Beleidsregel wegslepen, bewaren en teruggave van voertuigen gemeente Valkenswaard

Geldend van 28-09-2023 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel wegslepen, bewaren en teruggave van voertuigen gemeente Valkenswaard

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

1.1 Begrippen

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • a.

    Bevoegde functionaris: de gemandateerde parkeercontroleur, gemandateerde buitengewoon opsporingsambtenaren en/of de gemandateerde executieve politieambtenaar.

  • b.

    Buitengewoon opsporingsambtenaar: ambtenaar in dienst van de gemeente Valkenswaard bevoegd tot het toepassen van bestuursdwang met betrekking tot de wegsleepregeling.

  • c.

    Executieve politieambtenaar: politieambtenaar bevoegd tot het toepassen van bestuursdwang met betrekking tot de wegsleepregeling.

  • d.

    Berger: het wegsleepbedrijf dat gemandateerd is tot uitvoering van de Wegsleepverordening van de gemeente Valkenswaard en welke belast is met zowel het wegslepen, bewaren als teruggave van voertuigen en motorrijtuigen.

  • e.

    Rechthebbende: de eigenaar of houder van een voertuig.

  • f.

    Bewaarder: het wegsleepbedrijf dat gemandateerd is tot uitvoering van de wegsleepverordening gemeente Valkenswaard.

Hoofdstuk 2 Aantreffen foutief geparkeerd voertuig

2.1 Algemeen

Wegslepen is een bijzondere vorm van bestuursdwang, waarvoor de wettelijke regels wat betreft bestuursdwang van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing zijn.

De procedure betreffende de wegsleepregeling start met het aantreffen van een fout geparkeerd voertuig. Onder “voertuigen” wordt naar de motorvoertuigen onder meer verstaan: fietsen, bromfietsen, scooters, invalidenvoertuigen en aanhangwagens.

De eerste afweging die dan moet worden gemaakt, is of de aangetroffen situatie wegsleepwaardig is. Een voertuig is wegsleepwaardig, indien er een verkeersregel wordt overtreden én het wegslepen van het voertuig noodzakelijk is in verband met het belang van:

  • 1.

    De veiligheid op de weg en/of;

  • 2.

    De vrijheid van het verkeer en/of;

  • 3.

    Het vrijhouden van de wegen of weggedeelten, zoals aangewezen in het ‘Besluit wegslepen van voertuigen’ (Staatsblad 2001, nr. 353) en waarop de gemeentelijke wegsleepregeling van toepassing is.

Daarnaast is een voertuig wegsleepwaardig, indien er sprake is van overtreding van artikel 5.8 van de Algemeen Plaatselijke Verordening gemeente Valkenswaard. Op grond van dit artikel is het verboden om een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter te parkeren op een door het college aangewezen plaats, waar dit naar zijn oordeel schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente. Daarnaast is het verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter te parkeren op een door het college aangewezen weg, waar dit parkeren naar zijn oordeel buitensporig is met het oog op de verdeling van beschikbare parkeerruimte

Ingevolge artikel 170, eerste lid, sub c van de Wegenverkeerswet 1994, juncto artikel 2 van het (staats)besluit, juncto artikel 2 van de wegsleepregeling van de gemeente Valkenswaard, kan in de gemeente Valkenswaard van alle wegen en weggedeelten worden weggesleept.

2.2 Geen Mulder-traject na wegslepen

De wetgever zet in de memorie van toelichting uiteen, dat van het instellen van een strafvervolging, dan wel het opleggen van een sanctie ingevolge de Wet Mulder, kan worden afgezien, omdat de overtreder ten gevolge van het wegslepen van het voertuig al genoeg ‘gestraft’ is. Er wordt niet echt gestraft want het doel van het wegslepen is een einde maken aan een verboden gedraging en niet zozeer het bestraffen van de bestuurder. De overtreder wordt met het toepassen van deze vorm van bestuursdwang wel geconfronteerd met hoge kosten en kan dit als straf ervaren. Hierin kan aanleiding worden gevonden van een strafrechtelijk of bestuursrechtelijk vervolg af te zien.

Overigens is de wetgever van mening dat het niet opleggen van een Mulder-sanctie niet in alle gevallen zal opgaan. Als de parkeerovertreding zo ernstig is – als gevolg van de overtreding is bijvoorbeeld een omvangrijke schade ontstaan – kan een strafrechtelijke of bestuursrechtelijke sanctie passen zijn. Dat staat dan ter beoordeling van justitie en politie.

2.3 Noodzaak

Wellicht ten overvloede wordt nog vermeld, dat het aantreffen van een fout geparkeerd voertuig op een aangewezen weg of weggedeelte, als bedoeld in artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen, in beginsel voldoende is om de wegsleepregeling toe te passen. De veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer hoeft dan niet tevens in het geding te zijn. Wel moet de noodzaak in zekere mate duidelijk zijn.

2.4 Actie

Alleen een bevoegde functionaris is bevoegd actie te ondernemen na het constateren van de overtreding. Indien er sprake is van een wegsleepwaardige situatie, wordt de wegsleep- en bewaarprocedure in gang gezet. Deze procedure wordt hierna beschreven.

2.5 Waarnemingstijd

Om de overtreding nadrukkelijk te kunnen vaststellen is allereerst een waarnemingstijd nodig.

Verbod stil te staan

Geen waarnemingstijd nodig

Parkeerverboden

Waarnemingtijd van tien minuten voordat er kan worden geconstateerd dat er sprake is van parkeren.

Parkeren op laad- en loshavens

Waarnemingtijd van tien minuten aanbevolen, gedurende welke geen laad- en losactiviteiten worden geconstateerd. Pas daarna wordt geconstateerd dat er sprake is van parkeren.

Hoofdstuk 3 Toepassing procedure

3.1 Besluit bestuursdwang

Stap 1 De bevoegde functionaris schakelt bij een wegsleepwaardige situatie de berger in.

De bevoegde functionaris wacht in de nabijheid van het voertuig tot de komst van de berger.

Stap 2 Na de komst van de takelwagen maakt de berger een (digitale) foto van de situatie. Op de foto moet de overtreding zo veel mogelijk zichtbaar zijn. Hierdoor kan het nodig zijn enkele foto’s te maken. De foto c.q. foto’s worden in het bewaringsregister opgenomen.

Stap 3 De bevoegde functionaris vult een blanco exemplaar van het Besluit tot toepassing bestuursdwang wegslepen en opslaan voertuig in en overhandigt die aan het college van burgemeester en wethouders. Het origineel is bestemd voor de eigenaar/houder van het voertuig en wordt onverwijld per aangetekende post naar de eigenaar/houder verstuurd. De eigenaar/houder is in ieder geval de persoon die volgens de Rijkdienst voor het wegverkeer (RDW) de eigenaar is. Naar deze persoon wordt per aangetekende post de last verstuurd.

Stap 4 De berger vult alvorens de werkzaamheden aan het meevoeren te starten ter plaatse de vrachtbrief in. Op dit formulier wordt eventuele schade aan het voertuig genoteerd. Dit document wordt ondertekend door zowel een medewerker van het wegsleepbedrijf als de bevoegde functionaris.

Stap 5 Na aankomst op de bewaarplaats controleert de berger het voertuig nogmaals op beschadigingen en maakt indien nodig een (digitale) foto. De bevindingen worden eveneens ingevuld op de vrachtbrief. Het voornoemde proces-verbaal wordt opgenomen in het bewaringsregister.

Voor het geval er sprake is en van een buitenlands kenteken

In de meeste gevallen is het voor het college niet mogelijk een eigenaar van een voertuig met een buitenlands kenteken te achterhalen omdat het college geen toegang heeft tot het buitenlandse kentekenregister. In dat geval vindt publicatie van het besluit tot toepassing bestuursdwang wegslepen en opslaan voertuig plaats op de gemeentelijke website en in het Valkenswaards Weekblad. Zodra bekend is wie de eigenaar/houder van het voertuig is, wordt het originele besluit alsnog bekend gemaakt via aangetekende post.

Indien het college niet bekend wordt wie eigenaar is, gaat paragraaf 5.4 alsnog in.

3.2 Schade

In verband met de schadevergoedingsplicht van de gemeente op grond van artikel 172, lid 8 van de Wegenverkeerswet 1994 moet het weg te slepen voertuig zorgvuldig worden gecontroleerd op reeds aanwezige schade. De schade wordt genoteerd in de vrachtbrief en gefotografeerd. Ook schade, die wordt veroorzaakt tijdens het bevestigen in het juk of tijdens het overbrengen moet worden genoteerd en gefotografeerd.

3.3 Sleepfasen en kosten

Het wegslepen van voertuigen is te verdelen in drie fasen:

FASE 1 Een wegsleepvoertuig is besteld. Er is sprake van een onvolledige berging indien de eigenaar/houder/bestuurder van het voertuig ter plaatse komt, voordat het wegsleepvoertuig ter plaatse is en de eigenaar/houder/bestuurder het voertuig wil verplaatsen.

De kosten overeenkomstig het tarief dat verbonden is aan de voorbereiding van de overbrenging van het voertuig, dienen te worden voldaan. De bevoegde functionaris dient de personalia vast te stellen. De kosten voor de onvolledige berging dienen ter plaatse te worden vergoed aan de berger. Gebeurt dit niet, dan wordt het voertuig alsnog weggesleept.

FASE 2: De takelwagen is ter plaatse en het voertuig bevindt zich op de lepel van de takelwagen en is vastgesjord. Vanaf dat moment is er sprake van een volledige berging. De eigenaar/houder/bestuurder komt ter plaatse en wil het voertuig verplaatsen.

De kosten overeenkomstig het tarief dat verbonden is aan het overbrengen van het voertuig naar de bewaarplaats, dienen te worden voldaan. De bevoegde functionaris dient de personalia vast te stellen. De kosten voor de volledige berging dienen ter plaatse te worden vergoed aan de berger. Gebeurt dit niet, dan wordt het voertuig weggesleept en dienen de wegsleepkosten op de bewaarplaats worden betaald.

FASE 3 Het voertuig is/wordt weggesleept en in bewaring gesleept.

Teruggave kan slechts plaatsvinden aan de eigenaar of houder of gemachtigde van het voertuig, na betaling van de volledige kosten: de wegsleepkosten en de kosten van bewaring. Ook zal in een aantal gevallen eerst aan andere voorwaarden moeten worden voldaan, zoals beschreven in paragraaf 5.2.

Hoofdstuk 4 Bewaren van voertuigen

4.1 Aanvang van het bewaren

Het is belangrijk te weten wanneer er een aanvraag is gemaakt met het bewaren van een voertuig. Aan het bewaren van een voertuig zijn verhaalbare bewaarkosten verbonden. Het tijdstip van bewaren van een weggesleept voertuig gaat in op het moment dat het voertuig van het wegsleepvoertuig is losgekoppeld op de plaats van bewaring.

4.2 Plaats van het bewaren

Het bewaren geschiedt op de daarvoor bestemde plaatsen. Het college bepaalt op grond van artikel 3 van de Wegsleepverordening 2023 van de gemeente Valkenswaard dat de weggesleepte voertuigen worden bewaard op het terrein van Van Eijck Mobility B.V., voor wat betreft de voertuigen en motorrijtuigen tot 3500 kg, en Van Eijck Truckberging B.V., voor wat betreft de voertuigen en motorrijtuigen vanaf 3500 kg. Beide locaties zijn gelegen aan de Langendijk 5 te 5652 AX Eindhoven.

4.3 Procedure

Stap 1 Het voertuig wordt conform artikel 3 lid 1, sub a en b van de Wegsleepverordening (en conform paragraaf 4.2) geplaatst op de daarvoor aangewezen plaats. Ingeval er van een motorvoertuig contactsleutels aanwezig zijn, worden deze overgedragen aan de bewaarder.

Stap 2 De bewaarder draagt er zorg voor dat het voertuig op de juiste wijze wordt ingeschreven in het bewaringsregister. Daarbij dienen de omstandigheden die verwijdering noodzakelijk maakten te worden vermeld. Tevens dient in het bewaringsregister te worden vermeld onder welke voorwaarden(n) het betreffende voertuig mag worden terug gegeven.

Stap 3 De bewaarder is verantwoordelijk voor het registreren van het weggesleepte voertuig (inclusief kenteken) in het bewaringsregister.

Stap 4 Van het in bewaring stellen (en wegslepen) maakt de berger een vrachtbrief op.

Het voertuig is nu overgedragen aan de bewaarder. Indien in het bewaringsregister geen voorwaarden tot teruggave zijn vermeld, zal het voertuig zo spoedig mogelijk aan de eigenaar/houder of gemachtigde worden teruggegeven. Een weggesleept voertuig dat met onjuiste of onvolledige informatie in het bewaringsregister is ingeschreven, blijft onder de verantwoordelijkheid van de bewaarder.

Hoofdstuk 5 Teruggave van voertuigen

5.1 Betaling van kosten

Voordat een voertuig kan worden teruggeven dienen alle kosten, genoemd in artikel 4 of artikel 5 van de Wegsleepverordening, te zijn voldaan. Een betalingsregeling is niet mogelijk. Als er andere voorwaarden zijn genoemd waaraan voldaan moet zijn, moet er ook eerst aan die voorwaarden zijn voldaan alvorens het voertuig wordt teruggegeven.

5.2 Teruggave van het weggesleepte voertuig

Een weggesleept en in bewaring gesteld voertuig wordt teruggegeven aan de rechthebbende. De eigenaar of houder moet aantonen dat hij rechthebbende is op het weggesleepte en in bewaring gestelde voertuig. De wijze van legitimatie c.q. machtiging dient in het bewaringsregister vermeld te worden.

5.3 Procedure teruggave

Stap 1 De eigenaar/houder gaat naar de bewaarplaats en toont daar de kentekenpapieren en een geldig rijbewijs. Indien de ‘Wet Mulder’ gelijktijdig van toepassing is kan het ook belangrijk zijn dat bekend wordt wie de bestuurder was.

Stap 2 De eigenaar/houder of gemachtigde moet eerst de totale kosten aan de bewaarder voldoen alvorens het voertuig wordt teruggegeven. De bewaarder vaardigt vervolgens een kwitantie uit. Van de kwitantie wordt een kopie gemaakt in het bewaringsregister, eveneens van de betaling daarvan.

Stap 3 In het bijzijn van de eigenaar/houder of gemachtigde wordt het voertuig op eventuele schade gecontroleerd welke tijdens het wegslepen of bewaren veroorzaakt zou kunnen zijn.

Stap 4 Indien afgifte plaatsvindt op een andere bewaarplaats, geschiedt dat pas na overleg met de bewaarder.

5.4 Niet afgehaalde voertuigen

Indien een voertuig niet binnen 48 uur afgehaald, dan laat de bewaarder een onderzoek instellen naar de eigenaar/houder van het voertuig. Zodra die bekend is, stuurt het college aan de eigenaar/houder van het voertuig binnen 7 dagen, per aangetekend schrijven een kennisgeving van het besluit tot toepassen van bestuursdwang ex. paragraaf 3.1. In de kennisgeving wordt vermeldt:

  • 1.

    gepleegde overtreding;

  • 2.

    het in bewaring nemen van het voertuig;

  • 3.

    de voorwaarden waaraan voldaan moet zijn om het voertuig terug te krijgen.

Na een bewaartijd van 7 dagen kan het voertuig, in opdracht van de bewaarder, worden overgebracht naar een andere bewaarplaats. De kosten zijn kosten van bewaring. De berger informeert de rechthebbende conform artikel 5:30 Algemene wet bestuursrecht over deze verplaatsing.

Ingeval een voertuig niet binnen 13 weken is opgehaald, dan wel indien de kosten van overbrenging, bewaring, e.d. hoger worden dan de waarde van het voertuig, kan het voertuig worden verkocht, weggegeven e.d. vanaf 14 dagen na het uitgaan van de kennisgeving van dit besluit van het college aan de rechthebbende. De bewaarder draagt namens het college zorg voor de bewaring en eventuele verkoop van het voertuig. De gemeente Valkenswaard krijgt de opbrengst van de verkoop. Een in bewaring gesteld voertuig wordt niet verkocht, om niet in eigendom overgedragen of vernietigd dan nadat een beëdigd taxateur een rapport betreffende de waarde heeft opgemaakt.

Hoofdstuk 6 Bewaringsregister

6.1 Inschrijven in bewaringsregister

Het college wijst de directeur van het wegsleepbedrijf als bewaarder aan die namens het college het register beheert. In het bewaringsregister worden de volgende gegevens opgenomen:

Na de inbewaringstelling

  • 1.

    het besluit tot toepassing van bestuursdwang;

  • 2.

    een afschrift van het proces-verbaal (conform art. 5:29 lid 2 Algemene wet bestuursrecht);

  • 3.

    datum en tijdstip van inbewaringstelling;

  • 4.

    een nauwkeurige omschrijving van het voertuig;

  • 5.

    de voorwaarden tot teruggave;

  • 6.

    ingeval het een kentekenplichtig voertuig betreft, de tenaamstelling van het kenteken;

  • 7.

    ingeval het een ander voertuig betreft, de naam van de eigenaar of houder voor zover deze bekend is kunnen worden;

  • 8.

    bij inbeslagname de naam van de verbalisant die het onderzoek doet of de naam van de opdrachtgever tot verplaatsing.

Bij teruggave:

  • 1.

    de datum en tijdstip van bekendmaking/overhandigen van het besluit tot toepassing bestuursdwang;

  • 2.

    de datum en tijdstip waarop het voertuig is afgehaald;

  • 3.

    de naam en het adres van degene die het voertuig heeft afgehaald evenals de gegevens waaruit blijkt dat deze tot het afhalen van het voertuig gerechtigd was;

  • 4.

    het bedrag dat als kosten, verbonden aan de toepassing van bestuursdwang, is betaald.

Bij niet afhalen:

Indien het voertuig binnen 48 uur na de inbewaringstelling niet is afgehaald worden in het bewaringsregister opgenomen:

  • 1.

    De datum van de bekendmaking van het besluit tot toepassing bestuursdwang;

  • 2.

    De naam en het adres van degene aan wie is bekendgemaakt.

Bij verkoop/vernietiging:

  • 1.

    de datum en het tijdstip van de verkoop, de afstandsverklaring of de vernietiging;

  • 2.

    ingeval van verkoop de opbrengst van die verkoop, de naam en het adres van de koper, het eventuele batig saldo van die verkoop, de naam en het adres van degene aan wie het eventuele batig saldo is uitgekeerd evenals gegeven waaruit blijkt dat deze tot het in ontvangst nemen van dat eventuele batig saldo gerechtigd was

  • 3.

    ingeval van een afstandsverklaring, de naam en het adres van degene aan wie het voertuig om niet is overgedragen;

  • 4.

    ingeval van vernietiging de geschatte sloopwaarde van het voertuig.

Indien restitutie wordt verleend:

  • 1.

    de datum waarop restitutie is verleend, het bedrag van de restitutie, de grond tot restitutieverlening en de naam en het adres van degene aan wie restitutie werd verleend.

6.2 Bewaren gegevens

De gegevens blijven in het bewaringsregister opgenomen gedurende vijf jaar na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de bewaarder het voertuig heeft terug gegeven, verkocht, om niet aan een derde in eigendom overgedragen dan wel vernietigd.

6.3 Verstrekken gegevens

Het college verstrekt aan belanghebbenden desgevraagd gegevens uit het bewaringsregister.

De bewaarder

Het college van burgemeester en wethouders mandateert de bevoegdheid tot het bewaren aan de directeur van het wegsleepbedrijf. Deze persoon vervult dan namens het college de functie van ‘bewaarder’. De bewaarder beheert het bewaringsregister en ziet er op toe dat de wettelijke termijnen niet worden overschreden. Hij geeft uitvoering aan die werkzaamheden die in de regelingen, genoemd in deze uitvoeringsregeling, aan de bewaarder zijn toebedeeld. Daarnaast doet hij al het nodige om een goede en verantwoordelijke bewaring van voertuigen te verzekeren.

6.4 Karakter bestuursdwang

Een beslissing tot toepassing van bestuursdwang, dat wil in dit geval zeggen het toepassen van de wegsleepregeling als bedoeld in artikel 170, lid 1 Wegenverkeerswet 1994, wordt op schrift gesteld door de bevoegde functionaris. Deze schriftelijke beslissing is een beschikking, zie artikel 5:24 lid 1 Awb). Hiervoor is een model ontwikkeld, te weten: Besluit tot toepassing bestuursdwang wegslepen en opslaan voertuig. Ingevolge artikel 5:24, lid 2 Algemene wet bestuursrecht moet de beschikking vermelden welk voorschrift is overtreden.

Elke beschikking is een besluit, waartegen op grond van artikel 7:1 Algemene wet bestuursrecht bezwaar openstaat. In het Besluit tot toepassing bestuursdwang wegslepen en opslaan voertuig, dat wordt bekendgemaakt aan de rechthebbende, staat vermeld dat iedere belanghebbende tegen het genomen besluit bezwaar kan maken. Tevens vermeldt het besluit aan welke voorwaarden het bezwaarschrift moet voldoen.

6.5 Karakter vrachtbrief

Van het meevoeren en opslaan van het voertuig moet proces-verbaal worden opgemaakt, waarvan een afschrift wordt verstrekt aan degene, die het voertuig onder zich had. Het woord proces-verbaal, heeft hier de betekenis van een verklaring krachtens artikel 5:29 lid 2 van de Algemene wet bestuursrecht. Het opmaken van een proces-verbaal is vooral voorgeschreven in het belang van de rechtszekerheid van de rechthebbenden. Met betrekking tot de wegsleepregeling zal dit proces-verbaal vooral een rol kunnen spelen ingeval de belanghebbende tegen de toepassing van de wegsleepregeling bezwaar maakt bij het college van burgemeester en wethouders. Degene die het bezwaarschrift indient, moet daarbij een afschrift van het proces-verbaal voegen.

6.6 Bezwaar- en beroepsmogelijkheden

De rechthebbende kan zijn bezwaren tegen het toepassen van de bestuursdwang - in casu de wegsleepregeling op grond van artikel 170, lid 1, WVW 1994 – richten aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenswaard. Tegen het besluit op bezwaar van het college staat beroep open bij de rechtbank met de mogelijkheid van hoger beroep op de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Hoofdstuk 7 Overige bepalingen

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking hiervan in het elektronische Gemeenteblad. Dit besluit wordt aangehaald als: ‘Beleidsregel Wegslepen, bewaren en teruggave van voertuigen gemeente Valkenswaard 2023’

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 19 september 2023

Burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenswaard

de secretaris,

de burgemeester,

Valkenswaard, 19 september 2023

College van burgemeester en wethouders van Valkenswaard