Bomenbeleid

Geldend van 27-07-2020 t/m heden

Intitulé

Bomenbeleid

De raad van de gemeente Zoetermeer;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 december 2019

Besluit

  • 1.

    De doelstelling ‘het in stand houden en versterken van een duurzame, leefbare en veilige leefomgeving met bomen in Zoetermeer’ vast te stellen, waarbij wordt gezocht naar de balans tussen:

    • a.

      de waarde van bomen voor een groene stad;

    • b.

      het prettig wonen in de stad;

    • c.

      de duurzame condities van de boom.

  • 2.

    De volgende lijn te hanteren in situaties waarbij inwoners overlast ervaren van bomen:

    • b.

      Overmatige schaduwoverlast in de tuin of balkon te erkennen als reden om bomen te verwijderen;

    • 2.

      Overmatige beperking van de lichttoetreding in de woning te erkennen als reden om bomen te verwijderen;

    • c.

      Overlast door belemmering van het uitzicht niet te erkennen als reden om bomen te verwijderen;

    • d.

      Het uitvoeren van aanvullende beheermaatregelen gericht op het verminderen van overlast tot 2023;

    • e.

      Verzoeken van inwoners over het verminderen van overlast van bomen volgens een vaste procedure te behandelen.

  • 3.

    Een transparante belangenafweging te maken voor het al dan niet verwijderen of ingrijpend snoeien van bomen, waarbij:

    • a.

      De locatie van de boom, de levensverwachting van de boom, de waarde van de boom, de waardering vanuit de omgeving, de mate van overlast en de beheertechnische aspecten worden meegewogen;

    • b.

      Schaduwoverlast en beperking van de lichttoetreding wordt getoetst aan de hand van een vaste methodiek;

    • c.

      De Externe Adviescommissie Bomen het college adviseert bij casuïstiek waarbij sprake is van een meervoudige problematiek waarbij overlast een rol speelt;

    • d.

      De methodiek voor beoordeling van schaduwoverlast en van beperking van de lichttoetreding in de woning vast te laten stellen door het college en daarover de raad te informeren;

    • e.

      De procedure hoe de gemeente omgaat met verzoeken van inwoners die overlast ervaren bij een gemeentelijke boom vast te laten stellen door het college en daarover de raad te informeren.

  • 4.

    Het laten vervallen van de gelimiteerde weigeringsgronden bij de vergunningverlening voor het kappen van bomen.

  • 5.

    Het bomenbeleid, “Aantrekkelijke boomstructuur geworteld in stad, landschap en samenleving” exclusief de bijlagen vast te stellen, met daarin:

    • a.

      Doelstelling het in stand houden en versterken van een duurzame, leefbare en veilige leefomgeving met bomen in Zoetermeer;

    • b.

      Bij overlast de lijn te hanteren zoals opgenomen in besluitpunt 2;

    • c.

      Een transparante belangenafweging te maken voor het al dan niet verwijderen of ingrijpend snoeien van bomen zoals opgenomen in besluitpunt 3;

    • d.

      Het in beeld brengen van het belang voor het verwijderen van een boom (verwijderingsbelang) voor vergunningplichtige bomen.

VOORWOORD

Voor mij zijn bomen heel belangrijk. Ik krijg er positieve energie van. Als ik denk aan een prachtig volgroeide treurwilg, een volbladige groene eik of een vrolijke bloesemboom dan word ik blij. Bomen maken een stad leefbaar, zorgen voor een beetje mystiek en rust en zijn ook nog eens onmisbaar voor het klimaat en onze gezondheid. De uitspraak dat bomen de longen van onze planeet zijn spreekt wat mij betreft boekdelen. Zij vormen een belangrijke bron van zuurstof, dragen bij aan een schone lucht en bieden ons koelte tijdens (te) warme zomers zodat we hittestress tegengaan. Ik ben dan ook trots op onze 43.000 bomen die de gemeente Zoetermeer elke dag onderhoudt en verzorgt.

Als college hebben we afgesproken om in deze collegeperiode (2018-2022) het groen in Zoetermeer op peil te houden én erin te investeren. Dat betekent dat we investeren in biodiversiteit, in onze parken en natuurgebieden en in het groen in de stad. En daar heb ik de inwoners van de stad bij nodig. Kies bijvoorbeeld voor adoptiegroen: een stukje gemeentegrond dat u met uw buren voortaan gaat onderhouden. Wij leveren de planten en de graafmachines, u de liefde voor natuur. Ook kunt u in uw eigen tuin een boom planten, om bij te dragen aan ons groen, extra schaduw en schone lucht. En ook daarbij kunnen we u adviseren over soorten en plaatsen.

Helaas worden bomen ook ziek. Er heersen helaas op dit moment in Nederland meerdere (ongeneeslijke) boomziektes. In de vrije natuur laten we zieke bomen gewoon afsterven en uit elkaar vallen. Maar zieke bomen in een stad zijn een ander verhaal. Zo’n boom kan takken verliezen die vervolgens op je auto of op de weg terecht kunnen komen, of nog erger, op je hoofd, dat hebben we liever niet. Ook zijn er inwoners die juist overlast ervaren van een boom, bijvoorbeeld omdat ze schaduw geven. En dat is waar het ingewikkeld wordt. We moeten als gemeente steeds opnieuw een afweging maken. Vormt een boom een risico of niet? Kunnen we een boom veiliger maken? Kan de overlast verholpen worden? Of moeten we de boom weghalen en iets nieuws planten? Het levert vaak discussie op. De één wil de boom heel graag weg hebben en de ander wil hem juist laten staan. Met dit nieuwe bomenbeleid maken we afspraken over wanneer we bomen laten staan en wanneer we bomen wel of niet vervangen. Samen maken we Zoetermeer mooier. Ik reken op u!

Jakobien Groeneveld

Wethouder Groen

November 2019

1 INLEIDING EN DOEL

1.1 Aanleiding

De gemeente Zoetermeer vindt bomen in de stad erg belangrijk. Zij streeft er naar de bomenstructuur van Zoetermeer duurzaam in stand te houden en waar nodig te versterken. Het groen, en vooral bomen, vervullen namelijk een belangrijke rol in Zoetermeer. In veel gevallen zijn bomen immers hoofddrager van de groene structuren en voor een groot deel bepalend voor het groene karakter van de stad. Zo dragen bomen bij aan een aantrekkelijke openbare ruimte die onmisbaar is voor een leefbare stad.

Het belang van bomen en groen wordt door de Zoetermeerders onderschreven, maar hoe we met de bomen omgaan levert vaak veel discussie op. Niet alleen het belang van bomen is deel van die discussie, maar ook de vaak onderlinge tegenstrijdige individuele belangen. Het gaat vaak om een tegenstelling tussen ‘liefde’ voor bomen en ervaren overlast en dat is niet iets van de laatste jaren. De Engelse dichter William Blake vatte het in de 17e eeuw al krachtig samen:

afbeelding binnen de regeling

“Voor sommige mensen is een boom iets dat zo ongelooflijk mooi is dat het tranen in de ogen brengt. Voor anderen is het gewoon een groen iets dat in de weg staat.”

Vooral als het gaat om het weghalen of behouden van bomen in de straat leidt de afweging regelmatig tot commotie. Dit bomenbeleid biedt richtlijnen en handvatten om een juiste en transparante belangenafweging te maken.

Daarnaast zijn veel bomen en boomstructuren in Zoetermeer inmiddels 40 jaar oud en volgroeid en hebben ondergronds of bovengronds te weinig groeiruimte of kampen met ziektes. Hierdoor ontstaan er verschillende beheerproblemen (wortelopdruk, ziekte, aantastingen en/ of plagen) en/of overlast (schaduw, zicht, licht en overhangende takken over de erfgrens). Enerzijds zijn bomen in de openbare ruimte dus waardevol, maar anderzijds ontstaat er ook frictie tussen duurzame standplaats van een boom, overlast en belangen van omwonende

1.2 Doelstelling en afbakening

Het doel van het bomenbeleid is het in stand houden en versterken van een duurzame, leefbare en een veilige leefomgeving in Zoetermeer. Door, waar mogelijk, de stad te blijven vergroenen, het maken van een zorgvuldige afweging tussen de waarde van de bomen, de belangen van de omwonende en de technische kwaliteit van de bomen. Dit leidt tot een duurzaam, omgevingsbewust bomenbeleid in Zoetermeer.

Het bomenbeleid gaat over alle bomen van de gemeente. Dit betreft zowel de laanbomen en solitaire bomen als alle bomen in bosverband (bosplantsoen) en in recreatiegebieden, monumentale en herdenkingsbomen (inclusief particuliere monumentale bomen) en bomen (inclusief particuliere bomen) in de beschermde gebieden.

afbeelding binnen de regeling

Dit bomenbeleid vormt samen met de Groenkaart en de Visie Biodiversiteit de groentrilogie van Zoetermeer. De Groenkaart en Visie Biodiversiteit blijven gehandhaafd. De groenkaart vormt een integraal afwegingskader voor groenfuncties in Zoetermeer en zet in op groen op elk niveau van de stad, het waarderen van (de kwaliteit van het) groen en het verbinden van groen. In de Visie Biodiversiteit worden uitgangspunten voor behouden en vergroting van de biodiversiteit genoemd.

1.3 Leeswijzer

Het bomenbeleid start met de visie en een motivering van de waarde en het belang van bomen in de stad. In de hoofdstukken 4, 5, 6 en 7 worden vier beleidsthema's beschreven om de boomvisie te realiseren. Deze vier beleidsthema's zijn:

  • 1.

    Zoetermeer groene stad

  • 2.

    Leefbare en veilige leefomgeving

  • 3.

    Omgevingsbewust

  • 4.

    Boombescherming

We sluiten af met een ontwikkelagenda in hoofdstuk 8.

2 BOOMVISIE

Zoetermeer ontleent haar aantrekkelijkheid voor een belangrijk deel aan het vele groen in de stad. Daar komt bij dat veel van het stedelijk groen in Zoetermeer een natuurlijk karakter heeft, waardoor er veel ruimte en gelegenheid is voor natuurbeleving. Bomen leveren hierin een unieke bijdrage: ze hebben een positief effect op een gezonde en inspirerende leef- en werkomgeving. Zeker in deze tijd zorgt een fysiek gezonde leefomgeving voor de broodnodige stimulans voor sociale contacten, geestelijke ontspanning en fysieke inspanning. Groen in de woonomgeving bevordert het gevoel van welbevinden en het woonplezier en klimaatbestendigheid. Onze inspanning is er dan ook op gericht een groene aantrekkelijke leefomgeving te behouden en uit te bouwen, met daarin een belangrijke rol voor bomen.

Bomen spelen een belangrijke rol in een gezonde, aantrekkelijke en natuurlijke leefomgeving.

In het bomenbeleid is het voortdurend zoeken naar balans tussen de maximale opbrengst voor de groene stad, de aantrekkelijkheid van de leefomgeving, het prettig wonen en een langere levensduur voor de boom in een omgeving die goed te beheren is. Onze inspanningen zijn gericht op het behouden en ontwikkelen van het stedelijke groen in de stad. Dit realiseren we samen met de inwoners van Zoetermeer. Soms kan sprake zijn van tegenstrijdige belangen en moet een zorgvuldige afweging worden gemaakt. Daarbij baseren we onze belangenafweging zoveel mogelijk op de omgeving en de meerwaarde voor de stad.

Dit beleid beschrijft handvatten, zodat we de onderstaande boomvisie kunnen realiseren:

Aantrekkelijke boomstructuur geworteld in stad, landschap en samenleving

Voor het behoud van deze aantrekkelijke boomstructuur hanteren wij vier beleidsthema’s. Deze zijn:

  • Zoetermeer groene stad

  • Leefbare en veilige leefomgeving

  • Omgevingsbewust

  • Boombescherming

afbeelding binnen de regeling

3 BELANG EN WAARDE VAN BOMEN

De groene kwaliteit van Zoetermeer is één van de redenen om te kiezen voor Zoetermeer als woonplaats. We zien het groen in de stad als een nutsvoorziening, die meerdere doelen dient. Het draagt bij aan een prettige woonomgeving en een goed vestigingsklimaat, het bevordert de gezondheid en sociale cohesie, het vergroot de biodiversiteit, het bevordert de actieve recreatie en het vermindert de effecten van de klimaatverandering. De ambitie is daarom het realiseren van een aantrekkelijke, actieve, natuurvriendelijke en klimaatbestendige groene leefomgeving. Bomen dragen vooral bij aan ruimtelijke waarde, klimatologische en milieuwaarde, cultuurhistorische waarde en ecologische waarde.

afbeelding binnen de regeling

3.1 Ruimtelijke waarde

afbeelding binnen de regeling

Boomstructuren dragen bij aan de identiteit en herkenbaarheid van een wijk en/of buurt en bieden mogelijkheid tot oriëntatie in de bebouwde omgeving. Vaak begeleiden bomen een belangrijke weg, waardoor de structuur in de stad en/of wijk wordt versterkt. Bomen geven sfeer, zorgen voor aankleding, accentueren representatieve plekken, bepalen het karakter van wegen en straten en verzachten storende elementen. Met het toepassen van verschillende boomsoorten vergroten wij de groenbeleving in de straat, omdat het variatie biedt in vorm en bloeiperiode. Eenheid in boomsoort, vorm en grootte draagt bij aan een unieke beleving per straat of buurt. Er wordt steeds vaker gekozen voor meer natuurlijke meerstammige bomen en/of bomen die vanaf de grond vertakken. Van dichtbij is blad, bloem en vrucht zichtbaar en wordt de natuurbeleving vergroot.

De bomen die in het Zoetermeerse een ruimtelijke waarde hebben, zijn:

  • Bomen die bijdragen aan de herkenbaarheid van wegen, wijken en buurten;

  • Bomen die bijdragen aan de leefbaarheid en sfeer van het openbaar gebied;

  • Bomen die zijn aangeplant in een structuur bijvoorbeeld als een rij, laan of blok en op deze wijze bijdragen aan een samenhangende boomstructuur;

  • Solitair geplante bomen die door de locatie en/of hun verschijning bepalend zijn voor de sfeer en het karakter van de plek.

Deze boomstructuren en het groen in de wijk/buurt in Zoetermeer zijn vastgelegd in de Groenkaart.

3.2 Klimatologische en milieuwaarde

afbeelding binnen de regeling

Bomen dragen bij aan een gezond leefmilieu in de stad en dragen dus bij aan het welzijn van de mens. Ze voegen klimatologische en milieuwaarde toe in de vorm van eco­ systeemdiensten1. Voorbeelden hiervan zijn het afvangen van fijnstof, het zuiveren van de lucht, het koelen van de omgeving.

Het is een vast gegeven dat op warme dagen de temperatuur in stedelijk gebied een stuk hoger ligt dan in het buitengebied. Deze verschillen leiden in het stedelijke gebied tot een onaangename woon- en werkomgeving. Bomen zijn voor al deze punten een deel van de oplossing: zo zorgen bomen voor schaduw en verdampen ze water, wat effectief zorgt voor verkoeling in de stad. Ook filteren ze de lucht. De positieve effecten van bomen staan in direct verband met het volume van het bladerdek (kroonvolume) en de gezondheid van de boom. Om een boom optimaal te laten ‘presteren’ op deze effecten moet een boom voldoende (boven- en ondergrondse) groeiruimte hebben, zodat de boom een groot kroonvolume kan bereiken. Het is dus belangrijk om ervoor te zorgen dat bomen in de stad de mogelijkheid krijgen zich goed te ontwikkelen, zodat ze uit kunnen groeien tot gezonde volwassen bomen. Hierbij moet vooral ingezet worden op de kwaliteit van bomen, meer dan op de hoeveelheid.

3.3 Cultuurhistorische waarde

afbeelding binnen de regeling

Gemeente Zoetermeer heeft veel bomen en boomstructuren die refereren aan het verleden, zoals de bomen op en langs de oude lintbebouwing. Monumentale bomen slaan misschien wel de meest duidelijke brug naar de geschiedenis/historie. Vaak zijn het de stille getuigen van een ver of nabij verleden. Het is natuur én cultuur. Cultuurhistorie gaat overigens niet alleen over vroeger en over behoud. Het gaat ook over het herkennen en erkennen van de identiteit van een gebied. Zo kan met nieuwe boomstructuren het verleden verbonden worden met de toekomst of kan nieuwe geschiedenis worden gemaakt.

Vooral het agrarisch verleden van Zoetermeer is af te lezen uit de cultuurhistorische elementen zoals de windsingels, boomgaarden en oude tochten. Deze elementen bepalen voor een belangrijk deel de identiteit. In de praktijk zien we dat oude windsingels te weinig ruimte hebben (zowel boven- als ondergronds), waardoor er overlast wordt ervaren. Daarom vinden wij het belangrijk om over deze historische elementen zorgvuldig een belangenafweging te maken samen met de omgeving/samenleving.

3.4 Ecologische waarde

afbeelding binnen de regeling

De ecologische waarde van het stedelijk gebied hangt voor een belangrijk deel samen met de aanwezige boom(groen)structuur. Ook de ouderdom en de soortkeuze zijn van groot belang. Bomen kunnen vleermuizen, vogels en allerlei insecten schuil-, slaap-, foerageer-, nestgelegenheid en oriëntatieplekken bieden.

Bij de boomsoortkeuze letten we op de ecologische bijdrage aan de biodiversiteit in de stad. Het is belangrijk dat er voldoende inheemse boomsoorten in Zoetermeer staan vanwege hun meerwaarde voor de biodiversiteit. Zolang bossen en parken vooral bestaan uit meer natuurlijke inheemse boomsoorten, kunnen we in woonstraten kiezen voor meer afwisseling, in zowel inheemse als uitheemse (exoten) boomsoorten. In een omgeving waar dat niet tot te veel hinder leidt, variëren we ook met bomen die eetbare- of siervruchten dragen. Bij de keuze voor boomsoorten tellen tenslotte ook de mogelijkheden voor inwoners om de natuur dichtbij huis te beleven. Hiermee wordt een mens-, natuur- en milieuvriendelijke woon- en leefomgeving gecreëerd.

Voor de biodiversiteit is het samenspel van struweel en bomen ook belangrijk. Als de omstandigheden gunstig zijn zullen vanuit zaad spontaan nieuwe boomvormers tot ontwikkeling komen en zal er een natuurlijke overgang ontstaan tussen het struweel en de bomen. Hierdoor ontstaat een grote verscheidenheid aan milieus. De Zoetermeerder ziet hier een afwisselend gebied en kan dichtbij huis de natuur beleven.

4 ZOETERMEER GROENE STAD- ROBUUSTE GROENBLAUWE DOORADERING

Het stadsgroen is een van de drager van de groenblauwe dooradering en zorgt voor het groene imago van Zoetermeer. Dit stadsgroen heeft dan ook altijd een centrale plaats gehad in de ontwikkeling van de stad. Zoetermeer heeft daardoor nu een sterke groenstructuur met recreatiegebieden als een ring rondom de stad en groene, vaak historische, linten die tot in het centrum van de stad doordringen. Daartussen liggen de wijken met elk hun eigen groenblauwe openbare ruimte.

afbeelding binnen de regeling

Het Regionale groen

Het Regionale groen rondom de stad vormt een samenhangend netwerk van groengebieden in de regio. Hier kunnen de inwoners van Zoetermeer uitwaaien, fietsen, wandelen, sporten, natuur beleven en vinden ze de grotere sport- en Leisure voorzieningen van de stad. Ook heeft dit groen hoge waarde voor flora en fauna. De recreatiegebieden maken hier onderdeel van uit.

Het stadsgroen

Het stadsgroen bestaat uit zowel de grote groengebieden en –structuren die een functie hebben op niveau van de stad en het wijk- en buurtgroen die een belangrijke functie hebben in de directe woonomgeving van Zoetermeerder. Het stadsgroen vormt een samenhangend groen netwerk dat het regionale groen verbindt met het groen in de wijk/buurt. Ook zijn hier stadsvoorzieningen te vinden, zoals recreatievoorzieningen (golfsport, mountainbike routes, sportcomplexen), grotere speelvoorzieningen en wijktuinen.

Het wijk- en buurtgroen bepaalt het aanzicht van de wijk en de buurt. Het wijkgroen bestaat uit de belangrijkste groenstructuren van de wijk. Deze groenstructuren zijn beeldbepalend voor de wijk en verzorgen de directe vrijetijdsmogelijkheden van veel wijkbewoners. Het buurtgroen bestaat uit het groen in de directe woonomgeving. Dit is het groen dat ze zien door hun raam, of als ze hun woning uitstappen. Dit zijn de plekken waar (kleine) kinderen spelen en hun hond uitlaten en de meeste tijd doorbrengen.

Bomen zijn belangrijke dragers van deze structuur en hebben verschillende verschijningsvormen, zoals laanbomen langs de ontsluitingswegen en langs de hoofd bomenstructuur, solitaire bomen, bomen in bosverband (bosplantsoen) in de groene hoofdwegen, de parken en recreatiegebieden, monumentale en herdenkingsbomen (inclusief particuliere monumentale bomen) en bomen (inclusief particuliere bomen) in het wijk- en buurtgroen. In de volgende paragrafen worden de verschillende verschijningsvormen van de bomen en het bijpassend beheeruitgangspunten toegelicht.

4.1 Regionale groen

afbeelding binnen de regeling

Het regionale groen bestaat uit solitaire bomen, boomgroepen en bosschages (beplanting) die hier van nature thuishoren. Het beheer en onderhoud vindt hier plaats volgens het principe dat niet de individuele boom, maar het samenspel van struweel en bomen hierbij belangrijk is. De bomen hebben een meer natuurlijke standplaats. Als de omstandigheden gunstig zijn zullen vanuit zaad spontaan nieuwe boomvormers tot ontwikkeling komen. Beheer en onderhoud aan bomen vindt terughoudend, op een zo natuurlijk mogelijke wijze, plaats. Een selectieve en gefaseerde dunning2 zal de natuurlijke ontwikkeling stimuleren. Ook vindt er dunning plaats als dat voor de kwaliteit van de bosvakken nodig is. Dat is noodzakelijk om gevaarlijke situaties rondom paden en voorzieningen zoveel mogelijk te voorkomen.

4.2 De groene hoofdwegen

afbeelding binnen de regeling

De groene hoofdwegen met de brede, bloemrijke zij- en middenbermen, afgewisseld met natuurlijke bosschages, boomgroepen, vrijstaande bomen en bomenlanen worden gekenmerkt door hun natuurlijke inrichting. Behoud van dit groene beeld en versterking van de verbindende functie voor natuur en recreatie zijn hier uitgangspunt. Echter een stad is altijd in beweging en in ontwikkeling. Bij nieuwe ontwikkelingen wordt er gestreefd naar het realiseren van de opgave vanuit de stad en stimuleren en behouden van het groene karakter van Zoetermeer. Het beheer en onderhoud van bomen vindt plaats volgens de principes dat niet de individuele boom, maar het samenspel van struweel en bomen belangrijk is. Dat betekent dat dunning plaatsvindt als dat voor de kwaliteit van de bosvakken nodig is en ter voorkoming van gevaarlijke situaties rondom paden en voorzieningen. In het beheer wordt gezocht naar het verhogen van de natuurwaarde en daarmee de biodiversiteit.

4.3 Parken

In de parken bestaat het groen uit solitair staande bomen, boomgroepen van vaak grotere boomsoorten (bomen van de eerste grootte, 15 -20 cm) afgewisseld met bosschages en grasvelden. De bomen en bosschages in de parken leveren een bijdrage aan de klimatologische waarde, de ecologische waarde en aan gezondheid (het gebruik van het park). Tevens dragen ze bij aan de identiteit en herkenbaarheid van Zoetermeer als groene stad.

In de stadsparken vindt het beheer en onderhoud van bomen plaats volgens dezelfde principes zoals beschreven onder 4.2. Bijzondere (solitaire) bomen worden intensiever beheerd en krijgen de kans om volledig uit te groeien. Aan de randen van de parken, grenzend aan tuinen, wordt in het beheer en onderhoud rekening gehouden met mogelijke overlast.

4.4 Hoofd boomstructuur

De hoofd boomstructuur bestaat uit boomlanen die de (wijk)ontsluitingswijken van Zoetermeer (grotendeels) begeleiden. Deze bomenlaanstructuur samen met de bermen vormen een continue lijn langs deze wegen. De bomen langs deze hoofd boomstructuur dragen bij aan de identiteit, herkenbaarheid van Zoetermeer als groene stad en de mogelijkheid tot oriëntatie in de bebouwde omgeving (ruimtelijke waarde). Tevens leveren ze een bijdrage aan de klimatologische waarde en de ecologische waarde.

Bij deze lanen wordt ingezet op continuïteit van de lijn, met een regelmatige afstand tussen de bomen en een eenduidige grasberm of onderbeplanting, die vaak natuurlijk wordt beheerd. In het beheer wordt gezocht naar verhogen van de natuurwaarden en aantrekkelijkheid. De bloemrijke natuurlijke bermen dragen hier in belangrijke mate aan bij.

4.5 Wijk- en buurtgroen

afbeelding binnen de regeling

Wijk- en buurtgroen heeft een divers karakter en dus ook een grote verscheidenheid aan bomen, soms individueel, soms in een rijtje of en een ander verband. Zij vormen het groen in de directe omgeving van de woning. De bomen in wijk - en buurtgroen leveren een bijdrage aan de identiteit, herkenbaarheid van Zoetermeer als groene stad en aan oriëntatie in de bebouwde omgeving (ruimtelijke waarde). Een groot deel van de bomen in het buurtgroen staan ook in de tuinen van de Zoetermeerder zelf. Mede vanwege het directe belang heeft de buurtbewoner een grotere beïnvloedingsruimte over de invulling van de bomen/beplanting. Hierbij wordt gezocht naar een juiste balans en een zorgvuldige belangenafweging tussen de belangen van de omwonende (omgeving), waarde/belang van de boom en behoud van het groene beeld.

In het wijk- en buurtgroen streven wij naar een optimale groeiplaats voor een aantrekkelijke boomstructuur. Op sommige situaties (hoog dynamisch gebied -winkelcentrum) zal er geen optimale groeiplaats aanwezig zijn en zal de levensduur van een boom afnemen (15-20 jaar).

4.6 Monumentale en herdenkingsbomen

afbeelding binnen de regeling

Monumentale en herdenkingsbomen zijn veelal cultuurhistorisch van grote waarde en hebben door hun omvang of functie extra waarde voor inwoners in Zoetermeer. Het kan hier gaan om zowel particuliere als gemeentelijke monumentale bomen. De monumentale bomen hebben door hun leeftijd (50 jaar en ouder) ook grote waarde en in Zoetermeer staan ze met name in het oude dorp en langs de oude linten

Het beheer van de monumentale en herdenkingsbomen is gericht op behoud. Het verwijderen (kappen) van monumentale en herdenkingsbomen is in principe niet mogelijk. Monumentale en herdenkingsbomen mogen uitsluitend in geval van gevaar, einde levensduur, ziekte en veiligheid worden gekapt.

Op de groenkaart (bijlage 1) zijn de groene hoofdwegen, parken, hoofd boomstructuur en wijk- en buurtgroen aangegeven. Uitgangspunt is het handhaven van deze structuren. Dit betekent echter niet dat de boomstructuren altijd op dezelfde wijze worden vormgegeven als nu het geval is. Zo kan een grotere plantafstand gekozen worden zodat bomen uit kunnen groeien. Ook kan gekozen worden voor bomen aan één zijde van de weg, in verband met de fysieke ruimte.

5 LEEFBARE EN VEILIGE LEEFOMGEVING

5.1 Bomenareaal in Zoetermeer

afbeelding binnen de regeling

De gemeente Zoetermeer heeft ongeveer 43.000 gemeentelijke bomen en circa 79 hectare aan Bos/Struweel in beheer. Voor het behouden en versterken van het groene karakter van Zoetermeer is het beheer en onderhoud van bomen gericht op een veilig bomenbestand met een lange levensduur.

De leeftijd van de bomen in de stad hebben een sterke relatie met de periode waarin de wijken/buurten zijn gebouwd. De oudste delen van de stad liggen in het centrum. De groei van Zoetermeer is voornamelijk in de periode tussen 1965 en 2010 gerealiseerd. Ongeveer de helft van alle bomen in Zoetermeer zijn geplant in deze periode. Deze bomen zijn inmiddels tussen de 25 en 50 jaar oud. Om de stad destijds op korte termijn een groen karakter te geven, zijn snelgroeiende boomsoorten aangeplant met een kortere levensduur. Deze snelgroeiende soorten (o.a. wilgen, populieren) werden dicht op elkaar geplant om in korte tijd een maximaal groen effect te bereiken. Intussen zijn meer duurzame boomsoorten zoals iep, plataan, linde en es tot volle wasdom gekomen of ter vervanging aangeplant. Vanaf 2010 is de stad meer geleidelijk aan het uitbreiden en worden er niet meer zoveel woningen ineens gebouwd. Met de Schaalsprong staan we weer voor een grote woningopgave.

De ‘top 10’-aantal (stuks) aangeplante bomen in Zoetermeer (goed voor circa 44% van alle bomen in de stad) is:

  • 1.

    Gewone Es – 3474 (8%)

  • 2.

    Schietwilg – 3033 (7%)

  • 3.

    Linde – 2122 (5%)

  • 4.

    Gewone Esdoorn – 1894 (4%)

  • 5.

    Zomereik – 1642 (4%)

  • 6.

    Gewone Plataan – 1639 (4%)

  • 7.

    Canadese Populier – 1466 (3%)

  • 8.

    Sierappel – 1271 (3%)

  • 9.

    Hollandse Iep – 1232 (3%)

  • 10.

    Zwarte Els – 1119 (3%)

Hiervan behoort 90% tot de categorie van de 1e grootte (bomen die meer dan 20 m hoog kunnen worden en sterk uitgroeien in de breedte). Dit hoge percentage wordt vooral veroorzaakt doordat in de laanstructuren en in de parken vooral bomen van de eerste grootte staan. Hier is vaak sprake van eenzelfde soort boom (monocultuur). In de woonstraten (buurtgroen) is duidelijk meer diversiteit in boomsoorten aangeplant. Hier staan vooral de kleinere boomsoorten.

5.2 Boomonderhoud

Voor alle bomen in Zoetermeer geldt een algemene zorgplicht3. Wij moeten kunnen aantonen dat we voldoende controle en zorg hebben besteed aan de bomen. Daarom controleren wij regelmatig de bomen op veiligheid, volgens de BVC-methode (Boomveiligheidscontrole). Er sprake van een verhoogde zorgplicht en eventueel onderzoeksplicht als de stabiliteit van de boom door aantasting en/of ziekte (zoals b.v. iepziekte, kastanjebloedingsziekte) is aangetast.

Wij hebben bewust gekozen om de onderhoudswerkzaamheden van de bomen bij een vakbekwame marktpartij uit te besteden. Alle servicegerichte taken (meldingen) van het (dagelijkse) boomonderhoud worden begeleid door de wijkbeheerders van afdeling Stadsbeheer.

Het boomonderhoud wordt planmatig aangepakt. Jaarlijks wordt over 1/4 deel van het bomenbestand een boomveiligheidscontrole (BVC) uitgevoerd. Dit betekent dat een boom eens in de vier jaar gecontroleerd wordt op dood hout, probleemtakken, gebreken, ziekten en dergelijke. Monumentale, herdenkingsbomen en bomen met een matige conditie worden vaker gecontroleerd. De resultaten worden in het beheersysteem vastgelegd. Mochten er uitwendige gebreken vastgesteld worden, dan kunnen de resultaten van dit onderzoek bevestigd worden met een nader onderzoek. Uit de inspectie krijgen bomen een bepaalde status: Goed, Matig, Slecht of Dood. De bomen die goed als status hebben worden minder vaak geïnspecteerd (circa 1 x in de 4 jaar). Bomen die slecht als status hebben worden jaarlijks geïnspecteerd. Een boom met een matige conditie wordt aangewezen als risicoboom en wordt zo vaak als nodig geïnspecteerd (minimaal 1 x per jaar). In Zoetermeer combineren we de veiligheidscontrole met de onderhoudsinspectie en bepalen we tegelijkertijd de conditie van de boom. Dit zogeheten strategisch bomenbeheer geeft inzicht in de lange termijn onderhoudsbehoefte. Deze aanpak heeft geleid tot een proactieve benadering in plaats van reactief.

5.2.1 Snoeien van bomen

Snoeien gebeurt in de gemeente Zoetermeer bij voorkeur zo min mogelijk. We willen de natuurlijke vorm van de boom zoveel mogelijk behouden. Het snoeien van jonge bomen gebeurt intensiever (jeugd snoei), snoeien van de onderste takken bij bomen langs wegen voor voldoende doorrijhoogte (begeleiding snoei) en dan bij volwassen bomen met voldoende doorrijhoogte (onderhoud snoei).

Een aantrekkelijke boomstructuur met in het stadsgroen bomen met een lange levensduur die veilig en gezond zijn

Als het eindbeeld van de boom is bereikt, hoeven de onderste takken van de bomen niet meer gesnoeid te worden voor voldoende doorrijhoogte (opkronen), maar vindt alleen nog onderhoud snoei (dood hout, probleemtakken, zoals takken tegen gebouwen e.d.) plaats. Hiermee houden we de veiligheid van het bomenbestand op peil, voorkomen we overlast en voldoen we aan onze zorgplicht.

Met behulp van een boombeheersysteem en op basis van de maatregelen afkomstig uit de Boom Veiligheidscontrole (BVC) worden, indien noodzakelijk, in een deel van een wijk, de bomen gesnoeid.

Jeugd snoei - jonge bomen

De bomen worden in de jeugdfase extra begeleid. Hoe beter een boom in de jeugd begeleid wordt, des te minder er in de toekomst gesnoeid hoeft te worden.

afbeelding binnen de regeling

Onderhoud snoei – volwassen bomen

Bij oudere bomen spreken we over onderhoud snoei. We kijken dan voornamelijk naar takken die in de toekomst voor problemen of gevaarlijke situaties kunnen zorgen.

afbeelding binnen de regeling

5.2.2 Dunnen

In het Regionale groen, recreatiegebieden, langs groene hoofdwegen en in bosplantsoenvakken vindt het beheer en onderhoud van bomen plaats door het toepassen van het dunning principe. Bij het dunning principe is niet de individuele boom, maar het samenspel van struweel en bomen belangrijk is. De bomen hebben een meer natuurlijke standplaats. Een selectieve en gefaseerde dunning zal deze natuurlijke ontwikkeling stimuleren. Voor de uitvoering van het dunnen van bomen wordt er gewerkt conform de gedragscode Flora- en faunawet. Er is hiervoor geen omgevingsvergunning nodig (vastgelegd in de APV).

5.2.3 Ziektes, aantastingen en plagen

Elke boomsoort heeft in zekere mate last van ziektes, aantastingen en plagen en er zijn verschillende ziektes en plagen die een bedreiging vormen voor hun gezondheid. Soms moet een boom verwijderd worden om verspreiding van een ziekte te voorkomen (b.v. iepziekte). Daarnaast zijn er plagen waar bomen zelf weinig last van hebben, maar die voor mensen gevaar kunnen opleveren zoals de eikenprocessierups. In bijlage 3 is een overzicht van meest voorkomende ziekten en plagen. In Zoetermeer hebben we onder meer te maken met essentaksterfte, de iepziekte en de kastanjebloedingsziekte. De aangeplante monoculturen zijn hiervoor extra kwetsbaar.

Bestrijding vindt plaats in die gevallen waarbij de ziekten, aantastingen en/ of plagen een gevaar vormen voor de instandhouding van het bomenbestand of die problemen opleveren voor de volksgezondheid (gezondheid van de mens). Dit laatste hangt samen met de functie van het gebied en (de mate van) voorkomen van de ziekte, aantastingen en/ of plaag. Bij de bestrijding van ziekte, plagen en/of aantastingen worden geen chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt.

Aangezien er in Zoetermeer veel essen en kastanjes aangetast zijn door de Essentaksterfte en Kastanjebloedinsgziekte, wacht er in Zoetermeer een opgave om gefaseerd deze boomsoorten te vervangen door andere boomsoorten. Mits er voldoende boven - en ondergrondse groeiruimte aanwezig is.

Preventief bestrijden ziekten, plagen en aantasting

Bij vervanging of renovatie van de openbare ruimte moeten- oorspronkelijke ontwerpen en uitgangspunten worden heroverwogen. Het is niet vanzelfsprekend om dezelfde boomsoort(en) terug te planten. De ecologische betekenis van bomen en de opkomst van ziekten en plagen spelen een steeds grotere rol bij de soortkeuze.

De risico’s voor het wegvallen van grote delen van het bomenbestand wanneer een ziekte of plaag de kop op steekt neemt af door het toepassen van meer soorten. Diversiteit is hierop het antwoord. De boomstructuur moet daarbij zoveel mogelijk worden gelinkt aan de ecologische structuur. De kans op het ontstaan van plagen neemt af door een ecologisch georiënteerde soortkeuze waarbij meer natuurlijke vijanden aanwezig zijn. Hiermee wordt het bomenbestand weerbaar gemaakt.

5.2.4 Vervanging en groot onderhoud

Het onderhoud is erop gericht bomen zo lang mogelijk te behouden, maar op een gegeven moment moet een boom verwijderd of vervangen worden. Zeker in de stadsomgeving wordt de levensduur (hoe oud een boom kan worden) van bomen sterk beperkt door de omstandigheden, zoals de beschikbare groeiruimte (zowel boven- als ondergronds), ziekten en nabijheid van woningen.

Het beleid is erop gericht dat bomen zich kunnen ontwikkelen en zo lang mogelijk behouden kunnen blijven voor de stad. Vervanging van bomen is pas aan de orde als de vitaliteit zodanig is afgenomen dat het risico bij het handhaven van de boom te groot wordt. Daarnaast kan vroegtijdige vervanging van bomen aan de orde zijn bij aantoonbare overlast van bomen (conform het boombeleid).

Tot slot kan vroegtijdige vervanging aan de orde zijn bij ruimtelijke ontwikkelingen en reconstructies van de openbare ruimte. Op locatie waar het risico’s beperkt is, mogen bomen blijven staan, desnoods gekandelaberd, waarbij het hout blijft liggen en de stam blijft staan. Dit levert een positieve bijdrage aan de biodiversiteit.

