijn opgenomen in:

a.

de bijlage, bedoeld in artikel 1.1. van de Omgevingswet;

b.

bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal);

c.

bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving;

d.

bijlage I bij het besluit kwaliteit leefomgeving;

e.

bijlage I bij het Omgevingsbesluit;

f.

artikel I.I. van de Omgevingsverordening Noord-Holland;

g.

de bijlage bij het Omgevingsplan;

2.1.2.

tenzij in deze verordening of deze tarieventabel anders is bepaald, hebben de in dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan onder 1.1.1. bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

2.1.3

In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling wordt onder bouwkosten verstaan:

2.1.3.1

Aanlegkosten:de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, exclusief omzetbelasting. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.3.2.

Bouwkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2699, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.3.3.

Tijdelijk bouwwerk: In afwijking van artikel 2.1.3.2 geldt als grondslag voor de vaststelling van de bouwkosten voor een tijdelijk bouwwerk:

2.1.3.3.1

indien het een bouwwerk betreft dat qua constructie niet bedoeld is om verplaatsbaar te zijn, de aannemingssom dan wel een raming van de bouwkosten vastgesteld als omschreven in artikel 2.1.3.2

2.1.3.3.2.

indien het een gehuurd bouwwerk betreft dat qua constructie bedoeld is om verplaatsbaar te zijn, de plaatsingskosten vermeerderd met de huurkosten van het bouwwerk berekend over de beoogde instandhoudingtermijn. Deze kosten zijn exclusief de omzetbelasting;

2.1.3.3.3

indien het niet een gehuurd bouwwerk betreft dat qua constructie bedoeld is om verplaatsbaar te zijn, de som van de plaatsingskosten en de aanschaf-, leverings- en (ver)bouwkosten van het bouwwerk. Deze kosten zijn exclusief de omzetbelasting;

2.1.3.4.

Sloopkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, exclusief omzetbelasting. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

Artikel

 

Tarief 2024

2.2

Voorfase/Omgevingsoverleg

 

2.2.1

Als een aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over één of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

 
 
  • a.

    voor het eerste overleg;

€ 580,00

 
  • b.

    voor elk volgend overleg;

€ 350,00

 
  • c.

    per in te schakelen externe adviseur verhoogd met

€ 600,00

2.2.2

indien volgend op het omgevingsoverleg als bedoeld onder 2.2.1 binnen één jaar voor hetzelfde plan of besluit een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk vaststellen, herzien, wijzigen of uitwerken van het inpassings- of wijzigingsplan in behandeling wordt genomen, wordt het op grond van artikel 2.2.1. betaalde bedrag(en) verrekend met de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken voor het bouwen van een bouwwerk als bedoeld onder 2.3.

 

2.3

Bouwactiviteit (bouwtechnisch deel)

 
 

Een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, voor een bouwactiviteit of een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 1ste lid, onder a, van de Omgevingswet voor een omgevingsplanactiviteit, die betrekking heeft op een bouwwerk gecombineerd met een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid , onder a, van de Omgevingswet voor een bouwactiviteit;

 

a.

bij bouwkosten tot € 50.000,- : € 100,- per €1.000,-

€ 100,00

p/€ 1.000,-

b.

bij bouwkosten tussen € 50.000,- en € 400.000,- : €5.000,- vermeerderd met 3,00% voor bouwkosten boven de €50.000,-

€ 5.000,00

+ 3,00%

c.

bij bouwkosten tussen €400.000,- en €1.000.000,- : €15.500,- vermeerderd met 2,40% voor bouwkosten boven de € 400.000,-

€ 15.500,00 + 2,40%

d.

bij bouwkosten tussen €1.000.000,- en € 5.000.000 : €29.000,- vermeerderd met 1,35% voor bouwkosten boven de € 1.000.000,-

€ 29.000,00

+ 1,35%

e.

-bij bouwkosten tussen €5.000.000,- en €25.000.000:€ 83.000- vermeerderd met 0,25% voor bouwkosten boven de € 5.000.000,-

€ 83.000,00

+ 0,25%

f.

bij bouwkosten meer dan €25.000.000,- :€133.000,- vermeerderd met 0,05% voor bouwkosten boven de €25.000.000,-

€ 133.000,00

+ 0,050%

2.3.1

Bouw-/aanlegkosten zonnecollectoren en -panelen

 
 

Bij het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning of voor het beoordelen van een conceptaanvraag voor een omgevingsvergunning, die betrekking heeft op het plaatsen van een collector voor warmteopwekking of een paneel voor elektriciteitsopwekking worden de bouw-/aanlegkosten voor de collectoren of panelen op € 0,00 geraamd.

Indien collectoren voor warmteopwekking of panelen voor elektriciteitsopwekking onderdeel uitmaken van een aanvraag omgevingsvergunning, dan wel conceptaanvraag omgevingsvergunning, bestaande uit meer onderdelen dan uitsluitend collectoren of panelen, dan worden voor de vaststelling van het legesbedrag de bouwkosten voor de collectoren of panelen buiten beschouwing worden gelaten.

 

2.4.1

Omgevingsplanactiviteit die betrekking heeft op een bouwwerk (ruimtelijk deel)

 
 

een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, voor een omgevingsplanactiviteit die alleen betrekking heeft op een bouwwerk;

€ 695,00

2.4.2

Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken van een bouwwerk(ruimtelijk deel)

 
 

een aanvraag om een omgevingsvergunning, die betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, 1ste lid , aanhef en onder a van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk

€ 695,00

 

-voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit

 

2.4.2.1

  • -

    als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachte ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met de redelijke eisen van welstand als bedoeld in provinciale beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet

€ 580,00

2.4.2.2

  • -

    als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld

€ 580,00

2.4.2.3

  • -

    als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht

€ 580,00

2.4.3.

  • -

    voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht

€ 580,00

2.4.4

  • -

    voor een buitenplanse omgevingsplan activiteit

€ 580,00

2.5.1.

Beoordeling bodemrapport

 
 

het tarief, onder 2.3. wordt verhoogd, indien de aanvraag krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld, indien:

 

a.

een milieukundig bodemrapport wordt beoordeeld;

€ 465,00

b.

een archeologisch bodemtrapport wordt beoordeeld;

€ 465,00

2.5.2

Beoordeling advies agrarische adviescommissie

 
 

het tarief, onder 2.3. wordt verhoogd, indien de aanvraag krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld, indien een advies van de agrarische adviescommissie wordt beoordeeld;

€ 465,00

2.6

Beoordeling aanvullende gegevens

 
 

onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen:

€ 465,00

2.7.

Gebruik gronden

 
 

een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1. , 1ste lid, aanhef en onder a van de Omgevingswet, tot het gebruiken van gronden in strijd met:

 

a.

een omgevingsplan als bedoeld in artikel 5.21. , 2de lid, onder b, van de Omgevingswet in samenhang met artikel 8.0a, 2de lid van het Besluit kwaliteit leefomgeving;

€ 465,00

b.

de regels, bedoeld in artikel 4.15, 2de lid, van de Omgevingswet, gesteld bij de in het 1ste lid van dat artikel genoemde omgevingsverordening:

€ 465,00

c.

een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 4.14 van de Omgevingswet:

€ 465,00

d.

een omgevingsplan indien de omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit voor een bepaalde termijn als bedoeld in de artikelen 5.36 en 5.36a van de Omgevingswet

€ 465,00

2.8

Gebruik bouwwerken

 
 

een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, tot het gebruiken van bouwwerken in strijd met:

 

a.

een omgevingsplan als bedoeld in artikel 5.21. 2de lid, onder b, van de Omgevingswet in samenhang met artikel 8.0a, 2de lid, van het Besluit kwaliteit leefomgeving;

€ 465,00

b.

de regels, bedoeld in artikel 4.15, 2de lid, van de Omgevingswet, gesteld bij de Omgevingsverordening Noord-Holland;

€ 465,00

c.

een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 4.14 van de Omgevingswet:

€ 465,00

d.

een omgevingsplan indien de omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit voor een bepaalde termijn als bedoeld in de artikelen 5.36. en 5.36a va de Omgevingswet

€ 465,00

2.9

Deelbeoordeling activiteit het gebruiken van een bouwwerk met het oog op brandveiligheid

 

2.9

een vergunning, die betrekking heeft op een activiteit rond de brandveiligheid bedraagt het tarief voor bouwwerken met een bruto vloeroppervlakte als bedoeld in het normblad NEN 2580, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

 

2.9.1

van 0 t/m 100 m2

€ 525,00

2.9.2

van 101 t/m 500 m2

€ 585,00

2.9.3

van 500 t/m 5.000 m2

€ 890,00

2.9.4

van 5.000 t/m 50.000 m2

€ 1.395,00

2.9.5

van meer dan 50.000 m2

€ 2.950,00

vermeerderd per m2 met € 0,05

€ 0,05

2.10

het verstrekken van een advies inzake de beoordeling van de brandveiligheid

€ 695,00

2.11

Rijksmonumentenactiviteit/beschermd stads- of dorpsgezicht

 
 

een omgevingsvergunning als bedoeld in:

 

a.

artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet voor een rijksmonumentenactiviteit;

€ 3.140,00

b.

artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet voor het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht;

€ 3.140,00

c.

artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening aangewezenmonument, of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken daarvan op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar wordt gebracht

€ 3.140,00

d.

artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet voor het slopen van een bouwwerk dat krachtens provinciale of gemeentelijke verordening is aangewezen als beschermd stads- of dorpsgezicht;

€ 3.140,00

2.12

Slopen van een bouwwerk

 
 

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet voor het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een omgevingsplan of voorbereidingsbesluit is bepaald, dan wel voor het slopen van een bouwwerk voor zover daarvoor krachtens de Omgevingsverordening Noord-Holland een omgevingsvergunning is vereist:

€ 3.140,00

2.13

Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

 
 

een aanvraag om een omgevingsvergunning, die betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg

€ 1.860,00

2.14

Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

 
 

een aanvraag om een omgevingsvergunning, die betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een uitrit naar de openbare weg of het veranderen van een bestaande uitrit

€ 465,00

2.15

Omgevingsplanactiviteit kappen

 

a.

een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a van de Omgevingswet voor het vellen doen vellen van een houtopstand voor maximaal 5 bomen;

€ 350,00

b.

met een opslag voor elke boom meer dan de vijfde boom

€ 35,00

2.16

Omgevingsplanactiviteit: reclame

 
 

een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in:

 

a.

artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet voor het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van handelsreclame met behulp van opschriften, aankondigingen, afbeeldingen, reclameobjecten of constructies, in welke vorm dan ook, die zichtbaar zijn vanaf een voor het publieke toegankelijke plaats;

€ 350,00

b.

artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet voor het als eigenaar, beperkt zakelijk gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat op of aan die onroerende zaak handelsreclame wordt gemaakt of gevoerd met behulp van opschriften, aankondigingen, afbeeldingen, reclameobjecten of constructies, in welke vorm dan ook, die zichtbaar zijn vanaf een voor het publieke toegankelijke plaats

€ 350,00

2.17

Verlenging tijdelijke vergunning

 
 

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, 2de lid van het Omgevingsbesluit

€ 930,00

2.18

Projectbesluit

 
 

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een projectbesluit wordt er een door of namens Gedeputeerde Staten opgestelde begroting vastgesteld van de kosten van:

  • a.

    het vooroverleg;

  • b.

    de vaststelling van het projectbesluit, bedoeld in afdeling 5.2 van de Omgevingswet, inclusief de projectbesluitprocedure , bedoeld in de paragrafen 16.6.1 en 16.6.2 van de Omgevingswet

 

2.19

Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie

 
 

een aanvraag op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, 1ste lid, aanhef en onder a van de Omgevingswet, bestaande uit het in, op of aan een onroerende zaak hebben van een alarminstallatie die een voor de omgeving opvallend geluid of lichtsignaal kan produceren

€ 350,00

2.20

Vuurwerkvergunning

 
 

het verstrekken van een vuurwerkvergunning voor evenementen

€ 232,50

2.21

Niet genoemd besluit: op aanvraag

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een , ander in dit hoofdstuk benoemd besluit op grond van de Omgevingswet , de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan

€ 580,00

2.22

Geringe wijziging

2024

 

wijziging van een omgevingsvergunning als bedoeld in dit hoofdstuk, die al is verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, als gevolg van een naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

5 % van de leges die verschuldigd zijn voor het in behandeling nemen van de onderliggende vergunning waarop de te wijzigen aanvraag ziet met een minimum van € 300,-

Hoofdstuk 3 Milieubelastende activiteiten

Het tarief bedraagt:

Voorfase/omgevingsoverleg

3.1

Voorfase/Omgevingsoverleg

Tarief

3.1.1

Als een aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over één of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

 
 
  • a.

    voor het eerste overleg;

€ 580,00

 
  • b.

    voor elk volgend overleg;

€ 350,00

 
  • c.

    per in te schakelen extern adviseur verhoogd met

€ 600,00

3.1.2

indien volgend op het omgevingsoverleg als bedoeld onder 1.3.1 binnen één jaar voor hetzelfde plan of besluit een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk vaststellen, herzien, wijzigen of uitwerken van het inpassings- of wijzigingsplan in behandeling wordt genomen, wordt het op grond van de in dit hoofdstuk betaalde bedrag(en) verrekend met de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning voor milieubelastende activiteiten.

 
 

 

Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen

3.1. Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2. Besluit activiteitenleefomgeving)

 
 

Tarief 2024

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten genoemd in afdeling 3.2, met uitzondering van paragraaf 3.2.6, van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.485,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit

€ 2.905,00

c.

Voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit

€ 2.325,00

Complexe milieubelastende activiteiten

 
 

Tarief 2024

3.2.

Seveso-inrichtingen (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.1. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het basistarief, voor het exploiteren van een Seveso-inrichting:

€ 29.055,00

a.

vermeerderd met een toeslag voor een hoge drempelinrichting, als bedoeld in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving van:

€ 23.245,00

b.

Vermeerderd met een toeslag voor een combinatie van een activiteit vallend onder de aanhef of onderdeel a met een ippc-installatie, die niet in afdeling 3.3. Besluit activiteiten leefomgeving wordt genoemd van:

€ 5.810,00

3.3

Grootschalige energieopwekking (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.2. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het stoken, bedoeld in categorie 1.1. van bijlage 1 bij de Richtlijn industriële emissies bedraagt het tarief:

 

a.

bij een nominaal thermisch vermogen van minder dan 200MW:

€ 17.435,00

b.

bij een nominaal thermisch vermogen van 200MW tot 400 MW

€ 40.675,00

c.

bij een nominaal thermisch vermogen van 400MW of meer:

€ 63.020,00

3.4

Raffinaderij (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.3. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het raffineren van aardolie en gas, bedoeld in categorie 1.2. van bijlage I 1 bij de Richtlijn industriële emissies bedraagt het tarief:

 

a.

bij een verwerkingscapaciteit van minder dan 2 miljoen ton per jaar:

€ 29.055,00

b.

bij een verwerkingscapaciteit van 2 miljoen ton per jaar of meer:

€ 34.865,00

3.5

Maken van cokes (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.4. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van cokes, bedoeld in categorie 1.3. van bijlage I 1 bij de Richtlijn industriële emissies bedraagt het tarief:

€ 29.055,00

3.6.

Vergassen of vloeibaar maken van steenkool of andere brandstoffen (afdeling 3.3 Besluit activiteiten Leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.5. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het vergassen of vloeibaar maken van steenkool of andere brandstoffen, als bedoeld in categorie 1.4. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

b.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het vergassen of vloeibaar maken van steenkool of andere brandstoffen:

€ 29.055,00

c.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het briketteren of walsen van steenkool of bruinkool:

€ 23.245,00

d.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het maken van steenkoolproducten of vaste rookvrije brandstof:

€ 23.245,00

3.7

Basismetaal (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.6. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het roosten of sinteren van ertsen, als bedoeld in categorie 2.1. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 40.675,00

b.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van ijzer of staal, als bedoeld in categorie 2.2. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 40.675,00

c.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het maken van ijzer of staal:

€ 29.055,00

d.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het verwerken van ferrometalen door warmwalsen, smeden met hamers of het aanbrengen van deklagen van gesmolten metaal, als bedoeld in categorie 2.3. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 29.055,00

e.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het smelten of gieten van ferrometalen, bedoeld in categorie 2.4. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 29.055,00

 

Voor de aanvragen genoemd onder de artikelen 3.7. f en 3.7.g in dit hoofdstuk worden de leges berekend op basis van een vooraf door de aanvrager ingediende begroting waarin de toerekenbare kosten zijn opgenomen die voor de vergunningsaanvraag noodzakelijk zijn. De in te dienen begroting wordt vooraf afgestemd met de provincie. De toerekenbare kosten worden vastgesteld op het moment dat de aanvraag wordt ingediend. Het bepaalde in artikel 3, lid 4 van de legesverordening is van toepassing.

 

f.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het smelten of gieten van ferrometalen

 

g.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het winnen van ruwe non-ferrometalen uit erts, concentraat of secundaire grondstoffen, het smelten, met inbegrip van het legeren, en het gieten van non-ferrometalen, bedoeld in categorie 2.5. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

 

3.8

Complexe minerale industrie (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.7. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van cement, cementklinkers, ongebluste kalk en magnesiumoxide, als bedoeld in categorie 3.1. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

b.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het maken van cement, cementklinkers, ongebluste kalk en magnesiumoxide:

€ 29.055,00

c.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het winnen van asbest of het maken van asbestproducten, als bedoeld in categorie 3.2. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

d.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van glas met inbegrip van het maken van glasvezels, als bedoeld in categorie 3.3. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

e.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het maken van glas met inbegrip van het maken van glasvezels:

€ 29.055,00

f.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het smelten van minerale stoffen, en het maken van mineraalvezels, glazuren of emailles, als bedoeld in categorie 3.4. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

g.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het smelten van minerale stoffen en het maken mineraalvezels, glazuren en emailles:

€ 29.055,00

h.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van koolstof of elektrografiet door verbranding of grafitisering, als bedoeld in categorie 6.8. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

3.9

Basischemie (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.8. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van organische-chemische producten, als bedoeld in categorie 4.1. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

b.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van onorganische-chemische producten, als bedoeld in categorie 4.2. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

c.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van fosfaathoudende, stikstofhoudende of kaliumhoudende meststoffen als bedoeld in categorie 4.3. van bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

d.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van producten voor gewasbescherming of van biocieden, als bedoeld in categorie 4.4. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

e.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van farmaceutische producten, als bedoeld in categorie 4.5. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

f.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van explosieven, als bedoeld in categorie 4.6. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies

€ 34.865,00

3.10

Complexe papierindustrie, houtindustrie en textielindustrie (afdeling 3.3. Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.9. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het maken van papierpulp, papier, karton, of orientend strand board, spaanplaat of vezelplaat van hout als bedoeld in categorie 6.1. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 29.055,00

b.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het voorbehandelen of het verven van textielvezels of textiel, als bedoeld in categorie 6.2. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies

€ 34.865,00

3.11

Afvalbeheer ippc-installaties (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.10. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het verwijderen en nuttig toepassen van gevaarlijke afvalstoffen, als bedoeld in categorie 5.1. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 34.865,00

b.

voor het exploiteren van een ippc-installatie verwijderen en/of nuttig toepassen van ongevaarlijke afvalstoffen als bedoeld in categorie 5.3. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 29.055,00

c.

  • 1.

    voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het tijdelijk opslaan van gevaarlijke afvalstoffen als bedoeld in categorie 5.5. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 29.055,00

 
  • 2.

    indien de onder c.1. bedoelde activiteit is gecombineerd met de milieubelastende activiteit, als bedoeld in paragraaf 3.5.6. van het Besluit activiteiten leefomgeving:

€ 17.435,00

d.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het ondergronds opslaan van gevaarlijke afvalstoffen bedoeld in categorie 5.6. van de bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 29.055,00

3.12

Kadavers of dierlijk afval (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.11. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief voor het exploiteren van een ippc-installatie voor de destructie of het verwerken van kadavers of dierlijk afval, bedoeld in categorie 6.5. van bijlage 1 bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 29.055,00

3.13

Stortplaats of winningsafvalvoorziening (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.12. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief

 

a.

voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het storten van afvalstoffen, als bedoeld in categorie 5.4. van bijlage 1 bij de Richtlijn industriële emissies:

€ 23.245,00

b.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het storten van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen op een stortplaats:

€ 17.435,00

c.

voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het storten of verzamelen van winningsafvaltoffen in een winningsafvalvoorziening:

€ 17.435,00

3.14

Verbranden van afvalstoffen in een ippc-installatie (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.13. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, voor het exploiteren van een ippc-installatie voor het verwijderen of het nuttig toepassen van afvalstoffen in een afvalverbrandingsinstallatie of een afvalmeeverbrandingsinstallatie als bedoeld in categorie 5.2. van bijlage I bij de Richtlijn industrile emissies:

€ 40.675,00

3.15

Grootschalige mestverwerking (afdeling 3.3 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten in de categorie complexe bedrijven als bedoeld in paragraaf 3.3.14. van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, voor het exploiteren voor het exploiteren van een andere milieubelastende installatie voor het behandelen van meer dan 25.000 m3 dierlijke meststoffen per jaar op een andere locatie dan de locatie van de productie:

€ 23.245,00

Nutssector en industrie

3.16

Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten genoemd in afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.485,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.905,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.325,00

Afvalbeheer

3.17

Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten genoemd in afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.485,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.905,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.325,00

Agrarische sector

3.18

Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op n of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten genoemd in afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.485,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.905,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.325,00

Dienstverlening, onderwijs en zorg

3.19

Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten genoemd in afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per activiteit:

€ 3.485,00

Transport, logistiek en ondersteuning daarvan

3.20

Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling3.8 Besluit activiteiten leefomgeving)

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit activiteiten genoemd in afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.485,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.905,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.325,00

Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

3.21

Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

 
 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan, zoals opgenomen in artikel 7.1. van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 2.325,00

Maatwerkvoorschriften of vergunningsvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

3.22

Maatwerkvoorschriften of vergunningsvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

 

1

Bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of een vergunningsvoorschrift krachtens artikel 4.5. van de Omgevingswet bedraagt het tarief bij:

 

a.

één maatwerkvoorschrift of één vergunningsvoorschrift:

€ 2.325,00

b.

twee of meer maatwerkvoorschriften of twee of meer vergunningsvoorschriften, de som van het tarief onder a en per extra maatwerkvoorschrift of vergunningsvoorschrift:

€ 1.160,00

2

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om een vergunningsvoorschrift is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift of het vergunningsvoorschrift betrekking heeft onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

3.23

Wijziging maatwerkvoorschriften of vergunningsvoorschriften

 
 

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5. Omgevingswet:

€ 2.325,00

Gelijkwaardige maatregel bij milieubelastende activiteiten

3.24

Gelijkwaardige maatregel bij milieubelastende activiteiten

 

1.

Een aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7. van de Omgevingswet indien deze betrekking heeft op een milieubelastende activiteit:

 

2.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop de gelijkwaardige maatregel betrekking onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

€ 2.325,00

Eén of meerdere (complexe) milieubelastende activiteiten

3.25

Omgevingsvergunning die betrekking heeft op de cumulatie van complexe milieubelastende activiteiten en de combinatie van complexe met overige milieubelastende activiteiten

 

1.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meerdere complexe milieubelastende activiteiten uit de afdeling 3.3. van het Besluit activiteiten leefomgeving wordt het tarief opgebouwd uit de complexe milieubelastende activiteit met het hoogste tarief vermeerderd met 15% van het tarief dat verschuldigd is op grond van de andere milieubelastende activiteiten uit artikel 3.3. van deze tarieventabel.

 

2.

In afwijking van het eerste onderdeel worden er geen leges geheven over milieubelastende activiteiten als bedoeld in de artikelen 3.1. en 3.3. t/m 3.8 in hoofdstuk 3 indien deze gelijktijdig met één of meerdere complexe milieubelastende activiteiten als bedoeld in afdeling 3.3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden aangevraagd.

 

Uitgebreide voorbereidingsprocedure bij milieubelastende activiteiten

3.26

Uitgebreide voorbereidingsprocedure

 
 

Bij een aanvraag waarop afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht op de voorbereiding van het besluit van toepassing is, wordt het tarief van een milieubelastende activiteit als bedoeld in de artikelen 3.1. en 3.3. t/m 3.8. in hoofdstuk 3 van deze tarieventabel vermeerderd met een toeslag van:

€ 2.905,00

Wijzigen omgevingsvergunning bij milieubelastende activiteiten

3.27

Wijzigen omgevingsvergunning met uitgebreide voorbereidingsprocedure bij complexe milieubelastende activiteiten

 

1.

Bij een aanvraag om wijziging van één vergunde complexe milieubelastende activiteit, uit afdeling 3.3. van het Besluit activiteiten leefomgeving, waarop de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing is, is 60% van het tarief verschuldigd, voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit, waarop de wijziging betrekking heeft.

€ 2.325,00

2.

Bij een aanvraag om wijziging van meerdere vergunde complexe milieubelastende activiteiten, uit afdeling 3.3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, waarop de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing is, wordt het tarief berekend op basis van artikel 3.25, eerste onderdeel, en is 60% verschuldigd over de uitkomst daarvan

 

3.28

Wijzigen omgevingsvergunning met de reguliere voorbereidingsprocedure bij complexe milieubelastende activiteiten

 

1.

Bij een aanvraag om wijziging van één vergunde complexe milieubelastende activiteit, uit afdeling 3.3. van het Besluit activiteiten leefomgeving, waarop de reguliere voorbereidingsprocedure van toepassing is, is 30% van het tarief verschuldigd, voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit, waarop de wijziging betrekking heeft.

€ 2.325,00

2.

Bij een aanvraag om wijziging van meerdere vergunde complexe milieubelastende activiteiten, uit afdeling 3.3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, waarop de reguliere voorbereidingsprocedure van toepassing is, wordt het tarief berekend op basis van artikel 3.25, eerste onderdeel, en is 30% verschuldigd over de uitkomst daarvan.

 

3.29

Wijzigen omgevingsvergunning bij niet complexe milieubelastende activiteiten

 
 

Bij een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning van een niet complexe milieubelastende activiteit gelden de tarieven, genoemd in hoofdstuk 3 van deze tarieventabel voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

€ 2.325,00

3.30

Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

 
 

Een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, niet zijnde een vergunningsvoorschrift als bedoeld in artikel 4.5. van de Omgevingswet:

€ 2.325,00

Milieueffectrapportage

3.31

Beoordeling onderzoeksrapporten

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van hoofdstuk 3 bedraagt het tarief, als krachtens wettelijke voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld, voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 9.300,00

3.32

Advies Commissie voor de milieueffectrapportage

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van hoofdstuk 3 bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet, voor een advies van de Commissie voor de milieueffectrapportage: het bedrag dat deze commissie in rekening brengt op grond van de door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat goedgekeurde tariefstelling.

 

Hoofdstuk 4 Provinciale wegen en vaarwegen

Het tarief bedraagt voor:

artikel

Omschrijving

Tarief 2024

 

Provinciale wegen

 
 

Wegenverkeerswet(WVW)

 

4.1.1

het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing in het kader van artikel 148 de Wegenverkeerswet 1994 (WVW)

€ 352,00

4.1.2

het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.1.1

€ 352,00

 

Regeling voertuigen

 

4.2.1

het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing in het kader van artikel 9.1 van de regeling voertuigen

€ 880,00

4.2.2

het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.2.1.

€ 880,00

 

Reglement Verkeersregels en verkeerstekens 1990

 

4.3.1

het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing in het kader van artikel 87 van het Reglement Verkeerregels en verkeerstekens 1990

€ 396,00

4.3.2

het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art 4.3.1.

€ 396,00

 

Omgevingsverordening Noord-Holland

 

4.4.1

het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning:

  • -

    het aanleggen of in stand houden van een kunstwerk over een weg of binnen de grens van een weg;

  • -

    het veranderen van een kunstwerk, zodanig dat deze niet meer voldoet aan de bestemming en omschrijving in de wegenlegger;

  • -

    het opbreken van een wegverharding en het verlagen of ophogen van een weg.

€ 2.112,00

4.4.2

het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.4.1

€ 792,00

4.5.1

het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor het uitvoeren van kleine graafwerkzaamheden in een weg (w.o. het inblazen van leidingen, sonderingen)

€ 440,00

4.5.2

het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.5.1 

€ 264,00

4.6.1

het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor:

  • -

    het afdammen, dempen of verminderen van het water-afvoerend vermogen van een langs of op de grens van een weg gelegen sloot;

  • -

    het aanbrengen en hebben van opslagtanks, bakken, putten, goten e.d., voetpaden, stoepen, bouwconstructies, verhogingen van wallen en andere voorwerpen;

  • -

    het weiden van dieren;

  • -

    het aanbrengen, hebben of verwijderen van beplanting;

  • -

    het aanbrengen, hebben of verwijderen van borden of palen;

  • -

    het leggen of hebben liggen van rails;

  • -

    het laten afstromen of aflopen van fecaliën, gier, mest of afvalwater via bermsloten of hemelwater van daken of uit goten;

  • -

    het innemen van een (vaste) standplaats met voertuigen ten behoeve van handel of bedrijf;

  • -

    het plaatsen of laten liggen van agrarische of andere producten of materialen binnen 2 meter uit de kant van de verharding;

  • -

    het over of boven de weg aanbrengen en hebben van uitspringende constructiedelen of voorwerpen, het laten draaien van voorzieningen waaraan hang- of sluitwerk is bevestigd of het aanbrengen en hebben van andere zaken.

€ 528,00

4.6.2

het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.6.1.

€ 440,00

4.7.1

het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor het in/nabij een weg leggen of middels gestuurde boringen leggen of hebben liggen van leidingen (buizen en kabels daaronder begrepen):

 
 
  • a.

    voor de 1ste 100 meter (of gedeelte daarvan)

€ 616,00

 
  • b.

    voor elke volgende 100 meter (of gedeelte daarvan) tot 1.000 meter

€ 98,35

 
  • c.

    voor elke volgende 100 meter ( of gedeelte daarvan) vanaf 1.000 meter tot 10.000 meter

€ 87,05

 
  • d.

    voor elke volgende 100 meter (of gedeelte daarvan) boven de 10.000 meter

€ 35,25

4.7.2

Het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.7.1 of een opdracht tot het verleggen in opdracht van de provincie Noord-Holland

€ 616,00

4.8.1

het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor:

 
 
  • a.

    het in een weg leggen of hebben liggen van een duiker;

€ 616,00

 
  • b.

    het maken, hebben, te veranderen of het gebruik daarvan te veranderen van een uitweg;

€ 616,00

4.8.2

het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.8.1

€ 616,00

 

Provinciale vaarwegen

 

4.9

Omgevingsverordening Noord-Holland

 

4.9.1

van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor:

 
 
  • a.

    een vaarweg op een andere vaarweg(en) aan te sluiten;

€ 660,00

 
  • b.

    een vaarweg te verleggen, te versmallen, diepte te wijzigen of op een andere wijze te veranderen dan wel buiten gebruik te stellen

€ 1.320,00

4.9.2.1

van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.9.1 sub a.

€ 660,00

4.9.2.2

van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art 4.9.1 sub b.

€ 792,00

4.10.1

van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het maken/behouden/veranderen/verwijderen van:

 
 
  • a.

    kunstwerken;

€ 3.520,00

 
  • b.

    remming- en geleide- werken en wachtplaatsen, afzonderlijk bij reeds bestaande kunstwerken

€ 616,00

 
  • c.

    oeverwerken, met inbegrip van los- en laadplaatsen;

€ 880,00

 
  • d.

    voorwerpen, waaronder palen en steigers;

€ 440,00

 
  • e.

    kabels, buizen en leidingen.

€ 616,00

4.10.2

van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.10.1

 
 
  • a.

    kunstwerken;

€ 792,00

 
  • b.

    remming- en geleide- werken en wachtplaatsen, afzonderlijk bij reeds bestaande kunstwerken;

€ 616,00

 
  • c.

    oeverwerken, met inbegrip van los- en laadplaatsen;

€ 616,00

 
  • d.

    voorwerpen, waaronder palen en steigers;

€ 264,00

 
  • e.

    kabels, buizen en leidingen.

€ 616,00

4.11.1

van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van kleine graafwerkzaamheden bij vaarwegen (w.o. het inblazen van leidingen, sonderingen)

€ 440,00

4.11.2

van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.11.1

€ 264,00

4.12

Overige regelgeving betreffende provinciale vaarwegen

 

4.12.1

van een aanvraag voor een omgevingsvergunning:

 
 
  • a.

    in het kader van het Binnenvaartpolitiereglement als bedoeld onder artikel 1.21, 2de lid voor incidenteel bijzonder transport;

€ 264,00

 
  • b.

    in het kader van de Scheepvaartverkeerswet als bedoeld onder artikel 7 voor het innemen van een ligplaats;

€ 264,00

 
  • c.

    in het kader van de Scheepvaartverkeerswet als bedoeld onder artikel 7 voor het innemen van een ligplaats voor een woonboot.

€ 352,00

4.12.2

van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art.4.12.1

 
 
  • a.

    in het kader van het Binnenvaartpolitiereglement als bedoeld onder artikel 1.21, 2de lid voor incidenteel bijzonder transport;

€ 176,00

 
  • b.

    in het kader van de Scheepvaartverkeerswet als bedoeld onder artikel 7 voor het innemen van een ligplaats;

€ 176,00

 
  • c.

    in het kader van de Scheepvaartverkeerswet als bedoeld onder artikel 7 voor het innemen van een ligplaats voor een woonboot.

€ 264,00

4.13.1

van een aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld onder artikel 1.21. 2e lid in het kader van het Binnenvaartpolitiereglement voor bijzonder transport voor meerdere transporten gedurende een periode van maximaal één jaar.

€ 264,00

4.13.2

van een verzoek tot wijziging of verlenging van een besluit als bedoeld onder art. 4.13.1

€ 176,00

4.14

het begeleiden van schepen door of met behulp van een ambtenaar van de provincie Noord-Holland;

 
 
  • a.

    begeleiding per voertuig per kwartier (of gedeelte daarvan);

€ 21,05

 
  • b.

    begeleiding per vaartuig per kwartier (of gedeelte daarvan);

€ 31,55

Hoofdstuk 5 Wateractiviteit

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

5.1. Wateronttrekkingsactiviteit

Tarief 2024

5.1.1

  • -

    om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid, aanhef en onder d van de Omgevingswet in samenhang met de artikelen 16.4 en 16.3, onder a, van het Besluit activiteiten leefomgeving voor het onttrekken van grondwater ten behoeve van industriële toepassingen en de openbare drinkwatervoorziening:

 
 
  • -

    per m3 nominale pompcapaciteit per uur

€ 26,00

 
  • -

    met een minimum per omgevingsvergunning van

€ 855,00

 
  • -

    met een maximum per omgevingsvergunning van

€ 14.820,00

5.1.2

voor een wijziging van een omgevingsvergunning, als bedoeld onder 5.1.1 indien deze leidt tot een wijziging van de pompcapaciteit, een minimumbedrag van een en ander met dien verstande dat indien de wijziging leidt tot een aanpassing van de pompcapaciteit overeenkomstig het bepaalde onder 5.1.1 met inachtneming van het minimumtarief en het maximumtarief

€ 8.025,00

5.1.3

Artikel 5.1.2 is niet van toepassing op een aanvraag tot wijziging van een omgevings-vergunning die betrekking heeft op een wijziging van een tenaamstelling of wijziging van kadastrale gegevens

 

5.1.4

In geval van een MER-beoordelingsplicht op grond van artikel 16.43 onder b van d Omgevingswet geldt een toeslag van 25% over de verschuldigde leges voor de te behandelen aanvraag bedoeld onder hoofdstuk 5 van de tarieventabel

 

5.1.5

In geval van een MER-plicht op grond van artikel 16.43 onder b van d Omgevingswet geldt een toeslag van 50% over de verschuldigde leges voor de te behandelen aanvraag bedoeld onder hoofdstuk 5 van de tarieventabel

 
 

5.2. Aanleg of gebruik van een open bodemenergiesysteem

 

5.2.1.

om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1., 2de lid , van de Omgevingswet in samenhang met de artikelen 3.18. en 3.19. van het Besluit activiteiten leefomgeving, bestaande uit het onttrekken van grondwater ten behoeve van het aanleggen of gebruiken van een open bodemenergiesysteem bedraagt het tarief:

 
 
  • -

    per m3 nominale pompcapaciteit per uur

€ 19,50

 
  • -

    met een minimum per vergunning van

€ 641,25

 
  • -

    met een maximum per vergunning van

€ 11.115,00

5.2.2.

voor een wijziging van een omgevingsvergunning, als bedoeld onder 5.2.1 indien deze leidt tot een wijziging van de pompcapaciteit, een minimumbedrag van een en ander met dien verstande dat indien de wijziging leidt tot een aanpassing van de pompcapaciteit overeenkomstig het bepaalde onder 5.2.1 met inachtneming van het minimumtarief en het maximumtarief

€ 6.018,75

5.2.3

Artikel 5.2.2. is niet van toepassing op een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een wijziging van een tenaamstelling of wijziging van kadastrale gegevens

 
 

5.3 Hergebruik gezuiverd stedelijk afvalwater voor landbouwirrigatie

 

5.3.1

voor een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 3.48t van het Besluit activiteiten leefomgeving voor het exploiteren van een waterhergebruiksysteem

€ 2.325,00

Hoofdstuk 6 Baden en zwemmen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 
 

Tarief 2024

6.1

het stellen/wijzigen van een maatwerkvoorschrift als bedoeld in artikel 15.7 van het Besluit activiteiten leefomgeving of als bedoeld in artikel 4.123 Omgevingsverordening NH2022

€ 1.825,00

6.2

toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen als bedoeld in artikel 4.7, 1ste lid, van de Omgevingswet in samenhang met artikel 15.3, onder c, van het Besluit activiteiten leefomgeving

€ 3.075,00

Hoofdstuk 7 Ontgrondingsactiviteit

 

Begripsomschrijvingen

7.1.

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

7.1.1.

Oppervlaktedelfstoffen: bouwgrondstoffen zoals zand, klei, grind en leem

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 
 

Tarief 2024

7.2

het verstrekken van een omgevingsvergunning voor een ontgrondingsactiviteit als bedoeld in artikel 5.1., 1ste lid aanhef en onder c van de Omgevingswet gelden, afhankelijk van de hoeveelheid oppervlaktedelfstoffen, gemeten in profiel van de afgraving, gelden de volgende tarieven:

 
 
  • a.

    ingeval geen oppervlakte delfstoffen van de desbetreffende percelen wordt afgevoerd:

€ 8.715,00

 
  • b.

    ingeval oppervlaktedelfstoffen van de desbetreffende percelen wordt afgevoerd, dient het tarief zoals vermeld onder 7.2.a te worden vermeerderd met:

    • -

      per m3

    • -

      tot een maximum van

€ 0,10

€ 113.105,00

7.3

een wijziging van een omgevingsvergunning voor een ontgrondingsactiviteit als bedoeld onder 7.2.b, indien deze leidt tot vergroting van de maximum hoeveelheid oppervlaktedelfstoffen voor winning waarvan (oorspronkelijk) een omgevingsvergunning is verleend, een bedrag gelijk aan het verschil tussen het met toepassing van het bepaalde onder 7.2.b, verschuldigde bedrag voor de opnieuw vastgestelde hoeveelheid en het reeds betaalde bedrag

 

7.4.

om intrekking of verlenging van een omgevingsvergunning voor een ontgrondings-activiteit als bedoeld in artikel 5.1., 1ste lid, aanhef en onder c van de Omgevingswet

€ 3.485,00

7.5.

een wijziging van een omgevingsvergunning voor een ontgrondingsactiviteit als bedoeld onder 7.2.a waarbij sprake is van een combinatie van de onder 7.3 en 7.4 genoemde gevallen, de bedragen conform 7.2.a en 7.2.b betekent de wijziging echter dat er geen gebruik wordt gemaakt van de omgevingsvergunning en de omgevingsvergunning wordt ingetrokken, dan bestaat er recht op teruggaaf van 50% van de opgelegde aanslag van de onder 7.2.b per m3 genoemde bedragen.

Het onder 7.2.a. genoemde bedrag is nooit onderdeel van de teruggaaf.

 
 

Ontheffing omgevingsvergunning grondwaterbeschermingsgebied

 

7.6.

een omgevingsvergunning voor activiteiten in een grondwaterbeschermingsgebied, die van grote maatschappelijke relevantie zijn

€ 8.715,00

Hoofdstuk 8 Wadloopverordening 2023 provincie Friesland

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 
 

Tarief 2024

8.1

van een rechtspersoon voor een vergunning als bedoeld in artikel 4 lid 1 van de Wadloopverordening 2023 bedraagt:

 

8.1.1

rechtspersonen die per jaar tot 1.000 wadlopers begeleiden;

€ 787,00

8.1.2

rechtspersonen die per jaar 1.000 tot 5.000 wadlopers begeleiden;

€ 2.486,00

8.1.3

rechtspersonen die per jaar 5.000 of meer wadlopers begeleiden;

€ 4.144,00

8.1.4

rechtspersonen die natuur-educatieve tochten organiseren

€ 275,00

8.1.5

het organiseren van tochten voor droogvallende platen voor groepen van 50 of meer personen

€ 218,00

8.2

van een natuurlijk persoon voor een vergunning als bedoeld in artikel 4 lid 2 van de Wadloopverordening 2023 bedraagt:

 

8.2.1

natuurlijke personen die groepen tot 12 personen begeleiden;

€ 140,00

8.2.2

natuurlijke personen die solo lopen;

€ 140,00

8.2.3

tot erkenning tot wadloopgids bij wadlooptochten voor een rechtspersoon

€ 41,00

8.2.3

voor een begeleiderspas of begeleidersvergunning voor het begeleiden van wadlooptochten met deelnemers

€ 41,00

8.3

van een natuurlijk persoon voor het organiseren van natuur-educatieve tochten als bedoeld in artikel 4 lid 2, sub c van de Wadloopverordening 2023 bedraagt

€ 83,00

8.4

het in behandeling nemen van een aanvraag voor meerdere erkenningen, passen, begeleidersvergunningen door een natuurlijk persoon bedraagt

€ 41,00

Hoofdstuk 9 Natura 2000 Flora en fauna activiteiten

 

Tegemoetkoming geleden schade

Tarief 2024

9.1

  • a.

    Het tarief voor het nemen van een besluit over de verlening van een tegemoetkoming in geleden schade, aangericht door in het wild levende beschermde dieren als bedoeld in artikel 15.53 van de Omgevingswet:

€ 300,00

 
  • b.

    de retributie wordt niet geheven als het gaat om schade die is aangericht:

    • 1.

      in een foerageergebied of ganzenrustgebied gedurende de periode dat de schadeveroorzakende diersoort niet mag worden verjaagd of gedood.

    • 2.

      door de das, de bever, de wilde kat, de otter, de wolf of de lynx;

    • 3.

      schade die is aangericht in de winterperiode van 1 oktober tot en met 31 maart;

 
 
  • c.

    er vindt geen teruggaaf plaats als de aanvraag, als bedoeld in artikel 9.1. letter a wordt ingetrokken en er al een taxatie van de schade heeft plaatsgevonden;

 
 
  • d.

    In afwijking van artikel 10 van de Legesverordening Noord-Holland 2024 vindt er geen teruggaaf plaats indien het verzoek wordt afgewezen of geweigerd.

 

Natura 2000 activiteit

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een Natura 2000-activiteit bedraagt voor:

 

Natura 2000 activiteit

Tarief 2024

9.2.a

  • a.

    een project dat niet direct verband houdt met of nodig is voor het beheer van een Natura 2000-gebied, maar afzonderlijk of in combinatie met andere plannen of projecten significante gevolgen kan hebben voor een Natura 2000-gebied

 

9.2.a.1

  • 1.

    als het project uitsluitend stikstof-gerelateerd is

€ 2.885,00

9.2.a.2

  • 2.

    als het project niet uitsluitend stikstof-gerelateerd is

€ 3.460,00

9.2.b

  • b.

    het legaliseren van een PAS-melding door omzetting naar een omgevingsvergunning

nihil

9.2.c

  • c.

    een project waarop de ADC-toets van toepassing is

€ 19.230,00

9.3

Voor het afgeven van een positieve weigering, waarbij er sprake is van intern salderen

nihil

 

Flora- en fauna-activiteiten

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een flora en fauna activiteit bedraagt:

Flora- en fauna- activiteiten

2024

Art 9.4

voor aangewezen vergunningplichtige gevallen in de paragrafen 11.2.2 tot en met 11.2.5 van het Besluit activiteiten leefomgeving;

flora- en fauna-activiteit

Artikel

schadelijke handelingen soorten vogelrichtlijn

11.37

commercieel bezit soorten vogelrichtlijn

11.38

niet-commercieel bezit soorten vogelrichtlijn

11.39

wijze vangen of doden soorten vogelrichtlijn

11.40

schadelijke handeling soorten habitatrichtlijn

11.46

bezit soorten habitatrichtlijn

11.47

schadelijke handelingen andere soorten

11.54

bijvoeren van specifieke soorten

11.60

uitzetten van dieren of eieren van dieren

11.61

  • a.

    voor een particuliere aanvrager (natuurlijk persoon)

€ 960,00

  • b.

    voor een commerciële aanvrager

€ 2.690,00

  • c.

    voor een gebiedsgerichte soortenbenadering

€ 8.650,00

Art. 9.5

Geen leges zijn verschuldigd voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een flora – fauna-activiteit die wordt ingediend:

  • a.

    op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, onder g, van de Omgevingswet ten behoeve van schadebestrijding, overlastbestrijding en populatiebeheer:

  • b.

    op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, onder g, van de Omgevingswet ten behoeve van onderzoek en onderwijs of opvang van beschermde inheemse vogels en zoogdieren:

Activiteiten die houtopstanden betreffen

 
 

2024

Art. 9.6

voor activiteiten over het vellen van houtopstanden en het herbeplanten van grond na het vellen van houtopstanden of nadat een houtopstand op een andere manier teniet is gegaan, én waarvoor de provincie Noord-Holland krachtens artikel 11.113 van het besluit activiteiten leefomgeving bevoegd gezag is.

€ 770,00

Milieubelastende activiteit - stiltegebieden 

 
 

2024

Art. 9.7

Besluiten op een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 4.34 van de Omgevingsverordening Noord-Holland.

€ 3.075,00

Geringe wijziging

 
 

2024

Art. 9.8

Wijziging van een omgevingsvergunning als bedoeld in dit hoofdstuk die al is verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

5 % van de leges die verschuldigd zijn voor het in behandeling nemen van de onderliggende vergunning waarop de te wijzigen aanvraag ziet met een minimum van € 300,-

Hoofdstuk 10 Luchtvaartwet

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 
 

Tarief 2024

10.1

een ontheffing van maximaal 2 starts en 2 landingen per dag voor bemande helikopters als bedoeld in art. 8a. 51 Wlv (tijdelijk en uitzonderlijk gebruik)

€ 2.625,00

10.2

een locatie gebonden ontheffing voor één of meerdere starts en/of landingen op één en hetzelfde terrein voor bemande helikopters als bedoeld in art. 8a. 51 Wlv (tijdelijk en uitzonderlijk gebruik)

€ 2.650,00

10.3

een locatie gebonden ontheffing voor één of meerdere starts en/of landingen op één en hetzelfde terrein voor bemande helikopters als bedoeld in art. 8a. 51 Wlv (tijdelijk en uitzonderlijk gebruik), indien voor niet meer dan 10 starts en/of landingen voor één dag wordt gebruikt

€ 2.625,00

10.4

een locatie gebonden ontheffing voor één of meerdere starts en/of landingen op één en hetzelfde terrein voor luchtvaartuigen niet zijnde bemande helikopters als bedoeld in art. 8a. 51 Wlv (tijdelijk en uitzonderlijk gebruik)

€ 2.625,00

10.5

een locatie gebonden ontheffing voor één of meerdere starts en/of landingen op één en hetzelfde terrein voor luchtvaartuigen niet zijnde bemande helikopters als bedoeld in art. 8a. 51 Wlv (tijdelijk en uitzonderlijk gebruik), indien voor niet meer dan 10 starts en/of landingen voor één dag wordt gebruikt

€ 2.625,00

10.6

Voor de aanvragen genoemd onder de artikelen 10.7 t/m 10.10 in dit hoofdstuk worden de leges berekend op basis van een vooraf door de aanvrager ingediende begroting waarin de toerekenbare kosten zijn opgenomen die voor de vergunningsaanvraag noodzakelijk zijn. De in te dienen begroting wordt vooraf afgestemd met de provincie. De toerekenbare kosten worden vastgesteld op het moment dat de aanvraag wordt ingediend. Het bepaalde in artikel 5, lid 4 van de legesverordening is van toepassing.

 

10.7

een luchtvaartregeling als bedoeld in art. 8.64 1ste lid Wlv, op verzoek, niet zijnde “omzettingen” van ontheffingen op grond van art. 13 (voormalige) Luchtvaartwet

 

10.8

een wijziging van een luchtvaartregeling als bedoeld in art. 8.64 1ste lid Wlv, op verzoek,

 

10.9

een luchtvaartbesluit als bedoeld in art. 8.43 Wlv, op verzoek, niet zijnde “omzettingen” van ontheffingen op grond van art. 13 (voormalige) Luchtvaartwet

 

10.10

een wijziging van een luchtvaartbesluit als bedoeld in art. 8.43 Wlv, op verzoek,

 

Hoofdstuk 11 Overige diensten

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 
 

Tarief 2024

11.1

het verstrekken van een vergunning, ontheffing, vrijstelling, toestemming, machtiging, etc. krachtens een provinciale verordening, provinciaal reglement of enig ander wettelijk voorschrift, anders dan hiervoor genoemd;

€ 580,00

11.2

een wijziging of verlenging van een vergunning, ontheffing, vrijstelling, toestemming, machtiging, etc. als bedoeld onder 11.1

€ 580,00