Regeling vervalt per 01-01-2025

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024

Geldend van 24-11-2023 t/m 31-12-2024

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024

De raad van de gemeente Deventer,

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 oktober 2023, nummer 2023-785

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

BESLUIT

Vast te stellen:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024.

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    kosten die krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • d.

    het raadplegen van de dubbelen der leggers en plans van het kadaster ten behoeve van de rijks- of provinciale dienst;

  • e.

    beschikkingen op verzoekschriften met betrekking tot plaatselijke belastingen;

  • f.

    de in Hoofdstuk 1 paragraaf 8, artikel 1.29 van de tarieventabel (Gemeentearchief) omschreven inlichtingen, onderzoekingen, afgifte van afschriften en andere werkzaamheden in de gevallen, waarin deze worden verzocht voor een wetenschappelijk of filantropisch doel;

  • g.

    attestatiën de vitae en legalisatie van een handtekening of foto ten behoeve van door publiekrechtelijke lichamen toe te kennen pensioenen, lijfrente, wachtgeld of uitkeringen;

  • h.

    bewijzen van onvermogen;

  • i.

    stukken, opgaven, inlichtingen, onderzoekingen en dergelijke, welke krachtens wettelijk voorschrift kosteloos moeten worden verstrekt of verricht;

  • j.

    stukken, die krachtens besluit van burgemeester en wethouders ten behoeve van de pers worden afgegeven ter publicatie in het algemeen belang.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

  • 1. Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

  • 2. In afwijking van het eerste lid wordt er kwijtschelding verleend voor de tarieven genoemd in hoofdstuk 1, paragraaf 9, artikel 1.33 van de tarieventabel behorende bij legesverordening 2024, met betrekking tot de aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

  • 1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      paragraaf 1.2 (reisdocumenten);

    • 2.

      paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • 3.

      paragraaf 1.4 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 4.

      paragraaf 1.7, artikel 1.28 a (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      paragraaf 1.9 artikel 1.31 (kansspelen);

  • een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Overgangsrecht

  • 1. Met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum worden ingetrokken: de “legesverordening 2023” vastgesteld door de gemeenteraad van Deventer op 9 november 2022 en “de verordening tot 1e wijziging van de tarieventabel behorende bij de verordening op de heffing en invordering van leges 2023” vastgesteld door de gemeenteraad van Deventer op 19 juli 2023 met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, derde lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de “Legesverordening 2024”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 8 november 2023

De raad voornoemd,

de griffier,

A. Kerver

de voorzitter,

R.C. König

Bijlage 1: Tarieventabel behorende bij de “Verordening op de heffing en invordering van leges 2024”, door de gemeenteraad vastgesteld op 8 november 2023

Inhoudsopgave

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken n.v.t.

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Paragraaf 1.10 Diversen

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Paragraaf 2.2 Voorfase

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Paragraaf 2.13 Vermindering

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

Paragraaf 3.1 Horeca

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Paragraaf 3.5 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet

Paragraaf 3.7 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in het stadhuis

 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in het stadhuis:

 
  • a.

    op maandag t/m vrijdag van 08.00 t/m 18.00 uur

€ 406,00

  • b.

    op zaterdag van 08.00 t/m 12.00 uur

€ 450,00

  • c.

    op zaterdag van 12.15 t/m 24.00 uur

€ 485,00

  • d.

    op zondag van 12.15 t/m 24.00 uur

€ 485,00

 
 

Artikel 1.2 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in overige aangewezen locatie

 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een overige aangewezen locatie:

 
  • a.

    op maandag t/m vrijdag van 08.00 t/m 18.00 uur

€ 293,00

  • b.

    op zaterdag van 09.00 t/m 12.00 uur

€ 430,00

  • c.

    op zaterdag van 12.15 t/m 24.00 uur

€ 463,00

  • d.

    op zondag van 12.15 t/m 24.00 uur

€ 463,00

 
 

Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap op elke andere gewenste locatie binnen de gemeentegrenzen van Deventer

 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op elke andere gewenste locatie binnen de gemeentegrenzen van Deventer:

 
  • a.

    op maandag t/m vrijdag van 08.00 t/m 18.00 uur

€ 406,00

  • b.

    op zaterdag van 09.00 t/m 12.00 uur

€ 450,00

  • c.

    op zaterdag van 12.15 t/m 24.00 uur

€ 485,00

  • d.

    op zondag van 12.15 t/m 24.00 uur

€ 485,00

 
 

Artikel 1.4 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in de Oostermaet in het stadhuis:

 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in de Oostermaet in het stadhuis

 

op maandag van 10.00 t/m 18.00 uur

€ 212,00

op dinsdag tot en met vrijdag van 08.00 tot 18.00 uur

€ 212,00

 
 

Artikel 1.5 Aanvangstijd huwelijksvoltrekking of registratie van een partnerschap op werkdagen na 18.00

 

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op werkdagen na 18.00 uur is gelijk aan het tarief van de zaterdagmorgen zoals vermeld per locatie met uitzondering van de Oostermaet in het stadshuis.

 
 
 

Artikel 1.6 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap op 1 januari, 27 april, Hemelvaartsdag, 5 mei, 2e Paasdag, 2e Pinksterdag en 2e Kerstdag.

 

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of registratie op 1 januari, 27 april, Hemelvaartsdag, 5 mei, 2e Paasdag, 2e Pinksterdag en 2e Kerstdag is gelijk als het tarief op zondag zoals vermeld per locatie

 

Artikel 1.7 Kosteloze sluiting van een huwelijk of geregistreerd partnerschap

 

Kosteloze sluiting van een huwelijk of geregistreerd partnerschap in de Oostermaet in het stadhuis op maandag en dinsdag om 09.00 en 09.30 uur

 
 
 

Artikel 1.8 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk

 

De tarieven genoemd in 1.1 tot en met 1.7 zijn eveneens van toepassing voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk wanneer daarbij gebruik wordt gemaakt van een van de in genoemde artikelen aangewezen locaties of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte. Wanneer de omzetting plaatsvindt in de Oostermaet in het stadhuis zonder ceremonie en zonder dat hierbij derden aanwezig zijn, is de omzetting kosteloos

 
 
 

Artikel 1.9 Toespraak van de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand

 

Het tarief voor een toespraak van de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand bedraagt

€ 110,00

 
 

Artikel 1.10 Beschikbaar stellen getuige door gemeente

 

Het tarief voor ambtelijk laten getuigen bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap bedraagt per ambtenaar

€ 39,00

 
 

Artikel 1.11 Trouwboekje, partnerschapsboekje of samenlevingsboekje

 

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 
  • a.

    de gewone uitvoering

€ 31,00

  • b.

    indien gekalligrafeerd

€ 45,50

  • c.

    gekalligrafeerd bijschrijven van kinderen, per kind

€ 14,20

  • d.

    gekalligrafeerd bijschrijven van getuigen, per getuige

€ 5,95

 
 

Artikel 1.12 Naspeuringen in de burgerlijke stand

 

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier of deel daarvan.

€ 22,50

 
 

Artikel 1.13 Verstrekken stukken vermeld in de Wet rechten burgerlijke stand

 

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Artikel 1.14 Paspoorten of andere reisdocumenten

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

a. van een nationaal paspoort:

 
  • 1.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

Wettelijk maximumtarief

  • 2.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

Wettelijk maximumtarief

b. van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.14.a (zakenpaspoort):

 
  • 1.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

Wettelijk maximumtarief

  • 2.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

Wettelijk maximumtarief

c. van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 
  • 1.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

Wettelijk maximumtarief

  • 2.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

Wettelijk maximumtarief

d. van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

Wettelijk maximumtarief

 
 

Artikel 1.15 Nederlandse identiteitskaart

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

a. van een Nederlandse identiteitskaart:

 
  • 1.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

Wettelijk maximumtarief

  • 2.

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

Wettelijk maximumtarief

b. van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

Wettelijk maximumtarief

 
 

Artikel 1.16 Modaliteiten

 

Voor de versnelde uitreiking van een in de artikel 1.14 en 1.15 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:

Wettelijk maximumtarief

Voor het bezorgen van een in de artikel 1.14 en 1.15 genoemd document, zijnde een toeslag op in die onderdelen genoemde bedragen

Wettelijk maximumtarief

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Artikel 1.17 Rijbewijzen

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

Wettelijk maximumtarief

 
 

Artikel 1.18 Modaliteiten

 

1. Het tarief genoemd in artikel 1.17 wordt

 
  • a.

    bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

Wettelijk maximumtarief

 
 

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie personen

Artikel 1.19 Definitie

 

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 
 
 

Artikel 1.20 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen

 

1. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
  • a.

    tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 15,95

  • b.

    voor een gewaarmerkt afschrift uit de basisregistratie personen

€ 19,35

  • c.

    voor een gewaarmerkt uitgebreid af­schrift uit de basisregistratie personen

€ 22,50

  • d.

    voor een gewaarmerkt internationaal afschrift uit de basisregistratie personen

€ 22,50

  • e.

    voor een gewaarmerkt afschrift uit de basisregistratie personen via Digid

€ 15,95

  • f.

    voor een gewaarmerkt internationaal afschrift uit de basisregistratie personen via Digid

€ 19,35

2. Het tarief bedraag voor het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

 
  • a.

    voor 10 verstrekkingen

€ 158,00

  • b.

    voor 25 verstrekkingen

€ 379,00

  • c.

    voor 50 verstrekkingen

€ 733,00

  • d.

    voor 100 verstrekkingen

€ 1.434,00

 
 

Artikel 1.21 Schriftelijke verstrekking

 

In afwijking van de artikel 1.20 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen:

€ 7,50

 
 

Artikel 1.22 Op aanvraag doornemen basisregistratie personen

 

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van de basisregistratie personen voor ieder daaraan te besteden uur of gedeelte daarvan

€ 85,50

 
 

Artikel 1.23 Bewijs van Nederlanderschap, attestatie de Vita

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 
  • a.

    een bewijs van Nederlanderschap

€ 19,35

  • b.

    een bewijs van Nederlanderschap via Digid

€ 15,95

  • c.

    een attestatie de Vita internationaal

€ 15,70

  • d.

    een attestatie de Vita nationaal

€ 19,35

  • e.

    een attestatie de Vita nationaal via Digid

€ 15,95

  • f.

    elke andere verklaring omtrent een bepaald persoon, niet elders genoemd

€ 15,95

 
 

Artikel 1.24 vervaardigen selectie uit de basisregistratie personen

 

Het tarief bedraagt voor het op verzoek vervaardigen van een selectie (steekproef) uit de basisregistratie personen per selectie:

€ 1.057,00

 
 

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken

Nvt

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Artikel 1.25 Kopie van plan- of kaart informatie

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie van:

 
  • a.

    een exemplaar van een omgevingsvisie

€ 47,00

  • b.

    een exemplaar van een volledig bestemmingsplan of exploitatieplan

€ 65,50

  • c.

    een afschrift uit een bestemmingsplan of exploitatieplan per pagina (kopie A4)

€ 0,20

  • d.

    een afschrift uit een bestemmingsplan of exploitatieplan indien deze schriftelijk of per mail wordt aangevraagd

€ 18,95

  • verhoogd met pagina

€ 0,20

 
 

Artikel 1.26 Informatie uit registers

 
  • a.

    inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet

€ 15,95

  • b.

    het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed

€ 15,95

 
 
 
 

Artikel 1.27 Beperkte kadastrale informatie

 

Beperkte kadastrale informatie wordt verstrekt aan de gemeentelijke balie. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kadastrale en hypothecaire informatie worden de op het moment van aanvraag geldende tarieven, zoals deze door de het bestuur van de Dienst voor het kadaster en de openbare registers zijn vastgesteld in de Regeling tarieven kadaster, in rekening gebracht.

 

Paragraaf 1.7 Overige Publiekszaken

Artikel 1.28 VOG, legaliseren handtekening, bewijs van Nederlanderschap

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
  • a.

    tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

Wettelijk maximumtarief

  • b.

    verstrekken van een garantverklaring

€ 22,50

  • c.

    tot het legaliseren van een handtekening of foto

€ 15,95

  • d.

    voor het waarmerken van een register

€ 15,95

  • e.

    voor het waarmerken van een diploma

€ 15,95

  • f.

    voor het verstrekken van informatie op een USB stick

€ 13,65

  • g.

    voor een besluit tot verlenen van uitstel tot begraven of cremeren

€ 15,95

  • h.

    voor het afgeven van een laissez passer (lijkenpas)

€ 15,95

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Artikel 1.29 Naspeuringen in het gemeentearchief

 

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 11,25

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Artikel 1.30 Leegstandwet

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
  • a.

    tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 142,00

 
 

Artikel 1.31 Wet op de kansspelen

 

1. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 
  • a.

    voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

  • b.

    voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

  • en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

  • c.

    voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

  • d.

    voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

  • En voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

2. Het eerste lid onderdelen a en b zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

 

3. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 38,00

 
 

Artikel 1.32 Telecommunicatiewet, ondergrondse leidingen

 

1. Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor Instemmingsbesluit of vergunning op basis van afdeling 7.2 van de Verordening fysieke leefomgeving (VFL)

€ 559,00

2. indien het werkzaamheden betreft in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

 
  • a.

    tot 10.000 m1

€ 3,10

  • b.

    van 10.000 tot 50.000 m1

€ 2,35

3. indien het werkzaamheden betreft in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

 
  • a.

    tot 10.000 m1

€ 0,55

  • b.

    van 10.000 tot 50.000 m1

€ 0,45

4. bij een sleuflengte van 50.000 meter of meer wordt het tarief van onderdeel 1.32.1 verhoogd met het bedrag als opgenomen in een ter zake opgestelde projectbegroting, waarin de geraamde kosten voor de behandeling van de aanvraag worden vastgesteld.

 

5. indien de aanvrager verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 7.2.2 van de Verordening fysieke leefomgeving wordt het tarief van onderdeel 1.32.1 verhoogd met

€ 559,00

6. het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden van niet ingrijpende aard en spoedeisende werkzaamheden, als bedoeld in afdeling 7.2 van de Verordening Fysieke Leefomgeving

€ 60,00

Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving ontheffing rijden, parkeren voetgangersgebied verkeersregels, gehandicaptenparkeerkaart en

 

1. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 11,60

 
 

2. Het tarief per tijdvak (07.00 – 11.00, 11.00 – 18.00, 18.00 – 22.00 en 22.00 - 07.00) bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor het berijden van het voetgangersgebied

€ 11,60

 
 

3. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) 

 
  • a.

    voor een eerste aanvraag

€ 35,50

  • b.

    voor een verlengingsaanvraag

€ 35,50

  • c.

    voor een duplicaat

€ 13,65

 
 

4. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vervangende pas behorende bij een parkeervergunning of parkeerabonnement, jaarkaart of ontheffing

€ 11,60

 
 

5. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning voor exploitatie van deelvoertuigen te weten deelfiets, deelbakfiets en deelscooters

€ 2.028,00

 
 

6. Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van elke andere verkeersontheffing (bv APV)

€ 11,60

Paragraaf 1.10 Diversen

Artikel 1.34 (Gewaarmerkte) afschriften, kopieën, stukken of uittreksels

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1. a. gewaarmerkte afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 4,00

  • b.

    afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

 
  • c.

    per pagina op papier van A4 formaat

€ 0,10

  • d.

    per pagina op papier van A3 formaat

€ 0,15

  • e.

    per pagina op papier van A2 formaat

€ 0,25

2. kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in artikel 1.34.1a genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk van:

 
  • a.

    A-1 formaat

€ 7,45

  • b.

    A-0 formaat

€ 10,35

3. een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 3,75

Artikel 1.35 Diverse vergunningen of beschikkingen

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

 
  • a.

    het wijzigen van de tenaamstelling van een op grond van een binnen hoofdstuk 1 verleende vergunning

€ 35,00

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1 Definities

 

1. Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

2. In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

3. In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

 
  • -

    binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

 
  • -

    binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

  • -

    bouwkosten: de aannemingssom, de omzetbelasting daarin niet inbegrepen, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van het Besluit vaststelling Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012, Staatscourant 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting als bedoeld in normblad NEN 2699:2017. Het normblad NEN 2699:2017 ligt ter inzage op het Stadskantoor van de gemeente Deventer en is gepubliceerd in de Staatscourant 2017, 20770 op 13-04-2017. Als het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet inbegrepen;

 
  • -

    bouwkosten grondgebonden zonnepark: In afwijking van het bepaalde in paragraaf 2.3, wordt bij het bepalen van de bouwkosten van een grondgebonden zonnepark uitgegaan van de kosten van de constructieve werken, bestaande uit de stellingen waarop de zonnepanelen worden geplaatst, de onderstations en eventuele andere bouwwerken en/ of voorzieningen, maar uitgezonderd de zonnepanelen zelf en de elektrische installaties (leidingwerk, omvormers en schakelingen in de onderstations). Onder een zonnepark verstaan we een aaneengesloten gebied dat zodanig is ingericht dat zo efficiënt mogelijk zonnestroom wordt opgewekt, voor een substantiële bijdrage in de duurzame stroomvoorziening. Belangrijk kenmerk van het zonnepark is verder dat dit door een partij beheerd en geëxploiteerd wordt die in principe niet (alleen) de eindgebruiker van de energie is.

 
 
 

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

 

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 
  • a.

    vooroverleg/pre-advies;

 
  • b.

    een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

 
  • c.

    een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

 
  • d.

    toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

 
  • e.

    een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

 
  • f.

    intrekking van een omgevingsvergunning;

 
  • g.

    wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

 
  • h.

    een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

 

Artikel 2.3 Bepalen tarief

 
  • 1.

    De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

  • 2.

    Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

 
  • 3.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

 
  • 4.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

 
  • 5.

    Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 
  • 6.

    In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2.4 Vooroverleg/pre-advies

 

Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van vooroverleg/pre-advies betreffende de wenselijkheid van een initiatief die een of meer activiteiten omvat die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

€ 600,00

Dit artikel is niet van toepassing op vooroverleg/pre-advies over Milieubelastende activiteiten (paragraaf 2.5) en Lozingsactiviteiten (paragraaf 2.6).

 

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
  • a.

    als de bouwkosten minder dan € 100.000 bedragen:

1,48%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 75,00

  • b.

    als de bouwkosten € 100.000 tot € 750.000 bedragen:

1,06%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 1.481,00

  • c.

    als de bouwkosten € 750.000 tot € 1.500.000 bedragen:

0,91%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 7.951,00

  • d.

    als de bouwkosten € 1.500.000 tot € 5.000.000 bedragen:

0,84%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 13.651,00

  • e.

    als de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen:

0,69%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 37.801,00

  • en een maximum van:

€ 125.000,00

 
 

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruikenbouwwerk (ruimtelijke deel)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit of het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1. voor een binnenplanse activiteit

 
  • a.

    als de bouwkosten minder dan € 100.000 bedragen:

3,06%

  • van de bouwkosten, met een minimum van

€ 150,00

  • b.

    als de bouwkosten € 100.000 tot € 750.000 bedragen:

2,75%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 3.061,00

  • c.

    als de bouwkosten € 750.000 tot € 1.500.000 bedragen:

2,38%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 20.626,00

  • d.

    als de bouwkosten € 1.500.000 tot € 5.000.000 bedragen:

2,17%

  • van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 35.701,00

  • e.

    als de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen:

1,93%

  • van de bouwkosten, met een minimum van: 

€ 97.651,00

  • en een maximum van:

€ 350.000,00

  • 2.

    Als moet worden beoordeeld of de binnenplanse omgevingsplanactiviteit in overeenstemming is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet, wordt het tarief in het eerste lid vermeerderd met: 

€ 525

 
 

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
  • a.

    minder dan 100 m³:

€ 306,00

  • b.

    100 m³ of meer doch minder dan 1000 m³:

€ 869,00

  • c.

    1000 m³ of meer:

€ 2.165,00

 
 

Artikel 2.8 Buitenplanse omgevingsplanactiviteit, waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

 

Als moet worden beoordeeld of kan worden meegewerkt aan een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, welke is aan te merken als buitenplans en waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in artikel 2.6 en de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, bedraagt het tarief;

 
  • 1.

    Voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit voor een kleine bouwactiviteit, zoals het bouwen/realiseren van:

 
  • 1.

    (alleen binnen de bebouwde kom) een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan.

  • 2.

    (alleen buiten de bebouwde kom) een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan op voorwaarde dat voldaan wordt aan de volgende eisen:

    • a.

      niet hoger dan 6 meter, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf,

    • b.

      de oppervlakte niet meer is dan 150m2.

  • 3.

    (alleen buiten de bebouwde kom) een installatie bij een agrarisch bedrijf waarmee duurzame energie wordt geproduceerd door het bewerken van uitwerpselen van dieren tot krachtens artikel 5, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet aangewezen eindproducten van een krachtens dat artikellid omschreven bewerkingsprocedé dat ziet op het vergisten van ten minste 50 gewichtsprocenten uitwerpselen van dieren met in de omschrijving van dat procedé genoemde nevenbestanddelen.

  • 4.

    inpandige aanpassingen, die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten in samenhang met het wijzigen van het gebruik van bouwwerken en van het bij die bouwwerken aansluitende terrein.

  • 5.

    een gebouw voor een nutsvoorziening, de waterhuishouding, het meten van de luchtkwaliteit, het telecommunicatieverkeer, het openbaarvervoer, het weg-, spoorweg-, water- of luchtverkeer of voor een infrastructurele of openbare voorziening in openbaar gebied, onder de voorwaarde dat het gebouwde:

    • a.

      niet hoger is dan 5 m, en

    • b.

      de oppervlakte niet meer is dan 50 m².

  • 6.

    een bouwwerk, dat geen gebouw is, of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk, onder voorwaarde dat het bouwwerk

    • a.

      niet hoger is dan 10 m, en

    • b.

      de oppervlakte niet meer is dan 50 m².

  • 7.

    een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw.

  • 8.

    een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw.

  • 9.

    een uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ondergeschikte aard of voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw

  • 10.

    ander gebruik van gronden of bouwwerken dan bedoeld in de voorgaande onderdelen zoals hierna genoemd:

    • a.

      het realiseren van een voorziening van tijdelijke aard (zoals kunstuitingen, evenementen, pop-up)

    • b.

      het plaatsen van tijdelijke woonunits ten tijde van de verbouw van het hoofdverblijf

    • c.

      het plaatsen van tijdelijke units, anders dan voor verblijf, noodzakelijk voor voortzetting van de hoofdactiviteit.

€ 525,00

Van een kleine bouwactiviteit is geen sprake als:

  • a.

    het aantal woningen wijzigt (met uitzondering van een mantelzorgwoning of een tijdelijke woonunit als bedoeld onder artikel 2.8 lid 1, onder 10b);

  • b.

    het maken van een Milieueffectrapportage verplicht is of het een categorie betreft waarvan moet worden beoordeeld of deze zodanige nadelige gevolgen voor het milieu heeft dat een Milieueffectrapport moet worden opgesteld (als bedoeld in onderdeel C of D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage).

 
  • 2.

    Voor de overige buitenplanse omgevingsplanactiviteiten:

 
  • 1.

    Als de bouwkosten minder bedragen dan € 100.000,00:

€ 3000,00

  • 2.

    als de bouwkosten € 100.000,00 tot € 300.000,00 bedragen

    vermeerderd met 1,0% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 100.000,00 te boven gaan;

€ 3000,00

  • 3.

    als de bouwkosten € 300.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

    vermeerderd met 0,62% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 300.000,00 te boven gaan;

€ 5000,00

  • 4.

    als de bouwkosten € 1.000.000,00 tot € 2.000.000,00 bedragen:

    vermeerderd met 0,21% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 1.000.000,00 te boven gaan;

€ 9.340,00

  • 5.

    als de bouwkosten € 2.000.000,00 tot € 4.000.000,00 bedragen:

    vermeerderd met 0,19% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 2.000.000,00 te boven gaan;

€ 11.440,00

  • 6.

    als de bouwkosten meer dan tot € 4.000.000,- bedragen:

    vermeerderd met 0,12% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 4.000.000,00 te boven gaan

€ 15.240,00

met een maximum van

€ 22.113,00

  • 3.

    Als voor het beoordelen van de buitenplanse omgevingsplanactiviteit als bedoeld onder 2.8 eerste lid, onder 2, een ruimtelijke onderbouwing dan wel een onderbouwing voor de evenwichtige toedeling van functies aan locaties noodzakelijk is, wordt het tarief in het tweede lid: 

 
  • a.

    voor het opstellen van deze onderbouwing, vermeerderd met

€ 2500,00

  • b.

    als de initiatiefnemer de noodzakelijke onderbouwing aanlevert, voor de beoordeling daarvan, vermeerderd met

€ 500,00

 
 

Artikel 2.9 Buitenplanse omgevingsplanactiviteit, waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 

Als moet worden beoordeeld of kan worden meegewerkt aan een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, welke is aan te merken als buitenplans en waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, bedraagt het tarief;

 
  • 1.

    Voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit voor een kleine gebruikswijziging zoals het wijzigen van het gebruik van:

 
  • 1.

    bouwwerken en van het bij die bouwwerken aansluitende terrein.

  • 2.

    gronden voor een niet-ingrijpende herinrichting van openbaar gebied.

  • 3.

    gronden of bouwwerken voor het realiseren van een voorziening van tijdelijke aard (zoals kunstuitingen, evenementen, pop-up).

€ 525,00

Van een kleine gebruikswijziging is geen sprake als:

  • a.

    het aantal woningen wijzigt (met uitzondering van een mantelzorgwoning);

  • b.

    het maken van een Milieueffectrapportage verplicht is of het een categorie betreft waarvan moet worden beoordeeld of deze zodanige nadelige gevolgen voor het milieu heeft dat een Milieueffectrapport moet worden opgesteld (als bedoeld in onderdeel C of D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage).

 
  • 2.

    Voor de overige buitenplanse omgevingsplanactiviteiten:

€ 3.000,00

 
 

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en wereld erfgoed

Artikel 2.10 Rijksmonumentenactiviteit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a. voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument of het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 323,00

 
 

Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: gemeentelijke monumenten

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een (voorbeschermd) gemeentelijk monument, voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel 4.3.1. van de Verordening fysieke leefomgeving in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
  • a.

    voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument of het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 323,00

 
 

Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

 
  • 1.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 323,00

  • 2.

    Het eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing op een sloopactiviteit die wordt verricht op een locatie waarvoor een op grond van artikel 4.35, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet als instructie geldende aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht als bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Erfgoedwet van kracht is, zolang in het omgevingsplan aan die locatie nog niet de functie-aanduiding rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht is gegeven.

 
 
 

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.13 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.20 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, of als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
  • a.

    voor een aanvraag van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet (milieubelastende activiteit bruidsschat):

€ 3.655,00

  • b.

    voor een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.20 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving (milieubelastende activiteit BAL-activiteit regulier):

€ 3.655,00

  • c.

    voor een milieubelastende activiteit zoals bedoeld in onderdelen a en b, waar tevens afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is (milieubelastende activiteit BAL-activiteit uitgebreid):

€ 5.930,00

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

2.14 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 565,00

 
 

2.15 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 565,00

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.16 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 323,00

 
 

Artikel 2.17 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 8.1.1 van de Verordening fysieke leefomgeving in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet, artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit of artikel 22.278 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 323,00

 
 

Artikel 2.18 Omgevingsplanactiviteit: uitweg / uitrit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 8.1.2 van de Verordening fysieke leefomgeving in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 323,00

 
 

Artikel 2.19 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€565,00

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Artikel 2.20 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 5.1.1 van de Verordening fysieke leefomgeving in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
  • a.

    voor een aanvraag tot en met 2 bomen:

€ 103,00

  • b.

    voor een aanvraag van 3 bomen:

€ 209,00

  • c.

    vermeerderd met € 42,00 voor iedere volgende boom met een maximum van:

€ 4.242,00

  • d.

    bij intrekking van een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot het vellen of doen vellen van houtopstand vindt volledige restitutie van de leges plaats.

 
  • e.

    bij weigering van een omgevingsvergunning met betrekking tot het vellen of doen vellen van houtopstand vindt volledige restitutie van de leges plaats.

 
 
 

Artikel 2.21 Omgevingsplanactiviteit: reclame

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene plaatselijke verordening Deventer in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 162,00

 
 

Artikel 2.22 andere activiteiten

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen in dit hoofdstuk:

€ 323,00

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.23 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief:

 
  • a.

    voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

    • 1.

      het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

    • 2.

      bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

    • 3.

      het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

    • 4.

      het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; per maatwerkvoorschrift:

€ 565,00

  • b.

    in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

€ 565,00

 
 

Artikel 2.24 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

 

Als de aanvraag op een maatwerkvoorschriften als bedoeld in het omgevingsplan of hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief:

€ 1.975,00

 
 

Artikel 2.25 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.22 en 2.23, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 565,00

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.26 Gelijkwaardige maatregel

 
  • 1.

    Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft bedraagt het tarief:

Volgens begroting

  • 2.

    Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Artikel 2.27 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

€ 323,00

 
 

Artikel 2.28 Wijzigen omgevingsvergunning

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

 

1. Ingeval en voor zover geen sprake is van bouwen:

5%

van de oorspronkelijk geheven leges met een minimum van € 75,00 en een maximum van € 5.000,00.

 

2. Ingeval en voor zover sprake is van bouwen en

 
  • a.

    het gewijzigd plan niet leidt tot een verhoging van de bouwkosten van het oorspronkelijke plan:

5%

  • van de oorspronkelijk geheven leges (berekend op de wijze zoals in artikel 2.5 en/of 2.6 bepaald) met een minimum van € 75,00 en een maximum van € 5.000,00;

 
  • b.

    als de aanvraag voor het bouwen in afwijking van een eerder ingediend plan als hiervoor bedoeld wel leidt tot een verhoging van de bouwkosten, dan wordt het normale tarief, berekend op de wijze als in artikel 2.5 en/of 2.6 bepaald, toegepast over die meerkosten, zulks echter met inachtneming van het minimum en maximum zoals hiervoor onder 2.27 eerste lid is bepaald;

 
  • c.

    de vergunning is geweigerd en deze aanvraag niet leidt tot een verhoging van de bouwkosten:

55%

  • van de leges berekend op de wijze zoals in artikel 2.5 en/of 2.6 bepaald.

 
 
 

Artikel 2.29 Intrekken omgevingsvergunning

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2.42 van toepassing is:

€ 0,00

 
 

Artikel 2.30 Beoordeling aanvullende gegevens

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen.

0,00

 
 

Artikel 2.31 Beoordeling onderzoeksrapporten

 

De in artikel 2.36 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 
 
 

Artikel 2.32 Niet genoemd besluit op aanvraag

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan.

€ 323,00

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Artikel 2.33 Achteraf ingediende aanvraag

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

10%

met een maximum van:

€ 1.000,00

 
 

Artikel 2.34 Uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

 
  • a.

    als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet zijnde een milieubelastende activiteit:

€ 2.500,00

 
 

Artikel 2.35 Beoordeling onderzoeksrapporten

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

 
  • a.

    voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 479,00

  • b.

    voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 2.500,00

 
 

Artikel 2.36 Advies

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

 
  • a.

    voor een advies van de gemeenteraad:

€ 379,00

 
 

Artikel 2.37 Instemming

 
  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

 
  • het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

 
  • 2.

    Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.13 Vermindering

Artikel 2.38 Vermindering na vooroverleg/pre-advies

 
  • 1.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg/pre-advies als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

100%

  • van de voor het vooroverleg/pre-advies geheven leges.

 
  • 2.

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

    • a.

      voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het vooroverleg/pre-advies betrekking had;

    • b.

      in overeenstemming met de uitkomsten van het vooroverleg/pre-advies; en

    • c.

      binnen 6 maanden na het laatste vooroverleg/pre-advies of, als het vooroverleg/pre-advies volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

 
 
 

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Artikel 2.39 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

 

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

 

De teruggaaf bedraagt:

85%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 
 
 

2.40 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning

 
  • 1.

    Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een activiteit genoemd onder Paragraaf 2.3 (activiteiten met betrekking tot bouwwerken) of Paragraaf 2.4 (activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed of wereld erfgoed), Paragraaf 2.5 (milieubelastende activiteiten), Paragraaf 2.6 (lozingsactiviteiten), Paragraaf 2.7 (aanlegactiviteiten), een omgevingsplanactiviteit reclame (artikel 2.20) of een andere activiteit (artikel 2.21), al dan niet beslissend op bezwaar weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

 
  • de teruggaaf bedraagt:

50%

  • van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 
  • 2.

    Onder een weigering als bedoeld in het eerste lid wordt mede verstaan een vernietiging bij rechterlijke uitspraak van de beschikking waarbij de vergunning is verleend.

 
 
 

Artikel 2.41 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 
  • a.

    bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:

75%

  • van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 
  • b.

    bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken tot zes weken na de indiening van de aanvraag:

50%

  • van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 
  • c.

    bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag:

25%

  • van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 
 
 

Artikel 2.42 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 
  • a.

    bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de intrekking van de aanvraag:

75%

  • van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 
  • b.

    bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag:

50%

  • van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 
  • c.

    bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag:

25%

  • van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 
 
 

Artikel 2.43 Teruggaaf in verband met het realiseren van voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw

 

Als moet worden beoordeeld of kan worden meegewerkt aan een omgevingsvergunning welke is aan te merken als buitenplans als bedoeld onder artikel 2.8.1 (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit) en deze activiteit enkel betrekking heeft op het treffen van voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw genoemd onder 9, bestaat aanspraak 100% teruggaaf van het daar opgenomen legestarief.

100%

 
 

Artikel 2.44 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

0%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 
 
 

Artikel 2.45 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12

 

Artikel 2.46 Minimumbedrag voor teruggaaf

 

Een bedrag minder dan € 75,00 wordt niet teruggegeven

 

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

Paragraaf 3.1 Horeca

Artikel 3.1 Uitoefenen horecabedrijf en slijtersbedrijf

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 
  • a.

    een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet

€ 1.172,00

  • b.

    tot het verkrijgen van een drank- en horecavergunning voor onbepaalde tijd, nadat een vergunning voor bepaalde tijd verleend is

€ 585,00

 
 

Artikel 3.2 Wijziging van het aanhangsel leidinggevende(n) bij de drank- en horecavergunning en / of exploitatievergunning

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 
  • a.

    een aanvraag tot wijziging van het aanhangsel leidinggevende(n) bij de drank- en horecavergunning zoals bedoeld in artikel 30a van de Alcoholwet en/of exploitatievergunning voor een openbare inrichting zoals bedoeld in artikel 2:28 lid 1 van de APV

€ 200,00

 
 

Artikel 3.3 Ontheffing artikel 35 alcoholwet

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 
  • a.

    een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

€ 124,00

Artikel 3.4 Ontheffing sluitingsuur

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot ontheffing als bedoeld in artikel 2:29 lid 3 APV:

 
  • a.

    (incidentele) ontheffing van de sluitingstijd

€ 246,00

  • b.

    Ontheffing voor onbepaalde tijd, nadat een ontheffing voor een bepaalde tijd verleend is

€ 124,00

 
 

Artikel 3.5 Exploitatievergunning

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2.28 APV voor een openbare inrichting, met uitzondering van een coffeeshop:

 
  • a.

    Een exploitatievergunning

€ 1.172,00

  • b.

    Exploitatievergunning voor onbepaalde tijd, nadat een vergunning voor een bepaalde tijd verleend is

€ 585,00

  • c.

    Indien deze aanvraag tegelijk met een aanvraag als bedoeld in artikel 3.1 a of b wordt ingediend, worden voor de aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning 50% van de leges in rekening gebracht

 
 
 

Artikel 3.6 Wijziging exploitatievergunning artikel 2.28.1 APV mbt lokaliteit

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de exploitatievergunning voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 lid 1 van de APV met betrekking tot de lokaliteit van dit bedrijf:

€ 124,00

 
 

Artikel 3.7 Melding als bedoeld in artikel 30 Alcoholwet betreffende slijtersbedrijf

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet, voor zover dit betreft een slijtersbedrijf als in artikel 1 van de

Alcoholwet:

€ 124,00

 
 

Artikel 3.8 Geen restitutie bij tijdelijk geen gebruikmaking van vergunning

 

Indien een vergunning of ontheffing, al dan niet tijdelijk, wordt ingetrokken of van een vergunning of ontheffing gedurende kortere of langere tijd geen gebruik wordt gemaakt, bestaat geen recht op gehele of gedeeltelijke restitutie van leges

 
 
 

Artikel 3.9 Terrasvergunning

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen dan wel wijzigen van een vergunning voor de exploitatie en inrichting van een terras als bedoeld in artikel 2:28a van de APV voor:

 
  • a.

    Een terrasvergunning

€ 585,00

  • b.

    een terrasvergunning voor een onbepaalde tijd, nadat een vergunning voor bepaalde tijd is verleend

€ 124,00

  • c.

    een terrasvergunning voor tijdelijke uitbreiding van een bestaand terras dan wel incidenteel terras, bijvoorbeeld vanwege een evenement

€ 124,00

  • d.

    voor het wijzigen van een terrasvergunning, anders dan in 3.9 b of c

€ 124,00

 
 

Artikel 3.10 Verkrijgen of verlengen gedoogverklaring coffeeshop

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 
  • a.

    Een aanvraag tot het verkrijgen of verlengen van een gedoogverklaring voor het vestigen van een coffeeshop

€ 987,00

  • b.

    een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning voor een coffeeshop als bedoeld in artikel 2:28 lid 1 van de APV

€ 1.628,00

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Artikel 3.11 Vergunning seksbedrijf

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
  • a.

    tot het verlenen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, lid 1, van de Algemene plaatselijke verordening (APV) voor een seksbedrijf

€ 3.016,00

  • b.

    wijziging aanhangsel beheerder bij de vergunning zoals bedoeld in artikel 3:4 van de APV

€ 370,00

  • c.

    geschiktheidsverklaring zoals bedoeld in artikel 3:3 nadere regels van de APV per werkruimte (kamer)

€ 322,00

  • d.

    Indien de geschiktheidsverklaring wordt geweigerd, dan wel in het kader van een bezwaar of beroepsprocedure wordt ingetrokken of vernietigd zonder dat deze daarbij door een nieuwe verklaring wordt vervangen, bestaat aanspraak op 50% van de geheven leges

 
  • e.

    Indien besloten wordt om de aanvraag door ontoereikende gegevens niet in behandeling te nemen zijn geen leges verschuldigd.

 

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Artikel 3.12 Ontheffing winkeltijden

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
  • a.

    tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 48,00

  • b.

    tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 3.12a bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 40,00

  • c.

    tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 3.12a bedoelde ontheffing

€ 40,00

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Artikel 3.13 Organiseren evenement

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement op/aan de weg of op een voor publiek toegankelij­ke plaats als bedoeld in artikel 2.25, lid 1, van de Algemene plaatselijke verordening:

 
  • a.

    voor het houden of organiseren van een A-evenement

€ 218,00

  • b.

    voor het houden of organiseren van een B-evenement

€ 542,00

  • c.

    voor het houden of organiseren van een C evenement

€ 1.359,00

  • d.

    Voor een ondergeschikte wijziging van een reeds verleende evenementenvergunning

€ 46,00

 
 

Artikel 3.14 Ontheffing geluidshinder

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing van het verbod om geluidhinder te veroorzaken als bedoeld in artikel 6.1.3 van de Verordening fysieke leefomgeving

€ 41,00

 
 

Artikel 3.15 Exploiteren speelgelegenheid

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 lid 1 van de APV

€ 155,00

 
 

Artikel 3.16 Openbare inzameling geld of goederen

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een openbare inzameling van geld of goederen of daartoe een intekenlijst aan te bieden als bedoeld in artikel 5:13 lid 1 van de APV

€ 41,00

 
 

Artikel 3.17 Aanleggen van een vuur in de open lucht

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het aanleggen van vuur in de open lucht als bedoeld in artikel 5:24 lid 3 van de APV

€ 41,00

 
 

Artikel 3.18 In het openbaar optreden als Sinterklaas

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikel 5:25, lid 4, van de APV

€ 41,00

Paragraaf 3.5 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt

Artikel 3.19 Standplaats (niet zijnde een ideële standplaats als bedoeld in artikel 1.2 van Bijlage 1 Begrippen behorende bij de Verordening fysieke leefomgeving)

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het in de uitoefening van handel innemen van een standplaats of anderszins te koop aanbieden van goederen aan publiek als bedoeld in artikel 2.1.1 en 2.1.2 van de Verordening fysieke leefomgeving

€ 48,50

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014

Artikel 3.20 Huisvestingswet

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
  • a.

    tot het verlenen van een omzettingsvergunning van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 2 van de Huisvestigingsverordening Deventer 2022

€ 1.433,00

  • b.

    overschrijving omzettingsvergunning, de wijziging tenaamstelling als bedoeld in artikel 8 van de Huisvestingsverordening Deventer 2022

€ 65,50

  • c.

    wijzigen van het aantal kamers genoemd in de voorwaarden bij de omzettingsvergunning, als bedoeld in artikel 7.1, lid d, van de Huisvestingsverordening Deventer 2022

€ 124,00

  • d.

    Indien een aanvraag om een omzettingsvergunning wordt geweigerd of in het kader van een bezwaarprocedure wordt ingetrokken, wordt een restitutie verleend van 50% van het verschuldigde bedrag

 
 
 

Artikel 3.20a huisvestingswet

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een verhuurvergunning opkoopbescherming als bedoeld in artikel 8b van de Huisvestingsverordening Deventer 2022

€ 269,00

Paragraaf 3.7 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

Artikel 3.21 In dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking

€ 39,50

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 8 november 2023

De raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,

A. Kerver

R.C. König