Regeling vervallen per 15-05-2023

Subsidieregeling Noodfonds stichtingen en (sport)verenigingen 2023

Geldend van 20-04-2023 t/m 14-05-2023

Intitulé

Subsidieregeling Noodfonds stichtingen en (sport)verenigingen 2023

Het college van de gemeente Lelystad;

Gelet op:

  • -

    artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad;

BESLUIT:

Vast te stellen de navolgende ‘Subsidieregeling Noodfonds stichtingen en (sport)verenigingen 2023”.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze subsidieregeling verstaat onder:

  • a.

    ASVL: Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad;

  • b.

    BW: Burgerlijk Wetboek;

  • c.

    Stichtingen: Een bij de KvK ingeschreven rechtsvorm waarmee een sociaal, ideëel of maatschappelijk doel wordt na gestreefd;

  • d.

    Vereniging: Een bij de KvK ingeschreven rechtsvorm waarbij samen met haar leden maatschappelijke activiteiten worden georganiseerd om een bepaalde wens of doel te bereiken;

  • e.

    Sportvereniging : Een bij de KvK ingeschreven rechtsvorm waarbij het doel is het laten beoefenen van een bepaalde sport door de leden van de vereniging.

  • f.

    Energiecontracthouder: de vereniging of stichting die een contract met een energiemaatschappij heeft afgesloten, voor de energielasten van een gebouw en/of terrein dat gebruikt wordt voor een sociaal maatschappelijk belang.

  • g.

    KvK: Kamer van Koophandel;

  • h.

    Sociaal-maatschappelijk doel: Bijvoorbeeld door - ten behoeve van een publiek belang zonder winstoogmerk - een bijdrage aan een gezond en veilig leefklimaat te leveren en het versterken van de sociale cohesie. . Hieronder wordt met name het werk van buurt- en dorpshuizen, verenigingen en culturele instellingen verstaan.

  • i.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad.

  • j.

    Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvlak maximaal beschikbaar is voor de verstrekking van subsidie.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verlening van subsidies door het college aan stichtingen of verenigingen voor:

  • -

    een gedeeltelijke compensatie voor de aantoonbare stijging van de energielasten in 2022, zoals bedoeld in artikel 5 en 6, en

  • -

    voor zover passend binnen het gestelde in de ASVL.

Artikel 3. Doel van de regeling

De gestegen energielasten over het jaar 2022 van maatschappelijke stichtingen en verenigingen (deels) te compenseren en hiermee financiële problemen voorkomen.

Artikel 4. Doelgroep

De subsidie kan worden aangevraagd door stichtingen en verenigingen die:

  • a.

    voldoen aan het gestelde in artikel 1, onder c of d;

  • b.

    geen winstoogmerk hebben;

  • c.

    gevestigd zijn in Lelystad;

  • d.

    hun activiteiten hoofdzakelijk in Lelystad uitvoeren;

  • e.

    energiecontracthouder is van een gebouw en/of terrein dat in de gemeente Lelystad staat. Het gaat daarbij om 1 aansluiting per contracthouder;

  • f.

    sinds 2016 een subsidie ontvangen heeft van maximaal € 100.000,- per jaar;

  • g.

    na deze eenmalige financiële steun de komende 2 jaar met de activiteiten door zal gaan;

  • h.

    kunnen aantonen dat de afgelopen 5 jaar of in 2023 zelf energiebesparende maatregelen zijn/worden getroffen. Er kan daarbij gedacht worden aan:

    • zonnepanelen plaatsen;

    • gebouw isoleren;

    • warmtepomp plaatsen;

    • Het gebouw / terrein is voornamelijk voorzien van Ledverlichting;

    • activiteiten anders organiseren;

    • energiescan laten uitvoeren of;

    • andere energiebesparende maatregelen treffen.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Een stichting of vereniging als bedoeld in artikel 1, lid c,d of e , kan éénmalig subsidie aanvragen voor een gebouw en/of terrein waarvan zij energiecontracthouder is, en:

  • a.

    in december 2022 of januari 2023 een tarief voor elektriciteit betaalde dat per kWh (normaal tarief, ex BTW) hoger lag dan in januari 2022;

  • b.

    in december 2022 of januari 2023 een tarief voor gas betaalde dat per m3 (ex BTW) hoger lag dan in januari 2022;

  • c.

    in december 2022 of januari 2023 een tarief voor stadsverwarming betaalde dat per gigajoule (ex BTW) hoger lag dan in januari 2022;

  • d.

    er geen andere regeling vanuit de overheid beschikbaar is, of in 2023 beschikbaar komt, die een vergelijkbare bijdrage biedt voor compensatie van de stijging van de energielasten van de betreffende aansluiting;

Artikel 6. Hoogte van de subsidie en wijze van uitbetaling

  • 1. De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal 75% van de in artikel 5, onder a, b en c, bedoelde lastenstijging, tot een maximale hoogte van € 10.000,- per energiecontracthouder. Eventuele andere ontvangen of te ontvangen compensatie(s) van de energiestijging wordt in mindering gebracht op dit bedrag.

  • 2. De energielastenstijging wordt als volgt berekend:

    • a.

      Het verschil tussen de tarieven per energie-eenheid (kWh elektriciteit / m3 gas / gigajoule stadsverwarming) tussen januari 2022 en december 2022 of januari 2023;

    • b.

      vermenigvuldigd met zes keer het gemiddelde gebruik per maand over de laatste vier maanden van het jaar 2022.

  • 3. Eventuele inkomsten uit terug geleverde energie hoeven niet in mindering gebracht te worden bij de berekening zoals genoemd in lid 2.

  • 4. Het college verstrekt op basis van een verleningsbesluit éénmalig het subsidiebedrag.

Artikel 7. Subsidieplafond en verdeelcriteria

  • 1. Voor het verlenen van subsidies op grond van deze subsidieregeling is door het college een subsidieplafond vastgesteld van € 400.000,-. Dit bedrag wordt opgedeeld voor:

    • a.

      Stichtingen en verenigingen niet zijnde sportverenigingen: € 250.000,-.

    • b.

      Sportverenigingen: € 150.000,-.

  • 2. Verdeling van de subsidie vindt plaats op basis van een weging van alle ontvangen aanvragen tegelijk.

  • 3. Indien bij de beoordeling van alle ingediende aanvragen blijkt dat het maximale subsidieplafond zoals bedoeld in voorgaand lid a en b wordt bereikt, dan wordt de subsidie naar rato verdeeld.

  • 4. Bij uitputting van één van de gestelde deelplafonds, zal eerst de (eventuele) overgebleven ruimte van het andere plafond worden ingezet.

Artikel 8. Aanvraag

  • 1. De aanvraag moet digitaal ingediend worden via het emailadres: subsidiebureau@lelystad.nl

  • 2. De subsidieaanvrager maakt bij het indienen van de aanvraag gebruik van het door het college beschikbaar gestelde aanvraagformulier dat op deze subsidieregeling van toepassing is.

  • 3. De aanvraag moet bestaan uit:

    • a.

      een volledig ingevuld aanvraagformulier, rechtsgeldig ondertekend namens de stichting of vereniging die de subsidie aanvraagt;

    • b.

      een afschrift van een energienota energie van januari 2022 en december 2022 of januari 2023 waaruit blijkt wat het gemiddelde maandelijkse verbruik per Kwh / m3 gas / gigajoule is;

    • c.

      afschriften van de energienota’s energieverbruik van de maanden september 2022 t/m december 2022.

  • 4. De aanvraag moet tussen de dag na dagtekenen tot uiterlijk 14 mei 2023 zijn ingediend;

  • 5. Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Indien een onvolledige aanvraag is ingediend, wordt de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een hersteltermijn geboden van maximaal 2 weken om de aanvraag te completeren. Wordt binnen de hersteltermijn het gevraagde niet aangeleverd, dan wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.

  • 6. De verplichtingen zoals opgenomen in artikel 8, lid 3, 4 en 5 van de ASVL zijn niet van toepassing.

Artikel 9. Beslistermijn, subsidievaststelling en verantwoording

  • 1. Het college stelt de subsidie direct vast binnen 13 weken nadat de aanvraagtermijn als bedoeld in artikel 8, lid 4 is verstreken.

  • 2. De aanvrager hoeft geen verantwoording te geven over de besteding van de subsidie.

Artikel 10. Weigeringsgronden

Aan de aanvrager wordt in ieder geval geen subsidie verleend, indien:

  • 1.

    de aanvrager middels een andere regeling al een compensatie in de gestegen energielasten heeft ontvangen. Dat deel wordt in mindering gebracht op de maximale gemeentelijke bijdrage;

  • 2.

    niet wordt voldaan aan overige voorwaarden vanuit de ASVL of deze subsidieregeling;

  • 3.

    de aanvrager voornemens is de activiteiten binnen 2 jaar te beëindigen;

  • 4.

    de aanvraag niet binnen de gestelde indieningstermijn is ingediend.

Artikel 11. Hardheidsclausule

  • 1. Het college kan gemotiveerd van deze subsidieregeling afwijken, indien enige bepaling van de regeling zou leiden tot een onvoorziene en onredelijke behandeling voor de aanvrager.

  • 2. Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd aan de aanvrager kenbaar gemaakt in de subsidiebeschikking.

Artikel 12. Inwerkingtreding en looptijd van de subsidieregeling

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking 1 dag na bekendmaking;

  • 2. De aanvragen welke uiterlijk 14 mei 2023 zijn ingediend worden afgehandeld conform het gestelde in deze subsidieregeling;

  • 3. Op 15 mei 2023 treedt deze subsidieregeling uit werking.

Artikel 13. Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: “Subsidieregeling Noodfonds stichtingen en (sport)verenigingen 2023”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 4 april 2023.

Namens het college van de gemeente Lelystad,

de secretaris

J. Ozenga

De burgemeester

I. Bakker

Toelichting

Algemeen

Dit is een subsidieregeling, zoals bedoeld in de Algemene subsidieverordening Lelystad. Daarmee heeft het een wettelijke grondslag, zoals bedoeld in de Algemene Wet Bestuursrecht.

Artikelsgewijs

Artikel 1. Begripsomschrijving

Begrippen als ‘sociaal-maatschappelijk belang’ en ‘energiecontracthouder’ zijn in deze regeling specifieke gedefinieerd, omdat er anders te veel ruimte ontstaat voor verschillen in uitleg.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het toepassingsbereik geeft aan dat voor de gestelde periode een aanvraag ingediend kan worden voor de gestegen energielasten in 2022 met een verwijzing naar artikel 5 en 6 waarin nader wordt toegelicht welke kosten in aanmerking komen en wat de hoogte van de subsidie is.

Artikel 3. Doel van de regeling

De gemeente Lelystad wil voorkomen dat stichtingen en (sport)verenigingen door de energiecrisis in de financiële problemen raken en wil ondervangen dat zij met hun activiteiten moeten stoppen of dat inwoners (met lage inkomens) niet meer mee kunnen doen vanwege oplopende contributietarieven.

Artikel 4. Doelgroep

De doelgroep, zoals genoemd in artikel 1 lid c,d en e, kan eenmalig subsidie aanvragen voor de gestegen energielasten in 2022 voor een gebouw en/of terrein waarvan zij energiecontracthouder is.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Met deze regeling komen we de organisaties tegemoet in de gestegen energielasten. Zie toelichting bij artikel 6 voor uitleg over de gebruikte tarieven en momenten.

Artikel 6. Hoogte van de subsidie en wijze van uitbetaling

Lid 1 – We vergoeden maximaal 75% van de lastenstijging. Hiermee sluiten we aan op vergelijkbare regelingen in andere gemeenten. Het is bewust geen 100% omdat we de verantwoordelijkheid om dit probleem op de lossen niet volledig willen overnemen. Het is ook máximaal 75%, omdat we misschien maar minder kunnen verstrekken. Het subsidieplafond zorgt ervoor dat we nooit meer dan € 400.000,- in totaal kunnen geven. Daarom wordt er naar rato verdeeld als er voor meer dan € 400.000,- wordt aangevraagd (zie ook de toelichting over artikel 7). Verder geven we maximaal € 10.000,- per aanvrager.

Lid 2 – We berekenen de lastenstijging voor alle organisaties op dezelfde manier en met vergelijkbare cijfers. Daarbij gebruiken we twee variabelen: 1. de prijsstijging per kWh/m3 / gigajoule en 2. het verbruik. Voor de prijsstijging nemen we het verschil tussen het tarief exclusief BTW begin 2022 (januari ’22) en het eind van 2022 (december ’22 of januari ’23). Op deze manier hebben we recente getallen die ook echt bekend zijn (geen voorspellingen of inschattingen). Ook voor het verbruik rekenen we met recente maar werkelijke getallen. Hier nemen we het werkelijke verbruik in de laatste vier maanden van 2022 en vertalen dat naar het gemiddelde daarvan over zes maanden. Daarmee geven we een vergoeding die vergelijkbaar is met een tegemoetkoming in de extra kosten over een half jaar.

Lid 3 - Organisaties die in de afgelopen jaren zelf al energiebesparende maatregelen hebben getroffen, hebben een lager verbruik en ontvangen dus minder subsidie. Dat kan oneerlijk voelen ten opzichte van organisaties die nog geen maatregelen getroffen hebben, omdat die nu meer subsidie ontvangen. Om aan dit bezwaar tegemoet te komen, mogen de organisaties hun opbrengsten uit teruggeleverde energie buiten beschouwing laten in de aanvraag.

Lid 4 – Na de beoordeling van de aanvraag zal er direct tot eenmalige betaling overgegaan worden.

Artikel 7. Subsidieplafond en verdeelcriteria

Lid 1- Voor deze regeling is er een subsidieplafond vastgesteld. Het plafond is bedoeld om duidelijk te stellen dat in totaal niet meer dan € 400.000,- wordt besteed aan subsidies uit deze regeling. Verdeling over stichtingen en verenigingen niet zijnde sportverenigingen: € 250.000,- en sportverenigingen : € 150.000,-.

Lid 2 – Pas als alle aanvragen zijn ontvangen, weten we of we alle organisaties 75% van hun hogere kosten kunnen geven, zonder het subsidieplafond te overschrijden. Daarom bekijken we dat in één keer als alle aanvragen binnen zijn.

Lid 3 - Voor deze regeling geldt een subsidieplafond van € 400.000,-. Als blijkt dat we dat plafond overschrijden wanneer we iedere organisatie 75% geven, verlagen we dat percentage. Dit betekent dat de verhouding tussen de energielasten en de bijdrage van de gemeente voor alle organisaties gelijk blijft. Dat is de inhoud van dit tweede lid.

Lid 4. We kunnen binnen de € 400.000,- schuiven van de budgetten.

Artikel 8. Aanvraag

Lid 1 en 4 – Om snel en gemakkelijk de juiste gegevens te kunnen aanleveren (en ontvangen), werken we met een eenvoudig formulier.

Lid 2 – Om de aanvragen goed te kunnen beoordelen, vragen we gegevens over het gebouw/terrein, het energieverbruik en de energiebesparende maatregelen. En daarnaast gegevens over de afzender van de aanvraag (contactpersoon, bankrekeningnummer, organisatie e.d.). Daarnaast vragen we om een recente factuur van de energieleverancier mee te sturen, zodat we eventueel kunnen controleren of de aangeleverde cijfers passen bij de gegevens op de factuur. Dit is geen 100% controle, maar het geeft een indicatie. Daarmee is een globale controle mogelijk om eventueel misbruik en fouten op tijd te kunnen signaleren en herstellen.

Lid 3 – Vanaf 15 april 2023 tot 14 mei 2023 kunnen de organisaties hun aanvraag indienen. Deze termijn is kort gehouden om te zorgen dat de verstrekking van het geld snel gebeurt. Tegelijk is de termijn wel zo lang dat de organisaties een redelijke termijn hebben om hun aanvraag te doen.

Lid 4 – Aanvragen die niet compleet zijn krijgen de gelegenheid om dit binnen 2 weken aan te vullen. Wanneer dit de aanvraagtermijn overschrijdt dan blijft de datum van 1ste aanvraagmoment gelden. Op deze wijze valt de aanvraag binnen de aanvraagtermijn en wordt de aanvraag in behandeling genomen.

Lid 6 - De verplichtingen zoals opgenomen in artikel 8, lid 3, 4 en 5 van de ASVL zijn niet van toepassing.

Artikel 9. Beslistermijn, subsidievaststelling en verantwoording

Lid 1 – Het is gebruikelijk dat het college binnen maximaal 13 weken een besluit neemt. Die termijn hanteren we daarom ook in deze regeling. In de praktijk kan het misschien sneller. Het gaat dan om het beantwoorden van alle ontvangen aanvragen, na 15 mei 2023. (zie opmerking art. 2)

In de ASVL staat dat het college in een regeling mag afwijken van de termijnen die de ASVL stelt voor het afhandelen van subsidieaanvragen. Dat doen wij met artikel 9 in deze regeling. Door deze afwijking past de regeling beter bij de situatie.

Lid 2 - In de ASVL staat dat het college in een regeling mag afwijken van de regels die de ASVL stelt voor het verantwoorden van subsidies. Dat doen wij met artikel 9 in deze regeling. Door deze afwijking wordt de regeling eenvoudiger en past hij beter bij de situatie.

Artikel 10. Weigeringsgronden

Lid 1 en 2 –- Het Rijk en de provincie bieden ook hulp bij de hoge energielasten. Het Rijk heeft regelingen (of werkt daaraan), zoals de TEK-regeling. De provincie biedt hulp in de vorm van besparingsadviezen. Onze regeling is bedoeld voor de organisaties die geen (of onvoldoende) gebruik kunnen maken van de landelijke regelingen. Daarom bakenen we onze regeling daarop af in dit eerste en tweede lid.

Lid 3 – Indien niet aan de voorwaarden van de regeling wordt voldaan zal de aanvraag worden afgewezen.

Lid 4 – Deze subsidieregeling is bedoeld om eenmalig financiële steun te verlenen om de activiteiten voort te kunnen zetten. Wanneer de aanvrager voornemens is de activiteit op basis van welke overweging dan ook binnen twee jaar te stoppen dan zal de aanvraag worden afgewezen.

Lid 5 – Alle aanvragen die buiten de aanvraag termijn vallen, worden niet in behandeling genomen.

Artikel 11. Hardheidsclausule

Lid 1 en 2 – Deze regeling is gemaakt voor een acute en unieke situatie. Vanzelfsprekend is hij zorgvuldig tot stand gekomen, maar het is niet precies in te schatten hoe de uitvoering ervan verloopt en welke aanvragen ingediend zullen worden. Dit kan aanleiding geven om in bijzondere situaties, die niet van tevoren zijn voorzien, van de regeling af te wijken. Dit artikel maakt dat mogelijk.

Artikel 12. Werking van de regeling

Lid 1 t/m 3 - Dit is een eenmalige regeling. 1 dag na bekendmaking treedt de regeling in werking en eindigt op 15 mei 2023.

Artikel 13. Citeertitel

Een citeertitel geeft de regeling een naam. Daarmee is hij gemakkelijker te vinden en te gebruiken in verwijzingen.