Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR700815
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR700815/1
Nadere subsidieregels Cranendonck 2022
Geldend van 20-09-2023 t/m heden
Intitulé
Nadere subsidieregels Cranendonck 2022Het college van burgemeester en wethouders van Cranendonck;
gelet op de Algemene subsidieverordening Cranendonck 2015
besluit vast te stellen de Nadere subsidieregels Cranendonck 2022
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze nadere regels wordt verstaan onder:
a. |
Activiteit |
Activiteit zoals vermeld in de begripsomschrijving van een organisatie; |
b. |
Activiteitenplan |
Een programma van activiteiten voor de periode waarop de aanvraag betrekking heeft, met een toelichting op de aard, omvang en intensiteit van de geplande activiteiten, de doelgroepen waarop de activiteiten gericht zijn en het verwachte aantal deelnemers/gebruikers. |
c. |
Bestemmingsreserve |
Reserve ter dekking van een vooraf vastgestelde bestemming, passend binnen de doelstelling van de organisatie; |
d. |
Een actuele (meerjaren)Begroting |
Een overzicht van de vermoedelijke uitgaven en inkomsten voor een bepaalde periode (van een jaar of meerdere jaren). |
e. |
Egalisatiereserve |
Reserve waarvan ten gunste onderscheidenlijk ten laste het verschil tussen de vastgestelde subsidie en de werkelijke kosten van de activiteiten waarvoor subsidie werd verleend, komt. Ook wel schommelreserve genoemd; |
f. |
Eigen vermogen |
Het vermogen van een organisatie, vermeld op de balans van een organisatie, niet zijnde vreemd vermogen en voorzieningen, onder aftrek van bestemmingreserves, maar inclusief egalisatiereserves; |
Evenement |
|
|
g. |
Nieuw evenement |
Een nog niet eerder georganiseerde openbaar toegankelijke vertoning of gebeurtenis van tijdelijke aard, die doelbewust is georganiseerd, die bijdraagt aan verbetering van de identiteit van Cranendonck en minimaal een lokale uitstraling heeft; |
h. |
Jubileum evenement |
herdenking van de dag waarop een bepaald aantal jaren geleden een organisatie is opgericht of een evenement is gestart. De verschillende jubilea zijn: 5; 10; 12,5; 15; 20; 25; 30; 35; 40; 45; 50; 55; 60; 70; 75; 80; 100; 150; 200 jaar. Voor carnavalsverenigingen wordt een veelvoud van 11 aangehouden. |
Karakter |
|
|
i. |
Cultureel karakter |
Alle activiteiten gericht op georganiseerde cultuur activiteiten in enge zin zoals ambacht, kunst (amateurkunst), muziektheater, theater, religie en wetenschap (zoals literatuur, media, letteren). |
j. |
Sportief karakter |
Alle activiteiten gericht op een georganiseerd fysiek spel of beweging dat volgens regels in competitieverband of recreatief kan gespeeld worden. Het heeft als doel het lichaam of de hersenen te stimuleren naar meer, hetzij d.m.v. lichamelijke bewegingen en/of denkoefeningen. |
k. |
Recreatief karakter |
Alle activiteiten gericht op vormen van georganiseerde vrijetijdsbesteding, alle activiteiten die kunnen worden gedaan naast de dagelijkse verplichtingen als werken, huishouden, financiën en zorg voor anderen. Recreëren doet men voor ontspanning en vermaak. Bijvoorbeeld buitenrecreatie activiteiten en sociale activiteiten. |
l. |
Sociaal maatschappelijk karakter |
Alle georganiseerde activiteiten die betrekking hebben op de intermenselijke (sociaal) samenleving/openbare ruimte (maatschappij). |
m. |
Kennismakingsactiviteiten |
activiteiten waarbij niet-leden op gestructureerde wijze in aanraking worden gebracht met de activiteiten van een organisatie. |
n. |
Samenwerkingsproject |
een project (niet-reguliere activiteit) waaraan een organisatie samen met één of meer andere organisaties werkt. |
Leden |
|
|
o. |
Leden |
|
Een actuele ledenlijst |
Een overzicht met daarin aangegeven het totaal aantal leden per 1 juli van het lopende jaar, waarbij wordt gespecificeerd hoeveel leden vallen in de leeftijdsgroep tot 23 jaar, hoeveel leden vallen onder de definitie van leden met een beperking/handicap conform artikel 1 lid o onder 3 en hoeveel leden woonachtig zijn in Cranendonck. Deze ledenlijst wordt voor akkoord ondertekend door een bestuurslid van de organisatie. |
|
p. |
Lokaal / lokale |
Betrekking hebbende op een bepaalde plaats, in dit geval in de gemeente Cranendonck. |
|
Organisatie |
|
q. |
Organisatie |
Een lokale (Cranendonckse) vereniging met minimaal 15 leden uit Cranendonck of stichting die bij notariële akte is opgericht en is ingeschreven in het openbare register van de Kamer van Koophandel; |
Maatschappelijke organisaties |
(Organisatie met maatschappelijk functie) Deze titel is toegekend aan de EHBO vereniging, kindervakantiewerk, het oranjecomité en het Sint Nicolaas comité; |
|
r. |
Verenigingsmanagement |
Alle activiteiten gericht op het goed laten functioneren van een organisatie, zoals kadertrainingen1 , jeugdbeleid, vrijwilligersbeleid, financieel beleid, sponsorbeleid, activiteitenbeleid en een lange termijnvisie of verenigingsvisie. |
Verslag |
|
|
s. |
Een inhoudelijk verslag |
Een verslag waaruit blijkt welke activiteiten de organisatie het voorgaande jaar/de betreffende subsidieperiode heeft gerealiseerd. |
t. |
Een financieel verslag |
Bevat tenminste een jaarrekening en balans van 31 december van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de aanvraag wordt gedaan |
Artikel 2. Toepassingsbereik
Het bepaalde in deze nadere regels is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.
Artikel 3. Activiteiten
-
1. Basissubsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het bereiken van doelstellingen op het gebied van:
- a.
wonen en leven
- –
De gemeente biedt de mogelijkheid om burgers in elke kern samen te laten komen. Hierdoor versterken we de sociale cohesie.
- –
Onze burgers wonen in een omgeving waarbij ze tevreden zijn over het beheer van de openbare ruimte.
- –
-
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij wonen en leven: heemkunde, natuureducatie, hengelsport, EHBO, oranjecomité, Sint Nicolaas comité, kindervakantiewerk.
- b.
Kunst en cultuur
- –
De gemeente biedt haar inwoners de mogelijkheid kennis te maken met en deel te nemen aan (lokale) kunst- en culturele activiteiten. Onderdeel hiervan is het behoud van de eigen identiteit van Cranendonck.
- –
-
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij kunst en cultuur: dansverenigingen, gilden, muziekverenigingen, toneelverenigingen, carnavalsverenigingen, vereniging voor oorlogsveteranen.
- c.
Sport
- –
De gemeente biedt haar inwoners, met speciale aandacht voor jeugd en mensen met een beperking, de mogelijkheid kennis te maken met en deel te nemen aan een gevarieerd aanbod aan sport- en beweegactiviteiten
- –
-
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij sport: sportverenigingen en -organisaties.
- d.
zorg
- –
De gemeente stimuleert dat inwoners, van jong tot oud, zich kunnen ontplooien en verantwoordelijkheid nemen. Inwoners doen mee in de samenleving.
- –
-
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij zorg: jeugdclubs, ouderenverenigingen, vrouwenorganisaties.
- a.
-
2. Het college kan organisaties een stimuleringssubsidie verstrekken voor:
- a.
exploitatie van een nieuwe organisatie
- b.
organisatie van een nieuw evenement
- c.
organisatie van een jubileum evenement
- d.
promotie van een grootschalig evenement
- e.
samenwerkingsprojecten
- f.
verenigingsmanagement
- g.
kennismakingsactiviteiten
- h.
tegemoetkoming leges
- a.
Artikel 4. Doelgroep
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:
- a.
organisaties met minimaal 15 leden uit Cranendonck die deelnemen aan de reguliere activiteiten van de organisatie
- b.
organisaties met een maatschappelijke functies
- c.
professionele organisaties
Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
-
1. De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van burgemeester en wethouders noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 3.
-
2. Niet voor subsidie in aanmerking komen de kosten die door de subsidieontvanger zijn gemaakt voor de indiening van de aanvraag.
-
3. Het subsidiebedrag waarvoor een organisatie in aanmerking komt, bedraagt nooit meer dan 50% van de totale inkomsten.
-
4. Lid 3 is niet van toepassing op organisaties die gebruikmaken van het Zuiderpoortbad en daarvoor accommodatiesubsidie ontvangen.
Artikel 6. Hoogte van de subsidie
Een basissubsidie bedraagt maximaal € 25.000,- exclusief de vergoeding voor accommodaties. Voor de budgetsubsidies is geen maximumbedrag vastgesteld.
Een stimuleringssubsidie bedraagt maximaal € 2.000,-
Basissubsidies
Zoals in artikel 3 is aangegeven kan subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het bereiken van de formuleerde beleidsdoelstelling. Per categorie zijn er subsidiebedragen gekoppeld aan de te bereiken beleidsdoelstellingen. Hieronder zijn deze uitgewerkt.
6.1 Wonen en leven
- 1.
De subsidie voor organisaties in de categorie wonen en leven bedraagt:
Minimum
Klein
Middel klein
Middel
Groot
Zeer groot
Maximaal
Aantal leden
15-50
51-100
101-150
151-200
201-300
301-500
Meer dan 501
maximaal
€ 350
€ 650
€ 950
€ 1.175
€ 1.650
€ 2.200
€ 2.800
vast bedrag
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
- a.
indien de organisatie burgers via haar activiteiten de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage levert aan de sociale cohesie
€ 50
€ 100
€ 125
€ 150
€ 250
€ 400
€ 500
- b.
indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid
€ 50
€ 100
€ 125
€ 150
€ 250
€ 400
€ 500
- c.
indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden en versterken van de groene en rustieke, fijne leef- en woonomgeving
€ 50
€ 100
€ 150
€ 175
€ 400
€ 500
€ 600
- d.
indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties
€ 50
€ 100
€ 200
€ 300
€ 300
€ 400
€ 500
- e.
indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd
€ 50
€ 150
€ 250
€ 300
€ 350
€ 400
€ 600
- a.
- 1.2
Experimentele verdeelsleutel St. Nicolaascomités, Kindervakantiewerk en Oranjecomités:
In het kader van het stimuleren van de zelfredzaamheid en zelf organiserend vermogen is het met deze experimentele verdeelsleutel mogelijk dat een groep soortgelijke organisaties (bijvoorbeeld alle Sint Nicolaascomités) zelf in overleg een verdeling maakt van het totale subsidiebedrag dat de groep gezamenlijk wordt verleend. Indien de groep soortgelijke organisaties voor 1 december van het subsidiejaar geen gezamenlijke overeenstemming kan bereiken wordt de verdeling toegepast conform de verdeelsleutel zoals beschreven onder de tabel bij 6.1 Wonen en Leven 1.
- 1.3
Extra subsidie experimentele verdeelsleutel St. Nicolaascomités, Kindervakantiewerk en Oranjecomités:
Indien organisaties de verdeling van de totale subsidiegelden voor hun rekening nemen, maken zij aanspraak op een extra subsidie van € 200,-.
- a.
Eén individuele organisatie kan, namens alle organisaties uit dezelfde categorie, een aanvraag indienen voor deze extra subsidie;
- b.
De organisaties moeten aantonen hoe de verdeling eruitziet en dat elke organisatie instemt.
- a.
6.2 Kunst en cultuur
- 2.
De subsidie voor organisaties in de categorie kunst en cultuur bedraagt:
Minimum
Klein
Middel klein
Middel
Groot
Zeer groot
Maximaal
Aantal leden
15-50
51-100
101-150
151-200
201-300
301-500
Meer dan 501
maximaal
€ 2.175
€ 2.800
€ 7.050
€ 9.700
€ 11.850
€ 13.600
€ 16.850
vast bedrag
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
- a.
indien de organisatie inwoners de mogelijkheid biedt kennis te maken met (lokale) kunst en cultuuractiviteiten;
€ 150
€ 250
€ 350
€ 450
€ 550
€ 650
€ 750
- b.
indien de organisatie inwoners stimuleert deel te nemen aan kunst- en cultuuractiviteiten;
€ 250
€ 300
€ 350
€ 450
€ 550
€ 650
€ 750
- c.
indien de organisatie bijdraagt aan de structurele inbedding van cultuureducatie binnen het (basis)onderwijs;
€ 500
€ 500
€ 2.000
€ 2.000
€ 3.000
€ 3.000
€ 4.000
- d.
indien de organisatie via haar activiteiten burgers de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage levert aan de sociale cohesie;
€ 25
€ 50
€ 100
€ 150
€ 200
€ 250
€ 350
- e.
indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid
€ 50
€ 100
€ 200
€ 250
€ 300
€ 350
€ 400
- f.
indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties.
€ 500
€ 500
€ 750
€ 1.000
€ 1.250
€ 1.500
€ 2.000
- g.
indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan mensen met een beperking
€ 50
€ 100
€ 200
€ 250
€ 300
€ 350
€ 400
Jeugdleden
t/m 10
11-20
21-30
31-40
41-50
51-60
Meer dan 60
- h.
indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd
€ 500
€ 600
€ 1.000
€ 1.050
€ 1.100
€ 1.250
€ 1.600
Aantal leden dat een muziekopleiding volgt
t/m 10
11-25
26-35
36-45
46-55
56-65
Meer dan 65
- i.
indien de organisatie bijdraagt aan deskundigheidsbevordering middels een muziekopleiding;
€ 25
€ 1.00
€ 1.000
€ 1.500
€ 2.000
€ 3.000
€ 3.500
Aantal leden met een instrument van de vereniging
t/m 10
11-25
26-50
51-75
76-100
101-125
Meer dan 125
- j.
indien de organisatie bijdraagt aan deskundigheidsbevordering middels het beschikbaar stellen van een instrument;
€ 25
€ 200
€ 1.000
€ 2.500
€ 2.500
€ 2.500
€ 3.000
- a.
6.3 Sport
- 3.
De subsidie voor organisaties in de categorie sport bedraagt:
Minimum
Klein
Middel klein
Middel
Groot
Zeer groot
Maximaal
Aantal leden
15-50
51-100
101-150
151-200
201-300
301-500
Meer dan 501
maximaal
€ 670
€ 1.750
€ 2.675
€ 4.550
€ 6.475
€ 8.100
€ 9.550
vast bedrag
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
- a.
indien de organisatie inwoners de mogelijkheid biedt kennis te maken met sport- en beweegmogelijkheden;
€ 10
€ 50
€ 100
€ 200
€ 300
€ 400
€ 500
- b.
indien de organisatie inwoners stimuleert deel te nemen aan sport- en beweegactiviteiten;
€ 10
€ 50
€ 100
€ 200
€ 300
€ 400
€ 500
- c.
indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan de gezondheid (het behalen van de NNGB);
€ 25
€ 50
€ 75
€ 100
€ 125
€ 200
€ 400
- d.
indien de organisatie via haar activiteiten burgers de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage te leveren aan de sociale cohesie;
€ 25
€ 50
€ 75
€ 100
€ 125
€ 200
€ 400
- e.
indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid;
€ 25
€ 50
€ 75
€ 100
€ 125
€ 250
€ 400
- f.
indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties.
€ 25
€ 150
€ 300
€ 400
€ 500
€ 600
€ 750
- g.
indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan mensen met een beperking;
€ 100
€ 250
€ 300
€ 350
€ 400
€ 450
€ 500
- h.
indien de organisatie bijdraagt aan deskundigheidsbevordering middels een opleiding reddend zwemmen
€ 250
€ 500
€ 750
€ 1.000
€ 1.000
€ 1.000
€ 1.000
Aantal jeugdleden
t/m 50
51-100
101-150
151-200
201-250
251-300
Meer dan 301
- i.
indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd
€ 100
€ 500
€ 800
€ 2.000
€ 3.500
€ 4.500
€ 5.000
- a.
De accommodatiesubsidie voor sport bedraagt:
- a.
een bedrag bestaande uit 68% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening brengt voor het gebruik van zwemaccommodaties conform de notitie Basisvoorzieningen. Indien geen gebruik kan worden gemaakt van een zwemaccommodatie van het VTBC wordt 68% van de betaalde accommodatiekosten vergoed, zoals opgenomen in de jaarafrekening van de organisatie;
- b.
een bedrag bestaande uit 62% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening brengt voor het gebruik van buitensportaccommodaties conform de notitie Basisvoorzieningen;
- c.
een bedrag van 50% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening brengt voor het gebruik van buitensportaccommodaties voor het eerste extra veld waarvan de organisatie gebruik maakt;
- d.
een bedrag van 15% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening brengt voor het gebruik van buitensportaccommodaties voor het tweede extra veld waarvan de organisatie gebruik maakt;
- e.
een bedrag bestaande uit 44% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening brengt voor het gebruik van binnensportaccommodaties conform de notitie Basisvoorzieningen. Indien geen gebruik kan worden gemaakt van een binnensportaccommodatie van het VTBC wordt 44% van de betaalde accommodatiekosten vergoed, zoals opgenomen in de jaarafrekening van de organisatie;
- f.
een bedrag bestaande uit 44% van het huurtarief van een manege met een maximum van € 12,50,-/uur, in de periode van oktober t/m maart.
6.4 Zorg
- 4.
De subsidie voor organisaties in de categorie zorg bedraagt:
Minimum
Klein
Middel klein
Middel
Groot
Zeer groot
Maximaal
Aantal leden
15-50
51-100
101-150
151-200
201-300
301-500
Meer dan 501
maximaal
€ 1.350
€ 1.950
€ 2.600
€ 3.350
€ 4.450
€ 6.300
€ 8.850
vast bedrag
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
€ 100
- a.
indien de organisatie via haar activiteiten burgers de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage te leveren aan de sociale cohesie;
€ 50
€ 100
€ 150
€ 200
€ 250
€ 500
€ 750
- b.
indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid;
€ 100
€ 150
€ 200
€ 250
€ 300
€ 750
€ 1.000
- c.
indien de organisatie stimuleert dat inwoners zicht kunnen ontplooien en meedoen in de samenleving
€ 100
€ 150
€ 200
€ 250
€ 300
€ 750
€ 1.000
- d.
indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties.
