Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR697093
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR697093/1
Regeling vervallen per 01-01-2025
Verordening op de heffing en de invordering van leges Het Hogeland 2023
Geldend van 03-06-2023 t/m 31-12-2024
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges Het Hogeland 2023De raad van de gemeente Het Hogeland;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
Gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
besluit vast te stellen de verordening op de heffing en de invordering van leges 2023 (Legesverordening 2023)
Artikel 1 Definities
Deze verordening verstaat onder:
- •
dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- •
week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.
- •
maand: het tijdvak dat loopt van 1e dag in een kalendermaand tot en met de laatste dag in dezelfde kalendermaand;
- •
jaar: het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot en met de laatste dag in hetzelfde kalenderjaar;
- •
kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;
Artikel 2 Belastbaar feit
- 1.
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- b.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
- b.
diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
- 1.
De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet .
- 3.
Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- c.
langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;
- d.
langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van de kennisgeving.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
1. hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
2. hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
3. onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);
4. onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);
5. hoofdstuk 16 (kansspelen);
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Overgangsrecht
- 1.
De verordening op de heffing en de invordering van leges 2022 van 10 november 2021, de 1e wijziging van de tarieventabel bij raadsbesluit van 15 december 2021, worden ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
- 2.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 12 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.
Artikel 13 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2023.
Ondertekening
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Het Hogeland op 14 december 2022
H.J. Bolding, voorzitter
P. Norder, griffier
Bijlage - Tarieventabel
Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2023
Inhoud
Titel 1Algemene dienstverlening.
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand.
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse Identiteitskaart
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen.
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie.
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken.
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 2014.
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie.
Hoofdstuk 17 Telecommunicatie.
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning.
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen.
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag.
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning.
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning.
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten.
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking.
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn.
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten.
Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014.
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking.
Titel 1 Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, op: |
|
|
1.1.1.1 |
maandag- dinsdag- woensdag- donderdag en vrijdag tussen 9:00 uur en 17:00 uur |
€ |
390,20 |
1.1.1.2 |
maandag- dinsdag- woensdag- donderdag en vrijdag vanaf 17:00 uur en zaterdag en zondag |
€ |
880,10 |
1.1.1.3 |
maandagmorgen om 09.30 uur en om 10.00 uur (plechtigheid alleen in het gemeentehuis) |
|
|
1.1.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het administratief omzetten (balie) van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in het gemeentehuis |
€ |
65,00 |
1.1.1.5 |
Indien de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap plaatsvindt op een op verzoek aangewezen locatie wordt het tarief genoemd in 1.1.1.1 en 1.1.1.2 vermeerderd met een bedrag van |
€ |
108,30 |
1.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
|
|
1.1.2.1 |
een trouwboekje of partnerschapsboekje |
€ |
36,70 |
1.1.3 |
Indien geen voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap heeft plaatsgevonden als gevolg van een annulering, wijziging van de datum en/of tijdstip |
€ |
47,20 |
1.1.4 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
|
|
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse Identiteitskaart
1.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
|
1.2.1 |
Van een nationaal paspoort: |
|
|
1.2.1.1 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
77,75* |
1.2.1.2 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
58,80* |
1.2.2 |
Van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): |
|
|
1.2.2.1 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
77,75* |
1.2.2.2 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
58,80* |
1.2.3 |
Van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
|
|
1.2.3.1 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
77,75* |
1.2.3.2 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
58,80* |
1.2.4 |
Van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
€ |
58,80* |
1.2.5 |
Van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
|
1.2.5.1 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
70,30* |
1.2.5.2 |
Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
37,95* |
1.2.6 |
Van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon |
€ |
34,25* |
1.2.7 |
Voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen: |
€ |
52,95* |
1.2.8 |
Voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.2 tot en met 1.2.6 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde bedragen: |
€ |
5,00 |
* maximumtarief
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
€ |
48,15* |
1.3.2 |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met |
€ |
34,10* |
1.3.3 |
bij een aanvraag in verband met vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met |
€ |
20,90 |
1.3.4 |
De verhogingen genoemd in onderdelen 1.3.2 en 1.3.3 zijn in voorkomend geval cumulatief verschuldigd. |
|
|
1.3.5 |
voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.3.1 en 1.3.3 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.3.1 en 1.3.3 genoemde bedragen: |
€ |
5,00 |
* maximumtarief
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
|
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.4.2.1 |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
€ |
9,10 |
1.4.2.2 |
tot het, onder voorbehoud van goedkeuring door B&W, maken van een éénmalige selectie van verstrekkingen, een basisbedrag van |
€ |
417,25 |
1.4.2.2.1 |
Verhoogd per verstrekking met |
€ |
0,25 |
1.4.2.3 |
indien de verstrekkingen, genoemd onder 1.4.2.2 gevraagd worden door een instelling met een ideële doelstelling of een genootschap op geestelijke grondslag, worden de tarieven verminderd met |
|
50% |
1.4.2.4 |
tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200) |
€ |
15,70 |
1.4.3 |
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in basisregistratie personen. |
€ |
7,50* |
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte hiervan |
€ |
21,00 |
1.4.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vertrekken van een gewaarmerkt afschrift van de persoonslijst uit de Basisregistratie personen: |
€ |
49,40 |
Hoofdstuk 5 Gereserveerd
Hoofdstuk 6 Gereserveerd
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken
1.7.1 |
Het tarief bedraagt ter zake voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het, zowel digitaal als op papier, verstrekken van: |
|
|
1.7.1.1 |
Gemeentebladen, raadsvoorstellen, raadsnotulen, per bladzijde of een gedeelte daarvan |
€ |
0,50 |
1.7.1.2 |
Een abonnement op de raadsvoorstellen, per kalenderjaar |
€ |
144,00 |
1.7.1.3 |
Een abonnement op de raadsnotulen, per kalenderjaar |
€ |
144,00 |
1.7.1.4 |
Een abonnement op de raadsvoorstellen, alsmede de raadsnotulen, per kalenderjaar |
€ |
275,05 |
1.7.1.5 |
In afwijking van het bepaalde in de onderdelen 1.7.1.2 tot en met 1.7.1.4 bedraagt het tarief voor een abonnement indien deze stukken in het gemeentehuis worden afgehaald: |
|
|
|
b. voor de raadsvoorstellen, per kalenderjaar |
€ |
65,95 |
|
c. voor de raadsnotulen, per kalenderjaar |
€ |
65,95 |
1.7.1.6 |
Een abonnement op de raadsvoorstellen via e-mail, per kalenderjaar |
€ |
65,95 |
1.7.1.7 |
Een abonnement op de raadsnotulen via e-mail, per kalenderjaar |
€ |
65,95 |
1.7.1.8 |
Een exemplaar van de gemeentebegroting + bijlagen, per boekwerk |
€ |
73,65 |
1.7.1.9 |
Een exemplaar van het jaarverslag, per boekwerk |
€ |
73,65 |
1.7.1.10 |
Een exemplaar van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ |
22,00 |
1.7.1.11 |
Een exemplaar van de bouwverordening zonder toelichting |
€ |
73,65 |
1.7.1.12 |
Een exemplaar van de toelichting behorende bij de bouwverordening |
€ |
73,65 |
|
In het belang van de publieke meningsvorming (pers) worden de rechten onder 1.7.1 niet geheven. De stukken worden slechts verstrekt, voor zover de inhoud daarvan openbaar is. Ten behoeve van de fracties worden maximaal zes exemplaren van de stukken onder 1.7.1 gratis verstrekt. |
|
|
|
Verstrekking vindt plaats aan de fractievoorzitter van de betreffende fractie. Op diens verzoek worden één of meer van deze zes exemplaren rechtstreeks verzonden naar (steun)fractieleden. Voor toezending komen echter alleen in aanmerking zij die door de fractievoorzitter zijn voorgedragen bij de griffier voor de functie van steunfractielid. |
|
|
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie
1.8.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen in het gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte hiervan |
€ |
21,05 |
1.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in subonderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan: |
|
|
1.8.2.1 |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object |
€ |
5,95 |
1.8.2.2 |
het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet |
€ |
5,95 |
1.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van makelaars en taxateurs voor het verstrekken van inlichtingen uit onder andere het WOZ/OZB-bestand, bestemmingsplannen, status monument/beschermd dorpsgezicht, aanschrijvingen mogelijke verontreiniging perceel, aanschrijvingen in het kader van de Woningwet, ondergrondse en bovengrondse tanks, historie ten aanzien van verontreiniging en vermelding op de provinciale saneringslijst van een perceel, per inlichting |
€ |
51,10 |
1.8.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vastgoedinformatie dan wel het invullen van een vragenlijst inzake vastgoed, per aanvraag |
€ |
105,60 |
1.8.5 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.8.5.1 |
tot het verstrekken van informatie uit kadaster online, per raadpleging |
€ |
3,50 |
1.8.5.2 |
tot het verstrekken van een afdruk van een gedeelte van een kadastrale kaart op A4 formaat |
€ |
6,65 |
1.8.5.3 |
tot het verstrekken van een afdruk van een gedeelte van een kadastrale kaart op A3 formaat |
€ |
12,95 |
1.8.5.4 |
tot het verstrekken van een afdruk van een gedeelte van een kadastrale kaart op een formaat groter dan A3 |
€ |
26,60 |
1.8.5.5 |
tot het verstrekken van digitaal kadastraal kaartmateriaal per digitaal kaartblad |
€ |
26,60 |
1.8.5.6 |
tot het verstrekken van een afschrift van een uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, per gemeentelijk adres of kadastraal perceel |
€ |
14,70 |
1.8.5.7 |
Het raadplegen van de publiekrechtelijke beperkingsbesluiten in het Kadaster, voor zover dit niet uitsluitend gemeentelijke beperkingen betreft, per onroerende zaak |
€ |
13,40 |
1.8.5.8 |
Een afschrift van de onder 1.8.5.8. genoemde besluiten (inclusief raadplegen), per besluit |
€ |
13,40 |
1.8.5.9 |
Een afschrift van een besluit en/of uittreksel uit de gemeentelijke beperkingenregistratie per adres/kadastraal object |
€ |
13,40 |
1.8.5.10 |
Een verklaring dat uit het register blijkt dat op het betreffende aangevraagde perceel geen publiekrechtelijke beperkingen van toepassing zijn |
€ |
13,40 |
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
1.9.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.9.1.1 |
tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag |
€ |
41,35* |
1.9.1.2 |
tot het legaliseren van een handtekening, per handtekening |
€ |
5,45 |
1.9.1.3 |
tot het legaliseren van een foto, per foto |
€ |
5,45 |
1.9.2 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van het Nederlanderschap door naturalisatie of via optie als bedoeld in de Rijkswet op het Nederlanderschap geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Optie- en Naturalisatiegelden 2002 |
|
|
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief
1.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan te besteden kwartier |
€ |
21,05 |
1.10.2 |
Het op grond van subonderdeel 1.10.1 verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
1.10.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: |
|
|
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
|
1.10.4 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.10.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 2014 Gereserveerd
Hoofdstuk 12 Leegstandwet
1.12.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.12.1.1 |
tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woon-ruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
€ |
111,35 |
1.12.1.2 |
tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet |
€ |
52,20 |
1.12.2 |
Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. [Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.] |
|
|
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie Gereserveerd
Hoofdstuk 14 Standplaatsen
1.14.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.14.1.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor het innemen van een standplaats op wegen of terreinen, grenzend aan deze wegen en daarop rechtstreeks toegang hebbend, anders dan op het daartoe aangewezen marktterrein, geldig voor: |
|
|
1.14.1.2 |
een dag |
€ |
5,40 |
1.14.1.3 |
een week |
€ |
10,80 |
1.14.1.4 |
een maand |
€ |
21,65 |
1.14.1.5 |
een kwartaal |
€ |
43,30 |
1.14.1.6 |
een half jaar |
€ |
81,25 |
1.14.1.7 |
een jaar |
€ |
153,00 |
Hoofdstuk 15 Gereserveerd
Hoofdstuk 16 Kansspelen
1.16.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
|
|
1.16.1.1 |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat |
€ |
56,50* |
1.16.1.2 |
Voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat |
€ |
56,50* |
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ |
34,00* |
|
1.16.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ |
19,90 |
Hoofdstuk 17 Telecommunicatie
1.17.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommu-nicatiewet |
€ |
460,90 |
1.17.1.1 |
indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met |
€ |
231,55 |
1.17.2 |
indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
|
1.17.2.1 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.17.2 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer
1.18.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.18.1.1 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
€ |
23,60 |
1.18.1.2 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen |
€ |
55,50 |
1.18.1.3 |
tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
|
|
1.18.1.3.1 |
Indien het betreft een eerste aanvraag |
€ |
164,10 |
1.18.1.3.2 |
Indien het betreft een vervolgaanvraag |
€ |
51,90 |
1.18.1.3.3 |
Indien het een vervangende aanvraag betreft (bij vermissing) |
€ |
31,60 |
1.18.1.3.4 |
voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.18.1.3 tot en met 1.18.1.3.3 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.18.1.3 tot en met 1.18.1.3.3 genoemde bedragen: |
€ |
5,00 |
1.18.1.4 |
voor de aanleg van een gehandicaptenparkeerplaats |
€ |
227,00 |
1.18.1.5 |
voor verhuizing/verplaatsing van een gehandicaptenparkeerplaats |
€ |
115,95 |
1.18.1.6 |
tot het aanbrengen van een kentekenbord bij een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats |
€ |
67,50 |
1.18.1.7 |
voor vervanging van de kentekenplaat op het bord bij een gehandicaptenparkeerplaats |
€ |
70,65 |
1.18.1.8 |
tot het verlenen van een vergunning tot het mogen aanleggen van een uitrit op de openbare weg |
€ |
134,60 |
Hoofdstuk 19 Diversen
1.19.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
1.19.1.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor een nieuw aan te leggen woonschip als bedoeld in artikel 6 van de "Woonschepenverordening gemeente Bedum 1999" |
€ |
404,20 |
1.19.1.2 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor het veranderen van een woonschip als bedoeld in artikel 9, derde lid, van de "Woonschepenverordening gemeente Bedum 1999" |
€ |
204,85 |
1.19.1.3 |
tot het overschrijven ven een verleende ligplaatsvergunning, tot het veranderen van de plaatsaanduiding of tot het veranderen van de omschrijving van bijbehorende voorzieningen als bedoeld in artikel 6, vierde lid jo. artikel 9, eerste lid, van de "Woonschepenverordening gemeente Bedum 1999" |
€ |
65,35 |
1.19.1.4 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor het maken van propaganda door middel van luidsprekers, aangebracht in auto’s of speciaal ingerichte geluidswagens, anders dan voor filantropisch doel of ten behoeve van een politieke partij |
€ |
27,05 |
1.19.1.5 |
tot het verkrijgen van een vergunning of ontheffing krachtens wet, reglement of verordening, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ |
6,80 |
1.19.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|
1.19.2.1 |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ |
8,75 |
1.19.2.2 |
fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|
|
1.19.2.2.1 |
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
€ |
1,05 |
1.19.2.2.2 |
in formaat A3, per bladzijde |
€ |
2,10 |
1.19.2.2.3 |
in formaat A2, per bladzijde |
€ |
4,20 |
1.19.2.2.4 |
in formaat groter dan A2, per bladzijde |
€ |
9,60 |
1.19.2.2.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van stukken per e-mail, per bijlage |
€ |
5,45 |
1.19.2.2.6 |
Indien het noodzakelijk is de gevraagde stukken onder 1.19.2.2.5 te digitaliseren, dan wordt het bedrag, volgens vooraf verstrekte opgave, verhoogd met de tarieven genoemd onder 1.19.2.2.1 tot en met 1.19.2.2.4 |
|
|
1.19.2.3 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ |
7,45 |
1.19.2.4 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ |
40,70 |
1.19.2.5 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ |
8,75 |
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
|
de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen; |
2.1.1.2 |
bouwkosten: |
|
de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen; |
2.1.1.3 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag
2.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
2.2.1.1 |
tot het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning: |
|
60% |
van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld. Met een minimum van: |
€ |
66,55 |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
|
|
2.3.1 |
Bouwactiviteiten |
|
|
|
2.3.1.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.1.1.1 |
indien de bouwkosten minder dan € 200.000 bedragen: |
|
2,788% |
|
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ |
129,20 |
|
|
2.3.1.1.2 |
indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen: |
€ |
5.565,75 |
|
vermeerderd met: |
|
2,703% |
|
|
van de bouwkosten boven de € 200.000,00 |
|
|
|
|
2.3.1.1.3 |
indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen: |
€ |
13.749,20 |
|
vermeerderd met: |
|
2,671% |
|
|
van de bouwkosten boven de € 500.000,00 |
|
|
|
|
2.3.1.1.4 |
indien de bouwkosten € 1.000.000 tot 2.000.000 bedragen: |
€ |
26.620,55 |
|
|
vermeerderd met: |
|
2,586% |
|
|
van de bouwkosten boven de € 1.000.000,00 |
|
|
|
2.3.1.1.5 |
indien de bouwkosten € 2.000.000 of meer bedragen |
€ |
51.262,55 |
|
|
vermeerderd met: |
|
2,490% |
|
van de bouwkosten boven de € 2.000.000,00 |
||||
|
Welstandstoets |
|
|
|
2.3.1.2 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 wordt het tarief, indien een welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met het bedrag dat door de welstandscommissie bij de gemeente in rekening wordt gebracht. |
|
|
|
2.3.1.2.1 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 wordt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met het bedrag dat door de welstandscommissie bij de gemeente in rekening wordt gebracht. |
|
|
|
2.3.1.2.2 |
Indien bij de beoordeling van de in onderdeel 2.3.1.1 bedoelde aanvraag een bouwveiligheidsplan wordt ingediend, wordt het op grond van die bepaling verschuldigde bedrag verhoogd met: |
€ |
166,05 |
|
|
Verplicht advies agrarische commissie |
|
|
|
2.3.1.3 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: |
€ |
99,25 |
|
|
Beoordeling bodemrapport |
|
|
|
2.3.1.4 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: |
|
|
|
2.3.1.4.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
€ |
79,05 |
|
2.3.1.4.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bureauonderzoek |
€ |
79,05 |
|
2.3.1.4.3 |
Voor de beoordeling van een archeologisch programma van eisen |
€ |
221,65 |
|
|
Achteraf ingediende aanvraag |
|
|
|
2.3.1.5 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: |
|
135% |
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. |
|
|
|
|
Aanlegactiviteiten |
|
|
|
2.3.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
359,70 |
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
|
|
|
2.3.3 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.3.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
€ |
463,10 |
|
2.3.3.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): |
€ |
498,00 |
|
2.3.3.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) |
€ |
2.299,30 |
|
2.3.3.4 |
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): |
€ |
440,05 |
|
2.3.3.5 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
€ |
433,35 |
|
2.3.3.6 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk worden de tarieven als genoemd in 2.3.3.1, 2.3.3.2, 2.3.3.3, 2.3.3.4 en 2.3.3.5, verhoogd met een bedrag aan externe advieskosten (bijvoorbeeld de maatwerkmethode) dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. De aanvrager dient de begroting schriftelijk te aanvaarden. |
|
|
|
2.3.3.7 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.3.6 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
2.3.3.8 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
€ |
526,90 |
|
2.3.3.9 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
€ |
526,90 |
|
2.3.3.10 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
€ |
526,90 |
|
2.3.3.11 |
Rekening houdend met de in 2.3.3.1 tot en met 2.3.3.10 berekende opslagen kan het van toepassing zijnde tarief verder nog worden verhoogd met de externe advieskosten voor zover deze bij de gemeente in rekening zijn gebracht. |
|
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
|
|
|
2.3.4 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.4.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
€ |
481,25 |
|
2.3.4.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): |
€ |
481,25 |
|
2.3.4.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) |
€ |
1.398,45 |
|
2.3.4.4 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
€ |
481,25 |
|
2.3.4.5 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
€ |
460,50 |
|
2.3.4.6 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
€ |
460,50 |
|
2.3.4.7 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
€ |
460,50 |
|
2.3.4.8 |
in afwijking van artikel 2.3.4.2 bedraagt het tarief voor een buitenplanse kleine of tijdelijke afwijking voor standplaatsen (zoals bedoeld in de APV) |
€ |
53,35 |
|
2.3.5 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
|
|
|
2.3.5.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
290,15 |
|
2.3.5.2 |
Voor het wijzigen, aanvullen of intrekken van de voorwaarden waaronder de vergunningen als bedoeld in artikel 2.2 van het Besluit Omgevingsrecht (Bor) is verleend |
€ |
73,70 |
|
2.3.5.3 |
Voor het aanbrengen van een wijziging in de vergunning als bedoeld in artikel 2.2 van het Besluit Omgevingsrecht (Bor) bestaande uit een wijziging van tenaamstelling en/of een wijziging van de naam van het bouwwerk waarop de vergunning betrekking heeft |
€ |
73,70 |
|
2.3.5.4 |
De tarieven genoemd onder 2.3.5.1, 2.3.5.2 en 2.3.5.3 worden vermeerderd met de bedragen genoemd in 2.3.5.4 indien en voor zover deze op het bouwwerk of inrichting, waarop de aanvraag betrekking heeft, van toepassing zijn. |
|
|
|
|
De opslag als bedoeld in 2.3.5.4 bedraagt voor: |
|
|
|
|
a. bouwwerken of inrichtingen waarin aan meer dan tien personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft |
|
|
|
|
b. bouwwerken waarin aan meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar of aan meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapten dagverblijf zal worden verschaft |
|
|
|
2.3.5.4.1 |
minder dan 100 m2 |
€ |
174,85 |
|
2.3.5.4.2 |
100 tot 200 m2 |
€ |
272,95 |
|
2.3.5.4.3 |
200 tot 300 m2 |
€ |
438,25 |
|
2.3.5.4.4 |
300 tot 500 m2 |
€ |
702,00 |
|
2.3.5.4.5 |
500 tot 1.000 m2 |
€ |
1.052,15 |
|
2.3.5.4.6 |
1.000 tot 2.000 m2 |
€ |
1.555,25 |
|
2.3.5.4.7 |
2.000 tot 3.000 m2 |
€ |
2.062,85 |
|
2.3.5.4.8 |
3.000 tot 4.000 m2 |
€ |
2.267,45 |
|
2.3.5.4.9 |
4.000 tot 5.000 m2 |
€ |
2.491,40 |
|
2.3.5.4.10 |
5.000 tot 10000 m2 |
€ |
2.809,05 |
|
2.3.5.4.11 |
Gebruiksoppervlakte 10000 m2 of meer |
€ |
3.420,05 |
|
2.3.6 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
|
|
|
2.3.6.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 14 van de gemeentelijke erfgoedverordening bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.6.1.1 |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: |
€ |
156,05 |
|
2.3.6.1.2 |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ |
156,05 |
|
2.3.6.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 20 van de gemeentelijke erfgoedverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
153,95 |
|
2.3.7 |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
|
|
2.3.7.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
138,05 |
|
2.3.7.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk, bedraagt het tarief: |
€ |
149,60 |
|
2.3.7.3 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk worden de tarieven als genoemd in 2.3.7.1 en 2.3.7.2, verhoogd met een bedrag aan externe advieskosten (bijvoorbeeld de maatwerkmethode) dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. De aanvrager dient de begroting schriftelijk te aanvaarden. |
|
|
|
2.3.7.4 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.7.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
Beoordeling bodemrapport |
|
|
|
2.3.7.5 |
Onderdeel 2.3.1.4.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.3.7.2 bedoelde aanvraag, tenzij onderdeel 2.3.1.4.2 zelf toepassing vinden. |
|
|
|
|
Asbesthoudende materialen |
|
|
|
2.3.7.6 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.7.2 bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is: |
€ |
64,40 |
|
2.3.8 |
Aanleggen of veranderen weg |
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo, in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
149,60 |
|
2.3.9 |
Uitweg/inrit |
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2., eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
85,85 |
|
2.3.10 |
Kappen |
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale bomenverordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
26,60 |
|
2.3.11 |
Opslag van roerende zaken |
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:10, vijfde lid, van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.11.1 |
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,: |
€ |
64,85 |
|
2.3.11.2 |
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen: |
€ |
64,85 |
|
2.3.12 |
Projecten of handelingen in het kader van de Wet Natuurbescherming |
|
|
|
2.3.12.1 |
vervallen |
|
|
|
2.3.12.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 2.7, tweede en derde lid, van de Wet Natuurbescherming bedraagt het tarief |
€ |
133,25 |
|
2.3.13 |
Natura 2000-activiteiten |
|
|
|
2.3.13.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
181,20 |
|
2.3.14 |
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) |
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
181,20 |
|
2.3.15 |
Handelingen in het kader van de Wet Natuurbescherming |
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 8.3 van de Wet Natuurbescherming ontheffing nodig is, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ |
113,60 |
|
|
Toets Verklaring van geen bedenkingen |
|
|
|
2.3.16 |
Onverminderd het bepaalde in onderdelen 2.3.12, 2.3.13,2.3.14 en 2.3.15 wordt het tarief, indien een verklaring van geen bedenkingen(VVGB) toets noodzakelijk is, verhoogd met het bedrag dat door de provincie Groningen bij de gemeente in rekening wordt gebracht. |
|
|
|
|
Andere activiteiten |
|
|
|
2.3.17 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
|
|
|
2.3.17.1 |
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ |
42,10 |
|
2.3.17.2 |
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
|
|
2.3.17.2.1 |
als het een gemeentelijke verordening betreft |
€ |
53,05 |
|
2.3.17.2.2 |
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft |
€ |
53,05 |
|
Omgevingsvergunning in twee fasen |
|
|
2.3.18 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
|
2.3.18.1 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
|
|
2.3.18.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
|
|
|
Beoordeling bodemrapport |
|
|
2.3.19 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: |
|
|
2.3.19.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
€ |
75,45 |
2.3.19.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
€ |
152,25 |
|
Advies |
|
|
2.3.20 |
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
|
2.3.20.1 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.20 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
Verklaring van geen bedenkingen |
|
|
2.3.21 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
|
|
2.3.21.1 |
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: |
€ |
323,25 |
2.3.21.2 |
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
€ |
302,50 |
2.3.21.3 |
Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 2.3.21.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
2.4.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3. |
|
|
2.4.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.20 en 2.3.21. De vermindering bedraagt: |
|
|
2.4.2.1 |
bij 5 tot 10 activiteiten: |
|
2% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
|
2.4.2.2 |
bij 10 tot 15 activiteiten: |
|
3% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
|
2.4.2.3 |
bij 15 of meer activiteiten: |
|
5% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges. |
|
|
|
Proefproject Wet Kwaliteitsborging |
|
|
2.4.3 |
Indien een aanvrager deelneemt aan het proefproject in het kader van de Wet kwaliteitsborging, en voldoet aan de gestelde eisen, wordt het bedrag dat verschuldigd is aan leges, die voortvloeien uit paragraaf 2.3.1, met 30% verlaagd. |
|
30% |
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
|
2.5.1 |
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
|
2.5.1.1 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan |
|
65% |
|
Van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
|
|
2.5.1.2 |
Indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan |
|
55% |
|
Van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|
|
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
|
2.5.2 |
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen zes maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
|
50% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|
|
|
2.5.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
|
2.5.3.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
50% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|
|
|
2.5.3.2 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
|
|
Minimumbedrag voor teruggaaf |
|
|
2.5.4 |
Een bedrag minder dan € 125,00 wordt niet teruggegeven. |
|
|
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
|
|
2.5.5 |
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.20 en 2.3.21 wordt geen teruggaaf verleend. |
|
|
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
2.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: |
€ |
38,45 |
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
2.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ |
90,50 |
2.7.1 |
indien het een groot infrastructureel of utiliteitsproject betreft |
€ |
363,65 |
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
2.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
€ |
3.302,85 |
2.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening |
€ |
2.356,15 |
2.8.3 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk worden de tarieven als genoemd in 2.8.1 en 2.8.2, verhoogd met een bedrag aan externe advieskosten dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. De aanvrager dient de begroting schriftelijk te aanvaarden. |
|
|
2.8.4 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.8.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
Hoofdstuk 9 Gereserveerd
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking
2.10 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: |
€ |
40,70 |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2
Hoofdstuk 1 Horeca
3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
|
|
3.1.1 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet |
€ |
257,55 |
3.1.2 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in [artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening] |
€ |
170,20 |
3.1.3 |
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet |
€ |
153,65 |
3.1.4 |
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet |
€ |
115,95 |
3.1.5 |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet |
€ |
24,45 |
3.1.6 |
een aanvraag tot het verkrijgen van een terrasvergunning |
€ |
17,90 |
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
3.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in [artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening] (evenementenvergunning), indien het betreft: |
|
|
3.2.1.1 |
grootschalige evenementen |
€ |
46,85 |
3.2.1.2 |
overige evenementen |
€ |
22,95 |
Hoofdstuk 3 Seksbedrijven
3.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.3.1.1 |
tot het verlenen of verlengen van een vergunning als bedoeld in artikel [artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening]: |
|
|
3.3.1.1.1 |
voor een escortbedrijf |
€ |
519,20 |
3.3.1.1.2 |
voor andere seks- en prostitutiebedrijven dan bedoeld in subonderdeel 3.3.1.1.1 |
€ |
805,30 |
Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014
3.4.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.4.1.1 |
tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
73,25 |
3.4.1.2 |
tot het verlenen van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
73,25 |
3.4.1.3 |
tot het verlenen van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
73,25 |
3.4.1.4 |
tot het verlenen van een vergunning voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
73,25 |
3.4.1.5 |
tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014 |
€ |
73,25 |
Hoofdstuk 5 Kinderopvang
3.5.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag exploitatie voor het registreren in het Landelijk Register Kinderopvang van: |
|
|
3.5.1.1 |
een kinderdagverblijf |
€ |
541,95 |
3.5.1.2 |
een buitenschoolse opvang |
€ |
541,95 |
3.5.1.3 |
een gastouderbureau |
€ |
541,95 |
3.5.1.4 |
een gastouderopvang |
€ |
108,40 |
3.5.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag exploitatie bij een verhuizing in het Landelijk Register Kinderopvang van: |
|
|
3.5.2.1 |
een kinderdagverblijf |
€ |
406,40 |
3.5.2.2 |
een buitenschoolse opvang |
€ |
406,40 |
3.5.2.3. |
een gastouderbureau |
€ |
406,40 |
3.5.2.4 |
een gastouderopvang |
€ |
81,25 |
Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet
3.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
3.6.1.1 |
tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet |
€ |
44,25 |
3.6.1.2 |
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 3.6.1.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander |
€ |
27,65 |
3.6.1.3 |
tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 3.6.1.1 bedoelde ontheffing |
€ |
23,30 |
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
3.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking |
€ |
40,70 |
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Het Hogeland in de openbare vergadering van 14 december 2022
voorzitter griffier
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl