Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR705770
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR705770/1
Verordening op de heffing en invordering van leges Borger -Odoorn 2024
Geldend van 07-12-2023 t/m 18-01-2024
Intitulé
Verordening op de heffing en invordering van leges Borger -Odoorn 2024De raad van de gemeente Borger-Odoorn;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 oktober 2023
met zaaknr. 75454-2023
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en invordering van leges Borger -Odoorn 2024
Legesverordening Borger-Odoorn 2024
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
- 1.
“dag”: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- 2.
“week”: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- 3.
“maand”: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1) e dag in de volgende kalendermaand met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1) e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;“
- 4.
jaar”: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
- 5.
“kalenderjaar”: de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;
- b.
het verlenen van een dienst op aanvraag; of
- c.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;
- b.
diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- 1.
van zuiver redactionele aard zijn;
- 2.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- a.
hoofdstuk 2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);
- b.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- c.
onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- a.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Overgangsrecht
-
1. De algemene legesverordening 2023 en de legesverordening omgevingsvergunning 2023 van 24 november 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 12 Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
Artikel 13 Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als: “ Legesverordening Borger-Odoorn 2024”.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Borger-Odoorn op 30 november 2023.
De raad voornoemd,
de griffier,
I. Oosting
de voorzitter,
mr. J. Seton
TARIEVENTABEL 2024
behorende bij de Legesverordening Borger-Odoorn 2024
Indeling tarieventabel
Titel |
1 |
Algemene dienstverlening |
Hoofdstuk |
1 |
Burgerlijke stand |
Hoofdstuk |
2 |
Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart |
Hoofdstuk |
3 |
Rijbewijzen |
Hoofdstuk |
4 |
Verstrekkingen uit de basisregistratie personen |
Hoofdstuk |
5 |
Vervallen |
Hoofdstuk |
6 |
Vervallen |
Hoofdstuk |
7 |
Bestuursstukken |
Hoofdstuk |
8 |
Vastgoedinformatie |
Hoofdstuk |
9 |
Overige publiekszaken |
Hoofdstuk |
10 |
Gemeentearchief |
Hoofdstuk |
11 |
Gereserveerd |
Hoofdstuk |
12 |
Leegstandwet |
Hoofdstuk |
13 |
Kansspelen |
Hoofdstuk |
14 |
Verkeer en vervoer |
Hoofdstuk |
15 |
Diversen |
Hoofdstuk |
16 |
Aansluiting riolering |
Hoofdstuk |
17 |
Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur |
Titel |
2 |
Dienstverlening en besluiten in het kader van de omgevingswet |
Paragraaf |
2.1 |
Algemene bepalingen |
Paragraaf |
2.2 |
Voorfase |
Paragraaf |
2.3 |
Activiteiten met betrekking tot bouwwerken |
Paragraaf |
2.4 |
Planologische strijdigheid |
Paragraaf |
2.5 |
Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
Paragraaf |
2.6 |
Milieubelastende activiteiten |
Paragraaf |
2.7 |
Lozingsactiviteiten |
Paragraaf |
2.8 |
Aanlegactiviteiten |
Paragraaf |
2.9 |
Overige activiteiten |
Paragraaf |
2.10 |
Maatwerkvoorschriften |
Paragraaf |
2.11 |
Gelijkwaardigheid |
Paragraaf |
2.12 |
Overige tarieven |
Paragraaf |
2.13 |
Modaliteiten |
Paragraaf |
2.14 |
Vermindering |
Paragraaf |
2.15 |
Teruggaaf |
Bijlage |
1: |
Tarieven Welstand 2023 |
Bijlage |
2: |
Lijst kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteiten |
Titel |
3 |
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
Hoofdstuk |
1 |
Horeca |
Hoofdstuk |
2 |
Organiseren evenementen of markten |
Hoofdstuk |
3 |
Prostitutiebedrijven |
|
i |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
|
Titel |
2 |
Dienstverlening en besluiten in het kader van de omgevingswet |
|
|
Paragraaf 2.1 |
Algemene bepalingen |
|
Artikel 2.1.1 |
Definities |
|
1. |
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
2. |
In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
3. |
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: |
|
|
binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan; |
|
|
binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet; |
|
|
buitenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan |
|
4. |
Bouwkosten: |
|
|
Bouwkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) (Hoge Raad 01-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:1430) , voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2699, uitgave 2013, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; Vooroverleg: een verzoek tot het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project dat niet past binnen het (tijdelijke) omgevingsplan vergunbaar is of op medewerking kan rekenen. |
|
5. |
Vooroverleg: |
|
|
een verzoek tot het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project dat niet past binnen het (tijdelijke) omgevingsplan vergunbaar is of op medewerking kan rekenen. |