€ 450
€ 600
€ 750
€ 1.000
€ 1.250
€ 1.500
€ 2.000
- e.
indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan mensen met een beperking
€ 50
€ 100
€ 200
€ 300
€ 500
€ 700
€ 1.000
Aantal jeugdleden
t/m 50
51-75
76-100
101-125
126-150
151-175
Meer dan 175
- f.
indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd
€ 500
€ 750
€ 1.000
€ 1.250
€ 1.750
€ 2.000
€ 3.000
- a.
De accommodatiesubsidie voor jeugdclubs bedraagt een bedrag van € 2.250,- voor organisaties die een directe en substantiële eigen bijdrage leveren in het onderhoud van het gebouw.
Stimuleringssubsidies
6.5 Exploitatie van een nieuwe organisatie
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie voor de exploitatie van een nieuwe organisatie indien zij voldoet aan de criteria die gelden voor een basissubsidie, maar in verband met de datum van oprichting geen tijdige aanvraag voor een basissubsidie heeft kunnen indienen.
- 2.
De subsidie bedraagt het bedrag van de basissubsidie waarvoor de organisatie in aanmerking had kunnen komen indien zij een tijdige aanvraag zou hebben ingediend, vermenigvuldigd met het aantal dagen van het kalenderjaar dat nog resteert, gedeeld door 365.
6.6 Organisatie van een nieuw evenement
- 1.
Een lokale organisatie kan voor een stimuleringssubsidie in aanmerking komen indien zij een nieuw evenement organiseert dat naar oordeel van het college een bijdrage levert aan het culturele, sportieve, recreatieve en/of sociaal maatschappelijk karakter van de gemeente.
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de kosten voor de organisatie van een evenement met een maximum van € 1.000,-.
- 3.
De subsidie vormt een bijdrage in het exploitatietekort.
- 4.
De organisatie dient verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om alcoholmatiging en een net gebruik van de openbare ruimte.
- 5.
De organisatie dient in het bezit te zijn van alle benodigde vergunningen en ontheffingen bij de organisatie van een evenement.
6.7 Organisatie van een jubileum evenement
- 1.
Een lokale organisatie kan voor een stimuleringssubsidie in aanmerking komen indien zij
- a.
een evenement organiseert dat naar oordeel van het college een bijdrage levert aan het culturele, sportieve, recreatieve en/of sociaal maatschappelijk karakter van de gemeente.
- b.
naast het reguliere evenement, activiteiten organiseert in het kader van een jubileum (aanleveren kopie van de oprichtingsakte of ander document waaruit de oprichting blijkt).
- a.
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de kosten voor de organisatie van een jubileumactiviteit(en) bij een evenement met een maximum van € 500,-.
- 3.
De subsidie vormt een bijdrage in het exploitatietekort.
- 4.
De organisatie dient in het bezit te zijn van alle benodigde vergunningen en ontheffingen bij de organisatie van een evenement.
- 5.
De organisatie dient verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om alcoholmatiging en een net gebruik van de openbare ruimte.
6.8 Promotie van een grootschalig evenement
- 1.
Grootschalige evenementen die in het belang zijn voor de promotie van de Gemeente
- 2.
Cranendonck passend binnen de strategische visie (het behouden en versterken van de rustieke, fijne leef- en woonomgeving, tegemoetkomen aan de recreatie behoeften van eigen inwoners en mensen binnen en buiten de regio aan te trekken) kunnen in aanmerking komen voor een bijdrage in de promotiekosten, dit ter beoordeling aan het college.
De subsidie bedraagt 50% van de promotiekosten, met een maximum van € 1.000,- Onder de promotiekosten wordt onder andere verstaan, kosten voor het uitgeven van brochures, reclame, campagnes, posters en advertenties en het opzetten van een website.
- 3.
Het evenement trekt jaarlijks tenminste 3.000 bezoekers.
- 4.
De organisatie verleent medewerking aan eventuele communicatie- en/of promotiewensen van de gemeente Cranendonck.
- 5.
De organisatie dient in het bezit te zijn van alle benodigde vergunningen en ontheffingen bij de organisatie van een evenement.
- 6.
De organisatie dient verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om alcoholmatiging en een net gebruik van de openbare ruimte.
