Reglement van orde van de raadscommissies van de gemeente Lansingerland 2023

Geldend van 19-04-2023 t/m heden

Intitulé

Reglement van orde van de raadscommissies van de gemeente Lansingerland 2023

De raad van de gemeente Lansingerland;

Gelet op artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet;

Besluit vast te stellen de

Reglement van orde van de raadscommissies van de gemeente Lansingerland 2023

Corsanummer T23.01934

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In de verordening wordt verstaan onder:

  • Commissiegriffier: griffier van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • Commissielid: lid van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • Commissievoorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • Griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • Toezenden: Onder toezenden van stukken wordt tevens verstaan het op enige wijze digitaal beschikbaar stellen van documenten, waaronder begrepen de wijze waarop geheime stukken (artikel 86 Gemeentewet) digitaal beschikbaar worden gesteld.

Artikel 2. Instelling raadscommissies

  • 1. Er is een

    • a.

      Raadscommissie Samenleving, waarvan de werkzaamheden de volgende onderwerpen betreffen:

      • Sociale Zaken;

      • Maatschappelijke zaken;

      • Welzijn (inclusief sport);

      • Onderwijs;

      • Cultuur;

      • Jeugd en ouderen;

      • Volksgezondheid;

      • Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO);

      • Kwaliteit Leefomgeving (milieu, geluid, luchthavenbesluit).

    • b.

      Raadscommissie Ruimte, waarvan de werkzaamheden de volgende onderwerpen betreffen:

      • Ruimtelijke ordening;

      • Beheer kapitaalgoederen;

      • Mobiliteit;

      • Omgevingswet;

      • Wonen.

    • c.

      Raadscommissie Algemeen Bestuur, waarvan de werkzaamheden de volgende onderwerpen betreffen:

      • Veiligheid;

      • Financiën;

      • Economie;

      • Horti science;

      • Circulaire economie/duurzaamheid;

      • Algemene en regionale zaken;

      • Burgerparticipatie;

      • Bestuur, positionering.

    • d.

      Raadscommissie Begeleiding Accountantscontrole

      • Accountant.

  • 2. Indien een onderwerp meer dan een raadscommissie aangaat, wordt het onderwerp in de raadscommissies besproken die het meest bij het onderwerp betrokken is, tenzij het presidium beslist dat er een gezamenlijke vergadering van de raadscommissies wordt belegd.

  • 3. Indien een gezamenlijke vergadering van raadscommissies wordt belegd, vervult de voorzitter van de raadscommissie die het onderwerp het meeste aangaat, de taken van de voorzitter.

Artikel 3. Taken

Een raadscommissie heeft tot taak:

  • a.

    Het voorbereiden van de raadsvergaderingen door het in oordeelsvormende zin bespreken van een voorstel of onderwerp waarop haar werkzaamheden betrekking hebben en het hierop uitbrengen van een advies aan de raad;

  • b.

    Kan advies uitbrengen over andere onderwerpen dan bedoeld in a;

  • c.

    Voert overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de onderwerpen onder a.

Artikel 4. Samenstelling; benoeming commissievoorzitter

  • 1. Een raadscommissie bestaat uit maximaal drie leden per fractie.

  • 2. De commissieleden worden door de raad op voordracht van de fracties benoemd en ontslagen.

  • 3. Zowel raadsleden als niet-raadsleden kunnen lid zijn. De artikelen 10, 11, 12,13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing. Voor commissieleden niet-raadsleden geldt dat deze tijdens de laatste gemeenteraadsverkiezingen op de kandidatenlijst van de desbetreffende fractie hebben gestaan.

  • 4. Commissieleden niet-raadsleden leggen na hun benoeming in de raad de eed of belofte af.

  • 5. Alle raadsleden en commissieleden niet-raadsleden kunnen hun fractiegenoten vervangen in de commissie waarin zij geen zitting hebben.

  • 6. Fracties kunnen daarnaast extra plaatsvervangende commissieleden niet-raadsleden aanwijzen.

  • 7. De raad benoemt de commissievoorzitters.

Artikel 5. Zittingsduur en vacatures

  • 1. De zittingsperiode van een commissielid en -voorzitter eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2. Een commissielid houdt op lid te zijn als niet meer wordt voldaan aan de in artikel 4, derde lid gestelde eisen.