|
Artikel 2.1.2 |
Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven |
|
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
a. |
vooroverleg; |
|
b. |
een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit; |
|
c. |
een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet; |
|
d. |
toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet; |
|
e. |
een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning; |
|
f. |
intrekking van een omgevingsvergunning; |
|
g. |
wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d; |
|
h. |
een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g. |
|
Artikel 2.1.3 |
Bepalen tarief |
|
1. |
De in artikel 2.1.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk. |
|
2. |
Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten. |
|
3. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.13. |
|
4. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.14. |
|
5. |
Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. |
|
6. |
In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
Paragraaf 2.2 |
Voorfase |
|
Artikel 2.2.1 |
vooroverleg |
|
|
Voordat een formele aanvraag om een besluit als bedoeld in de overige paragrafen van deze titel wordt ingediend en betrekking heeft op het houden van vooroverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief voor een: |
|
a. |
Voor een vooroverleg |
€ 225,00 |
b. |
Voor een kleine Omgevingstafel |
€ 1.000,00 |
c. |
Voor een grote Omgevingstafel |
€ 2.000,00 |
Paragraaf 2.3 |
Activiteiten met betrekking tot bouwwerken |
|
Artikel 2.3.1 |
Bouwactiviteit (bouwtechnische deel) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
indien de bouwkosten minder dan € 25.000 bedragen: |
1,42% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 103,00 |
b. |
indien de bouwkosten € 25.000 of meer, maar minder dan € 50.000 bedragen: |
0,72% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 355,00 |
c. |
indien de bouwkosten € 50.000 of meer, maar minder dan € 200.000 bedragen: |
0,72% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 360,00 |
d. |
indien de bouwkosten € 200.000 of meer, maar minder dan € 500.000 bedragen: |
0,72% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 1.440,00 |
e. |
indien de bouwkosten € 500.000 of meer, maar minder dan € 1.000.000 bedragen: |
0,72% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 3.600,00 |
f. |
indien de bouwkosten € 1.000.000 of meer bedragen: |
0,72% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 7.200,00 |
|
Met een maximumtarief van |
€ 90.000,00 |
Artikel 2.3.2 |
Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit of het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
indien de bouwkosten minder dan € 25.000 bedragen: |
3,30% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 103,00 |
b. |
indien de bouwkosten € 25.000 of meer, maar minder dan € 50.000 bedragen: |
1,67% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 825,00 |
c. |
indien de bouwkosten € 50.000 of meer, maar minder dan € 200.000 bedragen: |
1,67% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 835,00 |
d. |
indien de bouwkosten € 200.000 of meer, maar minder dan € 500.000 bedragen: |
1,67% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 3.340,00 |
e. |
indien de bouwkosten € 500.000 of meer, maar minder dan € 1.000.000 bedragen: |
1,67% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 8.350,00 |
f. |
indien de bouwkosten € 1.000.000 of meer bedragen: |
1,67% |
|
met een minimumtarief van: |
€ 16.700,00 |
|
met een maximumtarief van: |
€ 90.000,00 |
Artikel 2.3.3 |
Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.5, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 170,90 |
Paragraaf 2.4 |
Planologische strijdigheid |
|
Artikel 2.4.1 |
Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (planologische procedures) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ 183,20 |
b. |
Voor een kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit zoals opgenomen in bijlage 2 bij deze verordening: |
€ 373,60 |
c. |
voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: |
€ 4.761,50 |
Paragraaf 2.5 |
Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
|
Artikel 2.5.1 |
Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht of monument |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a of b, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
|
a. |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument |
€ 354,10 |
b. |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ 354,10 |
Paragaaf 2.6 |
Milieubelastende activiteiten |
|
Artikel 2.6 |
Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteiten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.20 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, of als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet. |
|
a. |
voor een aanvraag van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet (milieubelastende activiteit bruidsschat): |
€ 3.655,00 |
b. |
voor een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.20 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving (milieubelastende activiteit BAL-activiteit regulier): |
€ 3.655,00 |
c. |
voor een milieubelastende activiteit zoals bedoeld in onderdelen a en b, waar tevens afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is (milieubelastende activiteit BAL-activiteit uitgebreid): |
€ 5.930,00 |
Paragraaf 2.7 |
Lozingsactiviteiten |
|
Artikel 2.7.1 |
Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten |
€ 354,10 |
Artikel 2.7.2 |
Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 354,10 |
Paragraaf 2.8 |
Aanlegactiviteiten |
|
Artikel 2.8.1 |
Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven |
|
|
[gereserveerd] |
|
Artikel 2.8.2 |
Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde |
|
|
[gereserveerd] |
|
Artikel 2.8.3 |
Omgevingsplanactiviteit: geluid weg |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 354,10 |
Artikel 2.8.4 |
Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, als bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening Borger-Odoorn 2022 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet, artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit of artikel 22.278 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 354,10 |
Artikel 2.8.5 |
Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, als bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening Borger-Odoorn 2022 en in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 73,25 |
Artikel 2.8.6 |
Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 354,10 |
Paragraaf 2.9 |
Overige activiteiten |
|
Artikel 2.9.1 |
Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, als bedoeld in de Bomenverordening gemeente Borger-Odoorn 2004 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 61,05 |
Artikel 2.9.2 |
Omgevingsplanactiviteit: andere activiteiten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere omgevingsplanactiviteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk: |
€ 354,10 |
Paragraaf 2.10 |
Maatwerkvoorschriften |
|
Artikel 2.10.1 |
Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten |
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: |
|
a. |
voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:
|
€ 354,10 |
b. |
in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift: |
€ 354,10 |
Artikel 2.10.2 |
Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten |
|
|
Als de aanvraag op een maatwerkvoorschriften als bedoeld in het omgevingsplan of hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief: |
€ 2.000,00 |
Artikel 2.10.3 |
Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten |
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.10.1 en 2.10.2, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: |
€ 354,10 |
Paragraaf 2.11 |
Gelijkwaardigheid |
|
Artikel 2.11.1 |
Gelijkwaardige maatregel |
|
1. |
Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op: |
|
a. |
een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: |
€ 354,10 |
b. |
een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief: |
€ 354,10 |
c. |
een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief: |
€ 2.000,00 |
d. |
een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief: |
€ 354,10 |
Paragraaf 2.12 |
Overige tarieven |
|
Artikel 2.12.1 |
Wijziging omgevingsvergunning |
|
a. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ 91,50 |
b. |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om andere wijzigingen van een omgevingsvergunning dan genoemd onder lid a is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft. |
|
Artikel 2.12.2 |
Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning: |
€ 91,50 |
Artikel 2.12.3 |
Intrekken omgevingsvergunning |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning: |
€ 0,00 |
Artikel 2.12.4 |
Beoordeling aanvullende gegevens |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.1.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen. |
€ 48,85 |
Artikel 2.12.5 |
Beoordeling onderzoeksrapporten (zonder aanvraag) |
|
|
De tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. |
€ 48,85 |
Artikel 2.12.6 |
Wijzigen van het omgevingsplan |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: |
€ 5.176,55 |
|
Tenzij kostenverhaal op andere wijze met elkaar is overeengekomen. |
|
Artikel 2.12.7 |
Niet genoemd besluit op aanvraag |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan. |
€ 122,10 |
Paragraaf 2.13 |
Modaliteiten |
|
Artikel 2.13.1 |
Achteraf ingediende aanvraag |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.9 verschuldigde leges verhoogd met: |
50% |
|
met een minimum van: |
€ 305,25 |
Artikel 2.13.2 |
Uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit. Indien er sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet zijnde een milieubelastende activiteit, dan bedraagt het tarief: |
€ 4.761,50 |
Artikel 2.13.3 |
Beoordeling onderzoeksrapporten |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld: |
|
a. |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: |
€ 178,20 |
b. |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport: |
€ 178,20 |
c. |
voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting: |
€ 178,20 |
d. |
voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk: |
€ 178,20 |
e. |
voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport: |
€ 178,20 |
f. |
voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER): |
€ 2.500,00 |
g. |
voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport: |
€ 178,20 |
Artikel 2.13.4 |
Advies |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet: |
|
a. |
voor een advies van de gemeenteraad: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld: |
Volgens begroting |
b. |
voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in het voorgaande lid: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld: |
Volgens begroting |
|
Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
Artikel 2.13.5 |
Instemming |
|
1. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet: |
|
a. |
als de gemeenteraad moet besluiten over de instemming: |
€ 354,10 |
b. |
als een ander bestuursorgaan moet besluiten over de instemming: het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn. |
€ 354,10 |
Artikel 2.13.6 |
Welstand |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor een welstandsadvies het tarief zoals vermeld in bijlage 1 bij de verordening. |
|
Paragraaf 2.14 |
Vermindering |
|
Artikel 2.14.1 |
Vermindering na vooroverleg |
|
|
Indien binnen één jaar na ontvangst van het antwoord op de aanvraag vooroverleg als bedoeld in artikel 2.2 een aanvraag om omgevingsvergunning wordt ingediend, zal van het onder 2.2 genoemde tarief 100% in mindering worden gebracht op het bedrag aan leges van deze aanvraag omgevingsvergunning. |
100% |
Paragraaf 2.15 |
Teruggaaf |
|
Artikel 2.15.1 |
Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig |
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. De teruggaaf bedraagt: |
100% |
Artikel 2.15.2 |
Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten |
|
|
Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt: |
100% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
|
Artikel 2.15.3 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure |
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
a. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 3 weken na het in behandeling nemen ervan 100 % van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
100% |
b. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 3 weken en binnen 6 weken na het in behandeling nemen ervan 80 % van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
80% |
c. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 6 weken na het in behandeling nemen ervan 60 % van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
60% |
Artikel 2.15.4 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
a. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 2 weken na het in behandeling nemen ervan 100 % van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
100% |
b. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 2 weken en binnen 6 weken na het in behandeling nemen ervan 80 % van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
80% |
c. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 6 weken na het in behandeling nemen ervan 60 % van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
60% |
Artikel 2.15.5 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
Artikel 2.15.6 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
a. |
Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
|
b. |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
Artikel 2.15.7 |
Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten |
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.13 |
|
Artikel 2.15.8 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
|
|
Een bedrag minder dan € 10,00 wordt niet teruggegeven. |
|
Titel |
3 |
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk |
1 |
Horeca |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
VERGUNNING, ONTHEFFING |
|
|
3.1.1.1 |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet |
€ |
149,15 |
|
|
|
|
|
3.1.1.2 |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het op de vergunning bijschrijven van de leidinggevende die onmiddellijke leiding geeft aan de uitoefening van het horecabedrijf |
€ |
95,60 |
|
|
|
|
|
3.1.1.3 |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank -en Horecawet |
€ |
74,55 |
|
|
|
|
|
3.1.1.4 |
|
Een melding als bedoeld in artikel 30a van de Drank- en Horecawet |
|
€ 50,00 |
|
|
|
|
|
Hoofdstuk |
2 |
Organiseren evenementen of markten |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
VERGUNNING EVENEMENT |
|
|
3.2.1 |
|
Het tarief bedraagt ter zake van het adviseren bij de voorbereiding van een evenement over medische risico’s en het beperken ervan |
€ |
179,65 |
|
|
|
|
|
3.2.2 |
|
tot het verkrijgen van een vergunning voor het maken van reclame of propaganda met een geluidswagen, per dagdeel |
€ |
8,50 |
|
|
|
|
|
Hoofdstuk |
3 |
Prostitutiebedrijven |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
VERGUNNING SEKSINRICHTING OF ESCORTBEDRIJVEN |
|
|
3.3.1.1 |
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een prostitutiebedrijf of van een escortbedrijf als bedoeld in artikel 3.2.1. van de algemene plaatselijke verordening |
€ |
771,40 |
|
|
|
|
|
Behorende bij raadsbesluit van de gemeente Borger-Odoorn van 30 november 2023.
De griffier van de gemeente Borger-Odoorn,
I. Oosting
Bijlage 1 Welstandskosten 2023 Borger-Odoorn
|
De bouwkosten worden afgerond op hele euro's |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Per plan tot 15.750,00 |
€ |
65,- |
|
|
|
|
|
|
|
Per plan vanaf: |
|
|
|
|
€ 15.750,00 tot € 241.500,00: € 65,00 + 2,50 ‰ over bouwkosten boven de € 15.750,00 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
€ 241.500,00 tot € 483.000,00: € 624,00 + 1,00 ‰ over bouwkosten boven de € 241.500,00 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
€ 483.000,00 tot € 735.000,00: € 865,00 + 0,50 ‰ over bouwkosten boven de € 483.000,00 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
€ 735.000,00 tot € 1.260.000,00: € 991,00 + 0,25 ‰ over bouwkosten boven de € 735.000,00 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Meer dan € 1.260.000,00: € 1122,00 + 0,125 ‰ over bouwkosten boven de € 1.260.000,00 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal welstandsleges |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
De advieskosten worden afgerond. Alle bedragen zijn exclusief 21% BTW |
|
|
|
Bijlage 2: Lijst kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteiten
Op alle buitenplanse omgevingsplanactiviteiten is het tarief van artikel 2.4.1 onder c van toepassing, tenzij de activiteit valt binnen één van de volgende categorieën. In dat geval betreft het een ‘kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit’ als bedoeld in artikel 2.4.1 onder b van deze verordening. |
1. Een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, wordt voldaan aan de volgende eisen:
|
2. Een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening (nutsvoorzieningen, de waterhuishouding, het meten van de luchtkwaliteit, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer of het weg-spoorweg-, water- of luchtverkeer) wanneer wordt voldaan aan de volgende eisen:
|
3. Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk, mits voldaan wordt aan de volgende eisen:
|
4. een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw, de uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ongeschikte aard dan wel voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw; |
5. een antenne-installatie, mist niet hoger dan 40 meter; |
6. een installatie bij een glastuinbouwbedrijf voor warmtekrachtkoppeling (de gecombineerde opwekking van warmte en elektriciteit of mechanische energie door verstoking van een brandstof, waarvan de warmte nuttig gebruikt wordt, anders dan voor de productie van elektriciteit); |
7. het gebruiken van gronden voor een niet-ingrijpende herinrichting van openbaar gebied; |
8. het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, en van bij die bouwwerken aansluitend terrein, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, het uitsluitend betreft een logiesfunctie voor werknemers of de opvang van asielzoekers of andere categorieën vreemdelingen; |
9. het gebruiken van een recreatiewoning voor bewoning, mits voldaan wordt aan de volgende eisen:
|
10. ander gebruik van gronden of bouwwerken dan bedoeld in de onderdelen 1 tot en met 10 voor een termijn van ten hoogte 10 jaar. |
Behorende bij de legesverordening Borger-Odoorn 2024.
De griffier van de gemeente Borger-Odoorn,
I. Oosting
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl