Regeling vervallen per 31-12-2023

Openstellingsbesluit van Gedeputeerde Staten van Fryslân, van 21 november 2023, houdende bepalingen met betrekking tot het tijdvak, de subsidiabele activiteiten en de openstellingsperiode van Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân (Gewijzigd openstellingsbesluit IMF Verduurzaming maatschappelijk vastgoed 2023)

Geldend van 29-12-2023 t/m 30-12-2023 met terugwerkende kracht vanaf 05-04-2023

Intitulé

Openstellingsbesluit van Gedeputeerde Staten van Fryslân, van 21 november 2023, houdende bepalingen met betrekking tot het tijdvak, de subsidiabele activiteiten en de openstellingsperiode van Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân (Gewijzigd openstellingsbesluit IMF Verduurzaming maatschappelijk vastgoed 2023)

Gedeputeerde Staten van Fryslân,

gelet op de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân,

besluiten als volgt:

Artikel 1 Wanneer kunt u subsidie aanvragen?

  • 1. Aanvragen kunnen worden ingediend met ingang van 8 mei 2023 tot en met 25 mei 2023 tot 17.00u.

  • 2. Aanvragen kunnen schriftelijk worden ingediend. Zie hiervoor op www.streekwurk.frl/imf.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten

In aanvulling op de subsidiabele activiteiten genoemd in artikel 2 van de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân kunnen Gedeputeerde Staten subsidie verstrekken voor activiteiten die het energieverbruik van maatschappelijk vastgoed reduceren en op die manier een verduurzaming opleveren. Maatschappelijk vastgoed is een verzamelnaam voor een gebouw of terrein met een publieke functie op het gebied van onderwijs, sport, cultuur, welzijn, opvang of zorg.

Artikel 3 Doelgroep

In afwijking van op de doelgroep genoemd in artikel 3 van de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân wordt uitsluitend subsidie verstrekt aan rechtspersonen die eigenaar zijn van maatschappelijk vastgoed voor gemeenschappelijk gebruik zonder winstoogmerk, niet zijnde gemeentelijk eigendom. Daartoe behoren schoolbesturen, organisaties in de cultuur- of sportsector, dorpshuizen, wijkcentra, gemeenschapscentra, religieuze instellingen en overige organisaties die als doel hebben de exploitatie en beheer van gebouwen met een publieksfunctie.

Artikel 4 Verdeelsystematiek verduurzaming maatschappelijk vastgoed

Voor de in artikel 2 van dit openstellingsbesluit genoemde subsidiabele activiteit, geldt onderstaande verdeelsystematiek in plaats van de verdeelsystematiek genoemd in artikel 8 van de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân.

  • 1.

    Gedeputeerde Staten rangschikken de voor subsidieverlening in aanmerking komende aanvragen zodanig dat een aanvraag hoger gerangschikt wordt naarmate die naar hun oordeel meer voldoet aan de volgende criteria:

    • a.

      De mate waarin de activiteit bijdraagt aan het verduurzamen van het gebouw (verduurzaming);

    • b.

      De mate waarin de activiteiten een bijdrage leveren aan het verbeteren van de exploitatie (exploitatie);

    • c.

      De mate waarin er draagvlak voor de activiteit bestaat in de provincie Fryslân (draagvlak);

    • d.

      De mate waarin de activiteit samenwerking bewerkstelligt in de uitvoering van het project (samenwerking);

  • 2.

    Ten behoeve van de rangschikking worden maximaal 25 punten toegekend met de volgende maxima per criterium:

    • a.

      tien punten voor verduurzaming;

    • b.

      vijf punten voor exploitatie;

    • c.

      vijf punten voor draagvlak;

    • d.

      vijf punten voor samenwerking;

  • 3.

    Voor het criterium verduurzaming, genoemd in het tweede lid, onderdeel a worden:

    • a.

      geen punten toegekend indien geen bijdrage aan het verduurzamen van het gebouw wordt geleverd;

    • b.

      twee punten toegekend indien meer dan 0 en maximaal 20% energieverbruik wordt gereduceerd.

    • c.

      vier punten toegekend indien meer dan 20% en maximaal 40% energieverbruik wordt gereduceerd.

    • d.

      zes punten toegekend indien meer dan 40% en maximaal 60% energieverbruik wordt gereduceerd

    • e.

      acht punten toegekend indien meer dan 60% en maximaal 80% energieverbruik wordt gereduceerd.

    • f.

      tien punten toegekend indien meer dan 80% energieverbruik wordt gereduceerd.

  • 4.

    Voor het criterium exploitatie, genoemd in het tweede lid, onderdeel b worden:

    • a.

      Geen punten toegekend indien de activiteiten geen bijdrage leveren aan het verbeteren van de exploitatie;

    • b.

      Eén punt toegekend indien meer dan 0 en maximaal 5% verbetering wordt voorzien in het exploitatieresultaat;

    • c.

      Twee punten toegekend indien meer dan 5% en maximaal 10% verbetering wordt voorzien in het exploitatieresultaat;

    • d.

      Drie punten toegekend indien meer dan 10% en maximaal 15% verbetering wordt voorzien in het exploitatieresultaat;

    • e.

      Vier punten toegekend indien meer dan 15% en maximaal 20% verbetering wordt voorzien in het exploitatieresultaat;

    • f.

      Vijf punten toegekend indien meer dan 20% verbetering wordt voorzien in het exploitatieresultaat.

  • 5.

    Per criterium genoemd in het tweede lid, onderdeel c en d worden:

    • a.

      geen punten toegekend indien niet wordt voldaan aan het criterium;

    • b.

      één punt toegekend indien er in zeer geringe mate wordt voldaan aan het criterium;

    • c.

      twee punten toegekend indien er in geringe mate wordt voldaan aan het criterium;

    • d.

      drie punten toegekend indien gemiddeld wordt voldaan aan het criterium;

    • e.

      vier punten toegekend indien in ruime mate wordt voldaan aan het criterium;

    • f.

      vijf punten toegekend indien in zeer ruimte mate wordt voldaan aan het criterium.

  • 6.

    Gedeputeerde Staten verdelen het beschikbare bedrag in de volgorde van rangschikking voor aanvragen die minimaal 10 punten hebben gescoord.

  • 7.

    Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen, die even hoog zijn gerangschikt, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 5 Adviescommissie

Voor de beoordeling van aanvragen voor de activiteit “Verduurzaming maatschappelijk vastgoed” wordt een speciale commissie gevormd die bestaat uit één afgevaardigd lid uit de door Gedeputeerde Staten benoemde adviescommissies per gebied. Deze commissie wordt aangevuld met drie inhoudelijk deskundigen, te weten twee installateurs en één bedrijfskundige, die eveneens door Gedeputeerde Staten worden benoemd.

Artikel 6 Subsidiehoogte

  • 1. De hoogte van de subsidie voor de activiteit Verduurzaming maatschappelijk vastgoed als bedoeld in artikel 2 van dit openstellingsbesluit bedraagt maximaal € 35.000.

  • 2. In afwijking op het percentage genoemd in artikel 11 lid 4 van de regeling, bedraagt de subsidie nooit meer dan 70% van de subsidiabele kosten.

Artikel 7 Weigeringsgrond

In aanvulling op de weigeringsgronden genoemd in artikel 7 van de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân wordt een subsidie in ieder geval geweigerd indien de subsidieaanvraag geen punten toegekend heeft gekregen voor het criterium verduurzaming.

Artikel 8 (Niet) subsidiabele kosten

In afwijking op artikel 10 lid 3 onder 5 van de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân, zijn kosten die verband houden met de aankoop van onroerende zaken wel subsidiabel wanneer het aankoopbedrag hoger is dan 10% van de totale subsidiabele projectkosten.

Artikel 9 Verplichtingen van de subsidieontvanger

In afwijking op de verplichtingen genoemd in artikel 12 onder a, b, c en d van de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân worden activiteiten voor het verduurzamen van maatschappelijk vastgoed uiterlijk voor 1 juli 2026 gerealiseerd.

Artikel 10 Hoeveel subsidie is er beschikbaar?

Het subsidieplafond voor Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed, zoals genoemd in artikel 2 van dit openstellingsbesluit bedraagt: € 2.420.400.

Artikel 11 Hoe worden de financiële middelen verdeeld?

