Mandaatbesluit uitvoering GLB 23-27 Zuidoost-Nederland

1. Aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant wordt mandaat, volmacht en machtiging verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met het verstrekken van subsidies ten laste van de Subsidieregeling/verordening PMR (citeertitel provinciale PMR regeling).

2. Aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant wordt mandaat en machtiging verleend voor het behandelen van bezwaar- en beroepschriften gericht tegen besluiten als bedoeld in lid 1, waaronder het nemen van beslissingen op bezwaarschriften en het instellen en voeren van beroep en hoger beroep.

1. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant kunnen voor de in artikel 2 bedoelde aangelegenheden ondermandaat, volmacht en machtiging verlenen aan de medewerkers van hun ambtelijke organisatie.

2. Een afschrift van besluiten inzake ondermandaat, volmacht en machtiging als bedoeld in het vorige lid wordt gezonden aan Gedeputeerde Staten van Limburg en aan degenen aan wie krachtens het besluit ondermandaat, volmacht en machtiging is verleend.

1. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant stellen Gedeputeerde Staten van Limburg in kennis van krachtens mandaat te nemen of reeds genomen besluiten waarvan hij moet aannemen dat kennisneming door dat college gewenst is. Hiervan is in ieder geval sprake als:

• a.

  de maatschappelijke, beleidsmatige, politieke, juridische of financiële omstandigheden daartoe aanleiding geven;

• b.

  advies nodig is van anderen dan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant of onder hen werkzame medewerkers en het advies niet aansluit op het eigen standpunt van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant dan wel niet tot dezelfde uitkomsten leidt.

Het niet voldoen aan deze terugkoppelingsplicht doet niet af aan de rechtsgeldigheid van de krachtens mandaat genomen beslissing.

2. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant dragen zorg voor het in goede orde, geordende en toegankelijke staat brengen en bewaren van de onder hen rustende archiefbescheiden die voortvloeien uit de uitvoering van dit mandaat.

3. De archiefbescheiden dienen na beëindiging van het mandaat in goed geordende en toegankelijke staat aan de Provincie Limburg te worden overgedragen.

4. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant oefenen haar bevoegdheid niet uit als zij bij de te nemen beslissing een persoonlijk belang hebben als bedoeld in artikel 2:4, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht.

5. De uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden geschiedt binnen de grenzen en met inachtneming van het ter zake geldende recht, specifiek met inachtneming van artikel 10:3 Algemene wet bestuursrecht, en de geldende beleids- en uitvoeringsregels.

6. Gedeputeerde Staten van Limburg kunnen aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant instructies geven over de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden.

7. Op een bezwaarschrift wordt niet besloten door degene die het primaire besluit in mandaat heeft genomen of bij de voorbereiding van het primaire besluit betrokken is geweest.