Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR704408
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR704408/1
Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2024
Geldend van 01-01-2024 t/m heden
Intitulé
Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2024De raad van de gemeente Bladel;
gelezen het voorstel R23.073 van burgemeester en wethouders van 26 september 2023;
gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;
overwegende dat in de coalitieverklaring 2022-2026 is afgesproken dat de tarieven voor de toeristenbelasting worden afgestemd op het landelijk gemiddelde (COELO)tarief, met differentiatie tussen vaste en mobiele onderkomens;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2024
Artikel 1 Definities
Deze verordening verstaat onder:
- a.
vakantieonderkomens: woningen en andere verblijven, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor dan wel gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;
- b.
mobiele kampeeronderkomens: tenten, vouwwagens, kampeerauto's, toercaravans, en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen welke bestemd zijn dan wel gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;
- c.
niet beroepsmatig verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd, dan wel te huur aangeboden;
- d.
vaste jaarplaats: een gehuurd terrein of terreingedeelte, gelegen op een kampeerterrein, dat bestemd is voor het gedurende een jaar hebben van eenzelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravan of vakantie-onderkomen, dat gebruikt wordt door een en hetzelfde gezin of echtpaar, dat doorgaans na afloop van het jaar niet wordt verwijderd;
- e.
vaste seizoenplaats: een gehuurd terrein of terreingedeelte, gelegen op een kampeerterrein, dat bestemd is voor het gedurende een seizoen hebben van eenzelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravan of vakantieonderkomen, dat gebruikt wordt door een en hetzelfde gezin of echtpaar en, dat doorgaans na afloop van het seizoen niet wordt verwijderd en waarin het gedurende de winterperiode niet toegestaan is om te overnachten;
- f.
seizoenplaats: een gehuurd terrein of terreingedeelte, gelegen op een kampeerterrein, waar gedurende het seizoen eenzelfde mobiel kampeeronderkomen is geplaatst, dat gebruikt wordt door een en hetzelfde gezin of echtpaar en, dat na afloop van het seizoen van de plaats wordt verwijderd;
- g.
toeristische plaats: een terrein of terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende een jaar of seizoen plaatsen van steeds wisselende mobiele kampeeronderkomens;
- h.
kampeerterrein: een terrein dat bestemd is om te worden gebruikt voor verblijfsrecreatie;
- i.
arrangement: een reservering op een toeristische plaats voor een gezin, echtpaar of samen reizende personen gedurende een vooraf vastgelegde periode van minimaal vier weken voor een vast huurbedrag;
- j.
voorseizoenarrangement: een arrangement lopend vanaf het begin van het kampeerseizoen en eindigend aan het eind van de maand juni;
- k.
naseizoenarrangement: een arrangement met een looptijd van ongeveer twee maanden, startend na het hoogseizoen en eindigend bij de afloop van het kampeerseizoen;
- l.
maandarrangement: een arrangement met een looptijd van één maand gedurende de maand juni of september;
- m.
huisvester: het bedrijf, de werkgever of uitzendbureau die huisvesting verzorgt voor arbeidsmigranten;
- n.
huisvesting: de woonruimte die door een huisvester specifiek voor arbeidsmigranten wordt ingezet of anderszins ter beschikking wordt gesteld.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam verblijfsbelasting wordt een directe belasting geheven voor:
- a.
het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de Basisregistratie Personen zijn ingeschreven;
- b.
het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de Basisregistratie Personen zijn ingeschreven, indien deze personen gedurende hun verblijf beroeps- of bedrijfsmatige werkzaamheden verrichten voor of in opdracht van anderen.
Artikel 3 Belastingplicht
-
1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2.
-
2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.
-
3. Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.
Artikel 4 Vrijstellingen
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
- 1.
van degene, die:
- a.
verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen;
- b.
als deelnemer van een groep van een georganiseerde jeugdbeweging van educatieve, ideologische, religieuze of sportieve aarde, dan wel van groepen deel uitmakend van het zogenaamde open jeugdwerk, onder leiding overnacht in daarvoor aangewezen (jeugd-) vakantieboerderijen;
- a.
- 2.
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten dat zij verblijf houden.
Artikel 6 Belastingtarief
-
1. Het tarief bedraagt per persoon per overnachting € 1,82.
-
2. In afwijking van hetgeen is bepaald in het eerste lid, bedraagt het tarief voor verblijf in andere accommodaties dan vakantieonderkomens of niet beroepsmatig verhuurde ruimten én op terreinen, per persoon, per overnachting € 1,72.
-
3. In afwijking van hetgeen is bepaald in het eerste lid, bedraagt het tarief voor het verblijf in huisvesting waarvan de huisvester gecertificeerd is door en ingeschreven is in het register van de Stichting Normering Flexwonen per persoon, per overnachting 50% van het in lid 1 vermelde tarief;
-
4. In afwijking van het eerste en tweede lid gelden voor jaar, seizoenplaatsen en arrangementen de navolgende tarieven:
Jaarplaats
€ 306,00
Seizoenplaats
€ 205,00
Voorseizoenarrangement
€ 117,50
Naseizoenarrangement
€ 50,00
Maandarrangement
€ 42,00
Artikel 7 Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 8 Wijze van heffing
De toeristenbelasting wordt bij wege van aanslag geheven. Doordat de belastingschuld pas aan het einde van het jaar kan worden vastgesteld, vindt de aanslagregeling in het volgende kalenderjaar plaats. Daarop vooruitlopend legt de gemeente in de loop van het belastingjaar voorlopige aanslagen toeristenbelasting op.
Artikel 9 Aanslaggrens
Geen belastingaanslag wordt opgelegd indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven gedurende het belastingjaar minder is dan tien.
Artikel 10 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
-
2. Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.
-
3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 11 Kwijtschelding
Bij invordering van toeristenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 12 Aanmeldingsplicht
-
1. De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachtingen verschaft, zulks schriftelijk of digitaal te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
-
2. De verplichting als bedoeld in het voorgaande lid geldt niet voor de belastingplichtige die met betrekking tot het jaar voorafgaand aan het belastingjaar in de heffing van de toeristenbelasting betrokken is.
Artikel 13 Registratieplicht
-
1. De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden verblijfhouden te registreren in een daarvoor bestemd en door de gemeente verstrekt nachtverblijfregister.
-
2. Het college van burgemeester en wethouders stelt genoemd nachtverblijfregister kosteloos beschikbaar.
-
3. Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de inrichting en gebruik van het nachtregister.
-
4. De verplichting als bedoeld in de voorgaande leden geldt niet voor zover de belastingplichtige gebruik maakt van de forfaitaire berekeningswijze van de heffingsmaatstaf als bedoeld in artikel 6.
-
5. De verplichting, genoemd onder lid 1, vervalt indien de belastingplichtige een soortgelijk, en door burgemeester en wethouders geaccepteerd, nachtverblijfregister voert.
Artikel 14 Aangifteplicht
-
1. De belastingplichtige, bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, indien hij niet binnen vier maanden na afloop van het belastingjaar een uitnodiging heeft ontvangen tot het doen van aangifte, binnen twee na afloop van deze termijn schriftelijk aan de aangewezen ambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet, te verzoeken tot een uitnodiging tot het doen van aangifte.
-
2. De gemeente behoudt zich te allen tijde het recht voor alsnog een uitnodiging tot het doen van aangifte te verzenden, dan wel, bij gebrek aan een (tijdige) aangifte door belastingplichtige, de grondslag voor de berekening van de toeristenbelasting te schatten en de belasting middels een ambtshalve aanslag op te leggen.
-
3. Indien beschikbaar zal de grondslag voor de aanslag als bedoeld in het voorgaande lid tenminste gelijk zijn aan de grondslag van het voorgaande belastingjaar.
Artikel 15 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de toeristenbelasting.
Artikel 16 Inwerkingtreding en citeertitel
-
1. De “Verordening toeristenbelasting 2023” vastgesteld door de raad van de gemeente Bladel bij besluit van 2 november 2022, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.
-
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
-
4. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening toeristenbelasting 2024”.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 8 november 2023.
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl