Aanwijzingsbesluit (Brom)fietsparkeren stationsgebied Heerenveen

Burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen;

Overwegende,

• -

  dat het ingevolge artikel 5.12 lid 1 van de Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: APV) mogelijk is plaatsen aan te wijzen waar het in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast, of ter voorkoming van schade aan de openbare gezondheid, verboden is fietsen of bromfietsen onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te laten staan;

• -

  dat in het stationsgebied (brom)fietsen buiten de daarvoor bestemde stallingmogelijkheden worden geplaatst;

• -

  dat fout geparkeerde (brom)fietsen het uiterlijk aanzien van de openbare ruimte aantasten;

• -

  dat fout geparkeerde (brom)fietsen tot overlast en schade (kunnen) leiden voor omwonenden, voetgangers en overige verkeersdeelnemers doordat ze de vrije doorgang beletten;

• -

  dat het om te kunnen optreden tegen fout geparkeerde (brom)fietsen nodig is om aan te wijzen in welke straten/gebieden in het stationsgebied het verbod geldt;

• -

  dat het college op 5 januari 2016 een aanwijzingsbesluit op grond van artikel 5.12 lid 1 APV heeft genomen, met een verbod voor het plaatsen van (brom)fietsen voor een beperkt gebied;

• -

  dat gezien de toegenomen overlast en/of schade veroorzaakt door fout geparkeerde (brom)fietsen rondom het stationsgebied, het noodzakelijk is om het aangewezen gebied uit te breiden;

• -

  dit aanwijzingsbesluit hierin voorziet;

• -

  dat het ingevolge artikel 5.12 lid 2 APV mogelijk is plaatsen aan te wijzen waar het in het belang van het beheer van de openbare ruimte (openbare fietsstallingsgebieden), verboden is fietsen of bromfietsen langer dan een door het college vastgestelde periode onafgebroken te stallen;

• -

  dat deze periode door het college is vastgesteld op 28 dagen;

• -

  dat in de stallingen in het stationsgebied (brom)fietsen gestald staan die na 28 dagen niet meer worden opgehaald, zogenaamde wees(brom)fietsen;

• -

  dat wees(brom)fietsen die op een legitieme (brom)fietsparkeerplaats gestald staan de parkeercapaciteit zwaar belasten;

• -

  dat wees(brom)fietsen tot overlast zijn voor overige gebruikers die hun (brom)fiets in de stalling willen plaatsen;

• -

  dat het om te kunnen optreden tegen wees(brom)fietsen nodig is om aan te wijzen in welke openbare fietsstallingsgebieden (brom)fietsen niet langer dan 28 dagen onafgebroken mogen staan gestald:

• -

  gelet op het bepaalde in artikel 5.12 lid 1 en lid 2 van de APV;

B E S L U I T :

Vast te stellen het navolgende:

Aanwijzingsbesluit (Brom)fietsparkeren stationsgebied Heerenveen (5.12 lid 1 en 2 APV).