5.3 Vervangingsopgave Zoetermeer

In Zoetermeer zijn in de jaren '70 en '80 in relatief korte tijd veel bomen geplant, voornamelijk snelgroeiende bomen. In het verleden zijn er ook veel grote bomen op te kleine plekken (zowel boven- als ondergronds) geplant. Hierdoor ontstaat er nu overlast (schaduw, zicht, licht en overhangende takken over de erfgrens) en verschillende beheerproblemen (wortelopdruk, ziekte, aantastingen en/ of plagen). Enerzijds zijn bomen in de openbare ruimte dus waardevol maar anderzijds ontstaat er ook frictie met geen duurzame standplaats van een boom, overlast en belangen van omwonende en herinrichting/reconstructies van het openbaar gebied. We willen zowel de vervangingsopgave en het beheer- en overlastprobleem (o.a. opdrukken van bestrating door boomwortels) beleidsmatig op pakken, door zowel de nieuwe als bestaande bomen een duurzame, kwalitatieve standplaatsen te geven. Dit betekent dat wij kijken of er voldoende onder- en bovengrondse ruimte aanwezig is en of de juiste boom wel op de juiste plek staat. Hierdoor zal de toegankelijkheid van de openbare ruimte voor gehandicapten en oudere inwoners zeker gaan toenemen. Steeds moet dan de afweging worden gemaakt: hoeveel tijd/geld besteden we aan het in stand houden van bestaande, minder vitale bomen om de doelstelling van de groene stad in stand te houden. Vitaliteit en bedekkingsgraad zijn daarbij belangrijker dan aantallen. De komende jaren zal Zoetermeer te maken krijgen met een behoorlijke vervangingsopgave, deze vervangingsopgave betreft vooral de

  • Snelgroeiende 1e grootte bomen in de jaren ’70 en ’80 wijken met een einde levensduur (wilg/populier);

  • 1e grootte bomen met te weinig ondergronds/ bovengronds volume (plataan/es);

  • 3e grootte bomen (kleine boompjes in straatjes en op pleintjes) met een einde levensduur (sierappel/sierkers/meidoorn);

  • Aangetaste bomen ten gevolge van aantastingen en/ of ziekten, zoals essentaksterfziekte, kastanjebloedingsziekte.

Bij de vervangingsopgave worden oplossingen aangeboden als vervangen van bomen door een andere soort (juiste soort op de juiste plek), het toepassen van groeiplaatsverbetering (onder de grond), een grotere afstand tussen de bomen en minder aantal bomen. Ook met minder bomen kan groene karakter behouden blijven. Het gaat niet om de kwantiteit, maar om de kwaliteit en de groene bedekkingsgraad4. Het totale beeld is hier belangrijker dan het aantal bomen: 10 kleine bolacacia’s hebben samen minder impact dan 1 grote eik. Zowel qua beeldkwaliteit als effect op klimaat en luchtfiltering. We (her)planten alleen op locaties die goed zijn ingericht (voldoende bovengrondse- als ondergrondse groeiruimte). Dit kan betekenen dat de juiste boomsoort en/of minder bomen terugkomen en/of op een andere plek komen te staan.

Bij het bepalen van geschikte groeiplaatsomstandigheden voor boomsoorten, maken de ontwerper en de beheerder als leidraad gebruik van het “Handboek Bomen” van het Norminstituut Bomen. Door bij het ontwerp het advies en de praktijkervaring van de boombeheerder te betrekken, wordt een duurzamer bomenbestand gecreëerd.

De vervangingsopgave wordt gefaseerd uitgevoerd, waardoor we een gemêleerd leeftijdsbestand opbouwen en een continu groen beeld van oude en jonge bomen, en alles wat daartussenin zit, behouden. Ecologisch is een gemengd leeftijdsbestand van houtopstanden veel interessanter: variatie betekent immers meer type leefgebieden en daarmee meer soorten die daarvan kunnen profiteren. Concreet houdt dit in dat niet het bomenbestand van een hele wijk of buurt tegelijkertijd vervangen wordt (ook al vraagt de leeftijd of kwaliteit van de individuele bomen daar wel om, zolang het geen gevaar oplevert). De uitwerking van deze gefaseerde aanpak en de technische/ financiële consequenties zijn als actie opgenomen in de ontwikkelagenda, hoofdstuk 8 in paragraaf 8.4 Transparant meerjaren programmering.

5.4 Beheerkosten

De beheerkosten voor het boomonderhoud wordt bepaald door het uitvoeren van verschillende beheer- en onderhoudsmaatregelen voor 43.000 bomen in Zoetermeer. Hierbij onderscheiden wij dagelijks onderhoud en groot onderhoud/vervanging. In de hieronder liggende tabel staat weergegeven welke maatregelen o.a. onder dagelijks onderhoud hoort en welke maatregelen o.a. worden uitgevoerd bij groot onderhoud/ vervanging.

De beleidsmatige vaststelling en uitvoering van dit bomenbeleid leidt vooralsnog niet tot aanvullende beheerlasten. De huidige beschikbare middelen, zoals vastgesteld in de jaarlijkse begroting, zijn zowel voor dagelijks en groot onderhoud toereikend. Op basis van de jaarlijkse inspectie, informatie vanuit de wijk en bewonerswensen, wordt er jaarlijkse programma opgesteld.

afbeelding binnen de regeling

De komende jaren zal Zoetermeer te maken krijgen met een behoorlijke vervangingsopgave. Op basis van in het verleden aangeplante aantallen en omstandigheden die de omlooptijd van bomen beïnvloeden is te voorspellen dat in 2025 meer bomen vanwege einde levensduur, onveilige situaties en zeer hoge beheerkosten verwijderd gaan worden. Deze vervangingsopgave zal planmatig en gefaseerd worden uitgevoerd. De huidige beschikbare middelen zijn ontoereikend voor deze behoorlijke vervangingsopgave. Eventuele financiële consequenties voor deze opgave zullen jaarlijks worde ingebracht bij de financiële terugkoppeling in de begrotingscyclus en de financiële voor- en najaar rapportage.

6 OMGEVINGSBEWUST

afbeelding binnen de regeling

Zoetermeer streeft naar een hoge betrokkenheid van de inwoners bij hun stad en dus naar een aantrekkelijke boomstructuur geworteld in stad, landschap en samenleving. Die hoge betrokkenheid is er als het gaat om bomen. De inwoners van Zoetermeer koesteren het groene karakter van de stad en hechten veel belang aan behoud van bomen. Daarnaast ontvangt de gemeente ook vele reacties van omwonenden die overlast ervaren van bomen. Vaak vinden ze dat er te weinig wordt gesnoeid en/of ondervinden ze overlast, zoals schaduwoverlast, lichtbeperking, veel bladval of opdruk van de verharding door wortelgroei.

Vaak hebben we te maken met bewoners(groepen) met tegengestelde belangen, met emotionele reacties tot gevolg. Het is voortdurend zoeken naar het compromis tussen de maximale opbrengsten voor de groene stad, prettig wonen en waarde, belang en de duurzame condities voor de boom. Zoetermeer heeft een externe adviescommissie bomen die het college adviseert bij meervoudige problematiek. Daarnaast kan deze commissie door de gemeente worden gevraagd te adviseren bij schaduwoverlast en beperking van de lichttoetreding in de woning.

Meervoudige problematiek: als er sprake is van verschillende problemen waaronder overlast spreken we van meervoudige problematiek. Deze problemen kunnen bestaan uit de ervaren overlast door de inwoner (schaduwoverlast, blad- en wortelopdruk, e.d.) , verzoeken met grote impact (bijvoorbeeld voor- en tegenstanders) en de veiligheidsverwachting van de boom, verschillende beheerproblemen zoals wortelopdruk, onvoldoende groeiruimte, rioolproblemen door wortels en een toename van de beheerkosten.

6.1 Belangenafweging groene hoofdwegen en hoofd boomstructuur

De bomenlanen langs de groene hoofdwegen en de hoofd boomstructuur bepalen in belangrijke mate het beeld van Zoetermeer als Groene Stad. Het belang van een groene stad prevaleert boven het individuele belang. Deze bomen zijn voor en van iedere Zoetermeerder en dragen bij aan een aangenaam en gezond leefklimaat. Ze komen in principe niet voor verwijderen in aanmerking, tenzij er zwaarwegende argumenten zijn die te maken hebben met gevaar, einde levensduur (aftakeling door ouderdom), aantasting door ziekte of extreme overlast of schades of uitzonderlijke situatie (onrechtmatige hinder) en/of ontwikkelingen, reconstructie, herinrichting. Op basis van een zorgvuldige belangenafweging wordt er een advies gegeven en wordt er gekeken naar de locatie waar de boom staat, levensverwachting van de boom, boomwaarde, waardering en draagvlak vanuit de omgeving, de beheertechnische situatie, duurzame standplaats en de mate van overlast. Dit laatste zal alleen doorslaggevend zijn als er sprake is en aangetoonde, langdurig aanwezig, ernstige mate van overlast. In bijlage 2 staat aangegeven per overlastvorm wanneer er sprake is van een verwijderingsbelang en de methode voor het bepalen van onrechtmatig hinder door overmatige en langdurige overlast.

6.2 Belangenafweging wijk- en buurtgroen

Bij de bomen in wijk - en buurtgroen, heeft de buurtbewoner een grotere beïnvloedingsruimte en vindt er een zorgvuldige belangenafweging plaats tussen de belangen van de omwonende (omgeving), waarde/belang van de boom en behoud van het groene beeld. Hierbij wordt als eerste gekeken naar de levensverwachting van de boom, de mate van overlast en speelt deze bij één of meerdere omwonenden, er zijn geen adequate oplossingen om de overmatige overlast te verminderen (zie bijlage 2) en de waardering en draagvlak vanuit de omgeving. Een kanttekening hierbij is echter dat in het verleden veel grote bomen op te kleine plekken (zowel boven- als ondergronds) zijn geplant. Hierdoor ontstaat er overlast (schaduw, zicht, licht en overhangende takken over de erfgrens) en verschillende beheerproblemen (wortelopdruk, ziekte, aantastingen en/of plagen).

Samenvattend, bij een belangenafweging in zowel hoofdboomstructuur, langs hoofdwegen als het wijk- en buurtgroen, wordt er gekeken naar:

  • 1.

    de locatie waar de boom staat (hoofd boomstructuur / buurtgroen)

  • 2.

    de levensverwachting van de boom,

  • 3.

    welke boomwaarde heeft de boom,

  • 4.

    waardering en draagvlak vanuit de omgeving en

  • 5.

    de mate van overlast.

  • 6.

    Beheertechnisch en duurzame standplaats

Bij de onderstaande enkelvoudige situaties blijft de boom in principe behouden en wordt gezocht naar andere oplossingen (maatschappelijk gewenst snoeien5, herstraten rondom de boom, boomspiegel6 verruimen e.d.). In bijlage 2 zijn de verschillende vormen van overlast beschreven met eventuele mogelijke oplossingen en de wijze hoe de ernstige mate van overlast wordt bepaald en geconstateerd.

De boom blijft in principe behouden bij de volgende overlastsituaties;

  • bij te herstellen schade aan huisaansluitingen (riool);

  • bij lichte takval (= takken korter dan een meter) bij boomsoorten waarvoor dit gewoon is (bijvoorbeeld wilg, populier);

  • bij overlast van in de boom levende luizen, vogels;

  • bij overlast vanwege (veel) bladval, bloemblaadjes, vruchten enz.;

  • bij allergische reacties;

  • bij vrijkomen van hars uit de boom;

  • bij plagen zoals eikenprocessierups, spinselmot, e.d. (indien geen sprake van overmatige en langdurige overlast door plagen die problemen opleveren voor de volksgezondheid eventueel aangetoond door een deskundige);

  • bij het aanleggen van zonne-installaties/schotelantennes.

De boom komt in de volgende overlastsituaties in aanmerking voor verwijderen;

  • indien sprake is van overmatige, langdurige schaduwoverlast aantoonbaar door schaduwdiagram en schaduwanalyses (zie bijlage 2);

  • bij beperking van lichttoetreding in de woning, indien sprake is van overmatige en langdurige overlast door lichtbeperking (aantoonbaar door analyse, zie bijlage 2);

  • bij opdrukken van verharding door wortels, als de veiligheid in het geding is.

  • Overlast door plagen die problemen kunnen opleveren voor de volksgezondheid.

6.3 Werkwijze externe bomencommissie

afbeelding binnen de regeling

Om tot een bevredigende oplossing of uitleg te komen is het van belang dat we in gesprek zijn en blijven met de Zoetermeerders. Om die reden heeft de gemeente Zoetermeer een externe, onafhankelijke bomencommissie aangesteld. Deze externe bomencommissie is door het college ingesteld en bestaat uit een landschapsarchitect, boomdeskundige en een omgevingsmanager. Bij de samenstelling van deze commissie wordt er voor gezorgd dat bij één van de leden ook ecologische kennis aanwezig is. De secretaris van de commissie wordt beschikbaar gesteld door de gemeente. Deze commissie mag beargumenteerd en gemotiveerd advies geven dat afwijkt van het bomenbeleid. Op basis van een zorgvuldige belangenafweging komt de commissie tot een advies (zoals al beschreven in paragraaf 6.1 en 6.2 van dit hoofdstuk).

De overlast van bomen kan online worden gemeld via het meldingsformulier of via telefoon. In eerste instantie beoordeelt de wijkbeheerder deze melding. Indien de wijkbeheerder nader advies nodig heeft wordt dit voorgelegd aan de gemeentelijke vakspecialist of de interne ambtelijke bomencommissie. Als er sprake is van verschillende problemen, spreken we van meervoudige problematiek en wordt de melding/verzoek voorgelegd aan de externe bomencommissie. Het advies van de externe bomencommissie wordt ter besluitvorming voorgelegd aan het college.

In bijlage 5 staat de werkwijze van de externe bomencommissie beschreven.

6.4 Communicatie

Uitgangspunten bij communicatie over bomen zijn:

  • De gemeente hecht veel waarde aan heldere, open en actieve communicatie.

  • Op de gemeentelijke webpagina communiceren wij alle actuele informatie rondom bomen (www.zoetermeer.nl/bomen)

  • Alle (geregistreerde) bomen in Zoetermeer zijn met o.a. nummer, naam en leeftijd terug te vinden op de gemeentelijke webpagina (www.zoetermeer.nl/bomen/bomen in de stad/naar kaart bomenbestand Zoetermeer)

  • Het aantal (geregistreerde) bomen is terug te vinden op de gemeentelijke website

  • Meldingen en vragen over bomen worden tijdig en correct afgehandeld;

  • Wanneer bomen onderdeel uitmaakt van een project (b.v. ontwikkelingen, reconstructies, herinrichting, e.d.) en/of werkzaamheden communiceren wij tijdig en duidelijk doormiddel van een samenspraaktraject;

  • We zijn vooraf transparant over de mate van samenspraak die mogelijk is en wat de inwoners van de gemeente mogen verwachten;

  • Als bomen behouden blijven en/of vervangen (moeten) worden, zullen we uitleggen wat de reden daarvan is;

  • We communiceren tijdig over ingrepen of voorstellen. Afhankelijk van de situatie wordt gekozen voor het meest toepasselijke communicatiekanaal (website, Stadsnieuws, brief, social media), zodat de gelegenheid hebben om te reageren;

  • We zijn vooraf duidelijk over de spelregels en de belangenafweging;

  • We geven een goed beeld van voor­ en nadelen, verschillende argumenten (onderbouwd) en de afwegingen die we maken bij het behoud of verwijderen van bomen;

  • We gaan in gesprek met de omwonende, bijvoorbeeld ter plaatse door onze wijkbeheerders;

  • Signalen en vragen nemen we serieus. We zoeken altijd naar de best passende oplossing voor een situatie.

6.4.1 Communicatie bij (her)Inrichting / reconstructies

Een (her)inrichting komt voor bij groot onderhoud, waarbij de inrichting van het betreffende gebied wordt aangepast. Bij reconstructies gaat het om werkzaamheden als de verbreding van een weg, de aanleg van een rotonde etc. Ook (beheer)problemen met bomen kunnen aanleiding zijn voor een reconstructie en/of herinrichting. In een wijk en/of straat die (her)ingericht wordt of waar een reconstructie wordt uitgevoerd zijn de omwonenden de direct belanghebbenden. Deze belanghebbende worden uitgenodigd met betrekking tot samenspraak bij de inrichting en het beheer van hun straat. We verplaatsen ons in de Zoetermeerder en door de inwoners erbij te betrekken bereiken we meer. In een vroeg stadium bij (her)inrichting vragen we om de inbreng van de omgeving. Bij herinrichting speelt onder meer de keuze tussen behoud of het inspelen op veranderende wensen een rol.

6.5 Mate van samenspraak en communicatiemiddelen

Bomen zijn emotie. Het kappen van bomen brengt regelmatig grote onrust in de samenleving. De inwoners van Zoetermeer vinden groen en bomen in hun directe omgeving belangrijk. Zoetermeer neemt daarom jaarlijks deel aan de landelijke boomfeestdag. Het streven is om elk kind in zijn of haar basisschooltijd minimaal één eigen boom te laten planten (ieder kind een boom). Omdat dit vaak de eerste natuurervaring is, wordt dit nooit meer vergeten. En als kinderen eenmaal enthousiast zijn gemaakt over de waarde van bomen en natuur, zullen zij deze kennis vroeger of later ook weer overbrengen op ouders, kinderen of andere opvoeders.

Goede communicatie over het bomenbeleid met betrekking tot aanplant, bescherming en het vervangen/verwijderen van bomen vergroot het draagvlak. Op de website van de gemeente Zoetermeer wordt het bomenbeleid in het kort en in goed begrijpbare taal uiteengezet. Hiermee kunnen onduidelijkheden en onnodige vragen van worden voorkomen.

Soms moet de gemeente acuut ingrijpen, bijvoorbeeld bij onveilige situaties. Daarnaast zijn er soms technische redenen om in te grijpen, zoals verkeersveiligheid (uitzichthoeken) of schade aan hoofdnutsvoorzieningen. In acute situaties communiceert de gemeente niet vooraf en is er geen consultatie of meebepalen mogelijk. Indien nodig wordt achteraf uitgelegd waarom er is ingegrepen.

Er wordt niet gericht gecommuniceerd over onderwerpen die vaker voorkomen en behoren tot het regulier onderhoud van de bomen, zoals bijvoorbeeld over de uitvoering van snoeiwerkzaamheden met beperkte impact, schoffelen van de boomspiegel en andere kleine onderhoudsmaatregelen. Wel is er op de website www.zoetermeer.nl/bomen en www.zoetermeer.nl/onderhoud-stad in algemene zin informatie hierover te vinden.

Per situatie bepalen we welke communicatiemiddelen het meest geschikt zijn; dat hangt onder meer af van de betrokkenheid en schaalgrootte. In bijlage 6 staan per onderwerp welke communicatiemiddel of wijze kan worden ingezet.

7 BOOMBESCHERMING

afbeelding binnen de regeling

Het beschermen van de bomen is gericht op het behoud van de Groene stad: “Aantrekkelijke boomstructuur geworteld in stad, landschap en samenleving”. Zo geven we invulling aan de groene en een duurzaam, omgevingsbewust bomenbeleid in Zoetermeer.

7.1 Wettelijke boombescherming

De bescherming van de bomen in het stedelijk gebied is wettelijk gewaarborgd door de juridische regels in de Apv (zie bijlage 4 overzicht van de Apv bepalingen) en het bomenbeleid. Hierin staat de procedure en de voorwaarden voor het aanvragen van een vergunning voor het verwijderen (kappen) van een boom beschreven, waarbij als er sprake is van een boom in de apv de (jurdische)term houtopstand wordt gehanteerd. Het verlenen of weigeren van een vergunning is een juridische belangenafweging, waarbij enerzijds een boomkundige/boomtechnische toets plaatsvindt (leeftijd, conditie, levensverwachting, etc.) en anderzijds de verwijderingsbelangen worden beoordeeld. Indien een vergunning wordt verleend, kunnen nadere voorwaarden, waaronder herplantplicht/ instandhoudingsplicht en/of het voorkomen van aantasten van beschermde natuurwaarden, worden gesteld.

Beschermde natuurwaarde van een boom is wettelijk geregeld door de Wet natuurbescherming. Indien er sprake van een boom met grote ecologische betekenis (beschermde natuurwaarden) dan is het gelet op de Wet natuurbescherming niet toegestaan dergelijke bomen te kappen, tenzij goedgekeurde alternatieve en/of boomkundige oplossingen mogelijk zijn. De aanvrager moet op grond van deze Wet natuurbescherming aantonen dat er geen beschermde natuurwaarden worden aangetast door het verwijderen van de boom/bomen.

De bossen en bomenrijen buiten de contouren van de “bebouwde kom ”, zijn beschermd in de Wet natuurbescherming. Terreineigenaren moeten kapaanvragen melden bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De

Wet natuurbescherming is gericht op het in stand houden van de “houtopstand”.

De procedure voor het beoordelen van een aanvraag tot het verwijderen (kappen) van een bomen wordt in bijlage 4 beschreven.

We maken onderscheid in de volgende vergunningsplichtige bomen:

  • 1.

    Monumentale- en herdenkingsbomen;

  • 2.

    Bomen in beschermde gebieden;

  • 3.

    (overige) Bomen die eigendom zijn van de gemeente.

Particuliere bomen zijn niet vergunningsplichtig, met uitzondering van de particuliere monumentale en herdenkingsbomen en de particuliere bomen in de beschermde gebieden. De vergunningsplicht geldt niet in het geval van acuut gevaar voor mens en omgeving, dunning, periodiek vellen van hakhout en /of knotten of kandelaberen van bomen als onderhoudsmaatregel ter uitvoering van het reguliere onderhoud en bomen die moet worden geveld krachtens de Plantenziektewet of krachtens een aanschrijving van het college.

In de onderstaande paragrafen worden de vergunningsplichtige bomen toegelicht.

7.1.1 Monumentale en/of herdenkingsbomen

Het kan hier gaan om zowel particuliere als gemeentelijke bomen.

Het overzicht monumentale en herdenkingsbomen Zoetermeer 2015 wordt door het college vastgesteld en in ieder geval eenmaal per vijf jaar geactualiseerd. In het overzicht monumentale en herdenkingsbomen Zoetermeer 2015 zijn de criteria beschreven wanneer een boom een monumentale en/of herdenkingsboom is en het overzicht van deze bomen weergegeven. Het belang van verwijderen van de monumentale en herdenkingsbomen kan alleen in geval van gevaar, einde levensduur, ziekte en veiligheid. In bijlage 4 staat schematisch het verwijderingsbelang voor de monumentale en herdenkingsbomen weergegeven.

7.1.2 Bomen in beschermde gebieden

Het belang voor verwijderen van de bomen in het beschermde gebieden kan in geval van gevaarlijke situaties, veiligheid en sterk afnemende kwaliteit/conditie en/of als er sprake is van een zwaarwegend maatschappelijk belang. Zie paragraaf 7.2.

7.1.3 (overige) Bomen die eigendom zijn van de gemeente

Vooral als het gaat om het weghalen of behouden van bomen die eigendom zijn van de gemeente leidt de afweging regelmatig tot commotie. Niet alleen het belang van bomen is deel van die discussie, maar ook de vaak onderlinge tegenstrijdige individuele belangen. Het gaat vaak om een tegenstelling tussen ‘liefde’ voor bomen en ervaren overlast. Het belang voor verwijderen van de bomen kan zowel bij het verwijderingsbelang categorie 1: Gevaarlijke situaties, veiligheid en sterk afnemende kwaliteit/conditie en categorie 2: Zwaarwegend maatschappelijk belang. Onder paragraaf 7.2 wordt het verwijderingsbelang voor (overige) bomen die eigendom zijn van de gemeente nader beschreven.

In bijlage 4 staat schematisch het verwijderingsbelang voor de bomen die eigendom zijn van de gemeente weergegeven.

7.2 Verwijderingsbelang

De redenen om ingrijpende maatregelen bij een boom uit te voeren of om een boom te verwijderen (te kappen) zijn divers en niet compleet te overzien. Ze komen voort uit een dringende reden vanuit algemeen of persoonlijk belang of als er sprake is van overlast. Algemeen uitgangspunt is dat vergunningsplichtige bomen niet worden verwijderd (gekapt), zonder dat daarvoor een reden (verwijderingsbelang) wordt aangegeven. Het is de plicht van de aanvrager van een omgevingsvergunning om bij de aanvraag een duidelijk verwijderingsbelang (reden/motivering) te geven. Hierin moet worden aangegeven waarom de bomen (houtopstanden) moeten worden verwijderd (gekapt), welke alternatieven overwogen zijn waarbij de bomen behouden kunnen blijven, of verplanten dan wel herplant een optie is. Bovendien moet de aanvrager op grond van de Wet natuurbescherming aantonen dat er geen beschermde natuurwaarden worden aangetast door het verwijderen van de boom/bomen. Het is dus de plicht van de aanvrager (de veroorzaker) dit onderzoek uit te voeren en hiervan verslag te doen bij de aanvraag.

Het belang voor het verwijderen van een boom kan worden onderverdeeld in twee categorieën:

  • 1.

    Gevaarlijke situaties, veiligheid en sterk afnemende kwaliteit/conditie.

  • 2.

    Zwaarwegend (maatschappelijk) belang.

7.2.1 Gevaarlijke situaties, veiligheid en sterk afnemende kwaliteit/conditie

De categorie 1: Gevaarlijke situaties, veiligheid en sterk afnemende kwaliteit/conditie kan verder onderverdeeld worden in:

  • a.

    Acuut gevaar voor mens en omgeving;

  • b.

    Einde levensduur;

  • c.

    Ziektes, aantastingen en plagen;

  • d.

    Schade;

  • e.

    Sterk afnemende kwaliteit/condities en hoge beheerkosten

Hierbij kan sprake zijn van meerdere belangen die tegelijkertijd spelen.

  • a.

    Acuut gevaar voor mens en omgeving

Bij acuut gevaar (bij kans op o.a. windworp/omvallen) is geen vergunning benodigd, maar kan direct gekapt worden (nood kap). Acuut gevaar voor mens en omgeving betekent dat voorzienbaar is dat de boom op korte termijn (van binnen enkele dagen tot binnen één jaar) de levens van mensen rechtstreeks kan bedreigen (bijv. door heersende windrichting kan de boom op een woning terecht komen) of ernstige schade aan zaken van bijvoorbeeld historische of economische waarde kan opleveren.

Voorbeelden van acuut gevaar zijn:

  • Instabiliteit ten gevolge van bliksem-, storm-, en aan rijschade;

  • Bomen met een (levensbedreigende) ziekte en het gevaar voor verspreiding hiervan (bijv. iepziekte);

  • Bomen met een sterke verminderde vitaliteit waardoor gevaar kan ontstaan.

  • b.

    Einde levensduur

Zoals beschreven in hoofdstuk 5 naderen inmiddels veel snelgroeiende bomen en klein blijvende (kwarrende) bomen in Zoetermeer het einde van hun levensduur. Hierdoor neemt de conditie en de vitaliteit van de boom onomkeerbaar af en de kans op ziekte, plagen en gevaarlijke situaties toe. Ook de beheerkosten van deze bomen nemen toe.

  • c.

    Ziektes, aantastingen en plagen

Sommige ziekten die uitbreken bij bomen zijn besmettelijk. Indien bomen het gevaar opleveren voor verspreiding van een boomziekte of boomaantasting (essentaksterfte, kastanjebloedingsziekte e.d.) of voor vermeerdering van insecten die boomziekten verspreiden of hinderlijk zijn voor mensen en een gevaar zijn voor de volksgezondheid, kan het college van B&W (vastgelegd in de Apv) besluiten om de boom te verwijderen. Als het een particuliere boom betreft kan de eigenaar verplicht worden binnen een gestelde termijn de boom te verwijderen.

  • d.

    Schade

Hieronder valt ernstige mate van schade aan bebouwing, ondergrondse infrastructuur (riolering), verkeer e.d. aangetoond door een expert op dit onderwerp. Bij een ernstige mate van schade zal er een risicoanalyse worden opgesteld door een bevoegd expert. Ook (ernstige) wortelopdruk valt hieronder. De mate waarin wortelopdruk is toegestaan is beschreven in de kwaliteitscatalogus, behorende bij de beheervisie.

  • e.

    Sterk afnemende kwaliteit/conditie en hoge beheerkosten

De bomen en boomstructuren in Zoetermeer zijn inmiddels 40 jaar oud en volgroeid en sommige hebben ondergronds of bovengronds te weinig groeiruimte en/of kampen met ziektes. Bij deze situaties zal de levensverwachting van de boom snel afnemen, de onveiligheidsverwachting toenemen, verschillende beheerproblemen (wortelopdruk, ziekte/aantastingen, onvoldoende groeiruimte, e.d.) ontstaan en de beheerkosten toenemen. Waar de levensverwachting van de boom snel afneemt en geen duurzame groeiruimte gecreëerd kan worden is het beter om deze boom te vervangen door een andere (kleine) soort of een duurzame groeiruimte creëren door herinrichting/reconstructie.

7.2.2 Zwaarwegend (maatschappelijk) belang

De categorie ‘zwaarwegend (maatschappelijk) belang kan verder onderverdeeld worden in:

  • a.

    Ontwikkeling, reconstructies en/of herinrichting;

  • b.

    Overlast.

  • a.

    Ontwikkelingen, reconstructies en/of herinrichting

Bij ontwikkelingen, reconstructies en/of herinrichtingen dient zorgvuldig omgegaan te worden met de aanwezige bomen. Voor monumentale- en herdenkingsbomen wordt geen vergunning verleend. Onder ontwikkelingen worden bouwplannen, zoals een inbreidingslocatie, verstaan. Bij reconstructies gaat het om werkzaamheden als de verbreding van een weg, de aanleg van een rotonde etc. Een herinrichting komt voor bij groot onderhoud, waarbij de inrichting van het betreffende gebied wordt aangepast. Ook (beheer)problemen met bomen kunnen aanleiding zijn voor een reconstructie en/of herinrichting. Ten alle tijden zal de “aanbrenger” van een ontwikkeling, reconstructie en/of herinrichting het zwaarwegend maatschappelijk belang van een voorgestelde kap gedegen en onderbouwd moeten aanleveren. Hier dient een zorgvuldige belangenafweging gevonden te worden tussen de belangen van de ontwikkeling, reconstructies en/of herinrichting, waarde/belang van de boom en behoud van het groene beeld. Er wordt dan ook gekeken naar verplantmogelijkheden, ruimtelijke alternatieven en andere manieren om te vergroenen (groengevels, groene daken. e.d.) om het groen te compenseren.

Met behulp van een boomeffectanalyse (BEA) kunnen bijvoorbeeld de mogelijke effecten van de bouw of aanleg op het duurzaam voorbestaan van de boom in beeld worden gebracht en hoe nadelige effecten op de boom tot een minimum kunnen worden beperkt.

Als een kapvergunning nodig is voor het realiseren van een bouwproject, dan zal, bij gemeentelijke bomen, geen gebruik worden gemaakt van de omgevingsvergunning (kapvergunning) totdat de verleende omgevingsvergunning die de ontwikkeling of reconstructie toestaat, onherroepelijk is.

  • b.

    Overlast

Een Boomeffectanalyse (BEA) is een gestandaardiseerde beoordeling die alle mogelijke effecten van de bouw of aanleg op het duurzaam voorbestaan van de boom in beeld brengt. Hierin wordt ook omschreven hoe de nadelige effecten tot een minimum kunnen worden beperkt.

Hier dient een zorgvuldige belangenafweging gevonden te worden tussen de belangen van de omwonende (omgeving), waarde/belang van de boom en behoud van het groene beeld. Enerzijds zijn bomen in de openbare ruimte waardevol maar anderzijds ontstaat er ook frictie tussen overlast en belangen van omwonende en herinrichting/reconstructies van het openbaar gebied. Bepaalde verschijnselen die worden veroorzaakt door bomen (blad-/vruchtval) of samengaan met de aanwezigheid van bepaalde boomsoorten (wortelopdruk, schaduwoverlast, honingdauw, eikenprocessierups) kunnen als overlast worden ervaren. In bijlage 2 staan de vormen van overlast en eventuele oplossingen beschreven en de methode (ontwikkelend door de externe bomencommissie) voor het bepalen van onrechtmatig hinder door overmatige en langdurige schaduwoverlast en lichtbeperking. Het is een algemeen maatschappelijk gegeven dat de inwoners enige overlast van bomen dienen te accepteren. Een dergelijke overlast weegt op tegen het algemeen ervaren nut en genot dat een boom verschaft. De overlast mag echter niet zodanig zijn dat er sprake is van onrechtmatig hinder in de zin van Artikel 5:37 BW (bij onrechtmatige hinder wordt er gekeken naar: de aard, ernst en de duur van de hinder; en de daardoor veroorzaakte schade; de verdere (specifieke) omstandigheden van het geval).

De boom blijft in principe behouden bij de volgende overlastsituaties:

  • bij enige mate van schaduwoverlast in de woning of verblijfs-buitenruimte;

  • bij enige mate van beperking van lichttoetreding in de woning;

  • bij opdrukken van verharding door wortels (binnen de in de beheervisie vastgelegde norm). Bovenstaande geldt alleen zolang de veiligheid niet in het geding is;

  • bij schade aan huisaansluitingen (riolering);

  • bij lichte takval;

  • bij overlast van in de boom levende luizen, vogels;

  • bij overlast van bladval, bloemblaadjes, vruchten enz.;

  • bij allergische reacties;

  • bij vrijkomen van hars uit de boom;

  • bij enige mate van plagen zoals eikenprocessierups, spinselmot, e.d.;

  • ten behoeve van zonne installaties/schotelantennes.

Van een verwijderingsbelang is sprake in geval van:

  • indien sprake is van overmatige, langdurige schaduwoverlast aantoonbaar door analyses (zie bijlage 2);

  • bij beperking van lichttoetreding in de woning, indien sprake is van overmatige en langdurige overlast door lichtbeperking (aantoonbaar door analyse, zie bijlage 2);

  • bij opdrukken van verharding door wortels, als de veiligheid in het geding is.

  • Overlast door plagen die problemen kunnen opleveren voor de volksgezondheid.

Indien er naast de overlast ook sprake is van meervoudige problematiek (één of meerdere aspecten) dan wordt dit betreffende geval voorgelegd aan de externe bomencommissie (zie hoofdstuk 6, paragraaf 6.3, . Communicatie en werkwijze externe bomencommissie). In bijlage 2 staat per overlastvorm eventuele oplossingen beschreven en is de methode opgenomen om aantoonbaar de mate van overlast te bepalen (normen).

7.3 Voorwaarden

Aan een omgevingsvergunning (kappen) kunnen voorwaarden worden gesteld. De voorwaarden kunnen de volgende onderwerpen betreffen:

  • De herplantplicht en/of instandhoudingsverplichting: bij het (her)planten van bomen wordt gestreefd naar duurzaamheid. Dat houdt in dat herplant alleen mogelijk is waar zowel boven- als ondergronds voldoende ruimte is en/of gecreëerd kan worden. Hierbij kan de richtlijnen van het handboek bomen van het normeninstituut als hulpmiddel dienen. Instandhoudingsverplichting is het in stand houden van een samenhangende boomstructuur en niet de individuele boom;

8 ONTWIKKELAGENDA

afbeelding binnen de regeling

Ter ondersteuning van het Bomenbeleid staan in dit hoofdstuk de activiteiten beschreven die na de vaststelling van het Bomenbeleid worden uitgewerkt.

Het beleid vormt met name een afwegingskader voor het behouden of verwijderen van bomen en biedt handvatten voor de werkwijze en de communicatie. Dat zien we terug in de ontwikkelagenda.

8.1 Communicatie

Er zijn op het gebied van communicatie naar inwoners resultaten geboekt. Er is blijvende aandacht voor de wijze van communicatie naar en met inwoners, de uitvoering van de adviezen van de externe bomencommissie en de continuïteit en indien nodig verbeteren van de ontwikkelde werkwijze.

8.2 Bomenwandeling

Door echt contact te maken, bijvoorbeeld in de vorm van bomenwandelingen, brengen we inwoners onderling en inwoners en de gemeente bij elkaar. Zo komen we tot een goed en respectvol gesprek waarin, op basis van argumenten, zowel de behoeften van omwonende als het vakmanschap van de gemeente tot hun recht komen. Deze bomenwandeling dient nader uitgewerkt te worden in samenwerking met enkele betrokken inwoners. Ook bij projecten kan de bomenwandeling ingezet worden, waarbij een expert ter plaatse een toelichting geeft op de waarde en de conditie van de bomen.

8.3 Verhalen, kennis en gegevens delen

Het is belangrijk dat de inwoner van Zoetermeer de waarde en positieve effecten van bomen beter leren kennen. Het etaleren van goede voorbeelden en vakmanschap dragen bij aan de beeldvorming dat we actief werken aan de groene stad en daar ook succesvol in zijn. Voorbeelden zijn: een ‘Google Maps’ voor bomen, benutten van social media, de bomenfilm, boomsafari’s et cetera. Dit is een doorlopende activiteit.

8.4 Transparant meerjaren programmering

Op basis van inspecties, risicoanalyses, nadere onderzoeken, eventuele externe advisering en afhankelijk van andere werkzaamheden in de stad, wordt een meerjaren programma voor bomen opgesteld. Dit programma maakt onderdeel uit van het programma groot onderhoud en vervanging openbare ruimte. Communicatie en hoe de inwoners worden geïnformeerd en betrokken worden bij projecten is essentieel.

Zoals al beschreven krijgt Zoetermeer te maken met een grote vervangingsopgave. Die vervangingsopgave zal gefaseerd uitgevoerd worden. Via voorjaar- en najaarsnota worden de financiële opgave indien noodzakelijk kenbaar gemaakt.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad op 13 juli 2020

de griffier,

drs. R. Blokland MCM

plv. voorzitter,

K.J.W. De


Noot
1

Een eco-systeemdienst is een dienst die door een ecosysteem aan mensen wordt geleverd.

Noot
2

Dunning: Bomen verwijderen, om te voorkomen dat boomstammen te dicht op elkaar staan en dat andere bomen meer ruimte krijgen om uit te kunnen groeien tot een volwassen boom

Noot
3

Zorgplicht: De eigenaar van een boom, bomen of bos heeft een zorgplicht voor zijn of haar eigendommen. Deze zorgplicht houdt in dat de eigenaar verplicht is de nodige zorg, BVC-methode (BoomVeiligheidsControle) en onderhoud aan deze bomen uit te voeren.

Noot
4

De bedekkingsgraad is het groen dat we zien op een luchtfoto of wanneer we omhoogkijken naar het bladerdek

Noot
5

Maatschappelijk gewenst snoei: snoei die niet noodzakelijk is voor het in stand houden van de boom, maar om overlast te verminderen.

Noot
6

Boomspiegel: afgebakend oppervlak rondom de stam van een boom.