Beleidsregel Wet Bibob gemeente Kapelle

Geldend van 07-04-2023 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel Wet Bibob gemeente Kapelle

Het college van de gemeente Kapelle;

Gelet op het bepaalde in de Wet bevordering integriteitsbepalingen door het openbaar bestuur,

artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de Alcoholwet, artikel 30b van de Wet op de kansspelen, de artikelen 2.1 en 2.17 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de artikelen 2:25, 2:28, 2,39 en 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Kapelle en de Algemene subsidieverordening gemeente Kapelle.

Overwegende dat de Wet bevordering integriteitsbeoordeling door het openbaar bestuur (wet Bibob) hun beleidsruimte verschaft bij de besluitvorming omtrent het toepassen van hun uit de wet voortvloeiende bevoegdheden;

b e s l u i t :

vast te stellen de Beleidsregel Wet Bibob gemeente Kapelle

1.Beleidsuitgangspunten

Het doel van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (hierna: Wet Bibob) is het waarborgen van de integriteit van het bestuursorgaan en het voorkomen van onbewust faciliteren van criminele activiteiten. Uitgaande van dat doel zijn hieronder beleidsuitgangspunten geformuleerd van gevallen waarin een Bibob-onderzoek wordt uitgevoerd.

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen

  • 1. De definities in paragraaf 1.1 van de Wet Bibob zijn van overeenkomstige toepassing op deze beleidsregel.

  • 2. In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

    • a.

      RIEC: het Regionaal informatie- en expertisecentrum;

    • b.

      Landelijk Bureau Bibob (verder LBB): het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur zoals bedoeld in artikel 8 van de wet.

    • c.

      Wet: de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob).

    • d.

      Waar in deze beleidsregel “de gemeente” wordt genoemd, wordt hiermee zowel het bestuursorgaan als -wanneer van toepassing- de rechtspersoon met een overheidstaak bedoeld.

    • e.

      De gemeente: de gemeente Kapelle.

Hoofdstuk 2 Alcoholwet- en exploitatievergunningen

Artikel 2.1 Bibob-onderzoek bij aanvraag voor een vergunning

Uitvoering van de Bibob-toets vindt plaats bij elke aanvraag voor een:

  • a.

    alcoholwetvergunning;

  • b.

    exploitatievergunning voor horeca;

  • c.

    exploitatievergunning voor speelautomatenhallen;

  • d.

    exploitatievergunning voor een seksinrichting of escortbedrijf;

  • e.

    exploitatievergunning voor coffeeshops ;

  • f.

    vergunning huisvesting arbeidsmigranten (omgevingsvergunning ‘planologisch strijdig gebruik’);

  • g.

    evenementenvergunning. In het geval van een aanvraag als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening blijft de toepassing van de Bibob-toets beperkt tot de bij afzonderlijk besluit van de burgemeester aangewezen evenementenvergunningen.

Artikel 2.2 Uitzonderingen

  • 1. Wanneer een Alcoholwetvergunning of een horeca-exploitatievergunning wordt aangevraagd door een slijtersbedrijf of een paracommerciële rechtspersoon als bedoeld in artikel 1 van de Alcoholwet, vindt er in principe geen Bibob-onderzoek plaats.

  • 2. Bij het bijschrijven van leidinggevenden op het aanhangsel (art. 30 a van de Alcoholwet) vindt er in principe geen Bibob-onderzoek plaats.

Hoofdstuk 3 Wabo bouwactiviteit

Artikel 3.1 Bibob-onderzoek bij aanvraag voor een vergunning

Uitvoering van het bibob-onderzoek vindt plaats bij aanvragen voor een beschikking als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (omgevingsvergunning bouwactiviteit) als zij vallen onder één van de in Bijlage 1 genoemde risicocategorieën en in onderstaande gevallen:

A.Bouwsom

Een Bibob-onderzoek vindt plaats in geval van een aanvraag voor een omgevingsvergunning-bouwactiviteit waarbij de bouwkosten hoger zijn dan € 500.000,- (exclusief btw). De bouwkosten worden door de gemeente vastgesteld.

B.Risicocategorieën

Een Bibob-onderzoek vindt bovendien plaats in geval van een aanvraag voor een omgevingsvergunning-bouwactiviteit waarbij de bouwkosten meer bedragen dan € 50.000,- of minder bedragen dan of gelijk zijn aan € 500.000,- (exclusief btw) én waarbij sprake is van een of meerdere risicocategorieën zoals aangegeven in Bijlage 1.

C.Cumulatie

In het geval dat een aanvrager in het tijdvak van één jaar, gerekend vanaf de eerste aanvraag, vier aanvragen (of meer) indient voor een omgevingsvergunning-bouwactiviteit, waarbij de bouwkosten meer dan € 50.000,- maar minder dan € 500.000,- (exclusief btw) bedragen, zal op de vierde aanvraag voor een omgevingsvergunning-bouwactiviteit van dezelfde aanvrager een Bibob-onderzoek plaatsvinden.

D.Illegaal gestarte bouwactiviteit

Er vindt een Bibob-onderzoek plaats in geval reeds aanvang is genomen met de realisatie van een vergunningplichtig bouwwerk, zonder dat daarvoor de vereiste vergunning is verleend én de normkosten meer bedragen dan € 50.000,- (exclusief btw).

E.Risicogebied

Een aanvraag voor een omgevingsvergunning-bouwactiviteit wordt onderworpen aan een Bibob-onderzoek, indien de normkosten hoger zijn dan € 50.000,- (exclusief btw) én indien het een locatie betreft die gelegen is in een door het college bij afzonderlijk besluit aangewezen risicogebied.

Artikel 3.2 Uitzondering

Bij een aanvraag omgevingsvergunning-bouwactiviteit zal de Wet Bibob in beginsel niet worden toegepast, in het geval dat de aanvraag afkomstig is van:

  • a.

    overheidsinstanties;

  • b.

    semi-overheidsinstanties;

  • c.

    toegelaten woningcorporaties, waarmee wordt bedoeld dat de woningcorporatie is toegelaten door de Minister van Volkshuisvesting conform het Woningbesluit 1932 middels een daartoe verleende vergunning;

  • d.

    (rechts-) personen die bouwactiviteiten namens of in opdracht van een toegelaten woningcorporatie verrichten én worden gefinancierd uit de eigen middelen van de toegelaten woningcorporatie.

Hoofdstuk 4 Wabo milieuactiviteit

Artikel 4.1 Bibob-onderzoek bij een aanvraag voor een vergunning

Uitvoering van de Bibob-onderzoek vindt plaats bij elke aanvraag voor een omgevingsvergunning milieu en een omgevingsvergunning beperkte milieutoets waarbij sprake is van een of meerdere risicocategorieën genoemd in Bijlage 1.

Artikel 4.2 Uitzondering

Bij een aangevraagde of een reeds verleende omgevingsvergunning milieu of beperkte milieutoets zal de Wet Bibob in beginsel niet worden toegepast, in het geval dat de aanvraag afkomstig is van:

  • a.

    overheidsinstanties;

  • b.

    semioverheidsinstanties.

Hoofdstuk 5 Bibob-onderzoek bij reeds verleende vergunningen

Artikel 5.1 Bibob-onderzoek bij verleende vergunningen

De wet Bibob kan worden toegepast bij alle reeds verleende vergunningen Alcoholwet, alle exploitatievergunningen en alle vergunningen Wabo Milieu- en Wabo bouwactiviteit indien:

  • a.

    er sprake is van ambtelijke informatie en/of informatie afkomstig van een van de partners uit het samenwerkingsverband RIEC;

  • b.

    er door het LBB een zogenaamde tip wordt gegeven als bedoeld in art. 11 van de Wet Bibob;

  • c.

    er vanuit het LBB desgevraagd informatie als bedoeld in artikel 11a van de Wet Bibob is verstrekt;

  • d.

    er door de Officier van Justitie gebruik wordt gemaakt van zijn tipfunctie bedoeld in art. 26 van de wet Bibob.

Hoofdstuk 6 Toepassingsbereik bij subsidies

Artikel 6.1 Bibob-onderzoek bij subsidies

De gemeente kan een onderzoek verrichten met betrekking tot een aanvraag om een subsidie dan wel een reeds verleende subsidie zoals bedoeld in de algemene subsidieverordening, indien de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd valt onder één of meer van de in de Bijlage 1 genoemde risicocategorieën.

Hoofdstuk 7 Privaatrechtelijke transacties

Artikel 7.1 Toepassingsbereik bij vastgoedtransacties

  • 1. De gemeente kan de Wet Bibob in beginsel toepassen bij vastgoedtransacties waarbij de gemeente partij is. Bij de start van onderhandelingen daartoe, zal de gemeente de wederpartij ervan in kennis stellen dat een onderzoek deel kan uitmaken van de procedure.

  • 2. In de overeenkomst wordt een integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst.

  • 3. Het onderzoek wordt in beginsel beperkt tot de gevallen die één of meerdere van de navolgende kenmerken hebben:

    • a.

      de vastgoedtransactie ziet op een als zodanig door de gemeente benoemde risicocategorie, zoals benoemd in Bijlage 1 van deze beleidsregels;

    • b.

      de beoogde contractspartij heeft een bedrijfsstructuur die aanleiding geeft voor een onderzoek

    • c.

      de vastgoedtransactie behelst naar het oordeel van de gemeente een financieel risico voor de gemeente;

Artikel 7.2 Toepassingsbereik bij overheidsopdrachten

  • 1. De gemeente kan de Wet Bibob toepassen bij overheidsopdrachten, indien, doch niet uitsluitend, de overheidsopdracht betrekking heeft op een activiteit die valt onder één of meer van de in de Bijlage 1 genoemde risicocategorieën en/of plaatsvindt binnen een door het college bij afzonderlijk besluit aangewezen risicogebied.

  • 2. De gemeente neemt een weloverwogen besluit met inachtneming van;

    • a.

      de algemene beginselen van behoorlijk bestuur

    • b.

      de algemene beginselen van het aanbestedingsrecht

  • 3. In aanbestedingsdocumenten zal worden opgenomen dat inschrijvende partijen rekening moeten houden dat de gemeente, alvorens tot gunning over te gaan, een onderzoek kan verrichten, dan wel advies kan inwinnen als bedoeld in artikel 9 lid 2 van de Wet bevordering integriteitsbeoordeling door het openbaar bestuur (Wet Bibob).

Hoofdstuk 8 Algemene uitzonderingen

In deze beleidsregels staan een aantal gevallen genoemd waar in beginsel geen Bibob onderzoek wordt verricht. Echter, in die genoemde gevallen wordt toch een Bibob onderzoek verricht indien:

  • a.

    er sprake is van ambtelijke informatie en/of informatie afkomstig van een van de partners uit het samenwerkingsverband RIEC;

  • b.

    er door het LBB een zogenaamde tip wordt gegeven als bedoeld in art. 11 van de wet Bibob;

  • c.

    er vanuit het LBB desgevraagd informatie als bedoeld in artikel 11a van de wet Bibob is verstrekt;

  • d.

    er door de Officier van Justitie gebruik wordt gemaakt van zijn tipfunctie bedoeld in art. 26 van de wet Bibob.

Hoofdstuk 9 Inwerkingtreding en citeertitel

Artikel 9.1 Inwerkingtreding

  • 1. Deze Beleidsregels treden in werking op de eerste dag na bekendmaking.

  • 2. Het ‘Bibobbeleid gemeente Kapelle’ vastgesteld op 26 juni 2012 en gewijzigd op 14 januari 2022 komt dan te vervallen.

Artikel 9.2 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels Wet Bibob gemeente Kapelle”.

Ondertekening

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van Kapelle op 28 maart 2022,

De secretaris,

mr. A.J. van den Berge

De burgemeester,

C.G. Jansen op de Haar

Bijlage 1 risicocategorieën

Risicocategorieën waarbij de gemeente de Wet Bibob kan toepassen:

  • Afvalbewerkings- en –verwerkingsbedrijven

  • Afvalrecyclingbedrijven

  • Autodemontagebedrijven

  • Autohandel (verkoop en verhuur)

  • Belwinkels

  • Beauty-, wellness- en saunabedrijven

  • Cadeauwinkels (bijv. souvenierswinkels, kleine shop voor cadeaus enz.)

  • Coffeeshops

  • Darkrooms

  • Energiemaatschappijen/ producenten (w.o. vergisters, windmolens etc.)

  • Erotische massagesalons

  • Escortbedrijven

  • Fitnessbedrijven

  • Gamecenters (artikel 30c, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de kansspelen)

  • Gezinshuizen

  • Horecabedrijven (inrichtingen waar dranken worden geschonken)

  • Hotels

  • Huisvesting arbeidsmigranten

  • Inrichtingen voor het reinigen van drukhouders, insluitsystemen, ketels, vaten, mobiele tanks, tankauto's, tank- of bulkcontainers

  • Internetcafés

  • Inrichtingen voor:

    • o

      het bewerken, verwerken, opslaan of overslaan van dierlijke of overige organische meststoffen

    • o

      het vervaardigen, bewerken, opslaan of overslaan van anorganische nitraathoudende meststoffen

  • Import en exportbedrijven

  • Kamerverhuurbedrijven (alsmede omgevingsvergunningen voor kamerverhuur- en/ of logiespanden waarbij sprake is van vijf of meer kamers)

  • Kappers / kapsalons

  • Kavelverkoop

  • Nagelstudio’s

  • Niet-geregistreerde uitzendbureaus

  • Ondernemingen die handelen in (beschermde) diersoorten

  • Pensions

  • PGB-bureaus

  • Prostitutiebedrijven

  • Recreatieparken en jachthavens

  • Reïntegratiebedrijven en/ of activiteiten;

  • Religieuze instellingen

  • Scholen

  • Shisha-lounges

  • Seksbioscopen

  • Sekswinkels

  • Sloopbedrijven

  • Smartshops/ Headshops

  • Speelautomatenhallen (artikel 30c, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de kansspelen)

  • Sportscholen

  • Sporthallen/complexen

  • Tattooshops

  • Transformatie kantoorpanden

  • Transportondernemingen

  • Vastgoedbedrijven

  • Verhuur gemeentelijke vastgoed

  • Verkoop (voormalige) overheidsgebouwen

  • Verkoop van rookwaren of spijzen voor directe consumptie (mogelijk vallend onder coffeeshops)

  • Vuurwerkbranche

  • Wellnesscentra/ zonnestudio’s

  • Wisselkantoren

  • Woon-/zorgkantoren waar bedrijfsmatig zorg wordt verleend

  • Zonneparken

  • Zorgbureaus/ zorgaanbieders

Bovenstaande opsomming van risicocategorieën is limitatief, maar kan worden aangepast.