Regeling vervallen per 31-12-2023

Subsidieregeling maatschappelijke initiatieven voor energiebesparing en/of duurzame energieopwekking Berkelland 2023

Geldend van 23-02-2023 t/m 30-12-2023 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2023

Intitulé

Subsidieregeling maatschappelijke initiatieven voor energiebesparing en/of duurzame energieopwekking Berkelland 2023

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ASV: Algemene subsidieverordening Berkelland 2022.

  • b.

    aanvrager: een natuurlijk persoon of rechtspersoon die woonachtig of gevestigd is in de gemeente Berkelland.

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland.

  • d.

    maatschappelijk initiatief: een niet commercieel project van buurten/wijken, verenigingen, stichtingen, scholen, maatschappelijke instellingen, netwerken, inwonerscollectieven, dorpshuizen.

  • e.

    mijlpaal: een deelresultaat dat op of voor een bepaalde datum bereikt wordt.

  • f.

    projectlocatie: de plek waar het maatschappelijk initiatief wordt gerealiseerd.

Artikel 2. Initiatieven die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor een maatschappelijk initiatief dat bijdraagt aan energiebesparing en/of duurzame energieopwekking in Berkelland.

Artikel 3. Subsidievoorwaarden

  • 1. Het te subsidiëren maatschappelijk initiatief moet leiden tot energiebesparing en/of opwekking van duurzame energie in kubieke meters aardgas en/of kilowattuur elektriciteit van tenminste 33% van het huidige verbruik op de projectlocatie in Berkelland. Dit moet worden aangetoond met indicaties, berekeningen, literatuur of ervaringscijfers.

  • 2. De omvang van het verbruik op de projectlocatie bedraagt minimaal 17.000 kWh per jaar elektriciteit en/of 12.500 m3 aardgas per jaar (vergelijkbaar met het gemiddelde verbruik van 5 huishoudens).

  • 3. Het maatschappelijk initiatief moet realistisch zijn en maatschappelijk draagvlak hebben.

  • 4. Het maatschappelijk initiatief moet haalbaar of uitvoerbaar zijn binnen de in de aanvraag vermelde planning en/of binnen maximaal 1 jaar na ontvangst van de subsidiebeschikking.

  • 5. De aanvrager moet een eigen (financiële) inbreng van minimaal 50% leveren.

Artikel 4. Weigeringsgronden

Naast de gronden genoemd in artikel 10 van de ASV wordt geen subsidie verstrekt als:

  • 1.

    het initiatief niet voldoet aan de subsidievoorwaarden van artikel 3;

  • 2.

    het initiatief niet past binnen gemeentelijke regelgeving en beleid.

  • 3.

    het initiatief past binnen een andere lokale subsidieregeling of subsidieverordening

Artikel 5. Kosten die wel en niet voor subsidie in aanmerking komen

De subsidie heeft uitsluitend betrekking op redelijk en daadwerkelijk gemaakte kosten die direct verbonden zijn met de uitvoering van het initiatief als bedoeld in artikel 2 en die resteren na aftrek van bijdragen van derden.

Artikel 6. Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt 50 procent van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen, met een maximum van € 10.000 per aanvraag.

Artikel 7. Subsidieplafond

Er is een subsidieplafond van € 170.000,--,

Artikel 8. Behandeling in volgorde van ontvangst

  • 1. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen.

  • 3. Als het vastgestelde subsidieplafond wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op dezelfde dag wordt ontvangen, worden de aanvragen van die dag door middel van loting gerangschikt.

Artikel 9. Eisen aan subsidieaanvraag

  • 1. Subsidie voor een initiatief als bedoeld in artikel 2 moet schriftelijk worden aangevraagd bij het college. De aanvraag moet de volgende informatie bevatten:

    • a.

      naam, contactadres, telefoonnummer en handtekening van de aanvrager(s);

    • b.

      een beschrijving van de inhoud, projectlocatie, uitvoering, planning en mijlpalen van het initiatief;

    • c.

      de hoeveelheid energie (in m³ aardgas en/of kilowattuur elektriciteit) die bespaard wordt en/of duurzaam opgewekt wordt met een onderbouwing daarvan;

    • d.

      een kostenraming en een dekkingsplan voor de uitvoering van het maatschappelijk initiatief;

    • e.

      informatie over de eigen inbreng in de zin van financiële middelen en inzet van menskracht, het maatschappelijke draagvlak en de realiseerbaarheid in maatschappelijke, organisatorische, financiële economische, milieutechnische en ruimtelijke zin;

    • f.

      welk deel van het initiatief niet met eigen inbreng gerealiseerd kan worden (voor welke projectonderdelen en kosten subsidie wordt aangevraagd).

  • 2. Het college stelt de aanvrager in de gelegenheid om de aanvraag aan te vullen als de aanvraag onvoldoende informatie bevat voor een goede beoordeling daarvan.

Artikel 10. Aanvraagtermijn

Overeenkomstig artikel 8 van de ASV moet een aanvraag voor subsidie worden ingediend uiterlijk 8 weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met het maatschappelijk initiatief waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

Artikel 11. Beslistermijn

  • 1. Overeenkomstig artikel 9 lid 3 van de ASV beslist het college binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag om subsidie (subsidiebeschikking).

  • 2. In de subsidiebeschikking kan het college verplichtingen opnemen over monitoring van gegevens over de energiebesparing en/of duurzame opwekking, mijlpalen, contact- en evaluatiemomenten.

  • 3. In de subsidiebeschikking kan het college verplichtingen opnemen over de wijze van verslaglegging en de verantwoordingsinformatie die voor de vaststelling van de subsidie in artikel 13 moet worden verstrekt.

Artikel 12. Verplichtingen aanvrager

  • 1. De aanvrager zorgt ervoor dat de subsidie wordt besteed aan de uitvoering van het maatschappelijk initiatief, houdt de betalingen en ontvangsten bij en legt de informatie vast die voor de vaststelling van de subsidie belangrijk is.

  • 2. De aanvrager informeert het college direct over veranderde omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de uitvoering van het maatschappelijk initiatief. In ieder geval zodra duidelijk wordt dat:

    • -

      het maatschappelijk initiatief niet (geheel) zal worden gerealiseerd

    • -

      niet aan de verplichtingen zal worden voldaan;

    • -

      er aanmerkelijke verschillen ontstaan of dreigen te ontstaan tussen de werkelijke en de geraamde uitgaven en inkomsten.

Artikel 13. Eisen aan aanvraag tot vaststelling subsidie

  • 1. Een aanvraag tot vaststelling van een subsidie moet worden ingediend binnen 8 weken na afloop van het initiatief waarvoor subsidie is verleend.

  • 2. De aanvraag moet de in de subsidiebeschikking gevraagde verantwoordingsinformatie bevatten.

Artikel 14. Subsidievaststelling

Een subsidie wordt vastgesteld binnen 8 weken na ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling.

Artikel 15. Bevoorschotting

De subsidie kan als voorschot worden uitbetaald tot maximaal het verleende bedrag.

Artikel 16. Hardheidsclausule

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 17. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt op de dag na bekendmaking in werking en werkt terug tot en met 1 januari 2023.

  • 2. Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2023.

  • 3. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling maatschappelijke initiatieven voor energiebesparing en/of duurzame energieopwekking Berkelland 2023.

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van Berkelland,

secretaris,

M.N.J. Broers

burgemeester

drs. J.H.A. van Oostrum

Bijlagen : Toelichting

TOELICHTING

op de Subsidieregeling maatschappelijke initiatieven voor energiebesparing en/of duurzame energieopwekking Berkelland 2023

Met deze subsidieregeling hoopt het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland een financiële prikkel te geven voor (nieuwe) initiatieven voor energiebesparing of duurzame energieopwekking in Berkelland. De gemeente wil echter ook graag andere dan financiële ondersteuning bieden. Dit kan bijvoorbeeld door mee te denken, expertise in te brengen, belemmeringen op te heffen. Dat vraagt een andere werkwijze, te beginnen met een gesprek tussen initiatiefnemer(s) en de gemeente.

Voorbeelden van maatregelen voor energiebesparing en energieopwekking

Restwarmteprojecten, aardwarmte-installaties, warmtepompen, zonneboilers, LED verlichting, isolatie, kleine en middelgrote windturbines, zonnedaken, zon- grondopstellingen, bijbehorende energieopslag, biomassa(verbrandings-)installaties.

Voorbeeldberekening subsidie

Maatschappelijk initiatief: grondopstelling zonnepanelen in gezamenlijke binnentuin

Totale kosten:

€ 30.000,--

Af:

Subsidie elders

-/-

€ 5.000,--

Eigen inbreng

-/-

€ 15.000,--

Resteert

€ 10.000,--

(= gemeentelijke subsidie)

Nieuwe werkwijze

Het idee is dat er vooroverleg is vóórdat een aanvraag om subsidie wordt gedaan. In het gesprek met de initiatiefnemers moet duidelijk worden wat de sterke en zwakke punten van een initiatief zijn, waar de gemeente kan ondersteunen en wat er nodig is om tot een initiatief te komen dat voor subsidie in aanmerking komt.

Ter ondersteuning van de voorbereiding en het voeren van het gesprek is er een leidraad gemaakt. Het is de bedoeling dat de initiatiefnemer deze leidraad van tevoren krijgt.

Vragen voor de initiatiefnemer(s)

  • 1)

    Het initiatief. Waar gaat het over?

    Wat is het doel van het initiatief? Hoeveel energie (in m³ gas, kwh elektriciteit) gaat u besparen of duurzaam opwekken? En hoe wilt u dat doen?

    Is het initiatief makkelijk groter of kleiner te maken?

    Kan het eventueel op een andere locatie worden uitgevoerd?

    Is het initiatief concreet en realiseerbaar?

    Wat is het financiële plaatje?

    Van wie krijgt u nog meer geld/subsidie/lening?

    Wat brengt u zelf in? Wat heeft u van de gemeente nodig?

  • 2)

    Achtergronden. Wie doen mee?

    Wat is de aanleiding?

    Is er draagvlak/enthousiasme?

    Wie zijn betrokken? Van wie is het initiatief.

    Is er sprake van een duurzame samenwerking?

    Is de eigen inbreng (geld, uren, kennis) tussen de deelnemers evenwichtig verdeeld? Zijn in de doelstellingen van het initiatief de belangen van alle deelnemers herkenbaar?

    Hebben alle deelnemers een belang om het resultaat te halen?

    Wiens belangen worden eventueel geschaad (draagvlak omgeving, eerlijke concurrentie)?

    Sluit het initiatief aan op andere initiatieven ?

  • 3)

    Kennis en ervaring

    Is er voldoende kennis en ervaring of is er op bepaalde punten versterking nodig?

    Welke eventuele partners zouden dat kunnen leveren?

    Met wie/wat zou het initiatief nog meer in verbinding kunnen staan?

    Wat kan de gemeente voor u doen?

Vragen voor de gemeente

  • 1)

    Rol gemeente

    Gemeente zoekt rol of taak op maat

    Is gemeente wel de juiste partij of kunnen anderen het beter ondersteunen?

    afbeelding binnen de regeling

  • 2)

    Wet- regelgeving

    Zijn eigen gemeentelijke regels een belemmering voor het initiatief ?

    Zijn die regels makkelijk of moeilijk aan te passen?

    Kan er sprake zijn van staatsteun/oneerlijke concurrentie?

    Is er experimenteerruimte?

    Is het initiatief in een andere vorm wel mogelijk ?

  • 3)

    Hoe kan gemeente ondersteunen, behalve financieel?

    Beschikbaar stellen ruimte, print- of plotfaciliteiten, mailing.

    Gemeente kan het initiatief in het zonnetje zetten

    Meedenkkracht van de gemeente.

    Zijn er praktische hobbels die de gemeente weg kan nemen?

  • 4)

    Risico’s

    Zijn er risico’s en onzekerheden? Kunnen we die wegnemen? Hoe?

    Is de eigen bijdrage inzichtelijk gemaakt? En realistisch?

    Wordt het project opgehangen/afhankelijk gemaakt van de gemeente?

    Maatschappelijk draagvlak? Oneerlijke concurrentie?

  • 5)

    Politiek

    Loopt het initiatief/de gemeente risico’s in de politieke context?