Nadere regel uitstallingen gemeente Utrecht

Geldend van 01-04-2024 t/m heden

Intitulé

Nadere regel uitstallingen gemeente Utrecht

Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;

  • gelet op artikel 156, derde lid van de Gemeentewet en artikel 2:9a van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010;

  • Overwegende:

  • dat ondernemers waarde hechten aan hun uitstalling voor de aanprijzing van producten en de attentiewaarde die dat met zich meebrengt;

  • dat objecten op straat, waaronder uitstallingen, nood- en hulpdiensten niet mogen hinderen bij de uitvoering van hun werk en voetgangers, ook indien deze gebonden zijn aan hulpmiddelen, voldoende ruimte moeten bieden;

  • Besluiten de volgende nadere regel vast te stellen:

Artikel 1 Definities

Deze nadere regel verstaat onder:

  • a.

    bedrijf: winkel of instelling;

  • b.

    binnenstad: het gebied conform de wijkindeling, bestaande uit de buurten Domplein, Neude, Janskerkhof; Lange Elisabethstraat, Mariaplaats e.o.; Hoog Catharijne, NS, Jaarbeurs; Wijk C; Breedstraat, Plompetorengracht e.o.; Nobelstraat e.o.; Springweg e.o., Geertebuurt; Lange Nieuwstraat e.o.; Nieuwegracht-Oost; Bleekstraat e.o.; Hooch Boulandt.

  • c.

    functiestrook: een strook als bedoeld in (her)inrichtingsplannen, waarin alle functies geordend en geclusterd zijn, zoals straatmeubilair, bomen, ondergrondse afvalinzameling, fietsparkeerplekken en dergelijke;

  • d.

    laden en lossen: de tijd die nodig is om goederen van enige omvang of gewicht in- of uit te laden;

  • e.

    obstakelvrije ruimte: de vrije of doorloop ruimte bestemd voor voetgangers of nood- of hulpdiensten waarbinnen geen uitstallingen of andere tijdelijke of permanente objecten mogen worden geplaatst of geplaatst zijn;

  • f.

    standplaats: standplaats als bedoeld in de Marktverordening gemeente Utrecht 2017 en de artikelen 5:13 en 5:14 van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010;

  • g.

    uitstalling: een zaak of object op of boven een weg, geplaatst door een bedrijf, om producten, diensten of de vestiging zelf onder de aandacht te brengen. Geen uitstalling is een terras als bedoeld in de Verordening horeca gemeente Utrecht, een gevelbank als bedoeld in het Ontwikkelingskader Horeca Utrecht en gevelreclame als bedoeld in de welstandsnota.

  • h.

    u itstallingszone: De ruimte waarbinnen ondernemers een uitstalling mogen plaatsen. Deze zone bestaat uit 1 meter diepte, gemeten vanuit de gevel van het bedrijf, de gehele breedte van de gevel van het bedrijf en 1,8 meter hoogte. In afwijking tot de rest van de stad bestaat deze zone in de binnenstad uit 0,5 meter diepte, gemeten vanuit de gevel van het bedrijf, de gehele breedte van de gevel van het bedrijf en 1,8 meter hoogte. Er is geen uitstallingszone als er een functiestrook is.

  • i.

    vershandel: een bedrijf dat hoofdzakelijk is gericht op de verkoop van versproducten, zoals bloemen, aardappelen, groenten, fruit, vis, zuivel, brood en dergelijke.

  • j.

    openbare plaats: een voor het publiek toegankelijke plaats, waaronder begrepen de weg als bedoeld onder k.

  • k.

    w eg: weg, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994.

Artikel 2 Uitstalling plaatsen

  • 1. Het is verboden op een openbare plaats uitstallingen te plaatsen of geplaatst te houden als niet voldaan is aan de in deze nadere regel vastgestelde bepalingen

  • 2. Het is verboden in een winkelcentrum uitstallingen te plaatsen zonder toestemming van de eigenaar of beheerder van het winkelcentrum.

Artikel 3 Tijden

Uitstallingen mogen slechts worden geplaatst gedurende de openingstijden van het bedrijf.

Artikel 4 Eisen aan de beschikbare overgebleven ruimte na het plaatsen van een uitstalling

  • 1. Een uitstalling mag enkel geplaatst worden wanneer:

    • a.

      een vrije doorgang voor het verkeer van tenminste 4 meter gewaarborgd blijft:

    • b.

      een obstakelvrije ruimte op het voor voetgangers gereserveerde gedeelte van de weg van tenminste 1,50 meter beschikbaar blijft, tenzij anders is aangegeven in (her)inrichtingsplannen.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid mag een uitstalling in het voetgangersgebied van de binnenstad alleen geplaatst worden indien een obstakelvrije ruimte van 4 meter beschikbaar blijft.

  • 3. In afwijking van het bepaalde in het tweede lid mag een uitstalling in de Zakkendragersteeg en Drieharingenstraat alleen geplaatst worden indien een obstakelvrije ruimte van 2,5 meter beschikbaar blijft.

Artikel 5 Eisen aan de locatie van een uitstalling

  • 1. Uitstallingen mogen alleen worden geplaatst in de uitstallingszone of (indien ingericht) in de functiestrook voor de gevel van het eigen bedrijf en binnen de eigen gevelgrenzen.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, moet in de binnenstad de uitstalling direct tegen de gevel geplaatst worden of op de daarvoor bestemde functiestrook binnen de breedte van de gevel van het eigen bedrijf.

  • 3. Uitstallingen mogen enkel geplaatst worden als de minimale afstand aan weerszijde tot de buitenste rand van een blindengeleidestrook 0,6 meter is.

  • 4. Uitstallingen mogen niet onder de kroonprojectie van bomen, tegen of op straatmeubilair, lichtmasten, brandkranen of andere voor de openbare dienst bestemde voorwerpen worden geplaatst.

  • 5. Uitstallingen mogen de toegang tot andere dan tot het eigen bedrijf behorende gebouwen of terreinen niet belemmeren.

Artikel 6 Eisen aan de omvang van een uitstalling

  • 1. Een uitstalling mag niet breder, hoger en dieper dan de uitstallingszone zijn.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, mag in de binnenstad:

    • a.

      Een bedrijf maximaal één uitstalling plaatsen.

    • b.

      De uitstalling niet breder zijn dan 1 meter.

    • c.

      Een bedrijf een zitelement en plantenbak die niet is voorzien van een reclame-uiting in de uitstallingszone plaatsen.

    • d.

      Het bepaalde in het tweede lid onder a en b is niet van toepassing op vershandel.

Artikel 7 Uitstalling op een terras

Uitstallingen van een bedrijf met een vergund terras, als bedoeld in artikel 1 van de Verordening horeca gemeente Utrecht, mogen alleen binnen de grenzen van het vergunde terras geplaatst worden met inachtneming van het bepaalde in de vigerende Beleidsregel terrassen gemeente Utrecht. Het bepaalde in de overige artikelen van deze nadere regel is dan niet van toepassing.

Artikel 8 Voorkomen van hinder en schade

  • 1. Uitstallingen mogen geen gevaar of hinder veroorzaken voor de openbare orde en veiligheid.

  • 2. Uitstallingen mogen geen overlast veroorzaken voor gebruikers en zakelijk en persoonlijk gerechtigden van de in de nabijheid gelegen onroerende zaken.

  • 3. Uitstallingen mogen geen gevaar opleveren voor personen of zaken.

  • 4. Uitstallingen mogen geen schade veroorzaken aan de weg.

Artikel 9 Toezicht en handhaving

  • 1. De ondernemer verwijdert of verplaatst de uitstalling onmiddellijk:

    • a.

      op last van een toezichthouder van de gemeente Utrecht, politie, brandweer of andere hulpverlenende diensten;

    • b.

      als dat nodig is in verband met werkzaamheden aan de openbare ruimte;

    • c.

      als dat nodig is in verband met werkzaamheden aan of langs de gevel.

  • 2. De bevelen van politie, brandweer, andere hulpverlenende diensten of een toezichthouder van de gemeente Utrecht dienen stipt te worden opgevolgd.

Artikel 10 Bijzondere omstandigheden

Burgemeester en wethouders kunnen tijdens bijzondere omstandigheden tijdelijk afwijken van deze nadere regel door het plaatsen of geplaatst houden van uitstallingen te beperken, te verbieden of toe te staan.

Artikel 11 Uitstallingen bij laden en lossen

Tijdens het laden en lossen of de bevoorrading van het bedrijf moet de uitstalling tijdelijk worden verwijderd wanneer de obstakelvrije ruimte belemmerd wordt.

Artikel 12 Intrekking

De Regels uitstallingen Utrecht wordt ingetrokken.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze nadere regel treedt in werking op 1 april 2024.

Artikel 14 Citeertitel

Deze nadere regel wordt aangehaald als: Nadere regel uitstallingen gemeente Utrecht.

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, in de vergadering van 10 oktober 2023.