6.9 Samenwerkingsprojecten
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie indien zij samen met één of meer andere organisaties een project (niet-reguliere activiteit) organiseert dat:
- a.
Past binnen de strategische visie of ander gemeentelijk beleid
- b.
Inwoners van Cranendonck de mogelijkheid biedt kennis te maken met en deel te nemen aan (lokale) kunst en culturele activiteiten.
- c.
Inwoners van Cranendonck de mogelijkheid biedt kennis te maken met en deel te nemen aan een gevarieerd aanbod aan sport- en beweegactiviteiten.
- d.
Inwoners van Cranendonck, van jong tot oud, stimuleert zich te ontplooien en verantwoordelijkheid te nemen en meer zelfredzaam te zijn.
- a.
- 2.
De subsidie die per project wordt toegekend bedraagt 50% van de kosten van het project, met een maximum van € 1.000,-.
6.10 Verenigingsmanagement
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie voor het projectmatig opzetten en implementeren van verenigingsmanagement.
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de projectkosten na aftrek van eventuele bijdragen van overkoepelende bonden aan het project, met een maximum van € 1.000,-.
- 3.
De subsidie voor kadertrainingen bedraagt na aftrek van eventuele bijdragen van overkoepelende bonden 50% van de kosten van het project, met een maximum van € 250,- per cursist.
6.11 Kennismakingsactiviteiten
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie voor het organiseren van kennismakingsactiviteiten voor jeugd, ouderen en/of mensen met een beperking en specifiek voor leerlingen in het basisonderwijs;
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie als zij samen met een andere, professionele organisatie de kennismakingsactiviteiten organiseert voor jeugd, ouderen en/of mensen met een beperking, en de professionele organisatie daarvoor ruimte maakt in zijn reguliere programma;
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de kosten van de kennismakingsactiviteiten, met een maximum van € 1.000,00. Indien anderen dan jeugd, ouderen en mensen met een beperking aan de kennismakingsactiviteiten deelnemen, wordt de subsidie naar evenredigheid van het aantal jeugd-, oudere deelnemers en deelnemers met een beperking berekend.
- 3.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie als zij specifiek voor leerlingen in het basisonderwijs kennismakingsactiviteiten organiseert. De kosten die onder deze activiteit vallen zijn:
- a.
Vergoeding van € 10,00 per lesuur bij maximaal 25 leerlingen. Bij inzet van meerdere begeleiders bij meer dan 25 leerlingen, wordt de vergoeding naar verhouding. Bij 27 leerlingen dus 2 begeleiders, bedraagt de vergoeding € 20,00 per lesuur. Organisaties zijn vrij meerdere begeleiders in te zetten, maar hier staat geen (extra) vergoeding tegenover. Als voor bepaalde uren een derde wordt ingehuurd, mogen deze kosten gedeclareerd worden op basis van werkelijke kosten;
- b.
Materiaalkosten kunnen tot een maximaal € 50,- per jaar gedeclareerd worden op basis van werkelijke kosten;
- c.
Accommodatiekosten zijn niet van toepassing omdat de kennismakingsactiviteiten plaatsvinden tijdens gymlessen op school.
- d.
De subsidie vormt een bijdrage in de kosten van de kennismakingsactiviteiten met een maximum van € 500,00.
- a.
6.12 Tegemoetkoming leges
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie voor het tegemoetkomen van de leges.
- 1.
Leges zoals genoemd in Titel 2 van de tarieventabel behorende bij de legesverordening voor initiatieven met maatschappelijk nut kunnen worden gecompenseerd.
- 2.
Een organisatie kan in aanmerking komen wanneer zij al een subsidierelatie hebben met de gemeente.
- 3.
Professionele organisaties die jaarlijks in aanmerking komen voor een Budgetsubsidie, alsook ondernemers die gebruik maken van de subsidie Ondernemerskracht zijn uitgesloten.
- 4.
De organisatie kan een aanvraag indienen voor het volledige bedrag van de leges.
Artikel 7. Subsidieplafond en wijze van verdeling
-
1. Aanvragen die worden ingediend na de in de verordening genoemde datum, kunnen door het college in afwijking van het bepaalde in de verordening nog worden toegekend voor maximaal 90% van het bedrag wat verleend zou worden als de aanvraag op tijd zou zijn ingediend.
-
2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, wordt de datum van indiening van de aanvraag aangemerkt de datum waarop de aanvraag is aangevuld.
-
3. Er worden de volgende subsidieplafonds gehanteerd, waarbij de bedragen afhankelijk zijn van de vastgestelde begroting door de gemeenteraad:
- –
Stimuleringssubsidies, 3% van het totale plafond
- –
Basissubsidies, 42% van het totale plafond
- –
Accommodatiesubsidies, 55% van het totale plafond
- –
-
4. Indien het vastgestelde subsidieplafond niet toereikend is om alle aangevraagde basis- en accommodatiesubsidies te kunnen verlenen, worden de aangevraagde subsidies naar rato verlaagd, zodat het totaal van de verleende basis- en accommodatiesubsidies het subsidieplafond niet overstijgt.
-
5. Stimuleringssubsidies worden toegekend op volgorde van binnenkomst van de aanvraag. Als het subsidieplafond is bereikt, worden geen nieuwe aanvragen meer toegekend in dat kalenderjaar.
Artikel 8. Aanvraag
-
1. De aanvraag voor een stimuleringssubsidie, basissubsidie of budgetsubsidie wordt ingediend middels een door het college vastgesteld aanvraagformulier of een verzoek tot subsidie.
-
2. De aanvrager dient in bezit te zijn van de volgende documenten:
- a.
Een actuele (meerjaren)begroting
- b.
Een activiteitenplan
- c.
Een financieel en inhoudelijk verslag
- d.
Een ledenlijst (indien van toepassing)
- e.
Een oprichtingsakte met de statuten
- f.
Een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel
- g.
Een exemplaar van het huishoudelijk reglement voorzien van de datum van vaststelling
- h.
Een overzicht van de bestuurssamenstelling van de organisatie
- a.
-
Deze documenten kunnen steekproefsgewijs bij uw organisatie worden opgevraagd.
-
3. Het college kan bepalen dat ook andere dan in dit artikel genoemde gegevens en bescheiden, die voor het beoordelen van de aanvraag van belang zijn, moeten worden overlegd.
Artikel 9. Verplichtingen
-
1. Een subsidieontvanger dient een administratie bij te houden die altijd een getrouw en inzichtelijk beeld geeft van de ondernomen activiteiten en de daaraan verbonden inkomsten en uitgaven evenals de financiële positie van de organisatie:
- a.
De organisatie heeft een actuele begroting en activiteitenplan
- b.
De organisaties maakt jaarlijks een financieel en inhoudelijk verslag en rapporteert hierover aan de leden
- a.
-
2. Een subsidieontvanger dient zijn roerende en onroerende goederen tenminste tegen vervangingswaarde te verzekeren en verzekerd te houden tegen schade, storm en inbraak. Hij dient voorts een verzekering aan te gaan tot dekking van schade, voortvloeiende uit de wettelijke en contractuele aansprakelijkheid van het bestuur, de beroepskrachten en vrijwilligers.
-
3. Een subsidieontvanger neemt de verantwoordelijkheid voor gematigd alcoholgebruik in de kantine/accommodatie.
-
4. Het college kan de subsidieontvanger bij de subsidieverlening aanvullende verplichtingen opleggen, zoals bedoeld in artikel 4:37 en 4:38 van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 10. Eigen vermogen & reserves
-
1. Reikwijdte
-
Deze nadere regel heeft betrekking op het eigen vermogen en de reserves van de subsidieontvanger die een subsidie boven de € 50.000,- ontvangt.
-
2. Verwijzing
-
Ter motivering van een besluit dat door of namens het college is genomen, kan worden volstaan met een verwijzing naar deze nadere regel.
-
3. Verplichtingen subsidieontvanger
- a)
De subsidieontvanger geeft inzicht in zijn eigen vermogen, bestemmingsreserves en egalisatiereserves.
- b)
De subsidieontvanger heeft toestemming van het college nodig om reserves te vormen en/of de bestemming van een reserve te wijzigen.
- a)
-
4. Bescheiden
- 1.
Bij de aanvraag tot subsidievaststelling dient de subsidieontvanger een financieel verslag of een jaarrekening in en tevens een bestedingsplan van bestemmingsreserves en een vermelding van de omvang van een egalisatiereserve.
- 2.
In een bestedingsplan staan in ieder geval vermeld: de bestemming, de onttrekkingen en/of toevoegingen, de omvang van de reserve per 31 december van voorgaand jaar en de voorgenomen bestedingsdatum.
- 1.
-
5. Gebruik subsidiegelden
- 1.
De verleende subsidie wordt gebruikt voor de uitvoering van de afgesproken activiteiten en/of prestaties.
- 2.
Na afloop van de subsidieperiode kan maximaal 5% van de subsidiegelden met toestemming van het college worden gebruikt voor de vorming van of toevoeging aan bestemmingsreserves of voor een egalisatiereserve.
- 3.
De bepalingen in de Algemene subsidieverordening en de Awb worden hierbij in acht genomen.
- 1.
-
6. Omvang eigen vermogen
- 1.
Indien de subsidieontvanger zelf over voldoende eigen vermogen voor de uitvoering van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, beschikt, wordt de subsidie geweigerd.
- 2.
Bij de beoordeling of sprake is van voldoende eigen vermogen, speelt de omvang van het eigen vermogen zonder bestemmingsreserves, maar met egalisatiereserve een belangrijke rol.
- 1.
-
7. Toestemming bestemmingsreserves
- 1.
De toestemming om reserves te vormen en/of de bestemming te wijzigen kan worden aangevraagd op het aanvraagformulier subsidieverlening.
- 2.
De subsidieontvanger kan ook per brief een verzoek daartoe aan het college doen.
- 3.
Bij het verzoek wordt een bestedingsplan van de bestemmingsreserves toegevoegd. Hierin wordt in ieder geval opgenomen:
- a.
welke bestemmingsreserves, met welke oogmerken gevormd zijn of gevormd worden;
- b.
de gewenste maximale omvang per bestemmingsreserve, maximaal 10% van het subsidiebedrag;
- c.
de verwachte storting of onttrekking uit iedere bestemmingsreserve.
- a.
- 4.
Voorafgaand aan de vorming of bestemmingswijziging van een bestemmingsreserve dient toestemming te worden verkregen van het college.
- 5.
De toestemming wordt schriftelijk verleend of geweigerd.
- 6.
Reeds gevormde bestemmingsreserves worden geaccepteerd tot de bedragen en de daarbij behorende termijn, zoals vermeld in de laatste beschikking tot subsidievaststelling van de subsidieontvanger.
- 7.
Als een instelling zonder toestemming bestemmingsreserves vormt met (restanten van) van verleende subsidiegelden dan kan dit leiden tot een lagere subsidievaststelling of tot een intrekking of wijziging van de subsidieverstrekking (verlening en vaststelling).
- 1.
-
8. Vereisten bestemmingsreserves
- 1.
De bestemming van een reserve of de wijziging van een bestemming past binnen de doelstellingen van de subsidieontvanger, zoals vermeld in de statuten of notariële akten van de instelling.
- 2.
De bestemming van een reserve of de wijziging van een bestemming heeft een direct verband of een directe relatie met de afgesproken activiteiten en/of prestaties van de instelling.
- 3.
Voor bestemmingsreserves, die niet aan deze vereisten voldoen, wordt geen toestemming verleend.
- 1.
-
9. Vrije of verplichte egalisatiereserve
- 1.
Een subsidieontvanger is vrij in het vormen van een egalisatiereserve.
- 2.
Het college kan een subsidieontvanger verplichten een egalisatiereserve te vormen, indien de exploitatie-uitgaven van de subsidieontvanger de afgelopen twee jaren voortdurend schommelden en/of de subsidiegelden niet volledig besteed behoeven te worden ter bekostiging van de afgesproken activiteiten en/of prestaties.
- 3.
Een reeds gevormde egalisatiereserve wordt geaccepteerd tot de bedragen en de daarbij behorende termijn, zoals vermeld in de laatste beschikking tot subsidievaststelling van de subsidieontvanger.
- 1.
-
10. Vereisten egalisatiereserve
- 1.
De jaarlijkse toevoeging aan de egalisatiereserve mag ten hoogste 5% van de laatstelijk vastgestelde subsidie bedragen.
- 2.
De hoogte van de egalisatiereserve mag maximaal 15% van de laatstelijk verleende subsidie bedragen.
- 3.
Als een instelling een hogere egalisatiereserve vormt dan 15% van het laatstelijk verleende subsidiebedrag of de jaarlijkse toevoeging meer dan 5% bedraagt dan kan dit leiden tot een lagere subsidievaststelling of tot een intrekking of wijziging van de subsidieverstrekking (verlening en vaststelling).
- 1.
-
11. Hardheidsclausule
-
Het college kan afwijken van deze nadere regel, indien het handelen conform deze nadere regel voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding met de tot de nadere regel te dienen doelen.
Artikel 11. Verantwoording
-
1. Verantwoording van subsidies vindt plaats via een vaststellingsformulier, jaarverslag (goedgekeurd tijdens de algemene ledenvergadering) en/of accountantsverklaring.
-
2. Bij subsidies vanaf € 25.000 dient een controle verklaring (naast een inhoudelijk en financieel jaarverslag) te worden overlegd, tenzij anders overeengekomen.
Artikel 12. Slotbepalingen
-
1. De Nadere subsidieregels 2018 bij de subsidieverordening welzijn 2018 wordt ingetrokken.
-
2. Deze nadere regels treden in werking op de dag na publicatie.
-
3. Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere subsidieregels Cranendonck 2022.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl