Regeling briefadres gemeente Westerkwartier 2023

Geldend van 17-05-2023 t/m heden

Intitulé

Regeling briefadres gemeente Westerkwartier 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerkwartier,

gelet op de artikelen 1.1, 2.23, 2.38 tot en met 2.42, 2.45, 2.47, 2.52 en 4.17 van de Wet basisregistratie personen (Wet BRP), artikel 29 van het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP), de artikelen 17, 18 en 19 van de Regeling basisregistratie personen (Regeling BRP), de artikelen 4:5 en 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht, de circulaire BRP en briefadres (2016-0000656211) van de minister van BZK van 18 oktober 2016;

overwegende dat het gewenst is om een beleidsregel vast te stellen met betrekking tot de registratie van briefadressen in de basisregistratie personen (BRP), om deze op een rechtmatige manier toe te kennen en te voorkomen dat personen niet zijn geregistreerd als ingezetene in de BRP;

besluit vast te stellen:

Regeling briefadres gemeente Westerkwartier 2023

Artikel 1 Redenen briefadres

Redenen voor een briefadres zijn:

  • 1.

    het ontbreken van een woonadres;

  • 2.

    verblijf in een instelling:

    • a.

      voor opvang van mannen of vrouwen (waaronder mede bedoeld blijf-van-mijn-lijfhuizen);

    • b.

      als bedoeld in artikel 2.40, lid 3 en 4 van de Wet BRP;

  • 3.

    verblijf op een adres waarvan het opnemen van dat woonadres naar het oordeel van de burgemeester om veiligheidsredenen niet wenselijk is (artikel 2.41 van de Wet BRP);

  • 4.

    het voorkomen van schrijnende situaties, waarbij inzet of voortzetting van hulpverlening noodzakelijk is, onder voorwaarden dat:

    • a.

      er sprake is van één of meer sociaal-maatschappelijke problemen;

    • b.

      de maatwerkoplossing er op gericht is om de persoon de kans te geven zijn leven ‘weer op de rit’ te krijgen, en

    • c.

      de persoon instemt met of al voldoet aan de voorwaarden van het hulpverleningstraject.

  • 5.

    Het is niet mogelijk om in de BRP met een briefadres geregistreerd te worden als een van de redenen genoemd in de leden 1 t/m 4 ontbreekt.

Artikel 2 Voorwaarden

  • 1. De aangifte van adreswijziging wordt gedaan in de gemeente waar het briefadres wordt gekozen.

  • 2. De aangever is verplicht om bij de aangifte van adreswijziging waarbij een briefadres wordt gekozen de in het derde lid genoemde stukken te overleggen.

  • 3. Onder benodigde stukken als bedoeld in het tweede lid wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      een geldig identiteitsbewijs van degene die aangifte doet van adreswijziging en daarbij kiest voor een briefadres;

    • b.

      de schriftelijke verklaring van de aangever met reden voor de keuze van een briefadres en de te verwachten periode dat het briefadres noodzakelijk is;

    • c.

      een geldig identiteitsbewijs of een kopie ervan en een schriftelijke verklaring van instemming van de briefadresgever;

    • d.

      een ingevulde en ondertekende vragenlijst briefadres, wanneer een briefadres wordt gekozen op grond van artikel 1, eerste en tweede lid.

  • 4. Als het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 1 derde lid is een verklaring van de burgemeester noodzakelijk waaruit blijkt dat opname van een woonadres niet wenselijk is.

  • 5. De briefadresgever kan maximaal aan twee gezinshuishoudens, aan twee alleenstaanden of aan een gezinshuishouden en een alleenstaande toestemming geven een briefadres te houden.

  • 6. Lid 5 van dit artikel is niet van toepassing indien de briefadresgever het college van burgemeester en wethouders betreft of een door dit college aangewezen rechtspersoon, bedoeld in artikel 2.42 onder b van de Wet BRP.

Artikel 3 Herstel van verzuim bij aangifte adreswijziging waarbij een briefadres wordt gekozen

  • 1. De aangifte is volledig indien alle benodigde gegevens, zoals bedoeld in artikel 2 het derde en vierde lid, zijn ingeleverd.

  • 2. Als één of meer gegevens ontbreken, wordt de aangever in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen.

  • 3. Indien de aangifte niet binnen de, in het vorige lid bepaalde termijn kan worden aangevuld, dan kan, op verzoek van de aangever, de termijn eenmalig verlengd worden met veertien dagen.

  • 4. Indien de aangifte niet binnen veertien dagen na aangifte aangevuld wordt of uitstel gevraagd wordt, wordt met toepassing van artikel 4 een briefadres toegekend.

Artikel 4 Briefadres op een adres van de gemeente

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders registreert van een persoon ambtshalve een briefadres in de BRP indien het woonadres ontbreekt, er geen aangifte van adreswijziging wordt gedaan waarbij een briefadres wordt gekozen en betrokkene voldoet aan de criteria voor inschrijving als ingezetene in de BRP.

  • 2. Als er geen schriftelijke verklaring van instemming van een briefadresgever kan worden verkregen, kent het college een briefadres toe op een adres van de gemeente.

Artikel 5 Monitoring briefadres

  • 1. In de situatie als bedoeld in artikel 1 wordt een briefadresinschrijving na de duur van maximaal zes maanden opnieuw beoordeeld door het college van burgemeester en wethouders.

  • 2. De beoordeling van de briefadresinschrijving wordt gedaan met inachtneming van de artikelen 1 en 6.

  • 3. Onverminderd hetgeen is bepaald in het eerste tot en met het derde lid, is diegene op wie het briefadres betrekking heeft en een ander adres krijgt, gehouden om in de periode tussen vier weken vóór de beoogde verhuisdatum tot en met de vijfde dag na verhuisdatum hiervan aangifte te doen bij de gemeente waar hij zijn nieuwe adres heeft.

Artikel 6 Verplichtingen briefadresgever en briefadresnemer

  • 1. Zowel de briefadresgever als de briefadresnemer zijn verplicht om op verzoek van het college van burgemeester en wethouders inlichtingen te verstrekken die van belang zijn voor de registratie van het briefadres.

  • 2. Betrokkene verschijnt hierbij desgevraagd in persoon.

  • 3. Aan degene die niet voldoet aan verplichting als bedoeld in eerste lid kan op grond van artikel 4.17 wet BRP een bestuurlijke boete worden opgelegd van ten hoogste 325 euro.

Artikel 7 Hardheidsclausule

Als vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze regeling zou leiden tot een onbillijkheid, kan worden afgeweken van het bepaalde in deze regeling. Van onbillijkheid kan sprake zijn als in een specifieke situatie het strikt vasthouden aan de regeling als onredelijk kan worden aangemerkt of als er onevenredige schade zou ontstaan.

Artikel 8 Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het gemeenteblad waarin zij wordt gepubliceerd.

  • 2. De regeling briefadres gemeente Westerkwartier 2019 wordt bij de inwerkingtreding van deze regeling ingetrokken.

Artikel 9 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling briefadres gemeente Westerkwartier 2023.

Ondertekening

Aldus besloten op 09-05-2023,

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerkwartier,

A. van der Tuuk,

burgemeester

R. Kleijnen,

secretaris