Subsidieregeling Versterken sociale basis voor vrijwilligers

Geldend van 20-07-2023 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling Versterken sociale basis voor vrijwilligers

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven maakt bekend, dat het in de vergadering van 11 juli 2023, heeft besloten

  • gelet op de ASV Eindhoven;

  • gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • gelet op het streven dat Eindhovenaren zich fijn, gezien en gesteund voelen.

En dat Eindhovenaren naar elkaar omkijken en elkaar helpen als het nodig is;

  • I.

    Vast te stellen de Subsidieregeling Versterken sociale basis voor vrijwilligers;

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. De definities, genoemd in artikel 1 van de ASV Eindhoven, zijn op deze subsidieregeling van overeenkomstige toepassing.

  • 2. In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

    • a.

      Cofinanciering: financiering en/of middelen, niet zijnde subsidie van de gemeente Eindhoven, die een organisatie zelf inbrengt voor de realisering van de activiteiten. Bijvoorbeeld een deelnemersbijdrage, crowdfunding, sponsoring, fondsen of eigen middelen;

    • b.

      Deskundigheidsbevordering: alle activiteiten die de deskundigheid van de vrijwilligers met betrekking tot het uitvoeren van de activiteiten verbeteren;

    • c.

      Ervaren steunbronnen: het gebruik kunnen maken van sociale steunbronnen zoals familie, vrienden of buren en toegang tot adequate voorzieningen in de omgeving;

    • d.

      Panel: panel bestaande uit minimaal 2 inwoners en minimaal 1 ambtenaar van de gemeente Eindhoven dat een advies uitbrengt over de ingediende aanvragen die aan het panel zijn gepresenteerd;

    • e.

      Sociale basis: het geheel van informele sociale verbanden (buurten, groepen, verenigingen, netwerken, gezinnen) aangevuld en ondersteund vanuit de lokale overheid, organisaties, diensten en voorzieningen, die het mogelijk maakt dat inwoners de mogelijkheden hebben om te participeren in sociale relaties op een manier die hun welzijn, capaciteiten en individueel potentieel verbetert;

    • f.

      Vrijwillige inzet: onverplichte inspanningen waar geen geldelijke vergoeding tegenover staat, uitgezonderd een eventuele tegemoetkoming in de onkosten ten behoeve van anderen of van (de kwaliteit van) de samenleving in het algemeen;

    • g.

      Vrijwilligersorganisatie: een organisatie die zich uitsluitend op vrijwillige basis inzet voor de maatschappij;

    • h.

      Vrijwilligersorganisaties met betalende leden: een vrijwilligersorganisatie waarvan de leden periodiek een, door de organisatie vastgesteld bedrag betalen om de doelstellingen van de vereniging te bereiken, activiteiten mogelijk te maken en lid te zijn;

    • i.

      Vrijwilliger: een persoon die zich regelmatig op vrijwillige basis inzet;

    • j.

      Wijkoverstijgend aanbod: Wijkoverstijgend aanbod waaraan alle Eindhovenaren kunnen deelnemen. Niet zijnde gebiedsgericht aanbod ten behoeve van de leefbaarheid in wijken en buurten, waar alleen Eindhovenaren uit het desbetreffende gebied aan kunnen deelnemen.

Artikel 2 Doelstelling

Met deze subsidieregeling streven we na dat Eindhovenaren zich fijn, gezien en gesteund voelen. Eindhovenaren kijken naar elkaar om en helpen elkaar als het nodig is. We willen bereiken dat:

  • a.

    het gevoel van Eindhovenaren ergens bij te horen toeneemt; en

  • b.

    het gemeenschapsgevoel (samenkracht) of gevoel van saamhorigheid onder Eindhovenaren toeneemt; en

  • c.

    er een toename is van ervaren steunbronnen in de omgeving van inwoners; en

  • d.

    meer Eindhovenaren zich vrijwillig inzetten voor een ander; en

  • e.

    Eindhovenaren worden gestimuleerd (en ondersteund) om een bijdrage te leveren aan een meer sociale en inclusieve samenleving.

Artikel 3 Subsidieaanvrager

Voor subsidie komen in aanmerking vrijwilligersorganisaties en natuurlijke personen.

