Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024

Geldend van 20-12-2023 t/m heden

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024

De raad van de gemeente Borsele;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 november 2023;

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

besluit vast te stellen de:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024.

Artikel 1. Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • f.

    bouwkostenlijst: een overzicht van bouwkosten ten behoeve van berekeningen voor de bouwleges-toets.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het raadplegen en verstrekken van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de Dienst van het kadaster en de openbare registers door ambtenaren in de uitoefening van hun functie;

  • d.

    het in behandeling nemen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • e.

    het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen;

  • f.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging hiervan, betrekkelijk enige gemeentelijk functie of dienstverrichting jegens de gemeente;

  • g.

    de aan de belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas.

Artikel 5. Tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel en de bouwkostenlijst per belastingjaar 2024.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 8 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

  • 1.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • 2.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • a.

      paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

    • b.

      paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • c.

      artikel 1.17 (schriftelijke verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • d.

      artikel 1.25, onder a (verklaring omtrent het gedrag)

    • e.

      artikel 1.31 (Wet op de kansspelen).

Een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 12. Overgangsrecht

  • 1. De “Verordening leges 2023” van 1 december 2022, of zoals laatstelijk gewijzigd, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

  • 3. Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening leges 2024”.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 7 december 2023.

de griffier,

Ph. J.M. de Vree

de voorzitter,

G.M. Dijksterhuis

Tarieventabel, bijbehorende bij de legesverordening Borsele 2024

Tarieventabel, bijbehorende bij de legesverordening Borsele 2024

Tarief 2024

Hoofdstuk 1

Algemene dienstverlening

 

Paragraaf 1.1

Burgerlijke stand

 

 

Artikel 1.1

Huwelijksvoltrekking, registratie partnerschap danwel omzetting geregistreerd partnerschap in een huwelijk

 

1.

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk/de registratie van een partnerschap/de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in de trouwzaal van de gemeente Borsele:

 

a.

van maandag tot en met vrijdag

€ 425,95

b.

op zaterdagen

€ 881,70

c.

op zondagen en andere algemeen erkende feestdagen als bedoeld in artikel 3 van de Algemene termijnenwet

€ 1.217,95

2.

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk/de registratie van een partnerschap/de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, door een reguliere (b)abs van de gemeente Borsele, indien de voltrekking, registratie of omzetting plaatsvindt in een nader aangewezen locatie:

 

a.

van maandag tot en met vrijdag, tussen 11.00 uur en 16.00 uur

€ 425,95

b.

op maandag tot en met vrijdag, voor 11.00 uur en na 16.00 uur

€ 881,70

c.

op zaterdagen

€ 881,70

d.

op zondagen en andere algemeen erkende feestdagen als bedoeld in artikel 3 van de Algemene termijnenwet

€ 1.217,95

3.

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk/de registratie van een partnerschap/de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, door een onbezoldigde (b)abs (benoemd voor één dag), indien de voltrekking, registratie of omzetting plaatsvindt in een nader aangewezen locatie:

 

a.

van maandag tot en met vrijdag, tussen 11.00 uur en 16.00 uur

€ 425,95

b.

op maandag tot en met vrijdag, voor 11.00 uur en na 16.00 uur

€ 881,70

c.

op zaterdagen

€ 881,70

d.

op zondagen en andere algemeen erkende feestdagen als bedoeld in artikel 3 van de Algemene termijnenwet

€ 1.217,95

Artikel 1.2

Gereserveerd: Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk

Artikel 1.3

Gereserveerd: Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in bijzonder huis

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of voor de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:

€ 425,95

Artikel 1.4

Gereserveerd: Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis

Artikel 1.5

Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag en aanwijzing externe trouwlocatie

1.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het benoemen als buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand bedraagt voor de benoeming voor de periode van 1 dag (één voltrekking huwelijk/registratie partnerschap/omzetting partnerschap in huwelijk):

€ 181,35

2.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het aanwijzen van een locatie als “huis der gemeente” voor 1 dag (voor het voltrekken van één huwelijk/registreren van één partnerschap/omzetting van één partnerschap in huwelijk)

€ 181,35

Artikel 1.6

Beschikbaar stellen getuige door gemeente

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige:

€ 20,20

Artikel 1.7

Gereserveerd: Annuleren of wijzigen datum

Artikel 1.8

Trouwboekje of partnerschapsboekje

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

a.

een trouwboekje of partnerschapsboekje:

€ 34,35

Artikel 1.8a

Registers van Burgerlijke Stand

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in de registers van de Burgerlijke stand, door een ambtenaar van de afdeling Burgerzaken voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 20,15

Paragraaf 1.2

Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

 

Artikel 1.9

Paspoorten of andere reisdocumenten

De tarieven bedragen voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van de in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden genoemde documenten de daarvoor in dat artikel vermelde maximumtarieven of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

Artikel 1.10

Nederlandse identiteitskaart

 

De tarieven bedragen voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van de in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden genoemde documenten de daarvoor in dat artikel vermelde maximumtarieven of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

 

Artikel 1.11

Modaliteiten

 

 

Voor een spoedlevering worden de in artikel 1.9 en 1.10 genoemde tarieven verhoogd met het daarvoor in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden vermelde maximumtarief of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd, naar beneden afgerond op € 0,05.

