Regeling vervallen per 01-12-2025

SUBSIDIEREGELING GROENBLAUWE INITIATIEVEN GEMEENTE ARNHEM

Geldend van 14-03-2023 t/m 30-11-2025

Intitulé

SUBSIDIEREGELING GROENBLAUWE INITIATIEVEN GEMEENTE ARNHEM

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN ARNHEM;

overwegende dat het wenselijk is initiatieven in de stad op het gebied van klimaatadaptatie, eetbare stad en andere vormen van vergroening optimaal te stimuleren en te ondersteunen met een laagdrempelige subsidieregeling om daarmee bij te dragen aan een leefbare, groene en klimaatadaptieve stad;

Gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3 en 4 van de Algemene subsidieverordening Arnhem 2016;

BESLUIT vast te stellen:

SUBSIDIEREGELING GROENBLAUWE INITIATIEVEN GEMEENTE ARNHEM

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem;

  • b. initiatiefnemer: een persoon, bewoner of ondernemer, of organisatie die rechtspersoonlijkheid bezit of een samenwerkingsverband van bewoners en/of ondernemers en/of organisaties die het initiatief neemt voor een groenblauw plan, in alle gevallen stellen de initiatiefnemers zich ten doel zonder winstoogmerk groenblauwe activiteiten te verrichten binnen de bebouwde kom en ten behoeve van de ingezetenen van de gemeente Arnhem;

  • c. belanghebbenden: bewoners, ondernemers en organisaties die mede gebruik maken van de locatie waar de maatregel(en) worden uitgevoerd dan wel (mede)eigenaar zijn van de locatie of de direct aangrenzende bebouwing;

  • d. groenblauw initiatief: een plan dat bestaat uit één of uit een samenhangende reeks van maatregelen, zoals weergegeven in artikel 6 van deze regeling, gericht op het verlagen van de gevoelstemperatuur op plekken die sterk opwarmen (hitteplekken) en/of het verminderen van wateroverlast en/of het verminderen van de overlast door droogte en/of het vergroenen van versteende terreinen voor ontspanning en ontmoeting en/of het aanplanten van eetbaar groen (ook wel eetbare stad, stadslandbouw) en daarmee ook kunnen bijdragen aan leefbaarheid en biodiversiteit;

  • e. hitteplek: plek in de stad die tijdens langdurige perioden van hitte (hittegolven) zodanig opwarmt dat er sprake is van hogere tot aanzienlijke hogere (gevoels)temperaturen dan buiten de stad, ook wel hitte-eiland genoemd;

  • f. wateroverlast: is overlast die ontstaat wanneer het regenwater bij hevige neerslag niet voldoende kan worden afgevoerd of kan infiltreren in de bodem en over grotere oppervlakken op het maaiveld (bestrating) blijft staan;

  • g. droogte: ontstaat bij langere perioden waarin geen of onvoldoende neerslag valt waardoor een tekort aan water ontstaat al of niet in combinatie met een te lage grondwaterstand;

  • h. focusgebied: een gebied binnen de bebouwde kom van Arnhem waar een opeenstapeling plaatsvindt van klimaat gerelateerde problemen (hitte, wateroverlast en droogte) in combinatie met problemen rond leefbaarheid (welzijn, gezondheid, sociaal-economisch);

  • i. eetbare stad: het duurzaam en gezamenlijk voortbrengen, verwerken en vermarkten van voedsel en daaraan gerelateerde producten en diensten, in en rond het stedelijk gebied, daarbij gebruik makend van stedelijke hulpbronnen en reststoffen door het vermeerderen van het areaal groen dan wel het verrijken van bestaand groen binnen de gemeentegrenzen waarbij de nadruk ligt op het aanplanten en telen van voor mensen eetbaar groen (kruiden, groenten, bessen, fruit, noten, granen, aardappelen, paddenstoelen et cetera inclusief mogelijke innovatieve voedselbronnen als algen, insecten et cetera);

  • j. 3-30-300-regel: een wetenschappelijk onderbouwde richtlijn die voor de leefbaarheid en het welzijn adviseert dat bewoners vanuit hun woning ten minste drie boomkronen van een bepaald volume kunnen zien, dat iedere buurt ten minste 30% kroonbedekking heeft en dat voor iedere bewoner op een afstand van maximaal 300 meter een groene plek van een bepaalde omvang met bomen voorhanden is die jaarrond kan worden gebruikt;

  • k. biodiversiteit: het stimuleren en in stand houden van een grote rijkdom aan soorten en het creëren van gezonde ecosystemen ook binnen de bebouwde kom van Arnhem;

  • l. leefbaarheid: de mate waarin een buurt of wijk ‘geschikt’ is om in te leven en werken wat betreft de kwaliteit van de woon- en werkomgeving, de hoeveelheid groen (mede gerelateerd aan de 3-30-300 regel), het sociaal-economische profiel, welzijn en gezondheid;

  • m. openbare ruimte: de ruimte die voor het publiek zonder belemmering de gehele dag door vrij toegankelijk is dan wel die ruimte (zoals schoolpleinen, binnenpleinen en binnenhoven) die voor het publiek zonder belemmering gedurende bepaalde delen van de dag vrij toegankelijk is (bijvoorbeeld tussen zonsopgang en zonsondergang);

  • n. private ruimte: ruimte die particulier eigendom is en daarom niet of slechts gedeeltelijk (bepaalde tijdstippen of gedeelten) toegankelijk is voor het publiek;

  • o. beheerkosten: de onderhoudskosten van de openbare ruimte op en rond die locaties waar een initiatief op het gebied van het verminderen van hitteplekken is gerealiseerd;

  • p. de wet: de Algemene Wet Bestuursrecht;

  • q. ASV: de Algemene Subsidieverordening Arnhem 2016.

Artikel 2: Subsidiëring

  • 1. Op grond van artikel 3 van de ASV kan het college initiatiefnemers van een groenblauw initiatief dat plaatsvindt in Arnhem met inachtneming van deze regeling een subsidie verstrekken.

  • 2. Het in lid 1 genoemde initiatief dient aantoonbaar bij te dragen aan de klimaatadaptieve opgaven van de stad en/of aan opgaven op het gebied van stadslandbouw en lokaal voedsel en/of aan opgaven op het gebied van leefbaarheid.

  • 3. Alleen die initiatieven waarvoor niet al een gemeentelijke subsidie wordt of is verstrekt, komen in aanmerking voor subsidiëring op grond van deze regeling.

  • 4. Alleen die kosten die in redelijkheid, naar oordeel van de gemeente, direct verband houden met de uitvoering van het groenblauwe plan komen voor subsidie in aanmerking.

  • 5. Reis- en verblijfskosten en investeringskosten, bijvoorbeeld voor de aanschaf van gereedschap en dergelijke, komen niet voor subsidiëring in aanmerking.

  • 6. Kosten van beheer en onderhoud van de resultaten van het initiatief komen niet voor subsidiering in aanmerking.

  • 7. De subsidie dient een aanvulling te zijn op andere inkomsten dan wel vrijwillige arbeid en/of de inzet van kennis om niet. In het geval van eetbaar groen kunnen daartoe desgewenst de vrijwillige uren worden gekapitaliseerd.

  • 8. De initiatiefnemer heeft voorafgaand aan de indiening van de aanvraag tot het verlenen van subsidie overlegd met de betreffende bestuursadviseurs Klimaatadaptatie en Eetbare Stad/Stadslandbouw van de gemeente (zie de toelichting).

Artikel 3: Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond voor subsidieregeling groenblauwe plannen bedraagt € 1.000.000 voor de looptijd van de regeling, zijnde drie jaar.

  • 2. Binnen het beschikbare budget is 50% gereserveerd voor initiatieven van bewoners en samenwerkingsverbanden van bewoners.

Artikel 4: Aanvraag van subsidie

  • 1. De aanvraag dient ten minste acht weken vóór aanvang van de uitvoering van het groenblauwe initiatief bij het college te worden ingediend.

  • 2. De aanvragen worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst van de volledige aanvraag, hierbij is de dagstempel van ontvangst van de gemeente bepalend.

  • 3. De initiatiefnemer maakt bij de indiening van de aanvraag gebruik van de toelichting en het digitale invulformulier op de website van de gemeente.

  • 4. Bij de aanvraag wordt een beknopte toelichting in woord en beeld overlegd die voldoende inzicht geeft in wat de initiatiefnemer:

  • a. precies gaat doen;

  • b. waar de maatregel of maatregelen worden uitgevoerd; adres, locatie;

  • c. met wie dat wordt gedaan, als er sprake is van samenwerking;

  • d. hoe dat wordt gedaan, de aanpak;

  • e. welke resultaten, bij voorkeur in vierkante meters groen en aantallen bomen, en effecten van de maatregel of maatregelen worden verwacht;

  • f. en welke kosten aan de verschillende onderdelen van de maatregel(en) zijn verbonden, bij voorkeur onderbouwd met een offerte.

  • 5. Naast de gegevens en bescheiden die ingevolge de ASV door rechtspersonen moeten worden overgelegd dient een samenwerkingsverband ook overtuigend aan te tonen dat sprake is van een samenwerkingsverband.

  • 6. Binnen uiterlijk 6 weken na indiening van de aanvraag besluit het college. Binnen uiterlijk 2 weken na het besluit verzendt het college de beschikking.

Artikel 5: Criteria

  • 1. Initiatieven kunnen worden gerealiseerd in de openbare ruimte, de private ruimte en op daken (de initiatiefnemer dient zelf te (laten) onderzoeken of het betreffende dak constructief hiervoor geschikt is). Ook een combinatie van locaties is mogelijk.

  • 2. Het gebouw, bouwwerk of terrein waar de maatregelen worden uitgevoerd ligt binnen de grenzen van de bebouwde kom van Arnhem (zie de toelichting).

  • 3. Het betreft een bestaand gebouw, bouwwerk of terrein waar de maatregelen worden uitgevoerd, nieuwbouw komt niet voor subsidie in aanmerking.

  • 4. Initiatiefnemers kunnen ieder jaar voor een nieuw initiatief subsidie aanvragen.

  • 5. De initiatiefnemers moeten overtuigend aantonen dat de continuïteit (beheer en onderhoud) van de resultaten zijn geborgen voor ten minste vijf jaar.

  • 6. Een initiatief moet aantoonbaar worden gedragen door de belanghebbenden.

  • 7. De te nemen maatregel of maatregelen moet bijdragen aan het verbeteren van de lokale gevoelstemperatuur en/of het verminderen van wateroverlast en/of het verminderen van droogte, dat kan bijvoorbeeld door middel van:

  • a. het vergroenen van versteende terreinen, al of niet met eetbaar groen, waarbij een bewoner ten minste 10 vierkante meter en een ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar ten minste 25 vierkante meter terrein moet vergroenen, dat kan ook om de som van meerdere locaties gaan en mag ook gaan om een samenwerkingsverband van verschillende vastgoedeigenaren en/of gebruikers (woningen, winkels en/of bedrijfsgebouwen);

  • b. het aanbrengen van zogenoemd verticaal groen of gevelgroen aan de gevels van gebouwen en bouwwerken, waarbij een bewoner ten minste 10 vierkante meter en een ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar ten minste 25 vierkante meter gevel moet vergroenen, dat kan ook om de som van meerdere locaties gaan en mag ook gaan om een samenwerkingsverband van verschillende vastgoedeigenaren en/of gebruikers (woningen, winkels en/of bedrijfsgebouwen);

  • c. het realiseren van één of meer plekken waar water kan worden opgevangen en vertraagd kan worden afgevoerd dan wel kan infiltreren in de ondergrond;

  • d. het realiseren van één of meer plekken waar water kan worden opgeslagen als buffer (hergebruik) voor droogte;

  • e. het afkoppelen van daken en andere oppervlakken van de lozing van neerslagwater op het vuilwaterriool;

  • f. het aanleggen van groene daken of het verven van witte daken boven woon- en werkruimten, waarbij een bewoner ten minste 10 vierkante meter en een ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar ten minste 25 vierkante meter dak moet vergroenen of wit moet verven;

  • g. verschillende combinaties van de bovengenoemde ingrepen;

  • h. innovatieve maatregelen die naar verwachting op een andere wijze dan bovengenoemd bijdragen aan het verbeteren van de lokale gevoelstemperatuur (het lokale stadsklimaat) en/of het verminderen van wateroverlast en/of droogte en/of stadslandbouw en lokaal voedsel.

Artikel 6: Hoogte subsidie

  • 1. Voor de hoogte van de te verlenen subsidie voor een groenblauw initiatief wordt gebruik gemaakt van de onderstaande subsidiematrix en de kaart (zie de toelichting). Daarbij wordt belang gehecht aan het resultaat en de verwachte effecten van de maatregelen waarvoor subsidie is aangevraagd in combinatie met de locatie in de stad waar het initiatief plaatsvindt. Maatregelen die worden gerealiseerd in een focusgebied komen in aanmerking voor een hogere subsidie dan dezelfde maatregelen die buiten die focusgebieden worden gerealiseerd.

 

subsidiepercentage kosten

maatregel

stad

focusgebied

vergroenen terrein/tuin

30%

50%

vergroenen terrein/tuin met bomen

50%

65%

eetbare stad in moestuinbakken

30%

30%

eetbare stad vollegronds

30%

50%

eetbare stad vollegronds met bomen

50%

65%

groene gevels

40%

60%

afkoppelen/opslaan regenwater

40%

60%

groene of witte daken

30%

40%

  • 2. Per initiatief ontvangt de initiatiefnemer maximaal € 5.000 als individuele bewoner, maximaal € 25.000 als samenwerkingsverband en maximaal € 50.000 als ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar.

Artikel 8: Weigeringsgronden

Subsidie kan, naast de in artikel 4:25 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 10 van de ASV genoemde gevallen, in ieder geval worden geweigerd in geval van strijdigheid met één van de overige bepalingen in deze regeling of indien gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de plannen blijkens de ingediende begroting een onvoldoende betrouwbare financiële basis hebben dan wel onvoldoende draagvlak dan wel dat in alle redelijkheid, naar oordeel van de gemeente, wordt getwijfeld aan het tot stand komen van de beoogde maatregelen.

Artikel 9 Verantwoording, uitbetaling en vaststelling:

  • 1. Bij verlening van een subsidie voor een initiatief klimaatadaptatie wordt 100% van de verleende subsidie bevoorschot.

  • 2. Wanneer een subsidie wordt verleend van minder dan € 10.000 wordt deze overeenkomstig het gestelde in artikel 14 van de ASV bij verlening ook direct vastgesteld. Daarom hoeft geen verzoek om vaststelling te worden ingediend.

  • 3. Wanneer een subsidie wordt verleend van meer dan € 10.000 dient u, overeenkomstig artikel 15 van de ASV, binnen uiterlijk 13 weken na uitvoering van het plan een verzoek in om vaststelling van de subsidie inclusief een inhoudelijk verslag waaruit duidelijk blijkt dat de subsidie is aangewend voor dat doel of die doelen waarvoor hij is verleend.

  • 4. De initiatiefnemer maakt bij de indiening van verantwoording en verzoek om vaststelling gebruik van een namens het college te verstrekken e-mail met richtlijnen die bewerkstelligen dat snel en gestructureerd inzicht wordt gegeven of en op welke wijze de subsidie is besteed en of daarmee is voldaan aan de verplichtingen.

  • 5. Indien blijkt dat de kosten lager zijn uitgevallen dan begroot dan wel dat de resultaten substantieel achterblijven bij de verwachte resultaten, kan de gemeente de verleende subsidie daarop aanpassen en de aanvrager verzoeken de te veel ontvangen subsidie te retourneren.

Artikel 9: Verslag

Jaarlijks wordt een verslag gedaan opgemaakt over de inzet van de subsidieregeling en de daarmee behaalde resultaten.

Artikel 10: Afwijkingsmogelijkheid

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van een aanvrager afwijken van één of meerdere bepalingen van deze regeling. Deze afwijking moet voldoende worden beargumenteerd.

Artikel 11: Inwerkingtreding en looptijd

  • 1. Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking ervan.

  • 2. De looptijd van de subsidieregeling is van november 2022 tot december 2025.

  • 3. De subsidieregelingen Initiatieven Klimaatadaptatie Gemeente Arnhem en Eetbare Stad Gemeente Arnhem van 7 juli 2020, worden ingetrokken.

Artikel 12: Citeerregel

Deze regeling wordt aangehaald als: 'Subsidieregeling Groenblauwe Initiatieven.

Ondertekening

SUBSIDIEREGELING GROEN-BLAUWE INITIATIEVEN GEMEENTE ARNHEM

(TOELICHTING)

Wilt u een versteend terrein vergoenen, uw regenpijp afkoppelen en het water opvangen in een regenton, uw gevels vergroenen, een groen dak aanleggen of een waterberging maken? Wilt u samen met uw buren een buurt(moes)tuin aanleggen, fruitbomen of andere bomen aanplanten of een groene speelplek maken? Dan kunt u hiervoor, onder voorwaarden, subsidie aanvragen bij de gemeente Arnhem.

Uit wetenschappelijk onderzoek in binnen- en buitenland weten we dat meer groen (en vooral meer bomen) goed is voor het welzijn van bewoners, ondernemers en bezoekers. Dat meer groen de leefbaarheid en beleving van de stad ten goede komt. Een groene buurt is nu eenmaal een veel prettiger buurt. Maar, een groene buurt is ook beter voorbereid op de verandering van ons klimaat en de daarbij horende weersextremen. Zeker wanneer daarbij ook nog regenwater wordt opgevangen voor hergebruik in drogere perioden. Groen, en dan vooral bomen, verkoelt de stad en draagt bij aan een prettiger temperatuur. Eetbaar groen (eetbare stad, stadslandbouw) in de vorm van groente, fruit en kruiden in buurtmoes- en pluktuinen voegt naast meer groen ook nog iets bijzonders toe, namelijk meer ontmoeting in de straat en de buurt én de beschikbaarheid van gezond lokaal voedsel. Tot slot, draagt meer groen ook bij aan de biodiversiteit in de stad.

Daarom willen wij de stad verder vergroenen en daar hebben wij u, bewoners en ondernemers van onze stad, hard bij nodig. De meeste ruimte in de stad is namelijk niet van de gemeente, maar van particulieren. Als we de stad, en dus ook uw straat en buurt, voor de toekomst leefbaar en gezond willen houden, moeten wij samen aan de slag met meer groen en minder stenen.

Hoe dan?

Als gemeente gaan we aan de slag met de openbare ruimte, met onze straten, straatjes, pleinen en parkeerterreinen. Waar mogelijk halen we de verharding weg. Wij denken dat zeker 10% van de verharding in onze stad overbodig is en kan worden vervangen door groen. Daar willen we slimme keuzes in maken zodat er meer buurtparkjes ontstaan waar mensen kunnen uitblazen en belangrijke loop- en fietsroutes meer worden beschut door bomen en ander groen.

We laten ons daarbij ook leiden door de 3-30-300 regel. Deze komt er kort samengevat op neer dat: Arnhemmers vanuit de eigen woonkamer of werkruimte ten minste drie flinke bomen zien, ieder wijk voor ten minste 30% wordt bedekt door boomkronen en alle Arnhemmers op ongeveer 300 meter (ongeveer vijf minuten lopen) van het eigen huis een groene plek voorhanden hebben, beschut door bomen en ander groen en voorzien van zitplekken waar zij het hele jaar gebruik van kunnen maken.

Op die manier willen we in onze stad een Koel Netwerk creëren. Een netwerk van buurtparkjes en andere koele plekken en beschutte routes die maakt dat de stad tijdens de zomerse hitte voor kwetsbare groepen (ouderen, heel jonge kinderen, mensen met een beperking of aandoening) toch toegankelijk blijft. Ook die inwoners die in hun eigen woonsituatie geen koele (buiten)ruimte hebben kunnen dan in de buurt even op adem komen. Dat Koele Netwerk staat natuurlijk in verbinding met het grotere groen in en rond de stad, met onze parken en bossen. Iedereen die dat wil kan al wandelend of fietsend via het Koele Netwerk van een buurtparkje naar een stadspark of naar het bos en weer terug.

Wat kunt u zelf doen (met subsidie)?

Zoals gezegd, we moeten samen aan de slag met meer groen en minder stenen in onze stad. Een groot deel van de stad is particulier terrein. Bewoners van en bedrijven in Arnhem kunnen helpen de stad te vergroenen door aan de slag te gaan rondom hun huis en tuin of op hun eigen terrein(en). Daarom willen wij u als bewoners en ondernemer van de stad stimuleren en geven wij u hieronder een aantal maatregelen die u zelf kunt nemen en waarvoor wij subsidie beschikbaar stellen.

U kunt die maatregelen alleen nemen voor uw eigen woon- en werkruimte, maar u kunt natuurlijk ook samen met uw buren, de verhuurder, de woningbouwcorporatie, de school, de bewonersvereniging, de winkeliers uit de straat of met ondernemers op een bedrijventerrein aan de slag gaan.

Alle Arnhemmers (bewoners, ondernemers, instellingen en eigenaren van vastgoed in Arnhem) kunnen een beroep op onze subsidieregeling doen.

Wat betreft de hoogte van de subsidie maken we onderscheid naar de ernst van de problemen rondom klimaatverandering (hitte, wateroverlast en droogte) en leefbaarheid (welzijn, gezondheid, sociaal-economisch) in het gebied waar uw plan speelt. In de focusgebieden (roodblauw op de kaart) spelen meerdere problemen en is de subsidie daarom hoger. De focusgebieden zijn kort samengevat de stedelijke hitte gebieden, de wijken van Arnhem Oost (Klarendal, Geitenkamp, Presikhaaf-West, Malburgen en het Arnhemse Broek) en Lombok.

Daarbij gelden de volgende spelregels:

1. Het gebouw, bouwwerk of terrein ligt binnen de grenzen van de bebouwde kom van Arnhem (zie de kaart achteraan deze toelichting).

2. Het gebouw, bouwwerk of terrein waar u de groenblauwe maatregelen wilt nemen moet een bestaand terrein zijn. Nieuwbouw komt niet voor subsidie in aanmerking.

3. U vraagt minimaal 8 weken vóór aanvang van de werkzaamheden subsidie aan.

4. Afhankelijk van het soort maatregelen en de plek in de stad waar u die maatregelen wilt uitvoeren, kunt u een bijdrage krijgen in de directe kosten van 40%, 50% of zelfs 60%.

5. Ook voor eetbaar groen komt u in aanmerking voor een bijdrage van 40%, 50% tot 60% afhankelijk van het soort aanplant en van de plek in de stad waar u het eetbaar groen wilt aanplanten.

6. U ontvangt per aanvraag maximaal € 5.000 als individuele bewoner, maximaal € 25.000 voor een samenwerkingsverband en maximaal € 50.000 als ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar.

7. U kunt ieder jaar voor een nieuwe initiatief subsidie aanvragen.

Groene terreinen / 30%, 50% of 65% subsidie

De meest belangrijke maatregel als het gaat om klimaatadaptatie en biodiversiteit is het vergroenen van verhard terrein zoals een tuin met te veel tegels, het parkeerterrein bij uw bedrijf of een pad dat te breed is. Stenen eruit en groen erin, is dan het motto. Door het groen verkoelt u de omgeving en zorgt u ervoor dat regenwater snel in de grond kan wegstromen. De aanplant van bomen draagt niet alleen bij aan een koelere omgeving, maar ook aan het verkoelen van de gevels die binnen het bereik van de boomkroon vallen. Bovendien kunt u met gevarieerd groen (hoog, middel en laag, bloemen en kruiden) ook bijdragen aan de leefruimte van vogels, vlinders en bijen, biodiversiteit. Het groen kan bestaan uit grassen, sierheesters en/of bomen. Ook eetbaar groen in de vorm van groenten, kruiden, fruit en noten mag u aanplanten. We kijken bij deze maatregel uiteraard naar de verhoudingen van het aantal te vergroenen vierkante meters en de prijs inclusief de kosten van het aan te planten groen.

Wanneer u in een geel gebied (zie de kaart) verhard terrein vergroent, kunt u 30% subsidie ontvangen. Plant u ook één of meer bomen (1e, 2e of 3e grootte), dan maakt u aanspraak op 50% subsidie. Wanneer u in een roodblauw gebied (focusgebied, zie de kaart) een verharde plek vergroent, kunt u 50% subsidie ontvangen. Plant u dan ook één of meer bomen, dan maakt u aanspraak op 65% subsidie.

Om subsidie aan te kunnen vragen, moet u:

- als bewoner 10 vierkante meter of meer verhard terrein vergroenen;

- als ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar 25 vierkante meter of meer verhard terrein vergroenen;

- wanneer u met anderen samenwerkt dit kunnen aantonen (bij voorkeur met een mail van de andere deelnemers);

- ook nadenken over het beheer en onderhoud van uw maatregel en daarom iets zeggen over de manier waarop u de komende jaren het vergroende terrein in stand houdt.

Eetbare stad / stadslandbouw 30%, 50% of 65% subsidie

Voor eetbaar groen of stadslandbouw (groenten, kruiden, kleinfruit, fruit, noten et cetera) geldt dat deze vorm van vergroenen naast de betekenis voor klimaatadaptatie en biodiversiteit ook een bijzondere waardevolle bijdrage levert aan de ontmoeting van mensen en de beschikbaarheid van gezond en lokaal geteeld voedsel.

Wanneer u in een geel gebied een verharde plek vergroent met eetbaar groen of een bestaande groene plek verandert in een moes- of pluktuin met alleen groenten, kruiden of kleinfruit u 30% subsidie ontvangen. Plant u ook fruit- en/of notenbomen aan, dan maakt u aanspraak op 50% subsidie. Wanneer u in roodblauwe gebieden aan de slag gaat met stadslandbouw kunt u 50% subsidie ontvangen. Als u in deze gebieden ook fruit- en/of notenbomen aanplant, maakt aanspraak op 65% subsidie. Wanneer u eetbaar groen in zogenoemde moestuinbakken aanplant, geldt voor de hele stad een subsidie van 30%.

Om subsidie aan te kunnen vragen, moet u:

- bij moestuinbakken, een bak van 1 vierkante meter of meer gebruiken;

- 10 vierkante meter of meer eetbaar groen aanleggen op een nieuwe plek dan wel op een bestaande groene plek;

- als ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar 25 vierkante meter of meer eetbaar groen aanleggen op een nieuwe plek dan wel op een bestaande groene plek;

- wanneer u met anderen samenwerkt dit kunnen aantonen (bij voorkeur met een mail van de andere deelnemers);

- ook nadenken over het beheer en onderhoud van uw maatregel en daarom iets zeggen over de manier waarop u de komende jaren het eetbare groen in stand houdt.

Groene gevels / 40% of 60% subsidie

Groene gevels zorgen voor verkoeling, buiten én binnen. Dit komt door de verdamping vanaf de bladeren en omdat de warmte van de zon de muren minder kan opwarmen. Ook zorgt wintergroene gevelbeplanting in de winter voor een isolerende luchtlaag tussen de beplanting en de gevel. Gevelgroen heeft ook een groot effect op de gevoelstemperatuur in de aangrenzende buitenruimte. Een voordeel van gevelbeplanting is dat het weinig ruimte inneemt. Een paar tegels eruit, plant erin en je bent klaar! Groene gevels zien er mooi uit en bieden ze een leefomgeving voor allerlei dieren en gevelgroen houdt regenwater langer vast. Geluiden op bijvoorbeeld dicht bebouwde pleinen en straten worden door gevelgroen gedempt. Tot slot, als u gevelgroen aanlegt met eetbare planten of klimmers met vruchten (zoals een druif of kiwi) dan kunt u daar ook letterlijk de vruchten van plukken.

Wanneer u in een geel gebied een gevel vergroent, kunt u 30% subsidie ontvangen. Als u in een roodblauw gebied een gevel vergroent, kunt u 60% subsidie ontvangen.

Om subsidie aan te kunnen vragen, moet u:

- als bewoner 10 vierkante meter of meer groene gevel aanleggen;

- als ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar 25 vierkante meter of meer groene gevel aanleggen;

- wanneer u met anderen samenwerkt dit kunnen aantonen (bij voorkeur met een mail van de andere deelnemers);

- ook nadenken over het beheer en onderhoud van uw maatregel en daarom iets zeggen over de manier waarop u de komende jaren het gevelgroen in stand houdt.

Afkoppelen en opslaan regenwater / 40% of 60% subsidie

Het afkoppelen van uw hemelwaterafvoer (de regenpijp) en het laten wegstromen van dat water in een vijvertje of wadi of het opvangen ervan in een regenton voor hergebruik is een heel makkelijke en goede maatregel. Zo draagt u bij aan het besparen van drinkwater en de overbelasting van de riolering. Ook het realiseren van een grijswatersysteem waarbij u grote hoeveelheden hemelwater opslaat in een reservoir voor hergebruik is subsidiabel.

Wanneer u in een geel gebied uw hemelwaterafvoer afkoppelt, een regenton of een ander reservoir voor hergebruik van hemelwater installeert of een grijswatersysteem aanlegt, kunt u 40% subsidie ontvangen. Als u een van deze maatregelen neemt in een roodblauw gebied kunt u 60% subsidie ontvangen.

Om subsidie aan te vragen hoeft u niet aan bepaalde voorwaarden te voldoen. Van belang is wel dat de kosten evenredig zijn aan het doel. Met andere woorden, we kijken scherp naar de prijs en de kwaliteit (resultaat en effecten) van de investering.

Groene (of witte) daken / 30% of 40% subsidie

Een groen dak neemt regenwater op, zorgt voor verkoeling van uw woon- en werkruimte, bindt fijnstof en draagt bij aan de biodiversiteit. Voor mensen die uitkijken op de vele donkergrauwe daken ziet een groen dak er ook nog eens mooier uit. Omdat het groene dak wat betreft klimaatadaptatie vooral bijdraagt aan het binnenklimaat, willen wij de aanleg van groene daken op schuren, carports en tuinhuisjes niet meer subsidiëren, alleen de aanleg op het dak van woon- en werkruimten komt voor subsidie in aanmerking. Wanneer uw dak niet geschikt is voor het aanleggen van een groen dak kunt u ervoor kiezen uw dak wit te verven. Ook hiervoor kunt u subsidie ontvangen.

Wanneer u in een geel gebied uw dak vergroent of wit verft, kunt u 30% subsidie ontvangen. Als u in een roodblauw gebied uw dak vergroent of wit verft, kunt u 40% subsidie ontvangen.

Om subsidie aan te kunnen vragen, moet u:

- als bewoner 10 vierkante meter of meer groen dak aanleggen of wit laten verven;

- als ondernemer, instelling of vastgoedeigenaar 25 vierkante meter of meer groen dak aanleggen of wit laten verven;

- het groene (of witte) dak aanleggen op het dak van de woonruimte (woning, appartement en aan- en uitbouwen van uw woonruimte, zorg- of verpleegruimten) en/of op het dak van een werkruimte (winkel, bedrijf, kantoor, studio, atelier, werkplaats, behandelruimte et cetera);

- wanneer u met anderen samenwerkt dit kunnen aantonen (bij voorkeur met een mail van de andere deelnemers);

- ook nadenken over het beheer en onderhoud van uw maatregel en daarom iets zeggen over de manier waarop u de komende jaren het groene dak in stand houdt.

Een ander idee?

Wanneer u voor een groenblauw plan, al of niet met eetbaar groen, een idee heeft dat hierboven nog niet wordt verwoord, aarzel dan niet en neem contact met ons op. Wij horen graag nieuwe ideeën en kijken ook graag met u of en hoe we ze mogelijk kunnen maken.

Hoe vraagt u subsidie aan?

Subsidie kunt u aanvragen via onze website. Daarbij kunt u ook stukken uploaden ter onderbouwing van uw aanvraag. U moet ons in ieder geval duidelijk maken waarvoor u subsidie aanvraagt. Dat betekent dat we een goed beeld moeten hebben van de maatregelen die u wilt nemen en de kosten daarvan.

U moet daarom altijd een toelichting op uw plannen aanleveren waarin u vertelt:

1. wat u precies gaat doen;

2. waar u dat gaat doen (adressen, locaties);

3. met wie u dat gaat doen (als er sprake is van samenwerking);

4. hoe u dat gaat doen (de aanpak);

5. welke resultaten en effecten u van uw maatregelen verwacht (bij voorkeur in vierkante meters groen en aantallen bomen);

6. en welke kosten aan de verschillende onderdelen van uw maatregel(en) zijn verbonden (een offerte is dan het meest handig voor de onderbouwing van uw aanvraag).

Vragen, overleggen?

De subsidieregeling vereist dat u uw plan van tevoren kort bespreekt met medewerkers van de gemeente. U kunt dan vragen stellen en de medewerkers kunnen met u meedenken over de opzet en aanpak van uw idee. De medewerkers kunnen u ook adviseren als er voor één of meer van de voorgenomen maatregelen een omgevingsvergunning of bodemonderzoek noodzakelijk is. Heeft uw plan (ook) betrekking op de openbare ruimte, dan verzoeken wij u ook contact op te nemen met het Team Leefomgeving van uw wijk.

Heeft u vragen? Of wilt u gewoon even overleggen over uw plannen? Dat kan.

U kunt bellen of mailen met:

Ronald Bos (klimaatadaptatie en water) 06-5019 4035 / ronald.bos@arnhem.nl

Henk Wentink (klimaatadaptatie en groen) 06-3110 7963 / henk.wentink@arnhem.nl

Herman KleinJan (eetbare stad, stadslandbouw) 06-3110 7962 / herman.kleinjan@arnhem.nl

Looptijd subsidieregeling?

De looptijd van de subsidieregeling is van december 2022 tot december 2025.

KAART VAN ARNHEM

met komgrens en focusgebieden

afbeelding binnen de regeling

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 6 december 2022

Het college van burgemeester en wethouders van Arnhem,

De secretaris, De burgemeester,