VERORDENING FORENSENBELASTING 2024

Artikel 1 Begrippen

Woning: een gemeubileerde woning zoals bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet. De woning bevat in ieder geval een toilet, een keuken en een wasgelegenheid.

Hoofdverblijf: woonplaats

Jaar: het belastingjaar

Artikel 2 Wie betaalt de belasting en waarvoor? Belastbaar feit en belastingplicht

• 1.

  Onder de naam 'forensenbelasting' wordt een directe belasting geheven van natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zichzelf of hun gezin een woning beschikbaar houden.

• 2.

  Om te bepalen of iemand ergens hoofdverblijf heeft, kijkt de gemeente naar alle omstandigheden.

Artikel 3 Wie betaalt de belasting niet? Vrijstellingen

De volgende mensen zijn vrijgesteld van de forensenbelasting:

• 1.

  mensen die verblijven in een inrichting voor verpleging of verzorging buiten de gemeente en de voormalige woning in de gemeente Waalwijk niet meer kunnen gebruiken;

• 2.

  mensen die op last van de overheid buiten de gemeente Waalwijk hoofdverblijf hebben;

• 3.

  mensen die voor de uitoefening van een functie in een algemeen vertegenwoordigend orgaan tijdelijk in een andere gemeente hoofdverblijf houden.

Artikel 4 Hoe belasten we en wat kost het? Maatstaf van heffing en belastingtarief

De belasting bedraagt per woning € 535,85. (2023: € 510,35)

Artikel 5 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Hoe brengen we de belasting in rekening? Wijze van heffing

De gemeente stuurt een aanslagbiljet naar diegene die de belasting verschuldigd is. Hierop staat wat diegene moet betalen en waarvoor.

Artikel 7 Vanaf wanneer moet je belasting betalen? Ontstaan van de belastingschuld

De belastingschuld ontstaat op het moment dat iemand de woning meer dan 90 dagen in het belastingjaar beschikbaar heeft gehouden als bedoeld in artikel 2 van deze Verordening.

Artikel 8 Hoe en wanneer moet je betalen (termijnen van betaling)

• 1.

  In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

• 2.

  Wanneer het totaalbedrag van het aanslagbiljet meer is dan € 100,- moet de aanslag, in afwijking van het voorgaande lid, worden betaald in twee delen. Het eerste deel moet uiterlijk worden betaald op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld (1e termijn). Het tweede deel moet twee maanden later worden betaald (2e termijn).

• 3.

  Wanneer het totaalbedrag van het aanslagbiljet meer is dan € 100,- en iemand gebruik maakt van automatische betalingsincasso, dan moet de aanslag, in afwijking van de vorige twee artikelleden, worden betaald in 10 gelijke maandelijkse termijnen. Hierbij start deze maandelijkse incasso op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

• 4.

  Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete, is het eerste lid van overeenkomstige toepassing.

• 5.

  De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de betaaltermijnen.

Artikel 9 Kwijtschelding

De gemeente verleent geen kwijtschelding voor deze belasting. Er moet dus altijd betaald worden.

Artikel 10 Meer bepalingen Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting. Dit zijn besluiten van het college waarin deze verordening verder wordt uitgewerkt. Wanneer deze besluiten zijn genomen zijn ze terug te vinden op de websites lokaleregelgeving.overheid.nl en www.waalwijk.nl.

Artikel 11 Vanaf wanneer geldt deze verordening en hoe noemen we deze? Inwerkingtreding en citeertitel 

• 1.

  De 'Verordening forensenbelasting 2023' van 10 november 2022, trekken wij in met ingang van 1 januari 2024, maar blijft gelden voor de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;

• 2.

  Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

• 3.

  De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

• 4.

  Deze verordening wordt aangehaald als de 'Verordening forensenbelasting 2024'.

Deze verordening hebben wij vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2 november 2023.