Regeling vervalt per 31-12-2024

Verordening op de heffing en de invordering van liggeld woonschepen Eemsdelta 2024

Geldend van 01-01-2024 t/m 30-12-2024

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van liggeld woonschepen Eemsdelta 2024

De raad van de gemeente Eemsdelta,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

d.d. 14 november 2023,

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van;

BESLUIT

vast te stellen de volgende verordening:

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Haven: voor de openbare dienst bestemde wateren alsmede kaden, wallen en steigers die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn en als haven zijn benoemd;

  • 2.

    Woonschepenhaven Appingedam: het gebied in Appingedam, waar woonschepen ligplaats mogen hebben, gelegen tussen:

    • a.

      125 meter ten westen van de Lukwerderbrug over het Damsterdiep

    • b.

      85 meter ten westen van de Hekelbrug over het Damsterdiep;

  • 3.

    Woonschepenhaven Delfzijl: het gebied in Delfzijl, waar woonschepen ligplaats mogen hebben, aan het Snikkepad;

  • 4.

    Woonschip: elk vaartuig dat uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebezigd als, of te oordelen naar zijn constructie of inrichting uitsluitend of in hoofdzaak bestemd is tot dag- of nachtverblijf van een of meer personen;

  • 5.

    Ligplaats woonschip: een gedeelte van het als woonschepenhaven aangewezen gebied, bestemd of geschikt om door een woonschip met bijbehorende voorzieningen te worden ingenomen;

  • 6.

    Bijbehorende voorzieningen: zaken zonder welke het gebruik van het schip als woning niet goed mogelijk is, zoals een bijboot, steiger en een loopplank;

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam 'liggeld' wordt een recht geheven voor het hebben van een ligplaats voor een woonschip, daaronder begrepen de diensten die met de ligplaats verband houden, bij een verblijf op de aangewezen ligplaatsen.

Artikel 3. Belastingplicht

  • 1.

    Belastingplichtig voor de in artikel 2 lid 1 genoemde rechten is de gebruiker van het woonschip.

  • 2.

    Wie als gebruiker wordt aangemerkt, wordt naar de omstandigheden beoordeeld

Artikel 4. Belastingtarieven

  • 1.

    Het liggeld bedraagt per ligplaats per jaar in de woonschepenhaven Appingedam € 662,25

  • 2.

    Het liggeld bedraagt per ligplaats per jaar in de woonschepenhaven te Delfzijl, indien

    • a.

      de lengte van het woonschip niet meer dan 15 meter bedraagt € 217,55

  • b. de lengte van het woonschip meer dan 15 meter bedraagt € 217,55

  • verhoogd met een bedrag van € 13,90

  • voor elke meter of gedeelte daarvan, dat het woonschip de lengte van 15 meter overschrijdt

Artikel 5 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan een kalenderjaar.

Artikel 6. Wijze van heffing

De rechten worden bij wege van aanslag geheven.

Artikel 7. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De rechten zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4.

    Het tweede lid en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de woonschepenhaven Appingedam of binnen de woonschepenhaven Delfzijl verhuist en binnen die woonschepenhaven een andere ligplaats feitelijk in gebruik neemt.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet een aanslag worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de derde maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2.

    In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat een aanslag moet worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de bovengenoemde termijnen.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van het liggeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11. Overgangsrecht

De Verordening liggeld woonschepen Eemsdelta 2023 van 30 november 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 13. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening liggeld woonschepen Eemsdelta 2024.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 13 december 2023.

De raad van de gemeente Eemsdelta

B. Visser, T.G.C. Kramer-Klein,

Voorzitter Griffier