Ondertekening

De burgemeester,

Sharon A.M. Dijksma

De secretaris,

Gabriëlle G.H.M. Haanen

Informatieve toelichting bij Nadere regel uitstallingen gemeente Utrecht

Algemeen

Ondernemers hechten veel waarde aan hun uitstalling. Het draagt bij aan de aandacht aan hun zaak en genereert daarmee extra attentiewaarde en inkomsten. Tegelijkertijd kunnen uitstallingen ook een nadelige uitwerking hebben op het functioneren van de stad. Ze leggen namelijk beslag op de weg, waardoor voetgangers en ander verkeer minder ruimte hebben en er geen plek meer is voor andere voorzieningen of activiteiten. Het is belangrijk om regels op te stellen voor uitstallingen in Utrecht, vanwege de spanning tussen het belang van de ondernemer (een uitstalling genereert extra attentiewaarde) en het algemeen belang van de stad: leefbaarheid voor omwonenden, aantrekkelijkheid voor bezoekers (waar de ondernemer ook profijt van heeft) en uitstraling van de stad.

Artikelsgewijs

Per artikel geven we een korte toelichting, vooral gericht op de situatie in de binnenstad. De wijzigingen vanuit de nieuwe regels zitten voornamelijk in de binnenstad. Voor de stad als geheel is alleen een bepaling opgenomen in de nieuwe nadere regels over minimale afstand van een uitstalling tot een blindengeleidestrook en is het begrip ‘uitstallingszone’ geïntroduceerd. De omvang van de uitstallingszone buiten de binnenstad is gelijk aan de huidige regels voor uitstalling.

Artikel 1 Definities

Definitie uitstalling

Onder uitstalling wordt verstaan: het door een ondernemer neerzetten van objecten in de openbare ruimte in de breedste zin van het woord. Het kan onder andere gaan om producten die bij het gangbare assortiment in het bedrijf horen met het oog op het verkopen van die goederen, losse reclame- of aanbiedingsborden om het assortiment aan te prijzen of om decoratieve objecten zoals bloembakken, mechanische speeltoestellen en dergelijke. Fietsen die kennelijk zijn neergezet met het enige doel om aandacht te vestigen op het bedrijf, zonder dat deze worden gebruikt om deel te nemen aan het verkeer, zijn uitstallingen. Dergelijke fietsen mogen tevens niet geplaatst worden op locaties of in gebieden met een fietsparkeerverbod.

Uitstallingen zijn niet: een terras, een gevelbank, een standplaats, een afvalbak die de houder of beheerder van een inrichting heeft geplaatst om te voldoen aan de verplichting uit artikel 19 onder a van de Afvalstoffenverordening Utrecht 2010.

Bij het aanprijzen van producten is het niet toegestaan om de verkoop (daadwerkelijke afrekenen) vanuit een uitstalling te laten plaatsvinden, tenzij er een vergunning voor straathandel (art. 5:13 APV) is.

Definitie bedrijf

Aangezien uitstallingen niet alleen betrekking hebben op het verkopen van zaken, maar ook op het verrichten van diensten en activiteiten voor ideële doeleinden, wordt onder bedrijf ook verstaan een instelling.

Definitie obstakelvrije ruimte

We willen dat bezoekers en wandelaars van de stad conform het handboek openbare ruimte zich veiliger en meer comfortabel kunnen voortbewegen. Daarom gaan we in deze regels uit van obstakelvrije ruimte. Obstakelvrije ruimte moet altijd vrij blijven, dus ook als de ruimte tijdelijk wordt beperkt, bijvoorbeeld voor het laden en lossen van goederen.

Artikel 2Uitstalling plaatsen

Een uitstalling mag geen afbreuk doen aan de weg of de omgeving. Er moet ruimte overblijven voor iedereen. Een uitstalling mag nooit leiden tot onveilige situaties of situaties waarbij de bruikbaarheid van de weg in het geding komt.

Artikel 3 Tijden

Ondernemers kunnen een uitstalling plaatsen om potentiële kopers aan te trekken. Daarom is het alleen toegestaan om een uitstalling gedurende openingstijden van het bedrijf in de openbare ruimte te plaatsen.

Artikel 4 Eisen aan de beschikbare overgebleven ruimte na de plaatsing van een uitstalling

De plaatsing en de omvang van uitstallingen zijn gerelateerd aan de belangen openbare orde en (verkeers-)veiligheid. Daarbij is een evenwicht gezocht tussen de verschillende betrokken belangen, namelijk de behoefte van de ondernemer, de veiligheid van de gebruikers van de openbare ruimte en de toegankelijkheid voor hulpverleningsdiensten om op een veilige en doelmatige wijze gebruik te kunnen maken van de weg, waar het gaat om logische routes voor hulpverleningsdiensten.

Van belang is dat voor voetgangers, waaronder met name ook gekeken is naar mensen met een beperking (1,5 meter – minimale draaicirkel scootmobiel en rolstoelen), een minimale doorloopruimte gegarandeerd blijft en hulpverleningsverkeer te allen tijde een vrije doorgang heeft. Daarnaast dienen de uitstallingen uit het oogpunt van veiligheid niet geplaatst te worden op brandkranen, afwateringen en voor nooduitgangen, de entree/deur en toegangen voor mensen met een beperking.

Binnenstad

De komende jaren groeit de stad en daarmee neemt het gebruik van de binnenstad verder toe. De binnenstad van Utrecht is een plek waar alles samenkomt: wonen, werken, winkelen, studeren, uitgaan. Dat maakt de binnenstad aantrekkelijk. Soms schuren die functies en zitten ze elkaar (deels) in de weg. Voor de toekomst moeten er daarom keuzes gemaakt worden.

In de Omgevingsvisie Binnenstad 2040 is het algemeen gemeentelijk beleid vertaalt naar de situatie in de binnenstad. In deze omgevingsvisie staat de voetganger centraal. Voetgangers moeten zich comfortabel en veilig kunnen verplaatsen door onze stad, ook als zij gebruik maken van een rolstoel, een kinderwagen voortduwen of met boodschappentassen sjouwen. Hierbij past dat er zo min mogelijk uitstallingen worden geplaatst, tenzij deze van toegevoegde waarde zijn voor de uitstraling van de binnenstad.

Voetgangersgebied

In het drukste deel van de binnenstad willen we meer ruimte voor voetgangers. Dit noemen we het voetgangersgebied. In dit gebied is een obstakelvrije ruimte van 4 meter voor voetgangers en nood- en hulpdiensten leidend. Hierdoor kunnen drie mensen comfortabel naast elkaar lopen of elkaar passeren, zelfs als één van hen meer ruimte nodig heeft, en voldoende ruimte voor de nood- en hulpdiensten. Deze ruimte is nodig op drukke plekken waar veel mensen in groepjes lopen, zoals in de binnenstad van Utrecht.

Uitzondering voor bepaalde loopruimte in Drieharingstraat en Zakkendragerssteeg.

Door de incourante inrichting met beperkte ruimte waardoor de toegang voor calamiteitendiensten hier anders is georganiseerd maar ook door het beperkte aantal voetgangers/bezoekers maken we voor de Zakkendragersteeg en Drieharingstraat een uitzondering op de 4 meter obstakelvrije ruimte. Hier staan we 2.5 meter toe met ruimte voor uitstallingen tegen de gevel of op de terrassen.

Artikel 5 Eisen aan de locatie van een uitstalling

Uitstallingen mogen geplaatst worden in de uitstallingszone of functiestrook voor de gevel van het bedrijf waarin de goederen worden verkocht, de dienst geleverd of de activiteit wordt uitgevoerd. Op die wijze worden uitstalling en bedrijf aan elkaar gekoppeld. Dit maakt overigens het toezicht en de handhaving ook gemakkelijker.

Binnenstad

In de binnenstad dient de uitstalling direct tegen de gevel geplaatst te worden, hierdoor is de kans dat een uitstalling in de weg staat kleiner. Daarbij zorgt het voor een overzichtelijk en geordend straatbeeld.

Functiestrook

In steeds meer gebiedsontwikkelingen zien we dat verschillende functies worden samengebracht in een functiestrook, zodat elders ruimte ontstaat voor voetgangers en fietsers. De nieuwe regels voorzien in de mogelijkheid om een uitstalling te plaatsen in de functiestrook in plaats van aan de gevel. De ondernemer heeft hier geen keuze in. In straten waar een duidelijke functiestrook is ingetekend, wordt de uitstalling geplaatst in de functiestrook en binnen de breedte van het eigen bedrijf.

Artikel 6 Eisen aan de omvang van een uitstalling

Een uitstalling moet voldoen aan de voorwaarden voor de afmetingen. Hierdoor houden we het straatbeeld geordend en overzichtelijk.

Binnenstad

In directe belang van ondernemers, bewoners en bezoekers zijn aantrekkelijke, uitnodigende en comfortabele winkelstraten in de binnenstad van Utrecht meer dan gewenst. Zeker nu de druk en gebruik van de openbare ruimte van het voetgangersgebied verder toeneemt. Duidelijke gebruikersregels zijn hierom zeer belangrijke voorwaarden waarmee we enerzijds werken aan de uitnodigende binnenstad en anderzijds, ook op verzoek van ondernemers, heldere regels opstellen die voor alle ondernemers duidelijk zijn. Dit geldt juist ook voor het gewenste gebruik van uitstallingen door ondernemers in de winkelstraten van de binnenstad.

Afmetingen en uitstallingszone

Voor de binnenstad gelden afwijkende afmetingen en eisen. In de binnenstad mag een bedrijf maximaal één uitstalling plaatsen die niet hoger (maximaal 180cm) en dieper (maximaal 50cm) is dan de uitstallingszone. Ook mag de uitstalling niet breder zijn dan 1 meter. Hierdoor blijft het straatbeeld overzichtelijk en geordend. Deze beperking in aantal gaat tevens een verrommeld straatbeeld tegen, wat niet past bij de historische uitstraling van de binnenstad.

Voor vershandel geldt een uitzondering, voor hen is het toegestaan om gebruik te maken van de gehele breedte van hun gevel. Hier is voor gekozen omdat deze categorie producten over het algemeen bijdraagt aan de sfeer en uitstraling van de binnenstad. Hoewel het denkbaar is dat ook andere type producten dit doen is gekozen voor een heldere tweedeling voor de handhaafbaarheid.

Sfeer verhogende objecten

In de overgebleven ruimte van de uitstallingszone mag een bedrijf een zitelement (zoals een bankje of een stoel) en plantenbak plaatsen omdat deze objecten bijdragen aan de sfeer. Deze objecten mogen niet zijn voorzien van een reclame-uiting.

De voorgestelde regels voor gebruik van uitstallingen in de openbare ruimte zijn in goed overleg met ondernemers en bewoners opgesteld. Vastgestelde ruimte voor commerciële uitstallingen en ruimte voor sfeer verhogende objecten. Met sfeer verhogend wordt bedoeld dat ondernemers met groen en andere interieurelementen appelleren aan het gevoel en beleving van kwaliteit, sfeer en een huiselijke uitstraling van de binnenstad. Bezoekers zullen dit ook zo ervaren en met een prettige associatie aan de binnenstad gestimuleerd worden om nogmaals een bezoek aan de stad te brengen en deze goede ervaringen te delen met andere mogelijke bezoekers.

Om te voorkomen dat gebruik van deze openbare ruimte voor sfeer verhogende objecten ook gebruikt wordt voor commerciële doeleinden staan we deze hier niet toe. Commerciële uitstallingen hebben een geheel ander doel. Het is gericht op indirecte verkoop van producten. Een andere functie die we daarom beperkt toestaan in het gebruik van de openbare ruimte. Door deze combinatie van uitstallingen en sfeerverhogende objecten aan te bieden aan de ondernemers werken we gezamenlijk aan meer ruimte om te ondernemen en versterken van de aantrekkelijkheid van de winkelstraten.

Artikel 7Uitstalling op een terras

Ondernemers met een vergund terras dienen hun uitstalling binnen de grenzen van het terras te plaatsen.

Artikel 8 Voorkomen van hinder en schade

Uitstallingen mogen geen gevaar, hinder, overlast of schade voor anderen veroorzaken.

In winkelcentra bepaalt de eigenaar of beheerder of het aan het bedrijf is toegestaan om uitstallingen te plaatsen. Dit gebeurt doorgaans in een privaatrechtelijke overeenkomst. Het winkelcentrum dient rekening te houden met de (brand)veiligheid van het winkelcentrum bij het laten plaatsen van uitstallingen.

Artikel 9 Toezicht en handhaving

Instructie van politie, brandweer en toezichthouders van de gemeente moeten direct worden opgevolgd. Vanwege het zwaarwegende belang kan de gemeente overgaan tot spoedeisende bestuursdwang.

Artikel 10 Bijzondere omstandigheden

Het college is bevoegd tijdelijk van de voorwaarden in deze nadere regel af te wijken, door uitstallingen te verbieden, beperken of toe te staan. Dit kan noodzakelijk zijn tijdens een pandemie, ten tijde van een evenement of bij andere (onvoorziene) omstandigheden.

Artikel 11Uitstallingen bij laden en lossen

Wanneer de uitstalling tijdens het laden en lossen de toegankelijkheid van de weg belemmerd, is de ondernemer verplicht zijn uitstalling tijdelijk uit de openbare ruimte te halen.