Subsidieregeling Doelgroeparrangementen Onderwijs-Jeugdhulp Zuid-Limburg

Geldend van 17-05-2023 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling Doelgroeparrangementen Onderwijs-Jeugdhulp Zuid-Limburg

afbeelding binnen de regeling

Inleiding

Doelgroeparrangementen onderwijs-jeugdhulp zijn bedoeld voor de scholen van het speciaal (basis) onderwijs. Het kan daarbij gaan om basale-, maar ook om meer specifiek ondersteuning vanuit jeugdhulp, die moeten passen bij de doelgroep en moeten aansluiten bij het ondersteuningsprofiel van school.

Kenmerkend is dat de ondersteuning vanuit Jeugdwet ingericht wordt op school (vindplaats), waarvoor school en eventuele jeugdhulpverleners met partners uit het voorliggend veld op locatie van de school (werkplaats) samenwerken rond een groep jeugdigen. Dat geldt bijvoorbeeld voor jeugdigen met complexe onderwijs- en ondersteuningsvragen die het gevolg zijn van zintuigelijke en fysieke beperkingen of psychische klachten en aanzienlijke gedragsproblemen. Voor hen is samenwerking noodzakelijk en vanzelfsprekend.

De doelgroeparrangementen onderwijs –jeugdhulp zijn een manier om meer samenhang te creëren in de ondersteuning die vanuit verschillende kolommen en perspectieven geboden wordt: de afspraken voor de ondersteuning worden generiek gemaakt voor jeugdigen die behoren bij de doelgroep, maar per individuele jeugdige worden de doelen van school en thuis met elkaar verbonden (in het gezinsplan). In de werkplaats, in school, wordt het gezinsplan afgestemd en verbonden met het plan van school (Duiden en Doen). Door de afspraken voor de ondersteuning voor groepen jeugdigen in één keer collectief te organiseren verminderen we de administratieve lasten en zijn er minder/lichtere individuele arrangementen jeugdhulp c.q. een andere inzet vanuit jeugdhulp nodig. Ook het aantal partners met wie de school de jeugdhulp afstemt, zal daardoor afnemen (conform landelijke ontwikkelingen, zie ook beleidsplan jeugd).

Aanvullend aan de inkoop van de arrangementen jeugdhulp is subsidie bedoeld om de samenwerking tussen school en jeugdhulp met thuis (ouder(s)/verzorger(s)) en jeugdigen zoveel mogelijk “gewoon” kunnen meedoen, zonder dat hiervoor specifieke (individuele- of maatwerk) arrangementen jeugdhulp nodig zijn. Dat kan alleen als zowel de ondersteuningsbehoefte van de jeugdige op school als de ondersteuningsbehoefte in de thuissituatie goed wordt afgestemd met de jeugdige, ouders(s)/verzorger(s) en eventuele andere betrokken partijen.

De scholen voor speciaal (basis) onderwijs en speciaal (voortgezet) onderwijs, waarvoor deze subsidie kan worden aangevraagd hebben een plan ontwikkeld voor jeugdigen en scholen uit de gemeenten: Beek, Brunssum, Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Kerkrade, Maastricht, Meerssen, Beekdaelen, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Vaals en Valkenburg a/d Geul. De gemeenten Heerlen, Voerendaal en Landgraaf zijn inhoudelijk aangesloten op deze subsidie en hebben een aparte regeling getroffen voor hun jeugdigen en scholen.

1. Definities en begrippen

  • 1.

    Basisondersteuning onderwijs

    Tot de basisondersteuning onderwijs behoren alle ondersteuningsvormen die iedere school in huis heeft. Dit zijn alle binnen het samenwerkingsverband passend onderwijs overeengekomen preventieve en lichte curatieve interventies die eenduidig gelden voor alle scholen binnen het samenwerkingsverband passend onderwijs. Iedere school beschrijft haar mogelijkheden in het schoolondersteuningsprofiel (SOP). In het samenwerkingsverband passend onderwijs stemmen scholen die (gevalideerde) ondersteuningsprofielen af met het doel om op samenwerkingsverbandniveau tot een dekkend netwerk in ondersteuningsaanbod te komen. Streven is jeugdigen met een ondersteuningsbehoefte zoveel mogelijk binnen de basisondersteuning van een school op te vangen.

  • 2.

    Bestuurlijk overleg Jeugd Zuid-Limburg

    Periodiek overleg van de 16 wethouders Jeugd van de regio Zuid-Limburg.

  • 3.

    Begroting

    Een sluitende en gespecificeerde begroting. Voor de uitgave dient te worden uitgegaan van de feitelijke kosten gebaseerd op de benodigde expertise die nodig is voor de uitvoering van het beoogde doelgroeparrangement. Bij de uitgave dient ook de wijze waarop cofinanciering vanuit het schoolbestuur en/of samenwerkingsverband wordt vormgegeven.

    Voor de berekening voor de feitelijke kosten per leerlingen moet er gebruik gemaakt worden van het aantal leerlingen vallende onder de Jeugdwet die op de teldatum 1 februari op de school staan ingeschreven. Leerlingen die geen aanspraak maken op een jeugdwetvoorziening en leerlingen waarvoor vanuit een andere regeling een bekostiging wordt ontvangen (zie punt 6 doelgroep) dienen hierin niet te worden meegenomen

  • 4.

    College van burgemeester en wethouder

    Indien door de Stuurgroep Jeugd Zuid-Limburg is ingestemd met de verdeling van de beschikbaar gestelde subsidiemiddelen besluit op grond het college van burgmeester en wethouder van de gemeente Maastricht, overeenkomstig artikel 3 lid 5 van de Centrumregeling verwerving jeugdhulp regio Zuid-Limburg 2019 op de subsidieaanvraag en de aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 5.

    Deelnemende gemeenten

    Tot de deelnemende gemeenten behoren: Beek, Beekdaelen, Brunssum, Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Kerkrade, Maastricht, Meerssen, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Vaals en Valkenburg a/d Geul. De gemeenten Heerlen, Voerendaal en Landgraaf zijn inhoudelijk aangesloten op deze subsidie en hebben een aparte regeling getroffen voor hun jeugdigen en scholen

  • 6.

    Doelgroep

    Een voor dit doel omschreven groep jeugdigen die een school voor speciaal onderwijs bezoekt en een specifieke onderwijs- en ondersteuningsbehoefte heeft waarvoor een zorgstructuur dient te worden opgezet die valt onder de Jeugdwet. Indien de jeugdige een voorziening ontvangt vanuit een andere regeling bijv. Wet langdurige zorg (Wlz) of Zorgverzekeringswet (Zvw) valt deze niet onder de doelgroep waarvoor een subsidie kan worden aangevraagd.

  • 7.

    Doelgroeparrangementonderwijs-jeugdhulp

    Een arrangement dat zich richt op een groep van jeugdigen met een onderwijs- en zorgbehoefte en diens omgeving, waarin speciaal onderwijs niet alleen kan voorzien. De afstemming tussen school en thuis is daarnaast een wezenlijk kenmerk van het doelgroeparrangement onderwijs-jeugdhulp. De jeugdige en ouder/verzorgers zijn daarin partner. Daar waar arrangementen in een collectieve vorm op school worden geleverd, kan er geen individueel arrangement meer worden ingezet voor dezelfde leerling(en) met hetzelfde doel. Hierover dient afstemming plaats te vinden met de gemeentelijke zorgteams.

  • 8.

    Extra ondersteuning onderwijs

    Wanneer de basisondersteuning ontoereikend is, is toeleiding naar extra ondersteuning in een gespecialiseerde onderwijsvoorziening aan de orde. Het samenwerkingsverband passen onderwijs bepaalt het onderscheid tussen basis ondersteuning (niveau 1-4) en extra ondersteuning (niveau 5). Binnen dit geheel ontvangt het samenwerkingsverband een budgetfinanciering voor lichte en zware ondersteuning. Het ondersteuningsaanbod varieert van licht en curatief en tijdelijk tot intensief, langdurig of structureel.

  • 9.

    Looptijd van de subsidiebeschikking

    Aanvragen tot subsidieverlening die worden ingediend vóór 1 mei 2023 worden tot 31 december 2023 afgegeven.

  • 10.

    Plan van aanpak

    Een plan dat door de subsidieaanvrager wordt opgesteld waarin de inrichting van het doelgroeparrangement onderwijs-jeugdhulp beschreven wordt conform de eisen uit deze subsidieregeling. Dit plan bevat in ieder geval:

    • Welke inzet extra ondersteuning er wordt geboden ten opzichte van het huidige ondersteunigsprofiel (basisondersteuning).

    • Welke financiële bijdrage het schoolbestuur en het samenwerkingsverband Passend Onderwijs levert aan de ontwikkeling van de doelgroeparrangementen onderwijs-jeugdhulp binnen de school waar het doelgroeparrangement dient plaats te vinden.

    • Welke afspraken gelden voor de samenwerking tussen school en thuis vanuit de basisondersteuning en welke activiteiten vanuit de aanvullende middelen in het kader van de doelgroeparragementen plaatsvinden.

    • Op welke wijze de samenwerking tot stand wordt gebracht met de gemeente waarin de leerling woonachtig is waardoor een eventuele stapeling van individuele arrangementen met hetzelfde doel kan worden voorkomen.

    • Een beschrijving van de totstandkoming van gegevens die zijn gebruikt voor de onderbouwing van het plan van aanpak en bijbehorende analyse.

    • Hoe de inzet van het aangevraagde doelgroeparrangement onderwijs-jeugdhulp leidt tot een verminderd gebruik van (potentiële) individuele arrangementen jeugdhulp.

    • Een berekening van de mogelijke besparing in de kosten Jeugdhulp die een direct gevolg zijn van de inzet van het beoogde doelgroeparrangement. Voor de berekening dienen de bedragen zoals bepaald in huidige inkoopsystematiek te worden gebruikt.

    • Welke effecten worden beoogd en hoe deze bijdrage aan de het beoogde maatschappelijke effect, de beschreven doelen en resultaten zoals beschreven in de subsidieregeling. De beoogde effecten dienen SMART* te worden omschreven.

    • Op welke wijze de beoogde effecten worden gemeten en gemonitord.

    • Toelichting of de samenwerkingspartners binnen het beoogde doelgroeparrangement beschikt over voldoende organisatie kracht (capaciteit) en inhoudelijke kwaliteit om daadwerkelijk

    • Uitvoering te geven vanaf de datum waarop het beoogde doelgroeparrangement van start dient te gaan.

    • Een sluitende en gespecificeerde begroting die voldoet aan de vereisten

  • 11.

    Projectgroep

Een door de subsidieaanvrager geformeerde projectgroep die gezamenlijk de aanvraag voor de voorprocedure opstellen en doorlopen. Deze projectgroep bestaat in ieder geval uit:

  • Vertegenwoordiger van de school waarop het doelgroeparrangement wordt uitgevoerd

  • Vertegenwoordiger van de gemeente waar de school is gevestigd

  • Vertegenwoordiging van het schoolbestuur

  • Vertegenwoordiging van de beoogde samenwerkingspartner(s)

  • 12.

    Samenwerkingspartner(s)

Elke persoon of organisatie die voor preventie en/of jeugdhulp door de betreffende gemeente of door de deelnemende gemeenten is gecontracteerd voor één of meerdere arrangementen jeugdhulp en voldoet aan de kwaliteitseisen zoals gesteld in de Jeugdwet.

  • 13.

    Samenwerkingsverband Passend Onderwijs

Schoolbesturen hebben vanaf 1 augustus 2014 de zorgplicht, de middelen en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de wet Passend Onderwijs. Om dit te realiseren werken de samenwerkingsverbanden primair onderwijs (po) en voorgezet onderwijs (vo) binnen Zuid-Limburg samen in een samenwerkingsverband Passend Onderwijs.

  • 14.

    School

Alleen voor scholen voor speciaal onderwijs (so/sbo/vo/vso) kan een subsidieaanvraag in het kader van deze subsidieregeling worden ingediend. Deze scholen worden vertegenwoordigd door het schoolbestuur waar de desbetreffende school onder valt.

  • 15.

    Schoolbestuur

Het schoolbestuur is het eindverantwoordelijke orgaan voor de beslissingen die in verband met een school die valt onder haar verantwoordelijkheid worden genomen en over het onderwijs dat wordt gegeven.

  • 16.

    Schoolondersteuningsprofiel

Het schoolondersteuningsprofiel is een beschrijving van de voorzieningen die zijn getroffen voor leerlingen die een extra ondersteuningsbehoefte hebben. Het schoolondersteuningsprofiel geeft een beeld van de wijze waarop scholen de ondersteuning heeft vormgegeven. Basisscholen beschrijven de basisondersteuning; gespecialiseerde onderwijsvoorzieningen beschrijven de extra ondersteuning.

  • 17.

    Stuurgroep Jeugd Zuid-Limburg

Vertegenwoordiging van wethouders Jeugdhulp Zuid-Limburg. De Stuurgroep heeft een adviserende rol aan het college van burgmeester en wethouders.

  • 18.

    Voorprocedure subsidieaanvraag nieuw in te stellen doelgroeparrangement

Een subsidieaanvraag voor een nieuw in te richten doelgroeparrangement dient een voorprocedure te doorlopen. Deze voorprocedure is nader beschreven in hoofdstuk 3.

  • 19.

    Subsidieaanvrager

Het schoolbestuur van een school voor speciaal onderwijs is verantwoordelijk voor het indienen van de subsidieaanvraag namens alle samenwerkingspartners. Uit de aanvraag moet blijken dat alle samenwerkingspartners zijn meegenomen zijn in het voorproces om te komen tot de subsidieaanvraag.

  • 18

    Toetsingscommissie doelgroeparragementenonderwijs jeugdhulp

Alle ingediende aanvragen worden getoetst door een toetsingscommissie. Deze toetsingscommissie beoordeeld of de aanvragen voldoen aan de gestelde eisen. De toetsingscommissie stelt een conceptvoorstel op voor Werkgroep doelgroeparragementen onderwijs jeugdhulp.

De toetsingscommissie doelgroeparragementen onderwijs jeugdhulp bestaat uit de volgende leden:

  • Regionale coördinator doelgroeparragementen namens de deelnemende gemeenten

  • Vertegenwoordiging beleidsmedewerker subregio Westelijke mijnstreek

  • Vertegenwoordiging beleidsmedewerker subregio Parkstad

  • Vertegenwoordiging beleidsmedewerker subregio Maastricht-Heuvelland

  • Vertegenwoordiging namens de regio Zuid-Limburg op het gebied van financiën

  • Vertegenwoordiging namens de samenwerkingsverbanden po en vo

  • 20.

    Werkgroep doelgroeparragementen onderwijs jeugdhulp

De werkgroep doelgroeparragementen onderwijs jeugdhulp beoordeelt het voorstel van de toetsingscommissie. Na de bespreking in de werkgroep doelgroeparragementen onderwijs jeugdhulp wordt het voorstel aan de Stuurgroep Jeugd Zuid-Limburg opgesteld en in het besluitvormingsproces gebracht.

De werkgroep doelgroeparragementen onderwijs jeugdhulp bestaat uit de volgende leden:

  • Regionale coördinator doelgroeparragementen namens de deelnemende gemeenten

  • Vertegenwoordiging vanuit de samenwerkingsverbanden po en vo

  • Vertegenwoordiging beleidsmedewerkers uit de drie subregio’s

  • Vertegenwoordiging Inkoop namens de deelnemende gemeenten

  • Vertegenwoordiging Toegang namens de deelnemende gemeenten

  • Vertegenwoordiging namens de samenwerkingsverbanden po en vo

2. Algemene regels subsidieverstrekking

Artikel 1 – Algemeen

  • 1. Deze subsidieregeling is gebaseerd op de Algemene Subsidieverordening 2020 Maastricht (hierna: ASV) en afdeling 4.2 Algemene wet bestuursrecht;

  • 2. In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

    Subsidieverstrekking: het gehele proces van subsidiëring, of terwijl het verlenen, het vaststellen en het overgaan tot (na)betaling van de subsidie.

Artikel 2 – Reikwijdte

  • 1. Conform artikel 3 ASV wordt in dit document nadere regels opgesteld voor alle subsidies die bij de gemeente Maastricht worden aangevraagd in het kader van de Doelgroeparrangementen Onderwijs – Jeugdhulp voor de regio Zuid-Limburg.

  • 2. Subsidie wordt slechts verstrekt voor zover de raden van de Zuid-Limburgse gemeenten de benodigde gelden beschikbaar stellen.

Artikel 3 - Indieningstermijn

In afwijking van de genoemde termijnen in artikel 7 van de ASV diende de volgende termijnen in acht genomen te worden:

  • 1.

    Voorprocedure nieuwe aanvragen:

    Voor 1 januari 2023 indien het aangevraagde doelgroeparragementen start per 1 augustus van datzelfde jaar.

  • 2.

    Aanvraagprocedure lopende arrangementen:

    Voor 1 mei 2023 indien het aangevraagde doelgroeparrangement start per 1 augustus van datzelfde jaar;

Artikel 4 – Aanvrager

  • 1. Subsidie vallende onder deze subsidieregeling kan alleen worden aangevraagd door een schoolbesturen van een school voor speciaal basisonderwijs (sbo), speciaal onderwijs (s.o.) en speciaal voortgezet onderwijs (s.v.o.). Deze school dient te zijn gehuisvest binnen een van de deelnemende gemeenten.

  • 2. De aanvraag dient in gezamenlijkheid met alle samenwerkingspartner(s) binnen de projectgroep te worden opgesteld. Het schoolbestuur van de desbetreffende school dient formeel de subsidie aan te vragen namens alle samenwerkingspartners. De aanvragende partij blijft te allen tijde verantwoordelijk voor het nakomen van de voorwaarden, verbonden aan een toegekende subsidie.

  • 3. De subsidieaanvraag dient te worden ondertekend door alle samenwerkingspartners binnen de projectgroep.

Artikel 5 – Aangevraagd subsidiebedrag

Het college verleent nooit meer subsidie dan is aangevraagd.

Artikel 6 – Niet subsidiabele kosten

De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

  • a)

    Alle kosten die onder de basisondersteuning of extra ondersteuning van een schoolbestuur vallen.

  • b)

    Alle vormen van exploitatiekosten die zijn gerelateerd aan gebouwen en systemen welke niet direct toe te schreven zijn aan en/of noodzakelijk zijn voor de organisatie en/of uitvoering van de doelgroeparrangementen onderwijs-jeugdhulp.

  • c)

    Kosten voor onderhoud of verbouwing van gebouwen en inventaris welke niet direct zijn toe te schrijven aan en/of noodzakelijk zijn voor de organisatie en/of uitvoering doelgroeparrangementen onderwijs-jeugdhulp.

  • d)

    Alle overige kosten die geen verband houden met of noodzakelijk zijn voor de organisatie en/of uitvoering van doelgroeparrangementen onderwijs-jeugdhulp maar die organisatie breed worden gemaakt.

  • e)

    Onvoorziene kosten.

Artikel 7 – Buiten behandeling stellen van de subsidieaanvraag

  • 1. Inden een aanvraag tot subsidieverlening niet de voorgeschreven voorprocedure heeft doorlopen besluit het college deze aanvraag buiten behandeling te laten.

  • 2. Indien een aanvraag tot subsidieverlening niet binnen de in artikel 3 gestelde termijn is ingediend besluit het college deze aanvraag buiten behandeling te laten.

  • 3. Het besluit als bedoeld in lid 2 wordt pas genomen nadat er 7 dagen coulance in acht zijn genomen als gevolg van bijvoorbeeld problematieken in de postbezorging;

  • 4. Indien een instelling niet alle voorgeschreven, dan wel door het college gevraagde informatie verstrekt die naar het oordeel van het college nodig is voor de beoordeling van de subsidieaanvraag, besluit het college deze aanvraag buiten behandeling te stellen;

  • 5. Alvorens over te gaan tot buiten behandeling stelling zoals bedoeld in lid 2 en 4, biedt het college de aanvrager een hersteltermijn waarbinnen men het verzuim kan herstellen. Indien daaraan binnen de gestelde hersteltermijn niet is voldaan, besluit het college de aanvraag buiten behandeling te stellen. De lengte van de hersteltermijn is zodanig dat de instelling in staat kan worden geacht alle gevraagde gegevens voor afloop van hersteltermijn aan het college aan te leveren.

Artikel 8 Beslistermijn

Aanvraag tot subsidieverlening

Op grond van artikel 8 lid 3 van de ASV wordt een afwijkende beslistermijn bepaald. Vanwege regionale procedure die een aanvraag tot subsidieverlening dient te doorlopen beslissen het college van burgemeester en wethouders binnen 12 weken na ontvangst de volledige aanvraag op het verzoek tot subsidieverlening.

Aanvraag tot subsidievaststelling

Overeenkomstig artikel 16 lid 1 van de ASV stelt het college van burgemeester en wethouders een subsidie vast binnen 13 weken na de ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling.

Artikel 9 – Aanvullende weigeringsgronden

In aanvulling op de in de Algemene wet bestuursrecht en de in artikel 9 van de ASV genoemde weigersgronden kan een subsidie vallende onder deze subsidieregeling ook worden geweigerd indien:

  • a)

    Indien de subsidieaanvraag betrekking heeft op jeugdigen die niet woonachtig zijn in één van de deelnemende gemeenten en/of als de school waarvoor de aanvraag wordt gedaan niet is gevestigd in één van de deelnemende gemeenten.

  • b)

    De activiteit(en) in het kader van het doelgroeparrangement niet bijdragen aan de te behalen maatschappelijke doelstelling en het doel zoals beschreven in deze subsidieregeling.

  • c)

    De activiteit(en) in het kader van het doelgroeparrangement geen bijdrage levert aan minimaal één van beschreven resultaten.

  • d)

    Indien de subsidieaanvraag betrekking heeft op jeugdigen die vanuit een andere regeling al een vorm van bekostiging ontvangen zoals bijvoorbeeld de Wet langdurige zorg (WLZ) of de Zorgverzekeringswet (ZVW).

  • e)

    Er bij de subsidieaanvrager en/of de samenwerkingspartner(s) onvoldoende organisatiekracht en inhoudelijke kwaliteiten beschikbaar is voor de uitvoering van het ingediende plan en voor de afstemming tussen school en thuis.

Artikel 10 – Bevoorschotting

Verleende subsidies worden in één termijn uitbetaald, tenzij bij beschikking anders is bepaald.

Artikel 11 Subsidievaststelling

De subsidieontvanger dient een aanvraag tot vaststelling in uiterlijk 13 weken nadat het schooljaar waarvoor een subsidie is ontvangen is afgelopen. De voorwaarden waaraan een aanvraag tot subsidievaststelling moet voldoen staan beschreven in artikel 13 tot 16 van de Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht (ASV).

Artikel 12 Aanvraag subsidievaststelling

In aanvulling op de in de Algemene wet bestuursrecht en de in artikel 15 van de Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht (ASV) genoemde vereisten voor een aanvraag tot subsidievaststelling dient een aanvraag tevens te worden voorzien van de volgende gegevens:

  • a)

    Een overzicht van het aantal leerlingen die daadwerkelijk gebruik heeft gemaakt van het gesubsidieerde doelgroeparrangement inclusief de daaraan verbonden kosten per leerling.

  • b)

    Een overzicht van het effect en het resultaat van de doelgroeparrangementen. Dit overzicht dient overeenkomstig de aanvraag te worden beschreven.

  • c)

    Een evaluatie over de wijze waarop vorm is gegeven aan de aansluiting tussen school en thuis en de wijze waarop uitvoering is gegeven aan de samenwerking tussen alle samenwerkingspartners en de projectgroep.

Artikel 13 Intrekking huidige regeling

Deze subsidieregeling komt in plaats van het vigerende Toetsingskader subsidieverlening doelgroeparrangementen onderwijs – jeugdhulp 2021 -2022.

Artikel 14 Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: subsidieregeling Doelgroeparrangementen Onderwijs-Jeugdhulp Zuid-Limburg 2023.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na de bekendmaking.

3. Voorprocedure aanvragen subsidie nieuw in te richten doelgroeparrangement

Deze subsidieregeling is gebaseerd op de Algemene Subsidieverordening 2020 Maastricht (hierna: ASV) en afdeling 4.2 Algemene wet bestuursrecht. In deze wettelijke kaders is de procedure voor het aanvragen van een subsidieaanvraag beschreven. In aanvulling daarop dienen de subsidieaanvragers die een subsidie willen aanvragen voor een nieuw in te richten doelgroeparragementen een voorprocedure te doorlopen. Deze voorprocedure is ingesteld om de kwaliteit van de aanvragen tot subsidieverlening te borgen.

Een subsidieaanvraag kan op grond van artikel 8 door het college buiten behandeling worden gelaten. Het is daarom voor de subsidieaanvrager van belang dat de voorprocedure wordt doorlopen en het advies van de werkgroep doelgroeparrangementen onderwijs-jeugd wordt meegenomen in de subsidieaanvraag.

Indien de aanvrager de voorprocedure niet doorloopt maar wel over wordt overgegaan tot het aanvragen van een subsidie voor een nieuw in te richten doelgroeparragementen dient dit duidelijk te worden gemotiveerd. Er dient sprake te zijn van omstandigheden die vooraf niet waren voorzien.

1.Projectgroep

De subsidieaanvrager formeert een projectgroep waarbij alle belanghebbend zoals bepaald in de definities zijn vertegenwoordigd. De wijze waarop deze projectgroep uitvoering geeft aan de totstandkoming van de aanvraag, de monitoring van de gemaakte afspraken en de verantwoording over voortgang van de gemaakte afspraken wordt duidelijk omschreven.

2.Plan van aanpak, analyse en begroting

De projectgroep maakt een analyse, een eerste opzet voor het plan van aanpak en een voorlopige begroting waarin de beoogde doelstelling en financiering worden toegelicht. Dit plan dient tot stand te komen in co-creatie, er vindt een gezamenlijke analyse en gezamenlijk duiden plaats van de ondersteuningsvraag en de doelgroep. Het plan van aanpak en voorlopige begroting dient te voldoen aan de vereisten zoals beschreven in hoofdstuk 2 definities en bepalingen.

De analyse dient te voldoen aan de volgende vereisten:

  • Aantal leerlingen die vallen onder de jeugdwet en welke soort ondersteuning zij momenteel ontvangen vanuit de Jeugdwet.

  • Welke inzet extra ondersteuningsbehoefte wordt geconstateerd bij de doelgroep ten opzichte van het huidige ondersteunigsprofiel (basisondersteuning).

  • Een beschrijving van de totstandkoming van gegevens die zijn gebruikt voor de onderbouwing van het plan van aanpak en bijbehorende analyse.

  • Een opgave van adequate indicatoren en een beschrijving op welke wijze uitvoering wordt gegeven aan de monitoring.

Bij de totstandkoming van de analyse kan gebruik worden gemaakt van de Matrix ondersteuningsbehoeften in en om de school, versie 1 oktober 2018.Dit instrumenten is ontwikkeld door de werkgroep doelgroeparrangementen onderwijs jeugdhulp en kan worden gebruikt als hulpmiddel voor het gesprek op school en het opstellen van de analyse waarbij inzicht wordt gekregen in de afbakening van de verantwoordelijkheden tussen onderwijs en jeugdhulp. De matrix kan gebruikt worden om de verschillende ondersteuningsvormen in kaart te brengen en als onderbouwing voor het plan van aanpak van het doelgroeparrangement.

3. Aanvraag voorprocedure

De aanvraag inclusief het plan van aanpak en de bijbehorende analyse dient binnen de termijnen zoals bepaald in artikel 3 lid 1 sub a en/of b van deze subsidieregeling.

Deze stukken moeten aan de gemeente Maastricht als penvoeder namens de deelnemende gemeenten worden toegestuurd.

4. Advies werkgroep Doelgroeparragementen Onderwijs en Jeugd

De ingediende stukken worden beoordeeld door de Toetsingscommissie doelgroeparragementen Onderwijs en Jeugd. De Toetsingscommissie beoordeelt of de aanvraag compleet is ontvangen of dat er een schriftelijke hersteltermijn moet worden gegeven. De aanvragen worden getoetst aan de vereisten zoals gesteld in deze subsidieregeling. Na ontvangst van de complete gegevens stelt de toetsingscommissie een voorlopig advies op voor de werkgroep doelgroeparragementen onderwijs en Jeugd.

Het voorlopige advies van de toetsingscommissie wordt geagendeerd op het eerstvolgende overleg van de werkgroep Doelgroeparragementen Onderwijs en Jeugd. Na bespreking van het voorlopig advies komt de werkgroep met definitief voorstel voor de Stuurgroep Jeugd Zuid-Limburg.

De doelgroeparragementen Onderwijs en Jeugd kunnen het volgende adviseren:

  • Indien wordt voldaan aan alle vereisten die worden gesteld aan het plan van aanpak kan de werkgroep doelgroeparrangementen Onderwijs en Jeugd een positief advies afgeven. Dit advies zal binnen 4 weken na ontvangst van de stukken aan de aanvrager kenbaar worden gemaakt. De subsidie kan zonder aanpassing van de reeds ontvangen stukken worden ingediend.

  • Indien niet of in onvoldoende mate wordt voldaan aan alle vereisten die worden gesteld aan het plan van aanpak kan de werkgroep doelgroeparrangementen Onderwijs en Jeugd een negatief advies en/of aanbeveling. Het advies en/of de aanbeveling zal binnen 4 weken na ontvangst van de stukken mondeling aan de projectgroep worden toegelicht waarna deze nog schriftelijk worden bevestigd.

Bij de aanvraag tot subsidieverlening dient bij een negatief advies en/of aanbeveling de subsidieaanvrager aan te geven of en op welke wijze er uitvoering is gegeven aan het advies van de werkgroep doelgroeparrangementen Onderwijs en Jeugd.

4. Subsidieregeling Doelgroeparrangementen Onderwijs-Jeugd

Maatschappelijk effect

De doelgroeparrangementen Onderwijs-Jeugdhulp zijn een manier om meer samenhang te creëren in de ondersteuning die vanuit verschillende kolommen en perspectieven geboden wordt: de afspraken voor de ondersteuning worden generiek gemaakt voor de jeugdigen die behoren bij de doelgroep, maar per individuele jeugdige worden de doelen van school en thuis met elkaar verbonden (in het gezinsplan). In de werkplaats, in school, wordt het gezinsplan afgestemd en verbonden met het plan van school (Duiden en Doen). Door de afspraken voor de ondersteuning voor groepen jeugdigen in één keer collectief te organiseren verminderen we de administratieve lasten en zijn er minder/lichtere individuele arrangementen jeugdhulp c.q. een andere inzet vanuit jeugdhulp nodig. Ook het aantal partners met wie de school de jeugdhulp afstemt, zal daardoor afnemen.

Doel

Subsidieverlening heeft tot doel het ontwikkelingsperspectief- inclusief de schoolloopbaan van de jeugdige te bevorderen via een integrale aanpak op school, in de vrije tijd en/of thuis.

Resultaten

De inrichting van de doelgroeparrangementen onderwijs-jeugdhulp hebben als doel het positieve effect vanuit onderwijs en jeugdhulp te vergroten en is gericht op een aantoonbare afbouw van de kosten daaronder begrepen:

  • Kosten van individuele arrangementen jeugdhulp en/of.

  • Organisatorische kosten en/of.

  • Administratieve lasten.

Bijzondere criteria en/of voorwaarden

  • De inzet van gemeentelijke middelen dient een bijdrage te leveren aan de goede samenhang en integrale aanpak tussen jeugdzorg en passend onderwijs;

  • Voor het inzetten van de benodigde onderzoekexpertise en capaciteit wordt zo mogelijk aangesloten bij de expertise die al aanwezig is in de gebiedsteams van de deelnemende gemeenten;

  • Naast de inzet van gemeentelijke middelen zijn schoolbesturen verplicht om rijksmiddelen en professionaliseringsgelden (in voldoende mate) in te zetten voor het versterken van de extra ondersteuningstaak van de school zoals beschreven in het ondersteuningsprofiel;

  • Tussen de subsidieaanvrager en de gemeente kunnen nadere afspraken worden gemaakt over de uitvoering van activiteiten (in relatie tot de subsidie). Deze afspraken/voorwaarden worden opgenomen in het besluit tot subsidieverlening.

Subsidieplafond

Het subsidieplafond voor het subsidiejaar 2023 bedraagt € 

Ten behoeve van een eventueel prioritering bij de verdeling en toekenning van de subsidie (om een overschrijding van het subsidieplafond door de hoeveelheid tijdige en complete aanvragen te voorkomen) wordt de volgende verdelingsregels gehanteerd:

  • 1.

    Voorzetting huidige doelgroeparrangementen

  • 2.

    Aanvragen uitbreiding van de huidige doelgroeparrangementen

  • 3.

    Nieuw op te zetten doelgroeparrangementen

Referentiedocumenten

Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht (ASV)

Afspraken financiering DGA HLV-gemeenten

Ondertekening

Aldus besloten door het College van Burgemeester en Wethouders van Maastricht d.d. 25 april 2023.

De Secretaris,

G.J.C. Kusters

De Burgemeester,

J.M. Penn-te Strake