Uitwerkingsbesluit bodycams Nijmegen 2023

Geldend van 17-06-2023 t/m heden

Intitulé

Uitwerkingsbesluit bodycams Nijmegen 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen

d.d. 12 juni 2023

gelet op artikel 6 lid 1 onder f van de Algemene verordening gegevensbescherming,

overwegende dat

- het gebruik van op het lichaam gedragen camera’s (hierna: bodycams) de veiligheid en veiligheidsgevoelens van buitengewoon opsporingsambtenaren (hierna: boa’s) kan bevorderen;

- het gebruik van bodycams concrete vraagstukken met zich meebrengt op het gebied van

privacy van zowel deze boa’s als van opgenomen betrokkene(n) en eventuele derden;

-het wenselijk is om kaders vast te stellen voor het gebruik van de bodycams, de opslag van het

opgenomen beeld- en geluidmateriaal alsook het uitkijken van de opgenomen beelden;

besluit

I het Uitwerkingsbesluit bodycams Nijmegen 2023 vast te stellen.

Uitwerkingsbesluit bodycams Nijmegen 2023

1. Inleiding

In de lokale handhaving vervult de buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) een belangrijke taak. De boa heeft diverse bevoegdheden met betrekking tot de openbare ruimte, waaronder de aanpak van overlast, het beschermen van de leefbaarheid en strafrechtelijke handhaving op lokaal niveau. Gedurende de uitvoering van deze bevoegdheden worden boa’s regelmatig geconfronteerd met geweldpleging, zowel fysiek als verbaal. Om de veiligheid en veiligheidsgevoelens van de boa’s te bevorderen heeft het college van burgemeester en wethouders besloten om na twee proefperioden het gebruik van bodycams blijvend aan te bieden aan de boa’s. Bodycams zijn draagbare camera’s die bevestigd zijn op de uitrusting van de boa. Deze maken de handelingen van de boa, indien ze aan het opnemen zijn, objectief waarneembaar.

1.1 Doel

Het bevorderen van de veiligheid en de veiligheidsgevoelens van de boa’s.

1.2 Bewijslast

De bodycam is expliciet niet bedoeld voor bewijslast of het verzamelen van gegevens. Wel kan de politie beelden vorderen op grond van het Wetboek van Strafvordering.

2. Juridisch kader

De bevoegdheid om bodycams in te zetten vloeit voort uit artikel 6 lid 1 sub f van de Algemene verordening gegevensbescherming (hierna: AVG).

2.1 Privacy

  • Wanneer de bodycam wordt geactiveerd, worden er beelden gemaakt. Het is zeer aannemelijk dat er op deze beelden personen te zien zijn, waarmee sprake is van het verwerken van persoonsgegevens. Zodoende is de AVG van toepassing.

  • Bij de inzet van bodycams is er sprake van een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer zoals vastgelegd in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De grond voor rechtvaardiging die volgt uit artikel 6 van de AVG is de noodzaak voor de behartiging van gerechtvaardigde belangen van de verantwoordelijke. Daarnaast voldoet het invoeren van de bodycams aan het proportionaliteit- en het subsidiariteitsvereiste. Hiertoe is onder meer een Data Protection Impact Assessment (DPIA) opgesteld en getoetst door de Functionaris Gegevensbescherming (FG). Ook wordt er een handelingskader opgesteld waarin een werkwijze beschreven staat die privacy-inbreuk zoveel mogelijk beperkt.

2.1.1 Gerechtvaardigd belang

De gemeente Nijmegen heeft op grond van artikel 6 lid 1 onder f van de AVG een gerechtvaardigd belang om zorg te dragen voor een optimale veiligheid en veiligheidsgevoelens van haar personeel.

2.1.2 Proportionaliteit en subsidiariteit

  • Het gebruik van de bodycam is met diverse waarborgen omkleed, waaronder een duidelijk handelingskader voor de boa’s dat volledig in lijn is met dit uitwerkingsbesluit. Op deze manier wordt de inbreuk zoveel mogelijk ingeperkt en verhoudt deze zich tot het doel dat de inzet van de bodycams beoogt: het vergroten van de veiligheid van de boa’s.

  • De veiligheid van de medewerkers van de gemeente en in het bijzonder van de boa’s is een thema dat voortdurend speelt. Er worden met regelmaat maatregelen getroffen om de veiligheid van de boa te doen vergroten. Boa’s krijgen bijvoorbeeld de cursus Regeling Toetsing Geweldbeheer (RTGB) en de Integrale Beroepsvaardigheid Training (IBT) om onder andere te leren zichzelf beter te verdedigen. De huidige uitrusting van de boa omvat geen middel wat een preventieve werking beoogt of dat ingezet kan worden tijdens escalerende situaties. Zodoende zijn er dus geen andere maatregelen voorhanden die hetzelfde doel bereiken en minder bezwaarlijk zijn.

3. Gebruik bodycam

  • De boa draagt de bodycam duidelijk zichtbaar.

  • De bodycam maakt constant opnames die telkens na 30 seconden worden overschreven. Dit betekent dat zodra de opname gestart wordt, de voorafgaande 30 seconden ook opgenomen worden. Op deze manier worden de beelden 30 seconden voorafgaand aan escalerende situaties vastgelegd.

  • Op het moment dat de boa dit nodig acht voor de eigen veiligheid of die van collega’s, wordt de knop ingedrukt die een opname start.

  • Bij opname van individuen wordt altijd door de medewerker vooraf gemeld dat er opnamen gemaakt gaan worden. Indien waarschuwing vooraf niet mogelijk is, omdat er door de boa direct gehandeld moet worden, wordt de bodycam direct aangezet. Zodra dit redelijkerwijs mogelijk is, wordt alsnog medegedeeld dat de opname is gestart.

  • De medewerker waarschuwt collega’s als er opnamen zijn gemaakt, waarbij zij mogelijk herkenbaar in beeld komen.

  • De opname wordt direct gestopt, nadat de dreigende situatie voorbij is of geen sprake is van escalatie.

  • Burgers worden geïnformeerd over waar ze terecht kunnen voor informatie over de beelden en binnen welke termijn de beelden worden gewist.

4.1 Beheer beelden

Het technisch beheer is ondergebracht bij de gemeentelijke Verkeersmanagementcentrale (VMC), met uitbreiding van de daar reeds aanwezige videomanagementsoftware. Dit betreft het beheer van de software, de apparatuur en de bijbehorende technische inrichting. Met de leverancier van het videomanagementsysteem is een verwerkersovereenkomst afgesloten.

4.2 Uitkijken beelden

  • De beelden kunnen slechts worden uitgekeken in de volgende gevallen:

    • als de boa beelden wil inzien ter evaluatie van eigen handelen met het oog op voorkoming van onveilige situaties in de toekomst;

    • als een burger inzage vraagt of een klacht indient tegen het handelen van een boa;

    • als de opname gebruikt wordt om te leren van situaties waar de veiligheid(sgevoelens) van een boa in het geding waren;

    • als een opname gevorderd wordt door de politie.

  • Bij gebruik van opnames voor intervisie wordt aan de betrokken boa’s om toestemming gevraagd om de beelden te gebruiken; zo nodig worden beelden (zowel van omstanders als van collega’s die geen toestemming hebben gegeven) geblurd. Dat wil zeggen dat beelden van personen zodanig bewerkt worden dat deze niet herkenbaar meer zijn als een specifiek persoon.

  • Opnames worden automatisch gewist na 28 dagen, tenzij deze in bovenstaande gevallen langer bewaard moeten worden.

4.3 Opvragen beelden

Opnames kunnen opgevraagd worden door een verzoek in te dienen via http://www.nijmegen.nl/diensten/privacy/

  • Het uitleesverzoek dient minimaal te bevatten:

  • Naam, adres en e-mailadres

  • Een aantoonbaar belang voor het uitkijken van de beelden

  • Een inschatting van de plaats, datum en het tijdstip wanneer de beelden zijn gemaakt.

Indien het verzoek niet de benodigde informatie bevat, is de gemeente gerechtigd om te vragen om concretisering van het verzoek binnen een termijn van twee weken. Als deze termijn is verstreken, vervalt het verzoek. Verder zijn voor het verzoek de rechten van toepassing die volgen uit artikel 15-22 AVG.

5. Handelingskader

De gemeente stelt een handelingskader bodycams op, dat een concrete vertaling is van de hoofdlijnen zoals ze in dit uitwerkingsbesluit omschreven staan. Het bevat onder andere heldere instructies over uitgifte, gebruik en inname van de bodycams, en beheer, uitkijk en opvraag van de beelden. Dit document is hoofdzakelijk gericht aan boa’s.

6. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Uitwerkingsbesluit bodycams Nijmegen 2023

II Dit besluit in werking te laten treden op de eerste dag na de datum van bekendmaking.

Ondertekening

Het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen,

De gemeentesecretaris

A.P.W. van de Klift

De burgemeester

H.M.F. Bruls