Verordening begraafplaatsrechten gemeente Utrecht 2024

Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening begraafplaatsrechten gemeente Utrecht 2024

De raad van de gemeente Utrecht;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2023 met kenmerk 11546717;

gelet op de artikelen 216, 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

gezien het advies van de commissie Volksgezondheid, Bestuur en Financiën van 25 oktober 2023;

besluit vast te stellen de Verordening begraafplaatsrechten gemeente Utrecht 2024, alsmede de daarbij behorende tarieventabel 2024.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. Deze verordening verstaat onder:

    • a.

      begraafplaatsen: de gemeentelijke begraafplaatsen: Soestbergen, Kovelswade, Tolsteeg en Daelwijck;

    • b.

      algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

    • c.

      asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

    • d.

      urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

    • e.

      particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

      • 1.

        het doen begraven en begraven houden van lijken;

      • 2.

        het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

      • 3.

        het doen verstrooien van as;

    • f.

      particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

      • 1.

        het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

      • 2.

        het doen verstrooien van as;

    • g.

      particuliere urnennis/-zuil: een nis, dan wel zuil waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • h.

      kindergraf: een klein graf voor het begraven van jong overleden kinderen. De maximale kistmaat is lang 150 cm en breed 60 cm;

    • i.

      maand: een tijdvak dat aanvangt op de n-de dag van een kalendermaand en eindigt op de n-1de dag van de kalendermaand daaropvolgend.

  • 2. Onder begraven wordt in deze verordening mede verstaan herbegraven.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

  • 1. opgravingen en daaruit volgende herbegraving ingevolge een bevel van een gerechtelijke autoriteit;

  • 2. het ruimen van een algemeen graf of algemeen urnengraf van de overblijfselen van een lijk van een levenloos geborene of kind jonger dan één jaar na een grafrust van tien jaar;

  • 3. het gebruik van de begraafplaatsen in verband met de nationale dodenherdenking;

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt verstaan een nota of enig andere schriftuur waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 7 Belastingtijdvak

De rechten als bedoeld in onderdeel 18 van de tarieventabel, worden per belastingtijdvak van twaalf aaneengesloten maanden geheven. Het eerste belastingtijdvak vangt daarbij aan op de dag volgende op die waarop de belastingplicht is ontstaan.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld

  • 1. De rechten, als bedoeld in onderdeel 18 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Andere rechten dan de rechten, als bedoeld in onderdeel 18 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij aanvang van de dienstverlening of bij aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 Ontheffing

Indien de belastingplicht voor de rechten, als bedoeld in onderdeel 18 van de tarieventabel in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten ten bedrage van zoveel twaalfde gedeelten als het belastingtijdvak vanaf de dag, waarop de belastingplicht eindigt, nog volle maanden heeft. Geen ontheffing wordt verleend indien de ontheffing voor minder dan 3/12 gedeelte van het belastingtijdvak geldt.

Artikel 10 Termijn van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Overgangsbepaling

De Verordening rechten begraafplaatsen 2023 van 10 november 2022 (Gemeenteblad van Utrecht 2022, nr. 511429), wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

  • 2. De datum van ingang van heffing is 1 januari 2024.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening begraafplaatsrechten gemeente Utrecht 2024.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 9 november 2023.

De griffier,

Merel van Hall

De burgemeester,

Sharon A.M. Dijksma

Tarieventabel behorende bij de Verordening begraafplaatsrechten 2024

Het tarief bedraagt voor:

2023

2024

1. begraving in een nieuw particulier graf plus een uitsluitend recht van tien jaar plus het grafonderhoud gedurende deze tien jaar plus de ruiming van het graf na vervallen van het uitsluitend recht.

3.326 euro

3.542 euro

2. begraving in een nieuw particulier urnengraf/-nis/-zuil plus een uitsluitend recht van tien jaar plus het onderhoud van dit (deze) urnengraf/-nis/-zuil gedurende deze tien jaar plus de ruiming van het (de) urnengraf/-nis/-zuil na vervallen van het uitsluitend recht.

1.452 euro

1.546 euro

3. het verstrooien van as of de bijzetting van een urn in een urnengraf/-nis/-zuil .

173 euro

184 euro

4. de bijzetting in een bestaand particulier graf.

1.693 euro

1.803 euro

  • 5. begraving in een nieuw particulier kindergraf plus een uitsluitend recht van tien jaar plus het grafonderhoud gedurende deze tien jaar plus de ruiming van het graf na vervallen van het uitsluitend recht.

1.414 euro

1.506 euro

6. begraving van een menselijke foetus met een zwangerschapsduur van minder dan 24 weken in een algemeen verzamelgraf zonder terugkomplek voor tijdvak van tien jaar.

187 euro

199 euro

7. begraving in een algemeen graf plus het grafonderhoud gedurende tien jaar plus de ruiming van het graf na afloop van de onderhoudstermijn.

1.390 euro

1.480 euro

8. begraving in een algemeen kindergraf plus het grafonderhoud gedurende tien jaar plus de ruiming van het graf na afloop van de onderhoudstermijn.

532 euro

567 euro

9. gebruik van de aula en condoleanceruimte bij begravingen gedurende maximaal anderhalf uur.

433 euro

461 euro

10. de verlenging van het uitsluitend recht op een particulier graf met tien jaar plus het grafonderhoud gedurende deze tien jaar.

1.890 euro

2.013 euro

11. de verlenging van het uitsluitend recht op een particulier graf met vijf jaar plus het grafonderhoud gedurende deze vijf jaar.

1.008 euro

1.074 euro

12. de verlenging van het uitsluitend recht op een particulier kindergraf met tien jaar plus het grafonderhoud gedurende deze tien jaar.

849 euro

904 euro

13. de verlenging van het uitsluitend recht op een particulier urnengraf/-nis/-zuil met tien jaar plus het grafonderhoud gedurende deze tien jaar.

1.281 euro

1.364 euro

14. overboeking van een verleend uitsluitend recht op een particulier graf voor onbepaalde tijd.

187 euro

199 euro

15. regiewerk advisering per uur.

153 euro

163 euro

16. regiewerk bij begravingen en opgravingen per uur.

72 euro

77 euro

17. het aanbrengen van een gedenkplaatje op een herdenkingsmonument, inclusief het geplaatst houden gedurende tien jaar.

73 euro

78 euro

18. ontheffing om met een motorvoertuig begraafplaatsterreinen te berijden.

54 euro

58 euro

19. grafonderhoud per jaar aan een particulier graf waarvoor vóór 2013 een uitsluitend recht is verleend/verlengd en waarvoor de lopende onderhoudsrechten niet zijn afgekocht.

67 euro

71 euro

20. begraving in een nieuw particulier graf plus grafonderhoud voor onbepaalde tijd.

13.238 euro

14.098 euro

21. begraving in een nieuw particulier kindergraf plus grafonderhoud vooronbepaalde tijd.

5.947 euro

6.334 euro

22. een reservering bij het leven te nemen voor de duur van 10 jaar op een graf.

298 euro

317 euro