Besluit van de voorzitter van de commissie Bezwaarschriften van Waalwijk tot overdragen van bevoegdheden

Geldend van 27-04-2023 t/m heden

Intitulé

Besluit van de voorzitter van de commissie Bezwaarschriften van Waalwijk tot overdragen van bevoegdheden

(Mandaatbesluit voorzitter commissie Bezwaarschriften Waalwijk 2023) 

De voorzitter van de commissie Bezwaarschriften (hierna: de commissie);

overwegende, dat op grond van de Verordening commissie Bezwaarschriften Waalwijk 2023 (hierna: de verordening) bevoegdheden zijn toegekend aan de voorzitter van de commissie;

gelet op hoofdstuk 10 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna te noemen: Awb) en artikel 8, tweede lid, van de verordening;

besluit de volgende bevoegdheden te mandateren, dan wel een machtiging te verlenen aan:

de secretaris en de administratief/juridisch ondersteuner van het secretariaat van de commissie bezwaarschriften:

  • -

    de bevoegdheden van artikel 8 van de verordening, met uitzondering van artikel 7:6, vierde lid, van de Awb, te weten:

    - de bevoegdheid op grond van artikel 2:1, tweede lid, van de Awb;

    - de bevoegdheid op grond van artikel 6:6 van de Awb, voor wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

    - de bevoegdheid op grond van artikel 6:17 van de Awb, voor zover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

    - de terinzagelegging op grond van artikel 7:4, tweede lid, van de Awb.

  • -

    de bevoegdheid op grond van artikel 11, tweede lid, van de verordening tot het rechtstreeks inwinnen van de in verband met de voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift gewenste inlichtingen;

  • -

    de bevoegdheid om op grond van artikel 12, eerste lid, van de verordening plaats en tijdstip te bepalen van de zitting waarin de belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen;

  • -

    de bevoegdheid om op grond van artikel 12, derde lid, van de verordening, mededeling te doen aan de belanghebbenden en bestuursorgaan van het besluit van de voorzitter om met toepassing van artikel 7:3 van de Awb af te zien van het houden van een hoorzitting;

  • -

    de bevoegdheid op grond van artikel 13, derde lid, van de verordening om de belanghebbenden en het bestuursorgaan schriftelijk uit te nodigen voor de zitting;

  • -

    de bevoegdheid op grond van artikel 20, tweede lid, van de verordening om het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen te verzoeken tijdig de beslissing te verdagen.

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na de datum van bekendmaking.

Ondertekening

Waalwijk, 11 april 2023

de commissie Bezwaarschriften

Namens deze,

mr. drs. R.L. Franken, voorzitter