 

Paragraaf 1.3

Rijbewijzen

 

Artikel 1.12

Rijbewijzen

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs, het maximale tarief zoals dat door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is vastgesteld of zoals dit laatstelijk is vervangen of gewijzigd, naar beneden afgerond op € 0,05.

 

2.

Voor het verstrekken van een formulier voor het aanvragen van een verklaring van geschiktheid als bedoeld in artikel 98 van het Reglement Rijbewijzen (gezondheidsverklaring) is van toepassing het ten tijde van de aanvraag geldende tarief zoals dat door het CBR is vastgesteld onder goedkeuring van de minister van Infrastructuur en Waterstaat.

 

Artikel 1.13

Modaliteiten

 

 

Het tarief genoemd in artikel 1.12 lid 1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het maximale tarief zoals dat door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is vastgesteld of zoals dit laatstelijk is vervangen of gewijzigd, naar beneden afgerond op € 0,05.

 

Paragraaf 1.4

Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

 

Artikel 1.14

Definities

 

1.

Voor de toepassing van artikel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

2.

Voor de toepassing van artikel 1.16 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

 

Artikel 1.15

Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:

€ 8,45

2.

Het tarief genoemd in lid 1 sub a wordt, indien aan een derde (zoals bedoeld in artikel 1.1 van de Wet BRP) moet worden gefactureerd, vermeerderd met een bedrag per verstrekking van

€ 14,50

Artikel 1.16

Verstrekking van aangehaakte gegevens

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 8,45

Artikel 1.17

Schriftelijke verstrekking

 

 

In afwijking van de artikelen 1.15 en 1.16 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen:

€ 7,50

Artikel 1.18

Op aanvraag doornemen basisregistratie personen

 

 

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan te besteden kwartier:

€ 19,65

Paragraaf 1.5

Bestuurstukken

 

Artikel 1.19

Afschriften van bestuursstukken

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

a.

een volledig exemplaar van de Kadernota, per pagina

€ 0,25

b.

een volledig exemplaar van de Programmabegroting, per pagina

€ 0,25

c.

een volledig exemplaar van het bijlage boek behorende bij de begroting, per pagina

€ 0,25

d.

een volledig exemplaar van de Prorap, per pagina

€ 0,25

e.

een volledig exemplaar van de Programmarekening, per pagina

€ 0,25

f.

een exemplaar van de a.p.v. per pagina

€ 0,25

g.

een exemplaar van een verordening als bedoeld in de Omgevingswet per pagina

€ 0,25

h.

een exemplaar van de algemene subsidieverordening per pagina

€ 0,25

i.

een exemplaar van de deelverordening specifiek welzijn per pagina

€ 0,25

j.

een exemplaar van een deel van het Omgevingsplan met voorschriften, toelichting en ongekleurde tekening als bedoeld in de Omgevingswet

€ 217,25

k.

een exemplaar van een andere dan de onder sub g genoemde verordening van de gemeente, per pagina

€ 0,25

Artikel 1.20

Gereserveerd: Abonnement op bestuursstukken

 

Paragraaf 1.6

Vastgoedinformatie

 

Artikel 1.21

Plan- of kaartinformatie

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie van een ruimtelijk plan of deel daarvan, zoals omgevingsvisie, omgevingsplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in artikel 1.22, onderdeel b, per kopie op formaat A4 of A3

€ 12,30

Artikel 1.22

Informatie uit registers

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of een uittreksel uit:

 

a.

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object:

€ 12,30

b.

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet:

€ 12,30

c.

een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet:

€ 12,30

d.

het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed

€ 12,30

Artikel 1.23

Informatie uit adressenbestanden

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

 

a.

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres:

€ 12,30

b.

het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie:

€ 12,30

c.

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat:

€ 12,30

d.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie ten behoeve van taxaties

€ 70,95

Paragraaf 1.7

Overige publiekszaken

 

Artikel 1.24

Gemeentegarantie

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

a.

tot het verkrijgen van een achtervangpositie bij een waarborgfonds of een gemeentegarantie met een financiële omvang groter dan € 50.000

€ 179,85

b.

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde (hypothecaire) geldlening met een financiële omvang groter dan € 50.000

€ 179,85

Artikel 1.25

Overige publiekszaken

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag (VOG), het wettelijk maximum tarief zoals vastgesteld door het Ministerie van Justitie, danwel recentelijk is vastgesteld of gewijzigd.

 

b.

tot het legaliseren van een handtekening:

€ 8,45

c.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van het Nederlanderschap door naturalisatie of via optie als bedoeld in de Rijkswet op het Nederlanderschap geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Optie- en Naturalisatiegelden 2002, dan wel recentelijk is vastgesteld of gewijzigd.

 

Paragraaf 1.8

Gemeentearchief

 

Artikel 1.26

Naspeuringen in gemeentearchief

 

 

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan te besteden kwartier:

€ 20,45

Artikel 1.27

Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, voor zover niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

a.

per print op A0, A1 en A2

€ 5,65

b.

per print op A3 en A4

€ 0,25

c.

per stuk op CD en/of DVD

€ 22,40

d.

bij digitale verzending, per bestand

€ 3,30

Artikel 1.28

Gereserveerd: Uitlenen archiefbescheiden

 

Paragraaf 1.9

Bijzondere wetten

 

Artikel 1.29

Gereserveerd: Huisvestingswet 2014

 

Artikel 1.30

Leegstandwet

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet:

€ 196,45

b.

verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet:

€ 94,20

Artikel 1.31

Wet op de kansspelen

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

a.

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat:

€ 56,50

b.

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 56,50

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 34,00

2.

Het eerste lid, onderdelen a en b, is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden.

 

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

€ 51,50

Artikel 1.32

Telecommunicatiewet

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet:

€ 440,00

a.

Met iedere strekkende meter boven de 25 m1 wordt dit tarief verhoogd met:

€ 1,42

b.

als met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Artikel 1.33

Wegenverkeerswetgeving

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990:

€ 51,50

b.

een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen:

€ 51,50

c.

ter verkrijging van een ontheffing als bedoeld in artikel 148 van de Wegenverkeerswet

€ 51,50

d.

tot het verkrijgen van een enkelvoudige ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke Stoffen

€ 120,80

e.

tot het verkrijgen van een verzamelontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke Stoffen

€ 299,05

c.

verstrekking van een landelijke gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

 

1.

indien het een eerste aanvraag betreft

gratis

2.

indien het een verlenging betreft of een vermissing

gratis

Paragraaf 1.10

Diversen

 

Artikel 1.34

Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

a.

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 8,65

b.

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

€ 51,50

c.

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 0,25

d.

(digitale) kaarten, tekeningen en lichtdrukken voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening, of lichtdruk

€ 6,25

Artikel 1.35

Diverse vergunningen of beschikkingen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

a.

als bedoeld in artikel 8 van de Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels (openstellingsvergunning tunnel):

€ 14.902,60

Artikel 1.36

Kinderopvang

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het in exploitatie nemen van een kindercentrum of gastouderbureau of het bieden van gastouderopvang

€ 143,25

Hoofdstuk 2

Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet

Paragraaf 2.1

Algemene bepalingen

 

Artikel 2.1

Definities

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

3.

bouwkosten: de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012,1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin begrepen. De opgegeven geraamde bouwkosten worden getoetst aan de eenheidsprijzen inclusief BTW zoals bepaald in het “Overzicht bouwkosten ten behoeve van de berekeningen, voor de bouwlegestoets per belastingjaar 2024”, bijlage A.

4.

aanlegkosten: de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012,1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin begrepen;

5.

sloopkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in hoofdstuk 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV 2012, Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een gespecificeerde raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

Artikel 2.2

Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

 

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

omgevingsoverleg;

 

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

 

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

 

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

 

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

 

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

 

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

 

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

 

Artikel 2.3

Bepalen tarief

 

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

 

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

 

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

 

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

 

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

6.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

Paragraaf 2.2

Voorfase

 

Artikel 2.4

Omgevingsoverleg/conceptverzoek

 

 

Voordat een formele aanvraag om een besluit als bedoeld in de overige paragrafen van deze titel wordt ingediend en betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

1.

voor een Informatie overleg:

gratis

2.

voor een conceptverzoek

€ 154,50

3.

voor een Intaketafel:

€ 207,05

4.

voor een eenvoudige Omgevingstafel:

€ 414,20

5.

voor een complexe Omgevingstafel:

€ 1.303,75

Paragraaf 2.3

Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

 

Artikel 2.5

Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

indien de bouwkosten minder dan € 500.000,00 bedragen:

0,57%

 

van de bouwkosten met een minimum van:

€ 89,45

b.

indien de bouwkosten € 500.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

€ 2.850,00

 

vermeerderd met:

0,54%

 

waarmee die bouwkosten de € 500.000,00 te boven gaan;

 

c.

indien de bouwkosten € 1.000.000,00 tot € 2.500.000,00 bedragen:

€ 5.550,00

 

vermeerderd met:

0,51%

 

waarmee die bouwkosten de € 1.000.000,00 te boven;

 

d.

indien de bouwkosten € 2.500.000,00 tot € 10.000.000,00 bedragen:

€ 13.200,00

 

vermeerderd met:

0,51%

 

waarmee die bouwkosten de € 2.500.000,00 te boven gaan;

 

e.

indien de bouwkosten € 10.000.000,00 tot € 50.000.000,00 bedragen:

€ 51.450,00

 

vermeerderd met:

0,48%

 

waarmee die bouwkosten de € 10.000.000,00 te boven gaan;

 

f.

indien de bouwkosten € 50.000.000,00 of meer bedragen:

€ 243.450,00

 

vermeerderd met:

0,42%

 

waarmee die bouwkosten de € 50.000.000,00 te boven gaan;

 

Artikel 2.6

Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit of het in stand houden of gebruiken van het (te bouwen) bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

indien de bouwkosten minder dan € 500.000,00 bedragen:

1,33%

 

van de bouwkosten met een minimum van:

€ 134,15

b.

indien de bouwkosten € 500.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

€ 6.650,00

 

vermeerderd met:

1,26%

 

waarmee die bouwkosten de € 500.000,00 te boven gaan;

 

c.

indien de bouwkosten € 1.000.000,00 tot € 2.500.000,00 bedragen:

€ 12.950,00

 

vermeerderd met:

1,19%

 

waarmee die bouwkosten de € 1.000.000,00 te boven;

 

d.

indien de bouwkosten € 2.500.000,00 tot € 10.000.000,00 bedragen:

€ 30.800,00

 

vermeerderd met:

1,19%

 

waarmee die bouwkosten de € 2.500.000,00 te boven gaan;

 

e.

indien de bouwkosten € 10.000.000,00 tot € 50.000.000,00 bedragen:

€ 120.050,00

 

vermeerderd met:

1,12%

 

waarmee die bouwkosten de € 10.000.000,00 te boven gaan;

 

f.

indien de bouwkosten € 50.000.000,00 of meer bedragen:

€ 568.050,00

 

vermeerderd met:

0,98%

 

waarmee die bouwkosten de € 50.000.000,00 te boven gaan;

 

Artikel 2.7

Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.5, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

indien de sloopkosten minder dan € 100.000,00 bedragen:

1,60%

 

van de sloopkosten met een minimum van:

€ 89,45

2.

indien de sloopkosten € 100.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

€ 1.600,00

 

vermeerderd met:

0,40%

 

waarmee die sloopkosten de € 100.000,00 te boven gaan;

 

3.

indien de sloopkosten € 1.000.000,00 of meer bedragen:

€ 5.200,00

 

vermeerderd met :

0,25%

 

waarmee die sloopkosten de € 1.000.000,00 te boven gaan.

 

Paragraaf 2.4

Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

 

Artikel 2.8

Omgevingsplanactiviteit: monumenten

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 293,55

b.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 293,55

Artikel 2.9

Gereserveerd: Rijksmonumentenactiviteit

 

Artikel 2.10

Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 293,55

Artikel 2.11

Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed

 

Paragraaf 2.5

Milieubelastende activiteiten

 

Artikel 2.12

Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteiten

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a van de Omgevingswet bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

Per milieu belastende activiteit:

€ 1.102,32

Artikel 2.13

Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.20 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.804,64

2.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.337,20

3.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,76

Artikel 2.14

Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.804,64

2.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.337,20

3.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,76

Artikel 2.15

Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.804,64

2.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.337,20

3.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,76

Artikel 2.16

Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.804,64

2.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.337,20

3.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,76

Artikel 2.17

Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 2.804,64

Artikel 2.18

Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.804,64

2.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.337,20

3.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,76

Artikel 2.19

Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 2.804,64

Artikel 2.20

Samenloop van milieubelastende activiteiten

 

1.

Als bij de toepassing van de artikelen 2.13 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast.

 

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt.

 

Paragraaf 2.6

Lozingsactiviteiten

 

Artikel 2.21

Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 285,00

Artikel 2.22

Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 285,00

Paragraaf 2.7

Aanlegactiviteiten

 

Artikel 2.23

Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven

 

Artikel 2.24

Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde

 

Artikel 2.25

Omgevingsplanactiviteit: geluid weg

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 285,00

Artikel 2.26

Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in de Verordening fysieke leefomgeving gemeente Borsele in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet, artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit of artikel 22.278 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 97,85

Artikel 2.27

Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in de Verordening fysieke leefomgeving gemeente Borsele in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 97,85

Artikel 2.28

Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

indien de aanlegkosten minder dan € 100.000,00 bedragen:

1,60%

 

van de aanlegkosten met een minimum van:

€ 89,45

b.

indien de aanlegkosten € 100.000,00 tot € 500.000,00 bedragen:

€ 1.600,00

 

vermeerderd met:

2,00%

 

waarmee die aanlegkosten de€ 100.000,00 te boven gaan;

 

c.

indien de aanlegkosten € 500.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

€ 9.600,00

 

vermeerderd met:

1,80%

 

waarmee die aanlegkosten de € 500.000,00 te boven gaan;

 

d.

indien de aanlegkosten € 1.000.000,00 tot € 2.500.000,00 bedragen:

€ 18.600,00

 

vermeerderd met:

1,70%

 

waarmee die aanlegkosten de € 1.000.000,00 te boven gaan;

 

e.

indien de aanlegkosten € 2.500.000,00 tot € 10.000.000,00 bedragen:

€ 44.100,00

 

vermeerderd met:

1,70%

 

waarmee die aanlegkosten de € 2.500.000,00 te boven gaan;

 

f.

indien de aanlegkosten € 10.000.000,00 tot € 50.000.000,00 bedragen

€ 171.600,00

 

vermeerderd met:

1,60%

 

waarmee die aanlegkosten de € 10.000.000,00 te boven gaan;

 

g.

indien de aanlegkosten € 50.000.000,00 of meer bedragen:

€ 819.600,00

 

vermeerderd met:

1,40%

 

waarmee die aanlegkosten de € 50.000.000,00 te boven gaan;

 

Paragraaf 2.8

Overige activiteiten

 

Artikel 2.29

Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie

 

Artikel 2.30

Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in de Verordening fysieke leefomgeving gemeente Borsele in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 51,50

2.

Het tarief als bedoeld in artikel 2.30 wordt vermeerderd met de provinciale leges.

 

Artikel 2.31

Gereserveerd: Omgevingsplanactiviteit: reclame

 

Artikel 2.32

Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, bedoeld in de Verordening fysieke leefomgeving gemeente Borsele in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 627,00

Artikel 2.33

Gereserveerd: Standplaatsen

 

Artikel 2.34

Andere activiteiten

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:

€ 915,80

Paragraaf 2.9

Maatwerkvoorschriften

 

Artikel 2.35

Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

 

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:

 

a.

voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

1. het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

2. bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

3. het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

4. het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving

per maatwerkvoorschrift:

€ 371,00

b.

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

€ 371,00

Artikel 2.36

Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

 

1.

Als de aanvraag op een maatwerkvoorschriften als bedoeld in het omgevingsplan of hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op:

 

a.

Per milieubelastende activiteit

€ 2.337,20

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit

€ 1.869,76

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit

€ 1.519,18

2.

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 1.592,24

Artikel 2.37

Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

 

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 371,00

Paragraaf 2.10

Gelijkwaardigheid

 

Artikel 2.38

Gelijkwaardige maatregel bij een bouwactiviteit en een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed

 

 

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

 

a.

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:

€ 371,00

b.

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief:

€ 371,00

c.

een milieubelastende activiteit bedraagt het tarief:

 

1.

voor één milieu belastende activiteit:

€ 2.337,20

2.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,76

3.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.519,18

d.

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief:

€ 371,00

Paragraaf 2.11

Overige tarieven

 

Artikel 2.39

Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

€ 182,70

Artikel 2.40

Wijzigen omgevingsvergunning

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 193,20

2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om andere wijzigingen van een omgevingsvergunning dan genoemd onder lid 1 is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

 

Artikel 2.41

Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning:

€ 182,70

Artikel 2.42

Intrekken omgevingsvergunning

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2.58 van toepassing is:

€ 193,20

Artikel 2.43

Beoordeling aanvullende gegevens

 

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.1.1, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen.

10,00%

Artikel 2.44

Beoordeling onderzoeksrapporten

 

 

De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

Artikel 2.45

Wijzigen van het omgevingsplan

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld, tenzij kostenverhaal op andere wijze met elkaar is overeengekomen.

 

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Artikel 2.46

Niet genoemd besluit op aanvraag

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan.

€ 915,80

Paragraaf 2.12

Modaliteiten

 

Artikel 2.47a

Planologische wijziging bij omgevingsplanactiviteit (waarbij tevens of geen sprake is van een bouwactiviteit)

 

a.

Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit in overeenstemming is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet:

€ 191,05

b.

Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit) conform bijlage B:

€ 371,00

c.

Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (buitenplanse omgevingsplanactiviteit) niet zijnde de gevallen zoals opgenomen in bijlage B:

€ 9.644,80

Artikel 2.47b

Achteraf ingediende aanvraag

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

10,00%

 

met een minimum van:

€ 425,90

 

en een maximum van:

€ 1.000,00

Artikel 2.48

Uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

 

a.

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet zijnde een milieubelastende activiteit:

€ 9.644,80

Artikel 2.49

Beoordeling onderzoeksrapporten

 

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

 

a.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 234,00

b.

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 2.213,00

c.

voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:

€ 234,00

Artikel 2.50

Advies

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

 

a.

voor een advies van de gemeenteraad:

€ 915,80

b.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet:

€ 100,00 

c.

voor een advies van de agrarische commissie:

€ 1.101,10

 

indien de agrarische commissie een bedrijfsbezoek brengt t.b.v. het uitbrengen van een advies als bedoeld in lid c, bedraagt het (extra) tarief:

€ 114,95

d.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie in andere gevallen dan bedoeld in lid b: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

e.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met d: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onder d of e is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Artikel 2.51

Instemming

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

 

 

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

 

2.

Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.13

Vermindering

 

Artikel 2.52

Vermindering na omgevingsoverleg

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

100,00%

 

van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.

 

2.

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;

b. in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en

c. binnen 6 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

 

Artikel 2.53

Gereserveerd: Vermindering bij meervoudige aanvraag

 

Paragraaf 2.14

Teruggaaf

 

Artikel 2.54

Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

 

 

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

90,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.55

Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

 

 

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt:

90,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.56

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

 

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag:

50,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag:

25,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.57

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

 

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag:

50,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag:

25,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.58

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

 

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.59

Gereserveerd: Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

Artikel 2.60

Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

 

 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

 

Artikel 2.61

Minimumbedrag voor teruggaaf

 

 

Een bedrag minder dan € 90,80 wordt niet teruggegeven.

 

Hoofdstuk 3

Dienstverlening vallend onder de dienstenrichtlijn en niet vallend onder hoofdstuk 2

Paragraaf 3.1

Horeca

 

Artikel 3.1

Exploitatie openbare inrichting

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

a.

een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 51,50

b.

aanvraag tot het verkrijgen van een ander sluitingsuur dan genoemd in artikel 2.30 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 51,50

Artikel 3.2

Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

a.

een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet:

€ 189,00

b.

een aanvraag om een tijdelijke ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet:

€ 51,50

c.

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet:

€ 55,00

d.

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet:

€ 55,00

e.

een aanvraag om een tijdelijke ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet:

€ 51,50

2.

Het tarief onder lid 1 sub d wordt vermeerderd met elke persoon die op het aanhangsel moet worden vermeld (twee of meer)

 

Paragraaf 3.2

Gereserveerd: Seksbedrijven

 

Artikel 3.3

Gereserveerd: Vergunning seksbedrijf

 

Artikel 3.4

Gereserveerd: Wijzigen vergunning seksbedrijf

 

Paragraaf 3.3

Winkeltijdenwet

 

Artikel 3.5

Ontheffing winkeltijden

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet:

€ 51,50

b.

wijziging van een in onderdeel a bedoelde ontheffing:

€ 51,50

Paragraaf 3.4

Organiseren evenement of markt

 

Artikel 3.6

Organiseren evenement

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

a.

tot het verkrijgen van een vergunning voor een A evenement. Als er sprake is van een gebundelde vergunning worden voor bijkomende vergunningen/ontheffingen geen leges in rekening gebracht.

€ 88,25

b.

tot het verkrijgen van een vergunning voor een B evenement. Als er sprake is van een gebundelde vergunning worden voor bijkomende vergunningen/ontheffingen geen leges in rekening gebracht.

€ 88,25

c.

tot het verkrijgen van een vergunning voor een C evenement. Als er sprake is van een gebundelde vergunning worden voor bijkomende vergunningen/ontheffingen geen leges in rekening gebracht.

€ 168,55

Artikel 3.7

Gereserveerd: Organiseren markt

 

Paragraaf 3.5

Standplaatsen

 

Artikel 3.8

Gereserveerd: Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt

 

Artikel 3.9

Gereserveerd: Overige administratieve dienstverlening markt

 

Artikel 3.10

Losse standplaatsen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van vergunningen om (een) standplaats(en) in te nemen in de open lucht voor het aan het publiek aanbieden, verkopen of verstrekken van waren of goederen, uitgezonderd standplaatsen op een kermisterrein gedurende de aangewezen kermisdagen:

 

a.

geldig voor één dag, per standplaats

€ 19,80

b.

geldig voor één week, per standplaats

€ 46,35

c.

geldig voor één maand, per standplaats

€ 92,75

d.

geldig voor onbepaalde tijd, per standplaats

€ 185,40

Paragraaf 3.6

Gereserveerd: Huisvestigingswet 2014

 

Artikel 3.11

Gereserveerd: Vergunning onttrekken woonruimte

 

Artikel 3.12

Gereserveerd: Vergunning samenvoegen woonruimte

 

Artikel 3.13

Gereserveerd: Vergunning omzetten zelfstandige in onzelfstandige woonruimte

 

Artikel 3.14

Gereserveerd: Vergunning verbouwen woonruimte tot meer woonruimten

 

Artikel 3.15

Gereserveerd: Splitsvergunning

 

Artikel 3.16

Gereserveerd: Toeristische verhuur

 

Artikel 3.17

Gereserveerd: Verhuurvergunning opkoopbescherming

 

Artikel 3.18

Gereserveerd: Verhuurvergunning woon- of verblijfsruimte

 

Paragraaf 3.7

In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

 

Artikel 3.19

Niet benoemd besluit op aanvraag

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:

€ 51,50

Bijlage A ‘Overzicht bouwkosten ten behoeve van berekeningen voor de bouwleges-toets’

2024

2024

De vermelde prijzen gelden per eenheid zoals vermeld

excl. BTW

incl. 21% BTW

eenheid

1.

Woningen

1.1

Rijtjeswoningen

255,00

308,55

per m3

1.2

Half vrijstaande woningen

308,00

372,68

per m3

1.3

Vrijstaande woningen/ appartementen

343,00

415,03

per m3

1.4

Bungalows

367,00

444,07

per m3

1.5

Woonwagens (nieuw en verplaatst)

231,00

279,51

per m3

1.6

(Tijdelijke) woonunits

231,00

279,51

per m3

1.7

Recreatiewoning

231,00

279,51

per m3

2.

Woninguitbreidingen en verbouwingen

2.1

Uitbreiding woonruimte/ dakopbouw

349,00

422,29

per m3

2.2

Uitbreiding bergruimte/ garage

154,00

186,34

per m3

2.3

Kelder

320,00

387,20

per m3

2.4

Serre

692,00

837,32

per m2

2.5

Verandering woonruimte (inpandig)

160,00

193,60

per m3

2.6

Dakkapel

1.325,00

1.603,25

per m1

2.7

Gevelwijziging

716,00

866,36

per m2

2.8

Nieuw dak

142,00

171,82

per m2

3.

Bijgebouwen

3.1

Berging/garage met plat dak

160,00

193,60

per m3

3.2

Berging/garage met kapconstructie

148,00

179,08

per m3

3.3

Carport/ Overkapping

190,00

229,90

per m2

3.4

Tuinhuisje (prefab)

178,00

215,38

per m2

3.5

Zwembad

237,00

286,77

per m3

4.

Tuin en straatmeubilair

4.1

Houten schutting/pergola

83,00

100,43

per m1

4.2

Gemetselde tuinmuur

148,00

179,08

per m1

4.3

Schotelantenne

1.195,00

1.445,95

per st.

4.4

Hout + metselwerk tuinmuur

113,00

136,73

per m1

4.5

Gaashekwerk

60,00

72,60

per m1

5.

Bedrijfshallen

Gemetselde wandconstructie: geldt voor gehele pand (geen opsplitsing)

5.1

Bedrijfshal hoogte tot en met 3 m1

119,00

143,99

per m3

5.2

Bedrijfshal hoogte tussen 3 en 6 m1

71,00

85,91

per m3

5.3

Tussenvloer in de hal extra

160,00

193,60

per m2

5.4

Bedrijfskantoor in de hal

243,00

294,03

per m3

Systeembouw: geldt voor gehele pand (geen opslitsing)

5.5

Hal hoogte tot en met 6 m1

71,00

85,91

per m3

5.6

Hal hoogte tussen 6 tot en met 9 m1

60,00

72,60

per m3

5.7

Hal hoger dan 9 m1, opp. Kleiner dan 5.000 m2

54,00

65,34

per m3

5.8

Hal hoger dan 9 m1, opp. Tussen 5.000 en 10.000 m2

54,00

65,34

per m3

5.9

Hal hoger dan 9 m1, opp. Tussen 10.000 en 20.000 m2

48,00

58,08

per m3

5.1

Hal hoger dan 9 m1, opp. Groter dan 20.000 m2

48,00

58,08

per m3

5.11

Tussenvloer in de hal extra

101,00

122,21

per m2

5.12

Kantoorvloer in de hal extra

154,00

186,34

per m2

5.13

Open loods

154,00

186,34

per m2

5.14

Semi-permanente unit

243,00

294,03

per m3

5.15

Loods/voorraadschuur

100,00

121,00

per m3

5.16

Romneyloods

34,00

41,14

per m3

6.

Overige gebouwen

6.1

Kantoor

343,00

415,03

per m3

6.2

Showroom

202,00

244,42

per m3

6.3

Winkel

343,00

415,03

per m3

6.4

Bouwmarkt

154,00

186,34

per m3

6.5

Horeca

314,00

379,94

per m3

6.6

Sporthal

308,00

372,68

per m3

6.7

Kleedgebouwen

284,00

343,64

per m3

6.8

Scholen/ kinderdagverblijven

273,00

330,33

per m3

6.9

Noodscholen

225,00

272,25

per m3

6.10

Zorgfunctie (kleinschalig)

409,00

494,89

per m3

6.11

Interne wijzigingen overige gebouwen

119,00

143,99

per m3

6.12

Gevelwijzigingen overige gebouwen

722,00

873,62

per m2

7.

Tuinbouwkas

7.1

Verwarmde kas

54,00

65,34

per m2

7.2

Onverwarmde kas

36,00

43,56

per m2

8.

Varkensstal

8.1

Stal fokzeugen en biggen (traditioneel metselwerk)

474,00

573,54

per m2

8.2

Stal voor vleesvarkens (traditioneel metselwerk)

438,00

529,98

per m2

8.3

Stal voor fokzeugen (groepshuisvesting op stro)

308,00

372,68

per m2

* Voor systeembouw zoals beton en staalwanden geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

9.

Koeienstal

9.1

Stal voor vleeskalveren (traditioneel metselwerk)

426,00

515,46

per m2

9.2

Grupstal (traditioneel metselwerk)

343,00

415,03

per m2

9.3

Ligboxenstal (traditioneel metselwerk)

367,00

444,07

per m2

*Voor systeembouw, zoals beton- en staalwanden

geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

9.4

Gedeelte voor melkinrichting, installatie en tank

728,00

880,88

per m2

10.

Kippenstal

10.1

Vleeskuikens (traditioneel metselwerk)

355,00

429,55

per m2

10.2

Legkippen (traditioneel metselwerk)

379,00

458,59

per m2

Voor systeembouw, zoals beton- en staalwanden geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

10.3

Extra kosten legbatterijen/ mestverwijdering

113,00

136,73

per m2

11.

Paardenstal

11.1

Paardenstal (traditioneel metselwerk)

716,00

866,36

per m2

11.2

Manage (rijhal) (traditioneel metselwerk)

349,00

422,29

per m2

Voor systeembouw, zoals beton- en staalwanden geldt een tariefreductie van

60,00

72,60

per m2

12.

Overige agrarische bedrijfsgebouwen

12.1

Opslagloods agrarische (spouwmuur traditioneel)

255,00

308,55

per m2

12.2

Opslagloods (houten gevels)

137,00

165,77

per m2

12.3

Opslagloods (beton gevels)

137,00

165,77

per m2

12.4

Prefab werktuigen/opslagloods (stalen gevels)

113,00

136,73

per m2

12.5

Prefab veldschuur open (stalen gevels)

66,00

79,86

per m2

12.6

Aardappelloods (incl. kelderventilatie + inrichting)

391,00

473,11

per m2

12.7

Champignonkwekerij (incl. basisinrichting)

704,00

851,84

per m2

12.8

Nertsen

172,00

208,12

per m1

12.9

Hagelnetten

4,50

5,45

per m1

13.

Mestsilo/ kelder

13.1

Bovengronds van staal en/of hout systeembouw

47,00

56,87

per m3

13.2

Mest kelder (losse kelder)

160,00

193,60

per m2

13.3

Sleufsilo

290,00

350,90

per m1

14.

Parkeerkelder

14.1

Gedeeltelijk boven- of ondergronds

207,00

250,47

per m3

14.2

Geheel ondergronds

278,00

336,38

per m3

14.3

Geheel bovengronds

131,00

158,51

per m3

14.4

(Parkeer)kelder onder gebouw

137,00

165,77

per m3

15.

Kabels en leidingen

15.1

20 kV

195,00

235,95

per m1

15.2

50 kV

97,00

117,37

per m1

15.3

Horizontaal gestuurde boringen

90,00

108,90

per m1

Bijlage B ‘Definitie kleine en grote buitenplanse omgevingsplanactiviteiten’

Een buitenplanse omgevingsplanactiviteit is:

  • a.

    een activiteit waarvoor het omgevingsplan bepaalt dat een vergunning nodig is, maar het volgens de beoordelingsregels niet mogelijk is de vergunning te verlenen.

  • b.

    Een andere activiteit die in strijd is met het omgevingsplan.

    Alle buitenplanse omgevingsplanactiviteiten vallen onder de artikel 2.47a sub c grote buitenplanse omgevingsplanactiviteit’, tenzij de activiteit valt binnen de volgende categorieën. Dan is het een artikel 2.47a sub b kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit’:

  • 1.

    Een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, wordt voldaan aan de volgende eisen:

    • a.

      niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf;

    • b.

      de oppervlakte niet meer dan 150 m2;

  • 2.

    Een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening (nutsvoorzieningen, de waterhuishouding, het meten van de luchtkwaliteit, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer of het weg-spoorweg-, water- of luchtverkeer) wanneer wordt voldaan aan de volgende eisen:

    • a.

      niet hoger dan 5m, en

    • b.

      de oppervlakte niet meer dan 50m2;

  • 3.

    Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk, mits voldaan wordt aan de volgende eisen:

    • a.

      niet hoger dan 10m, en

    • b.

      de oppervlakte niet meer dan 50m2;

  • 4

    een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw, de uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ongeschikte aard dan wel voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw;

  • 5

    een antenne-installatie, mist niet hoger dan 40 meter;

  • 6

    een installatie bij een glastuinbouwbedrijf voor warmtekrachtkoppeling (de gecombineerde opwekking van warmte en elektriciteit of mechanische energie door verstoking van een brandstof, waarvan de warmte nuttig gebruikt wordt, anders dan voor de productie van elektriciteit);

  • 7

    het gebruiken van gronden voor een niet-ingrijpende herinrichting van openbaar gebied;

  • 8

    het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, en van bij die bouwwerken aansluitend terrein, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, het uitsluitend betreft een logiesfunctie voor werknemers of de opvang van asielzoekers of andere categorieën vreemdelingen;

  • 9

    het gebruiken van een recreatiewoning voor bewoning, mits voldaan wordt aan de volgende eisen:

    • a.

      de recreatiewoning voldoet aan de bij of krachtens de vigerende wet- en regelgeving aan een bestaande woning gestelde eisen;

    • b.

      de bewoning niet in strijd is met de regels gesteld in Omgevingswet

    • c.

      de bewoner op 31 oktober 2003 de recreatiewoning als woning in gebruik had en deze sedertdien onafgebroken bewoont, en

    • d.

      de bewoner op 31 oktober 2003 meerderjarig was

  • 10.

    ander gebruik van gronden of bouwwerken dan bedoeld in de onderdelen 1 tot en met 10 voor een termijn van ten hoogte 10 jaar;