Artikel 4 De te subsidiëren activiteiten

  • 1. Subsidie wordt verleend voor activiteiten binnen de volgende thema’s:

    • a.

      Informele ondersteuning en ontplooiing

      Activiteiten richten zich op het adviseren, helpen en ondersteunen van Eindhovenaren. Zij worden gestimuleerd om elkaar (informeel) te ondersteunen. De activiteiten dragen bij aan de onder artikel 2 genoemde doelstellingen.

    • b.

      Ontmoeting en meedoen

      Activiteiten richten zich op het faciliteren van ontmoeting en het stimuleren van Eindhovenaren om mee te doen. De activiteiten dragen bij aan de onder artikel 2 genoemde doelstellingen.

  • 2. Een subsidie zoals bedoeld in het eerste lid wordt verleend binnen de volgende categorieën:

    • a.

      Categorie A: een jaarlijkse of meerjarige subsidie (maximaal 4 jaar) wordt verleend aan jaarlijks terugkerende activiteiten.

    • b.

      Categorie B: een eenmalige subsidie voor maximaal een jaar wordt verleend voor eenmalige activiteiten en initiatieven die wijk overstijgend aanbod betreffen.

Artikel 5 Subsidiabele kosten

  • 1. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen, voor zover deze noodzakelijk zijn en in verhouding staat tot het uitvoeren van de activiteiten, zijn:

    • a.

      activiteitenkosten; zijnde de kosten die direct en onlosmakelijk verbonden zijn aan de activiteit.

    • b.

      organisatiekosten; zijnde administratiekosten, verzekeringen, kantoorartikelen, kosten voor het gebruik van internet, drukwerk, communicatiekosten, abonnementen, verplichte contributiebijdragen, bankkosten, kosten voor beheer, kosten voor de oprichting van een rechtspersoon, licentiekosten, koffie en thee;

    • c.

      huisvestingskosten; zijnde huur, gas, water, elektra, kosten voor klein onderhoud, lokale heffingen en verplichte verzekeringen betrekking hebbende op huisvesting die noodzakelijk is om de activiteit uit te voeren. De huisvesting dient in Eindhoven gesitueerd te zijn;

    • d.

      Een percentage van maximaal 4% van de totale subsidie exclusief subsidiabele huisvestingskosten voor deskundigheidsbevordering voor vrijwilligers die de activiteiten uitvoeren;

    • e.

      Een percentage van maximaal 7,5% van de totale subsidie exclusief subsidiabele huisvestingskosten om vrijwilligers te waarderen. Met een maximaal bedrag van € 2.500, - per jaar.

  • 2. Geen subsidie wordt verleend voor:

    • a.

      de kosten van acties met betrekking tot verwerving van inkomsten;

    • b.

      de kosten van recepties en feesten bij bijzondere gelegenheden uitgezonderd lustrumvieringen van de organisatie;

    • c.

      kosten van investeringen van gebruiksvoorwerpen die langer dan een jaar worden gebruikt voor de uitvoering van activiteiten, zoals ict-materialen en kampuitrustingen;

    • d.

      kosten verbonden aan automatisering, zoals aanschaf software en hardware dan wel afschrijvingskosten hiervan;

    • e.

      kosten verbonden aan groot onderhoud, particuliere woningen bedoeld voor wonen, afschrijvingen op investeringen, investeringen aangaande het pand en terreinen;

    • f.

      kosten voor activiteiten naar attractieparken, dierentuinen, karten en alle andere vormen van uitjes en excursies.

Artikel 6 Subsidievereisten

Om in aanmerking te komen voor subsidie zoals beschreven in artikel 4 wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de activiteiten worden volledig op basis van vrijwillige inzet uitgevoerd; en

  • b.

    de activiteiten gaan uit van de vraag/ behoefte van inwoners (vraaggericht); en

  • c.

    de aanvrager toont aan dat er sprake is van cofinanciering dan wel dat deze zich maximaal heeft ingespannen om deze te verkrijgen; en

  • d.

    er wordt in verhouding tot de activiteitenkosten maar in alle redelijkheid en naar vermogen van de deelnemers een eigen bijdrage gevraagd om de activiteiten mede te bekostigen; en

  • e.

    de deskundigheidsbevordering wordt afgenomen bij door de gemeente gesubsidieerde organisaties dan wel organisaties uit Eindhoven, tenzij deze organisaties niet beschikken over passend aanbod; en

  • f.

    de activiteiten worden georganiseerd voor inwoners van Eindhoven; en

  • g.

    vrijwilligers die overwegend werken met kinderen of een kwetsbare doelgroep dienen in het bezit te zijn van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG);

  • h.

    voor subsidie binnen categorie B niet eerder een aanvraag binnen categorie B is ingediend betrekking hebbende op soortgelijke activiteit.

Artikel 7 Subsidieweigering

Naast het bepaalde in de ASV Eindhoven wordt subsidie in de volgende gevallen geweigerd:

  • a.

    indien de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd niet primair een gemeentelijke verantwoordelijkheid is;

  • b.

    indien de huisvestingskosten, activiteitenkosten of organisatiekosten niet in redelijke verhouding staan tot het aantal deelnemers aan de activiteiten;

  • c.

    Indien bij de beoordeling van de subsidieaanvraag van categorie B minder dan 30 punten worden gehaald bij de beoordeling middels het beoordelingskader behorende bij deze subsidieregeling.

Artikel 8 Subsidieplafond en de verdeling van de subsidie

  • 1. De subsidieplafonds worden jaarlijks door het college vastgesteld en verdeeld over twee deelplafonds, zijnde categorie A en categorie B.

  • 2. Indien het bedrag waarvoor op grond van deze subsidieregeling een jaarlijkse subsidie zou moeten worden verleend aan degenen die daartoe tijdig een aanvraag hebben ingediend voor categorie A groter is dan het op grond van het eerste lid vastgestelde subsidieplafond, vindt een ranking plaats op grond van het beoordelingskader zoals opgenomen in bijlage 1 plaats waarbij subsidies verstrekt kunnen worden tot het moment dat het plafond bereikt wordt.

  • 3. Het college verdeelt het subsidieplafond behorende bij categorie B op volgorde van binnenkomst van de aanvragen totdat het betreffende subsidieplafond bereikt is.

  • 4. In het geval dat het deelplafond voor categorie A niet volledig wordt benut, wordt het restant deelplafond opnieuw vastgesteld door het college waarbij subsidie wordt verleend op volgorde van binnenkomst.

Artikel 9 Vereisten subsidieaanvraag

  • 1. De subsidieaanvraag wordt ingediend middels een daartoe door het college vastgesteld aanvraagformulier

  • 2. De subsidieaanvraag is voorzien van een sluitende begroting.

Artikel 10 Eigen vermogen

  • 1. Het eigen vermogen van een vrijwilligersorganisatie, zijnde een rechtspersoon, mag aan het einde van het jaar voorafgaande aan de aanvraag maximaal 100% van de begrote kosten bedragen. Het te verlenen subsidiebedrag wordt met het percentage dat boven de 100% uitkomt verminderd. Uitgezonderd van het eigen vermogen zijn bestemmingsreserves die onderbouwd zijn met een plan van aanpak en tijdsplanning. De bestemmingsreserves dienen in verband te staan met de doelstellingen/activiteiten van de organisatie, en dienen noodzakelijk en reëel te zijn.

  • 2. Indien het eigen vermogen van de vrijwilligersorganisatie, zijnde een rechtspersoon, niet boekhoudkundig kan worden bepaald, worden de banksaldi, inclusief kasgelden aan het einde van het jaar voorafgaande aan het jaar van aanvraag hiervoor in de plaats gesteld.

Artikel 11 Subsidiehoogte

  • 1. Voor natuurlijke personen die binnen categorie A subsidie aanvragen bedraagt de hoogte van de subsidie maximaal €15.000 per aanvraag,-.

  • 2. De hoogte van de subsidie binnen Categorie B bedraagt maximaal €15.000,- per aanvraag.

  • 3. Indien de berekening van de hoogte van de subsidie op basis van voorgaande artikelen hoger is dan het tekort op de sluitende begroting, geldt dat het subsidiebedrag gemaximaliseerd wordt op het tekort van de sluitende begroting met dien verstande dat het subsidiebedrag nooit meer zal bedragen dan onder bovenstaand lid 1 en 2.

  • 4. Voor vrijwilligersorganisaties met betalende leden bedraagt de subsidie maximaal 70% van de totale subsidiabele kosten.

Artikel 11 Aanvraagtermijn

In afwijking van het bepaalde in de ASV Eindhoven dient een aanvraag binnen categorie B minstens 6 weken voor aanvang van de activiteiten te zijn ingediend.

Artikel 12 Verantwoording en vaststelling

  • 1. Subsidies binnen categorie B tot en met € 1.000,- worden direct vastgesteld door het college.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in de ASV Eindhoven met betrekking tot de aanvraag tot vaststelling vindt verantwoording voor subsidies binnen categorie B van meer dan €1.000,- plaats via een (visuele) rapportage door de subsidieontvanger (verslag, video of fotomateriaal) waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht.

Artikel 13 Beoordeling

  • 1. Subsidieaanvragers die binnen Categorie B een subsidie aanvragen van minimaal €1.000,- tot en met maximaal €15.000,- kunnen de aanvraag laten beoordelen:

    • a.

      aan de hand van het aanvraagformulier; of

    • b.

      aan de hand van het aanvraagformulier én een toelichting aan het panel.

  • 2. Voor de beoordeling zoals bedoeld in het vorige lid onder sub b vindt maandelijks, tot het moment van het bereiken van het subsidieplafond, een moment plaats waarin aanvragers hun activiteit kunnen toelichten aan het panel.

  • 3. De beoordeling door het panel gebeurt aan de hand van het beoordelingskader in bijlage 1.

Artikel 14 Inwerkingtreding en overgangsrecht

  • 1. De subsidieregeling 'vrijwillig jeugdwerk’, subsidieregeling ‘meedoen en maatschappelijke participatie’, subsidieregeling ‘informele zorg’ en subsidieregeling ‘innovatiebudget sociaal domein ten behoeve van inwonersinitiatieven in de sociale basis’ vervallen zodra ze zijn uitgewerkt.

  • 2. Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag volgend op haar bekendmaking. Ze is voor het eerst van toepassing op subsidies voor activiteiten die in 2024 worden uitgevoerd.

  • 3. Op de subsidiëring van voordien uit te voeren activiteiten is de subsidieregeling 'vrijwillig jeugdwerk’, subsidieregeling ‘meedoen en maatschappelijke participatie’, subsidieregeling ‘informele zorg’ dan wel de subsidieregeling ‘innovatiebudget sociaal domein ten behoeve van inwonersinitiatieven in de sociale basis’ van toepassing.

Ondertekening

Eindhoven, 11 juli 2023 .

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

,burgemeester

, secretaris

Mij bekend,

De gemeentesecretaris van Eindhoven

Bijlage 1 Beoordelingskader

Aanvragen worden beoordeeld op grond van de maatschappelijke waarde. We hanteren hierbij de maatschappelijke waardendriehoek. Die bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Legitimiteit;

  • Betrokkenheid;

  • Rendement;

Per vraag kun je maximaal 10 punten halen.

Legitimiteit

Beoordeling

Totaal:

de mate waarin de aanvraag bijdraagt aan de subsidiedoelstellingen;

Onvoldoende 0

Voldoende 5

Goed 10

 

de mate waarin er behoefte is aan de activiteiten;

Onvoldoende 0

Voldoende 5

Goed 10

 
 
 

Totaal:

Betrokkenheid

 
 

de mate waarin er wordt samengewerkt met organisaties en initiatieven;

Onvoldoende 0

Voldoende 5

Goed 10

 

de mate waarin iedereen aan de activiteiten kan deelnemen (inclusiviteit);

Onvoldoende 0

Voldoende 5

Goed 10

 

De mate van kennis van en betrokkenheid bij de buurt/wijk/stad;

Onvoldoende 0

Voldoende 5

Goed 10

 
 
 

Totaal:

Rendement

 
 

de prijs/kwaliteit-verhouding: we hanteren hierbij geen vaste normen, maar bekijken hoe de omvang, aard en het bereik van de activiteiten zich verhouden tot de opgevoerde kosten;

Onvoldoende 0

Voldoende 5

Goed 10

 

de mate waarin de activiteiten ook uit andere bronnen gefinancierd worden;

Onvoldoende 0

Voldoende 5

Goed 10

 
 
 

Totaal: