Bijdrageregeling stimulering woningbouw Noord-Brabant 2023

Geldend van 11-04-2024 t/m 09-07-2024

Intitulé

Bijdrageregeling stimulering woningbouw Noord-Brabant 2023

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

Gelet op artikel 2 van de Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant;

Overwegende dat er vanwege een tekort aan woningen in de provincie Noord-Brabant versneld woningen moeten worden gerealiseerd en Gedeputeerde Staten om die reden een versnelling van de voorfase van woningbouw willen bevorderen;

Overwegende dat Gedeputeerde Staten de bijdrageregeling die vanaf juli 2021 in werking is getreden, op een aantal onderdelen wenst aan te passen en daartoe een nieuwe regeling met een nieuw tijdvak openstelt;

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

§ 1 Versnelling voorfase woningbouw

Artikel 1.1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Abv: Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant;

arbeids- en personeelsuren: uren van personeel van de bijdrageaanvrager dat al dan niet in loondienst is, niet zijnde kosten derden;

kosten derden: kosten die op factuur aantoonbaar en aan derden verschuldigd zijn.

Artikel 1.2 Doelgroep

Een bijdrage op grond van deze regeling kan worden aangevraagd door gemeenten gelegen in de provincie Noord-Brabant.

Artikel 1.3 Activiteiten die in aanmerking komen voor een bijdrage

Een bijdrage kan worden verstrekt voor activiteiten gericht op versnelling van de voorfase van woningbouw in de provincie Noord-Brabant.

Artikel 1.4 Weigeringsgronden

Een bijdrage wordt geweigerd indien aan de aanvrager reeds een subsidie of bijdrage is verstrekt voor dezelfde activiteiten ten behoeve van dezelfde woningbouwprojecten.

Artikel 1.5 Vereisten voor een bijdrage

Om voor een bijdrage in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de activiteiten zijn gericht op versnelling van de voorfase van woningbouw in de provincie Noord-Brabant;

  • b.

    de activiteiten hebben betrekking op woningbouwprojecten die onderdeel uitmaken van de regionale woningbouwopgave;

  • c.

    de activiteiten betreffen de inzet van extra capaciteit, die gericht is op het bieden van ondersteuning en expertise ten behoeve van:

    • 1°.

      het proces van vergunningverlening;

    • 2°.

      het concreet uitwerken van woningbouwprojecten of herstructureringsprojecten;

    • 3°.

      het sluiten van anterieure overeenkomsten met marktpartijen; of

    • 4°.

      het opstellen van een bestemmingsplan en het doorlopen van de bijbehorende procedure.

  • d.

    de werving of inzet van extra capaciteit kan starten binnen drie maanden na verlening van de bijdrage.

Artikel 1.6 Kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage

  • 1. Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de bijdrage komen de volgende kosten in aanmerking voor een bijdrage, mits gemaakt na 1 januari 2023:

    • 1°.

      kosten derden;

    • 2°.

      kosten interne arbeids- en personeelsuren.

  • 2. Compensabele BTW komt niet in aanmerking voor een bijdrage.

Artikel 1.7 Vereisten aanvraag

  • 1. Aanvragen voor een bijdrage worden ingediend van 17 augustus 2023 tot en met 30 mei 2024.

  • 2. Een aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van het daartoe door Gedeputeerde Staten vastgestelde aanvraagformulier en projectplan.

Artikel 1.8 Bijdrageplafond

Gedeputeerde Staten stellen het bijdrageplafond voor de periode, genoemd in artikel 1.7, eerste lid, vast op € 5.954.301.

Artikel 1.9 Hoogte van de bijdrage en verdelingswijze

  • 1. De hoogte van de bijdrage betreft 100% van de kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage, tot een maximum van het bedrag per gemeente, opgenomen in bijlage 1 behorende bij deze regeling.

  • 2. De bijdrage wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de aanvragen.

  • 3. Indien een aanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de bijdrage de dag waarop de aanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

  • 4. Dreigt het bijdrageplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige aanvragen plaats door middel van loting, in aanwezigheid van een notaris en ten minste twee onafhankelijke waarnemers.

Artikel 1.10 Verplichtingen van de bijdrageontvanger

  • 1. De bijdrageontvanger:

    • a.

      start de werving of inzet van extra capaciteit binnen drie maanden na verlening van de bijdrage;

    • b.

      besteedt de bijdrage uiterlijk 31 december 2024;

    • c.

      verstrekt jaarlijks informatie over de voortgang van de kosten op de wijze die in de beschikking tot verlening van de bijdrage staat vermeld.

  • 2. Indien het project wegens onvoorziene omstandigheden niet kan worden afgerond binnen de termijn, genoemd in het eerste lid, onder b, en de bijdrageontvanger verlenging van die termijn wenselijk acht, kan hij uiterlijk 1 september 2024 schriftelijk een gemotiveerd verzoek indienen bij Gedeputeerde Staten tot verlenging met maximaal een jaar.

Artikel 1.11 Verantwoording

De bijdrageontvanger toont bij de aanvraag tot vaststelling aan dat de activiteiten waarvoor de bijdrage is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de bijdrage verbonden verplichtingen is voldaan, door middel van:

  • a.

    een verslag waarin in ieder geval het aantal bestede uren en de behaalde resultaten zijn opgenomen;

  • b.

    een financiële verantwoording, conform de vereisten in de Regeling informatieverstrekking Sisa.

Artikel 1.12 Bevoorschotting en betaling

Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot van 100% van de verleende bijdrage. Het voorschot wordt in een keer uitbetaald.

Artikel 1.13 Wijze van verstrekken

De bijdrage wordt verleend en op aanvraag vastgesteld op grond van artikel 12, onder c, van de Abv.

Artikel 1.14 Evaluatie

Gedeputeerde Staten zenden in 2026 aan Provinciale Staten een verslag over de effecten en doeltreffendheid van deze paragraaf.

§ 2 Opgave wonen en zorg

Artikel 2.1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

aandachtsgroepen: groepen mensen als bedoeld in artikel 1, onder a, van de Regeling specifieke uitkering flexibele inzet ondersteuning;

Abv: Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant;

regionale woonzorganalyse: regionale of subregionale analyse van de huisvestingsopgave voor de verschillende aandachtsgroepen;

regionale woonzorgvisie: regionale of subregionale integrale visie op het realiseren van betaalbare woningen met passende zorg en ondersteuning voor aandachtsgroepen, welke visie past binnen de aanpak die is opgenomen in het programma “Een thuis voor iedereen”, opgesteld door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

woondealregio: regio Noordoost-Brabant, de Stedelijke regio Breda-Tilburg, de regio West-Brabant-West of regio Zuidoost-Brabant.

Artikel 2.2 Doelgroep

Een bijdrage op grond van deze regeling kan worden aangevraagd door:

  • a.

    een gemeente, namens de gemeenten die samenwerken ten behoeve van activiteiten binnen een woondealregio;

  • b.

    een gemeenschappelijke regeling ten behoeve van activiteiten binnen een woondealregio.

Artikel 2.3 Activiteiten die in aanmerking komen voor een bijdrage

Een bijdrage kan worden verstrekt voor activiteiten gericht op regionale afstemming tussen gemeenten over de opgave wonen en zorg.

Artikel 2.4 Weigeringsgrond

Een bijdrage wordt geweigerd indien in hetzelfde kalenderjaar reeds een bijdrage is verstrekt op grond van deze paragraaf ten behoeve van de desbetreffende woondealregio.

Artikel 2.5 Vereisten voor een bijdrage

Om voor een bijdrage in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de activiteiten zijn gericht op de regionale afstemming tussen de gemeenten over de opgave wonen en zorg, door middel van een of meer van de volgende activiteiten:

    • 1°.

      het opstellen van een regionale woonzorganalyse voor de verschillende aandachtsgroepen;

    • 2°.

      het vanuit een regionale woonzorganalyse toewerken naar een regionale woonzorgvisie;

    • 3°.

      het uitwerken van de regionale woonzorganalyse in nadere regionale of subregionale regels;

  • b.

    het project kan binnen drie maanden starten, blijkend uit een realistische planning;

  • c.

    indien de aanvrager een gemeente is, overlegt deze een samenwerkingsverklaring, waaruit blijkt dat de aanvrager namens de overige in de woondealregio samenwerkende gemeenten de bijdrage aanvraagt;

  • d.

    de aanvrager overlegt een activiteitenplan waarin in ieder geval is opgenomen:

    • 1°.

      een overzicht van de in te zetten expertise;

    • 2°.

      de geschatte kosten;

    • 3°.

      de geschatte tijdsinzet;

    • 4°.

      het verwachte resultaat;

    • 5°.

      op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in dit artikel.

Artikel 2.6 Kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage

De kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage betreffen:

  • a.

    interne arbeids- en personeelskosten;

  • b.

    inhuur van externe capaciteit.

Artikel 2.7 Kosten die niet in aanmerking komen voor een bijdrage

In afwijking van artikel 2.6, komen compensabele en verrekenbare BTW niet in aanmerking voor een bijdrage.

Artikel 2.8 Vereisten aanvraag

Een aanvraag voor een bijdrage:

  • a.

    wordt ingediend met gebruikmaking van het daartoe door Gedeputeerde Staten vastgestelde aanvraagformulier;

  • b.

    wordt eenmalig per kalenderjaar ingediend van:

    • 1°.

      9 april 2024 tot en met 30 mei 2024;

    • 2°.

      8 januari 2025 tot en met 30 mei 2025.

Artikel 2.9 Bijdrageplafond

  • 1. Gedeputeerde Staten stellen het bijdrageplafond voor de periode, genoemd in artikel 2.8, onderdeel b, onder 1°, vast op:

    • a.

      € 62.500 voor de regio Noordoost-Brabant;

    • b.

      € 62.500 voor de Stedelijke regio Breda-Tilburg;

    • c.

      € 62.500 voor de regio West-Brabant-West;

    • d.

      € 62.500 voor de regio Zuidoost-Brabant.

  • 2. Gedeputeerde Staten stellen het bijdrageplafond voor de periode, genoemd in artikel 2.8, onderdeel b, onder 2°, vast op:

    • a.

      € 62.500 voor de regio Noordoost-Brabant;

    • b.

      € 62.500 voor de Stedelijke regio Breda-Tilburg;

    • c.

      € 62.500 voor de regio West-Brabant-West;

    • d.

      € 62.500 voor de regio Zuidoost-Brabant.

Artikel 2.10 Hoogte van de bijdrage

De hoogte van de bijdrage betreft 100% van de kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage tot een maximum van € 62.500 per regio per kalenderjaar.

Artikel 2.11 Verdelingswijze

Het bijdrageplafond wordt naar evenredigheid verdeeld over de woondealregio’s overeenkomstig artikel 2.9.

Artikel 2.12 Verplichtingen van de bijdrageontvanger

De bijdrageontvanger besteedt de bijdrage:

  • a.

    uiterlijk 31 december 2024 indien de bijdrage is verstrekt in 2024;

  • b.

    uiterlijk 31 december 2025, indien de bijdrage is verstrekt in 2025.

Artikel 2.13 Verantwoording

De bijdrageontvanger toont aan dat de activiteiten waarvoor de bijdrage is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de bijdrage verbonden verplichtingen is voldaan, door middel van:

  • a.

    een verslag waarin per activiteit als bedoeld in artikel 2.5, onder a, in ieder geval het aantal bestede uren en de behaalde resultaten zijn opgenomen;

  • b.

    een financiële verantwoording, conform de vereisten in de Regeling informatieverstrekking Sisa.

Artikel 2.14 Bevoorschotting en betaling

  • 1. Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot van 100% van de verleende bijdrage.

  • 2. Het voorschot wordt in een keer uitbetaald.

Artikel 2.15 Wijze van vaststellen

De bijdrage wordt verleend en op aanvraag vastgesteld op grond van artikel 12, onder c, van de Abv.

Artikel 2.16 Evaluatie

Gedeputeerde Staten zenden in 2026 aan Provinciale Staten een verslag over de effecten en doeltreffendheid van deze paragraaf.

§ 3 Regionale woondeals

Artikel 3.1 Begripsbepalingen  

In deze regeling wordt verstaan onder:  

Abv: Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant;

eerste tranche: periode van1 januari 2022 tot en met 31 december 2025;

tweede tranche: periode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2026;

woondealregio: regio Noordoost-Brabant, Stedelijke regio Breda-Tilburg, regio West-Brabant-West of regio Zuidoost-Brabant;

woondeal: regionale bestuurlijke afspraken tussen de Minister, provincies, gemeenten en woningcorporaties over woningbouw en andere relevante woononderwerpen.

Artikel 3.2 Doelgroep  

Een bijdrage op grond van deze regeling kan worden aangevraagd door:

  • a.

    een gemeente namens de gemeenten die samenwerken binnen de woondealregio ten behoeve van de activiteiten in die regio;

  • b.

    een gemeenschappelijke regeling ten behoeve van de activiteiten in een woondealregio.

Artikel 3.3 Activiteiten die in aanmerking komen voor een bijdrage

Een bijdrage kan worden verstrekt voor het uitvoeren van een woondeal.

Artikel 3.4 Weigeringsgronden

Een bijdrage wordt geweigerd indien:

  • a.

    reeds eerder een bijdrage is verstrekt voor activiteiten voor dezelfde tranche;

  • b.

    de aanvrager een bijdrage voor de tweede tranche aanvraagt, terwijl hij in aanmerking komt voor een bijdrage voor de eerste tranche en deze:

    • 1°.

      nog niet is aangevraagd; of

    • 2°.

      nog niet is verstrekt.

Artikel 3.5 Vereisten voor een bijdrage

Om voor een bijdrage in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de activiteiten zijn gericht op het uitvoeren van een woondeal door middel van één of meer van de volgende activiteiten:

    • 1°.

      het op regionaal niveau actualiseren en uitvoeren van de woondeal;

    • 2°.

      het monitoren van de voortgang van de woningbouwafspraken in de woondeal;

    • 3°.

      het in kaart brengen van kansen en knelpunten op locatieniveau met betrekking tot woningbouwplannen;

    • 4°.

      het onderzoek doen naar behoefte aan en geschikte locaties voor bepaalde type woningen waarover afspraken zijn gemaakt.

  • b.

    de activiteiten zijn er op gericht te worden uitgevoerd binnen de eerste tranche dan wel binnen de tweede tranche;

  • c.

    de activiteiten kunnen starten binnen drie maanden na verlening van de bijdrage, blijkend uit een realistische planning;

  • d.

    indien de aanvrager een gemeente is, overlegt deze een samenwerkingsverklaring dat de aanvrager namens de overige in een woondealregio samenwerkende gemeenten aanvraagt;

  • e.

    aan de aanvraag ligt een activiteitenplan ten grondslag waarin in ieder geval is opgenomen:

    • 1°.

      een sluitende begroting;

    • 2°.

      op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten in dit artikel.

Artikel 3.6 Kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage

Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de bijdrage, komen de volgende kosten voor bijdrage in aanmerking:

  • a.

    interne arbeids- en personeelskosten;

  • b.

    inhuur van externe capaciteit. 

Artikel 3.7 Kosten die niet in aanmerking komen voor een bijdrage

In afwijking van artikel 3.6 komen de volgende kosten niet voor een bijdrage in aanmerking:

  • a.

    kosten voor activiteiten in de eerste tranche gemaakt voor 1 januari 2022;

  • b.

    kosten voor activiteiten in de tweede tranche gemaakt voor 1 januari 2023;

  • c.

    compensabele en verrekenbare BTW.

Artikel 3.8 Vereisten aanvraag

Een aanvraag voor een bijdrage:

  • a.

    wordt ingediend met gebruikmaking van het daartoe door Gedeputeerde Staten vastgestelde aanvraagformulier;

  • b.

    wordt per tranche ingediend van 9 april 2024 tot en met 30 mei 2025.

Artikel 3.9 Bijdrageplafond

Gedeputeerde Staten stellen het bijdrageplafond voor de periode, genoemd in artikel 3.8, onder b, vast op een totaal van € 594.166 waarvan:

  • a.

    € 226.489 voor activiteiten in de eerste tranche, verdeeld als volgt:

    • 1°.

      € 26.489 voor activiteiten in de regio Noordoost-Brabant;

    • 2°.

      € 100.000 voor activiteiten in de Stedelijke regio Breda Tilburg;

    • 3°.

      € 100.000 voor activiteiten in de regio Zuidoost-Brabant.

  • b.

    € 367.677 voor activiteiten in de tweede tranche, verdeeld als volgt:

    • 1°.

      € 100.000 voor activiteiten in de regio Noordoost-Brabant;

    • 2°.

      € 100.000 voor activiteiten in de regio Stedelijke regio Breda Tilburg;

    • 3°.

      € 67.677 voor activiteiten in woondealregio West-Brabant-West;

    • 4°.

      € 100.000 voor activiteiten in woondealregio Zuidoost-Brabant.

Artikel 3.10 Hoogte van de bijdrage

De hoogte van de bijdrage betreft 100% van de kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage tot een maximum van de bedragen per regio, genoemd in artikel 3.9.

Artikel 3.11 Verdelingswijze

Het bijdrageplafond wordt verdeeld over de woondealregio’s overeenkomstig artikel 3.9.

Artikel 3.12 Verplichtingen van de bijdrageontvanger  

De bijdrageontvanger besteedt de bijdrage uiterlijk:

  • a.

    31 december 2025, indien de bijdrage is verstrekt voor de eerste tranche;

  • b.

    31 december 2026, indien de bijdrage is verstrekt voor de tweede tranche.

Artikel 3.13 Verantwoording  

De bijdrageontvanger toont bij de aanvraag tot vaststelling aan dat de activiteiten waarvoor de bijdrage is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de bijdrage verbonden verplichtingen is voldaan, door middel van een verslag waarin per activiteit als bedoeld in artikel 3.5, onder a, in ieder geval het aantal bestede uren, de gemaakte kosten en de behaalde resultaten zijn opgenomen.

Artikel 3.14 Bevoorschotting en betaling  

Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot van 100% van de verleende bijdrage. Het voorschot wordt in een keer uitbetaald.

Artikel 3.15 Wijze van vaststellen  

De bijdrage wordt verleend en op aanvraag vastgesteld op grond van artikel 12, onder c, van de Abv.  

Artikel 3.16 Evaluatie  

Gedeputeerde Staten zenden in 2026 aan Provinciale Staten een verslag over de effecten en doeltreffendheid van deze paragraaf.  

§ 4 Slotbepalingen

Artikel 4.1 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 4.2 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Bijdrageregeling stimulering woningbouw Noord-Brabant 2023.

Ondertekening

’s-Hertogenbosch, 4 juli 2023

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. P.J. Buijtels

Bijlage 1 behorende bij artikel 1.9, eerste lid, van de Bijdrageregeling stimulering woningbouw Noord-Brabant 2023

Gemeenten

max. bedrag per gemeente

Tilburg, Eindhoven, Breda, Den Bosch en Helmond

€ 500.000

Bergen op Zoom, Meierijstad, Oosterhout, Oss, Roosendaal, Maashorst en Waalwijk

€ 250.000

Overige gemeenten met inwonertal groter dan 50.000 inwoners per 1 januari 2023

€ 175.000

Overige gemeenten met inwonertal tussen de 25.000 en 50.000 inwoners per 1 januari 2023

€ 100.000

Overige gemeenten met inwonertal kleiner dan 25.000 inwoners per 1 januari 2023

€ 75.000