  • 3. Een raad kan een commissielid ontslaan op voorstel van de fractie die het lid voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 4. De raad kan de commissievoorzitter ontslaan.

  • 5. Een commissielid en de commissievoorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat in een maand na de schriftelijke mededeling of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 6. Als door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de invulling daarvan.

  • 7. Indien een fractie niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt het lidmaatschap van commissieleden die op voordracht van die fractie zijn benoemd van rechtswege.

Artikel 6. Griffier en commissiegriffier

  • 1. De griffier van de raad benoemt ter ondersteuning van iedere raadscommissie een op de griffie werkzame ambtenaar als commissiegriffier of, in samenspraak met de secretaris, een niet op de griffie werkzame ambtenaar, als commissiegriffier.

  • 2. Een commissiegriffier is aanwezig in vergaderingen of wordt vervangen door een daartoe door de griffier van de raad aangewezen op de griffie werkzame ambtenaar.

  • 3. Een commissiegriffier kan op uitnodiging van de commissievoorzitter aan de beraadslagingen in vergaderingen deelnemen.

  • 4. De griffier kan in iedere vergadering aanwezig zijn.

Hoofdstuk 2. Vergaderingen

Paragraaf 1. Voorbereidingen

Artikel 7. Frequentie

  • 1. De commissie vergadert zoveel als het presidium in het vergaderschema heeft vastgesteld.

  • 2. Voorts vergadert de commissie indien de voorzitter het nodig oordeelt of indien tenminste vijf van de leden waaruit de commissie bestaat schriftelijk, met opgaaf van redenen, daarom verzoekt.

Artikel 8. Oproep en voorlopige agenda

  • 1. De commissievoorzitter zendt tenminste 5 dagen voor een vergadering de commissieleden een schriftelijke oproep en de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken.

  • 2. Als een aanvullende agenda als bedoeld in artikel 9, eerste lid, wordt vastgesteld, wordt deze met de daarbij behorende stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

Artikel 9. Aanvullende agenda; vaststellen agenda

  • 1. In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter na het verzenden van een schriftelijke oproep een aanvullende voorlopige agenda opstellen. De agenda en de daarbij behorende stukken worden toegezonden aan de commissieleden.

  • 2. Een agenda wordt bij aanvang van een vergadering door de raadscommissie vastgesteld.

Artikel 10. Openbare kennisgeving; Publicatie stukken

  • 1. Commissievergaderingen worden ter openbare kennis gebracht door aankondiging op de website van de gemeente Lansingerland.

  • 2. Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een voorlopige agenda dienen, worden tegelijkertijd met het verzenden van de schriftelijke oproep gepubliceerd op de website van de gemeente Lansingerland.

  • 3. Informatie van de raadscommissie of aan de raadscommissie verstrekte informatie waaromtrent op grond van hoofdstuk Va van de wet geheimhouding is opgelegd, wordt voor raadsleden, duo-raadsleden en andere geautoriseerden gepubliceerd in de besloten map geheime stukken in het digitaal vergadersysteem.

Paragraaf 2. Ter vergadering

Artikel 11. Presentielijst

  • 1. De commissiegriffier draagt zorg voor het bijhouden van presentielijsten van commissie-vergaderingen.

  • 2.

    • A.

      Bij een fysieke vergadering: bij binnenkomst in de vergaderzaal tekenen commissieleden de presentielijst. Aan het einde van elke commissievergadering wordt die lijst door de voorzitter door ondertekening vastgesteld.

    • B.

      Bij een digitale vergadering: voorafgaand aan de opening van de vergadering noemt de voorzitter of de commissiegriffier de naam van elk commissielid. Dit commissielid is zichtbaar in beeld en bevestigt mondeling zijn aanwezigheid. De commissiegriffier stelt hiermee de presentielijst op.

  • 3. Een commissielid, dat voor de sluiting de vergadering verlaat, geeft hiervan kennis aan de voorzitter. In de notulen wordt van één en ander melding gemaakt evenals van de komst ter vergadering van raadsleden na de opening door de voorzitter.

  • 4. Het commissielid dat verhinderd is de vergadering bij te wonen, geeft daarvan voor het begin van de vergadering kennis aan de voorzitter.

Artikel 12. Opening vergaderingen en quorum

  • 1. Een vergadering wordt niet geopend voordat blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.

  • 2. Als een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden conform het eerste lid aanwezig is, belegt de commissievoorzitter opnieuw een vergadering tegen een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de oproeping is gelegen.

  • 3. Op een vergadering als bedoeld in het tweede lid is het eerste lid niet van toepassing. Een raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, als blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.

Artikel 13. Verslag

  • 1. De griffier draagt zorg voor verslagen. Het verslag is in de vorm van digitale video-opnames van de commissievergaderingen. Tevens wordt op basis van deze opnames een schriftelijk verslag gemaakt.

  • 2. Van de commissievergaderingen wordt een video-opname gemaakt die live en naderhand via de website van de gemeente Lansingerland is te raadplegen. Ook het schriftelijk verslag is te raadplegen via de website.

  • 3. Alle verslagen worden op de website van de gemeente geplaatst.

  • 4. Voor zover de aard en inhoud van de besluitvorming zich daartoe niet verzet, wordt het verslag zo spoedig mogelijk na de commissievergadering openbaar gemaakt op de in de gemeente gebruikelijke wijze.

  • 5. Van beeldvormende activiteiten wordt geen verslag gemaakt.

Artikel 14. Advies; geen stemmingen

  • 1. Wanneer de voorzitter vaststelt dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht sluit hij de beraadslaging. Nadat de beraadslaging is gesloten, beslist de raadscommissie of er een advies over de wijze van behandeling (hamerstuk dan wel bespreekstuk) aan de raad wordt uitgebracht.

  • 2. Indien de raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt beslissen de leden op voorstel van de voorzitter over de inhoud van dat advies.

  • 3. In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, anders dan over geheimhouding en met betrekking tot de orde.

Artikel 15. Aantal spreektermijnen

  • 1. Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • 2. Spreektermijnen worden door de commissievoorzitter afgesloten.

  • 3. Commissieleden mogen in een termijn niet meer dan éénmaal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4. Bij de bepaling hoeveel maal een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 16. Spreekregels

  • 1. Een commissielid, de voorzitter, de burgemeester, een wethouder en de griffier spreken vanaf hun plaats of vanaf de spreekplaats en richten zich tot de voorzitter.

  • 2. Bij bijzondere gelegenheden kan de voorzitter bepalen dat de in het eerste lid genoemde personen van een andere plaats spreken.

  • 3. De in het eerste lid genoemde personen voeren het woord na het aan de voorzitter gevraagd en van hem/haar verkregen te hebben.

  • 4. Er is in beide termijnen in principe geen beperking op het aantal interrupties als deze het onderlinge debat ten goede komen. Dit ter beoordeling van de commissievoorzitter.

  • 5. De commissievoorzitter kan besluiten om in geval hij/zij dit nodig acht, minder interrupties toe te staan of spreektijden toe- of aan te passen.

  • 6. Het presidium kan nadere procedures met betrekking tot de spreekregels vaststellen.

Artikel 17. Deelname aan de beraadslagingen door anderen

Een raadscommissie kan op enig moment besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Artikel 18A. Spreekrecht niet-raadsleden (inspreken)

  • 1. Na opening van de vergadering kunnen andere aanwezige niet-commissieleden gezamenlijk gedurende maximaal dertig minuten het woord voeren over onderwerpen die de commissie aangaan.

  • 2. Het woord kan niet worden gevoerd over:

    • a.

      Een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;

    • b.

      Benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      Gedragingen waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.

  • 3. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit uiterlijk vóór 12 uur op de dag van de vergadering aan de griffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres, telefoonnummer en emailadres en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren.

  • 4. De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 5. Elke spreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan zes sprekers zijn. De voorzitter kan tevens in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.

  • 6. Eventuele vragen van commissieleden aan de inspreker worden meteen na afloop van de bijdrage van de inspreker gesteld en beantwoord door de inspreker. Over het ingesprokene kan geen discussie ontstaan.

  • 7. Het college heeft op verzoek van de commissie de mogelijkheid om te reageren op het ingesproken.

  • 8. De voorzitter kan iemand het spreekrecht weigeren indien:

    • a.

      Hij vreest, dat gezien het onderwerp, de belangen van derden zonder enig redelijk doel ernstig zullen worden geschaad;

    • b.

      Degene die zich aanmeldt, bij gebruikmaking van het spreekrecht binnen een onmiddellijk voorafgaande periode van één jaar de orde van de raads- of commissievergadering op ernstige wijze heeft verstoord, en de vrees bestaat dat hij zich opnieuw hieraan schuldig zal maken.

Artikel 18B. Rondvraag

  • 1. Op de agenda van elke commissievergadering is een rondvraag tenzij er bij de voorzitter geen vragen zijn ingediend.

  • 2. De vragen dienen betrekking te hebben op belangrijke en/of actuele onderwerpen, zulks ter beoordeling van de voorzitter.

  • 3. Het lid van de commissie dat tijdens de rondvraag vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp en de vraagstelling, uiterlijk om 12:00 uur op de dag van de vergadering aan de commissievoorzitter, bij tussenkomst van de commissiegriffier. De commissievoorzitter kan weigeren een onderwerp tijdens de rondvraag aan de orde te stellen indien:

    • a.

      Hij/zij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven;

    • b.

      Het onderwerp in de raadsvergadering van dezelfde dag aan de orde komt;

    • c.

      Het onderwerp niet voldoet aan de in lid 2 bedoelde criteria.

  • 4. De voorzitter bepaalt de volgorde, waarin aangemelde rondvragen aan de orde worden gesteld.

  • 5. De voorzitter bepaalt per onderwerp de spreektijd voor de vragensteller, voor de burgemeester, het college en voor de overige leden van de raad.

  • 6. Per onderwerp wordt aan de vragensteller het woord verleend om één of meer vragen aan het college of de burgemeester te stellen en een toelichting daarop te geven.

  • 7. Na de beantwoording door het college of de burgemeester krijgt de vragensteller desgewenst het woord om aanvullende vragen te stellen.

  • 8. Vervolgens kan de voorzitter aan andere leden van de commissie het woord verlenen om hetzij aan de vragensteller, hetzij aan het college, hetzij aan de burgemeester vragen te stellen over hetzelfde onderwerp.

Artikel 19. Handhaving orde en schorsing

  • 1. De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering.

  • 2. De voorzitter kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn/haar gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de commissievoorzitter hem/haar verwijderen. Bij herhaling van zijn/haar gedrag kan het commissielid bovendien door de voorzitter voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

  • 3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem/haar te bepalen tijd schorsen en, als na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord, de vergadering sluiten.

  • 4. De voorzitter roept sprekers tot de orde als deze zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven, kunnen door hem/haar het woord worden ontnomen over het aanhangige onderwerp.

Artikel 20. Voorstellen van orde

Commissieleden kunnen tijdens een vergadering een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.

Paragraaf 3. Besloten vergadering

Artikel 21. Toepassing verordening op besloten vergaderingen

Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet in strijd is met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 22. Verslag besloten vergadering

  • 1. Conceptverslagen van besloten vergaderingen worden gepubliceerd voor geautoriseerden in de besloten map geheime stukken in het digitaal vergadersysteem.

  • 2. Deze verslagen worden zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een besluit over het al dan niet opheffenvan de geheimhouding op het verslag.

Artikel 23. Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van artikel 89, vierde lid, van de wet voornemens is de geheimhouding van aan de raad verstrekte informatie op te heffen, wordt, als de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.

Paragraaf 4. Toehoorders en pers

Artikel 24. Toehoorders en pers

  • 1. Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2. Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3. De commissievoorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4. Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in een vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 25. Geluid- en beeldregistratie

Degenen die van een openbare vergadering geluid- of beeldregistratie willen maken, doen hiervan mededeling aan de commissievoorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 26. Intrekken oude verordening

Het reglement van orde van de raadscommissies van de gemeente Lansingerland 2022 wordt ingetrokken.

Artikel 27. Inwerkingtreden en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 april 2023.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Reglement van orde van de commissies gemeente Lansingerland 2023.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Lansingerland in zijn openbare vergadering

van 30 maart 2023.

De griffier,

drs. Eveline Hamelink-van Rens

De voorzitter,

drs. Pieter van de Stadt