De verdeling van de middelen vindt plaats overeenkomstig het bepaalde in artikelen 8 en 9 van de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân en artikel 4 van dit openstellingsbesluit.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

Dit openstellingsbesluit wordt aangehaald als Gewijzigd openstellingsbesluit IMF Verduurzaming maatschappelijk vastgoed 2023 en treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad en werkt terug tot en met 5 mei 2023.

Artikel 13 Werkingsduur en overgangsrecht

  • 1. Dit openstellingsbesluit vervalt op 31 december 2023.

  • 2. Dit openstellingsbesluit blijft, vanaf de in het eerste lid genoemde vervaldatum, van kracht ten aanzien van subsidieaanvragen die voor 26 mei 2023 op grond van deze regeling zijn ingediend.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten op 21 november 2023 te Leeuwarden,

drs. A.A.M. Brok, voorzitter

drs. Ing. J.J. Algra, secretaris

Toelichting Gewijzigd openstellingsbesluit IMF Verduurzaming maatschappelijk vastgoed 2023

Deze thematender heeft als doel het stimuleren van de verduurzaming van maatschappelijk vastgoed voor gemeenschappelijk gebruik. Onder gemeenschappelijk gebruik wordt verstaan een gebouw met een publieksfunctie. Maatschappelijk vastgoed is een verzamelnaam voor een gebouw of terrein met een publieke functie op het gebied van onderwijs, sport, cultuur, welzijn, opvang of zorg. De tender richt zich alleen op rechtspersonen zonder winstoogmerk die eigenaar zijn van maatschappelijk vastgoed. Gemeentelijk eigendom is uitgezonderd.

Binnen de thematender Verduurzaming maatschappelijk vastgoed worden aanvragen beoordeeld op 4 criteria. Een toelichting op de criteria samenwerking en draagvlak wordt beschreven in de Subsidieregeling IMF 2020 Fryslân.

Hieronder lichten we de overige criteria toe:

Verduurzaming (max 10 punten)

Bij dit criterium wordt beoordeeld in welke mate het project zorgt voor het terugdringen van gebouwgebonden energieverbruik. Hierbij wordt gerekend in kWh. Gasgebruik wordt omgerekend naar kWh. Daarbij wordt de volgende factor gehanteerd: 1 m3 gas staat gelijk aan 9,77 kWh.

0 punten

0% reductie totaal energieverbruik

2 punten

Meer dan 0% en maximaal 20% reductie totaal energieverbruik

4 punten

Meer dan 20% en maximaal 40% reductie totaal energieverbruik

6 punten

Meer dan 40% en maximaal 60% reductie totaal energieverbruik

8 punten

Meer dan 60% en maximaal 80% reductie totaal energieverbruik

10 punten

Meer dan 80% reductie totaal energieverbruik

Voorbeeld

Een gebouw verbruikt per jaar 3000 kWh elektriciteit en 1000 m3 gas. Het totale energieverbruik in kWh is: (1000 x 9,77) + 3000 = 12770 kWh. Men wil investeren in pv-panelen, waarmee men 6000 kWh kunnen opwekken. Daarnaast neemt men een hybride warmtepomp, waarmee ze 700 m3 gas besparen. Het elektriciteitsverbruik neemt hierdoor toe met 2250 kWh. Het totaal energieverbruik wordt: 12770 – 6000 – (700 x 9,77) + 2250 = 2181 kWh. Het percentage reductie van het totaal energieverbruik is: (2181 : 12 770) x 100 = 10,03 -100 = -89,97 %

Exploitatie (5 punten)

Bij dit criterium wordt beoordeeld in welke mate het project een bijdrage levert aan het verbeteren van de exploitatie van het pand. Een duurzame verbetering van het exploitatieresultaat wordt van belang geacht om de maatschappelijke functie van het betreffende pand voor de toekomst beter te kunnen waarborgen. Aan de hand van een exploitatiebegroting met daarin duidelijk zichtbaar opgenomen de kosten voor energielasten wordt beoordeeld hoe groot de kostenreductie is en wat dit betekent voor de exploitatie van het pand. Aanvragers sturen een exploitatiebegroting van voor de uitvoering van de te subsidiëren activiteiten en een exploitatiebegroting van na de uitvoering van de te subsidiëren activiteiten.