Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân, houdende regels omtrent de subsidiering ter verduurzaming van bestaande groepsaccommodaties in Fryslân (Subsidieregeling verduurzaming groepsaccommodaties Fryslân)

Geldend van 10-02-2023 t/m heden

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân, houdende regels omtrent de subsidiering ter verduurzaming van bestaande groepsaccommodaties in Fryslân (Subsidieregeling verduurzaming groepsaccommodaties Fryslân)

Gedeputeerde Staten van Fryslân,

Gelet op artikel 1.3, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

Overwegende dat in het bestuursakkoord 2019-2023 is overeengekomen dat het geluk van de inwoners van Fryslân op één staat;

Overwegende dat dit betekent dat gestreefd wordt naar brede welvaart waarbij de provincie er op inzet om de sterke sociale structuren, de sociale gelijkheid en de leefbaarheid verder te stimuleren;

Overwegende dat daarbij is afgesproken dat in Fryslân in 2030 een kwart minder energie verbruikt wordt dan in 2010;

Overwegende dat het aanvullende herstelpakket Lok op 1: No en Moarn is vastgesteld waarin deze zelfde doelen worden nagestreefd en tevens is ingezet op structuurversterking van de gastvrijheidssector;

Overwegende dat de instandhouding en verduurzaming van groepsaccommodaties aan al deze punten in brede zin bijdraagt;

Overwegende dat zij vanuit het voornoemde beleidskader bestaande groepsaccommodaties in Fryslân, die na 3 januari 2022 via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland een subsidie hebben ontvangen voor energiebesparende investeringen op grond van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies, Titel 4.5. Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE), van de Minister van Economische Zaken en Klimaat, een extra plus in de vorm van een prestatiesubsidie wil bieden;

Besluiten vast te stellen:

Subsidieregeling verduurzaming groepsaccommodaties Fryslân.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    ASV: Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

  • -

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    de-minimisverordening: Verordening (EU) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende werking van de Europese Unie op de-minimissteun (2013 / L351);

  • -

    groepsaccommodatie: onroerende zaak houdende een accommodatie met ten minste tien slaapplaatsen die logies overwegend aan personen in groepsverband (geen gezinsverband zijnde) verstrekt, met slaapgelegenheid in kamers, zalen, huisjes, tenthuisjes, appartementen en/of tenten, die gasten mogelijk met 'vreemden' moeten delen;

  • -

    ISDE: Titel 4.5. Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies, van de Minister van Economische Zaken en Klimaat, zoals deze luidde op 3 januari 2022;

  • -

    prestatiesubsidie: subsidie die wordt verstrekt voor het realiseren van de subsidiabele activiteit als omschreven deze regeling;

  • -

    RVO: Rijksdienst Voor ondernemend Nederland.

Artikel 2. Doel van de subsidie

Deze regeling heeft tot doel om investeringen die bestemd zijn voor de productie van duurzame energie en de aansluiting op een warmtenet te stimuleren in bestaande groepsaccommodaties in Fryslân.

Artikel 3: Doelgroep en subsidiabele activiteiten

Een prestatiesubsidie wordt uitsluitend verstrekt aan eigenaren van groepsaccommodaties gelegen in Fryslân die met ingang van 3 januari 2022 tot en met 30 september 2023 van de RVO een subsidie verstrekt hebben gekregen op grond van de ISDE voor het doen van een investering die bestemd is voor de productie van duurzame energie of de aansluiting op een warmtenet.

Artikel 4: Aanvraagperiode

  • 1. Een aanvraag voor een subsidie voor een activiteit als omschreven in deze regeling kan worden ingediend van 15 februari 2023 tot en met 30 september 2023.

  • 2. Een aanvraag wordt geacht tijdig te zijn ingediend, indien deze is ontvangen binnen de in het vorige lid genoemde indieningstijdvak.

Artikel 5: Aanvraag

  • 1. Een aanvraag wordt ingediend met behulp van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld aanvraagformulier en gaat vergezeld van de in lid 2 genoemde verplichte bijlagen.

  • 2. De verplichte bijlagen zijn:

    • a.

      een recent (niet ouder dan 3 maanden) uittreksel van de kamer van koophandel;

    • b.

      een positieve subsidiebeschikking op grond van de ISDE van de RVO;

    • c.

      een ingevulde de-minimisverklaring, waaruit blijkt dat het aangevraagde bedrag geheel of gedeeltelijk kan worden verleend zonder dat sprake zal zijn van overtreding van de geldende voorschriften van de Europese Unie ter zake van de verlening van overheidssteun;

    • d.

      een ingevulde MKB-verklaring, waaruit blijkt dat de aanvrager een kleine onderneming is, zoals bedoeld in de de-minimusverordening;

    • e.

      bewijsstukken die aantonen dat de aanvrager een groepsaccommodatie exploiteert, in het geval (dat de onderneming van) de aanvrager niet is ingeschreven in de Kamer van Koophandel onder de SBI-code 55.20.2; en

    • f.

      een machtiging, in het geval dat de aanvrager een medewerker of gemachtigde is.

Artikel 6. Subsidieplafond en verdeelsystematiek

  • 1. Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling geldt tot en met 30 september 2023 een subsidieplafond van € 540.000,-.

  • 2. Het beschikbare bedrag van het subsidieplafond wordt verdeeld op volgorde van ontvangst van de volledige aanvragen.

  • 3. Indien er meer aanvragen zijn ontvangen op één dag, waarbij toekenning van al deze aanvragen zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond wordt, in afwijking van het tweede lid, de onderlinge rangorde van die aanvragen door loting vastgesteld.

Artikel 7: Weigeringsgronden

In aanvulling op hetgeen is bepaald in artikel 2.7 van de ASV, wordt een subsidie geweigerd:

  • a)

    indien de aanvrager al € 10.000,- verstrekt heeft gekregen voor een afzonderlijke groepsaccommodatie op grond van deze regeling, ongeacht het aantal subsidiabele investeringen dat de aanvrager doet;

  • b)

    indien de aanvrager al subsidie verstrekt heeft gekregen van de provincie Fryslân voor de activiteit waar subsidie voor aangevraagd wordt

  • c)

    indien de onderneming van de aanvrager, die de groepsaccommodatie exploiteert, geen micro- of kleine onderneming is in de zin van de de-minimusverordening (een onderneming waar minder dan 50 personen werken en de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal de 10 miljoen euro niet overschrijdt).

Artikel 8: Subsidiehoogte

  • 1. Voor het berekenen van de hoogte van het door Gedeputeerde Staten te verstrekken prestatiesubsidiebedrag wordt uitgegaan van de door RVO verstrekte subsidie op grond van de ISDE.

  • 2. De prestatiesubsidie op grond van deze regeling evenaart de hoogte van de in het eerste lid genoemde subsidie die door de RVO is verstrekt, met een maximum van € 10.000,- per groepsaccommodatie.

Artikel 9: Wijze van subsidieverstrekking

De subsidie op grond van deze regeling wordt direct vastgesteld.

Artikel 10: Instandhoudingsverplichting

De subsidieontvanger zal de groepsaccommodatie na het verrichten van de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt blijven exploiteren conform het huidige gebruik als groepsaccommodatie voor de duur van vijf jaar.

Artikel 11: Prestatieverantwoording

De subsidieontvanger toont desgevraagd aan dat de gesubsidieerde activiteit is verricht en dat aan de subsidievaststelling verbonden verplichtingen is voldaan.

Artikel 12: Intrekking en terugvordering

Onverminderd het bepaalde in afdeling 4.2.6 van de Awb kan een beschikking tot subsidievaststelling die op grond van deze regeling is verstrekt door Gedeputeerde Staten worden ingetrokken of ten nadele van de subsidieontvanger worden gewijzigd, en kunnen op basis daarvan uitbetaalde bedragen worden teruggevorderd, indien de RVO de aan de subsidieontvanger verstrekte ISDE subsidievaststelling intrekt of ten nadele wijzigt.

Artikel 13: Staatssteun

De prestatiesubsidie voor het doen van een investering die bestemd is voor de productie van duurzame energie, wordt verstrekt met toepassing van de de-minimisverordening.

Artikel 14: Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 15: Horizonbepaling

Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat deze van toepassing blijft op subsidies die voor deze datum zijn verleend.

Artikel 16: Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling verduurzaming groepsaccommodaties Fryslân.

Ondertekening

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 31 januari 2023.

Voorzitter drs. A.A.M. Brok

Secretaris A. Schepers, MSc

Toelichting

Artikel 1 - Groepsaccommodaties

Onder groepsaccommodaties worden verstaan: kampeerboerderijen, vakantiehuizen, kindervakantiehuizen, scoutinghuizen, natuurvriendenhuizen, tentenkampen en logiesaccommodaties behorende tot watersportcentra en maneges. Zo lang deze verschijningsvorm past in de omschrijving (met voorwaarden) genoemd in de regeling.

Van de aanvrager die zich heeft ingeschreven in de Kamer van Koophandel met de SBI-code 55.20.2 wordt er vanuit gegaan dat een groepsaccommodatie, zoals bedoeld in deze regeling, wordt geëxploiteerd. De aanvrager die zich heeft ingeschreven in de Kamer van Koophandel met een andere SBI-code, denk bijvoorbeeld aan 55.20.1, dient nader te onderbouwen dat hij een groepsaccommodatie exploiteert. Die onderbouwing dient met name te zien op het minimum van 10 aangeboden slaapplaatsen die overwegend voor personen in groepsverband zijn bedoeld. Voor de onderbouwende bewijsstukken kan worden gedacht aan prints van een (boekings)website, informatie van de VVV of een bedrijfsplan.

Artikel 1 - Prestatiesubsidie

Omdat de subsidie een prestatiesubsidie betreft, wordt geen subsidie verstrekt voor specifieke kosten voor het uitvoeren van de activiteit, zoals bij een ‘kostensubsidie’ het geval is. Hierdoor wordt bij de beoordeling van aanvragen niet getoetst op de aanwezigheid van subsidiabele en niet-subsidiabele kosten voor het uitvoeren van de activiteit, en speelt artikel 1.10 van de ASV geen rol bij de beoordeling van aanvragen.

Artikelen 4 en 6

Een aanvraagperiode, subsidieplafond en verdeelsystematiek zijn beschreven. Hierbij worden twee verschillende peilmomenten gehanteerd. Het subsidieplafond bepaalt in het geval van beide peilmomenten of er nog subsidie kan worden verstrekt. In het geval van de aanvraagperiode geldt het moment van ontvangst van de aanvraag als datum van binnenkomst, ongeacht de vraag of de aanvraag volledig is. Dit heeft tot gevolg dat een aanvraag ook na sluiting van het aanvraagtijdvak kan worden aangevuld en als tijdig ingediend wordt beschouwd. In het kader van de verdeelsystematiek en het bepalen van de volgorde van binnenkomst wordt aangesloten bij de dag waarop de aanvraag volledig is.

Artikel 10

De regeling heeft tot doel de bestaande structuur van groepsaccommodaties te verstevigen. Gelet hierop is deze instandhoudingsverplichting van het huidige gebruik van de groepsaccommodatie waarin geïnvesteerd wordt opgenomen. De vraag die opkomt is hoe om te gaan met aanvragers die toch in strijd handelen met de instandhoudingsverplichting. Bij dit vraagstuk speelt het evenredigheidsbeginsel een steeds grotere rol, wat in beginsel met zich brengt dat alle feiten en omstandigheden van het geval gewogen dienen te worden. Dit biedt vooraf echter weinig houvast en duidelijkheid. Daarom is de volgende algemene handelswijze voorzien. Indien binnen drie jaar het gebruik van de groepsaccommodatie wordt gewijzigd zal ingezet worden op een wijziging van de subsidiebeschikking waarbij de subsidie op nihil wordt gesteld. Wijzigt het gebruik in jaar vier of vijf, dan resulteert dit in een wijziging van de subsidiebeschikking waarbij de subsidie naar rato wordt verminderd (in jaar vier, 3/5e; in jaar vijf 4/5e van de subsidie).  

Artikel 13

De subsidie van de RVO op grond van de ISDE voor het doen van een investering die bestemd is voor de productie van duurzame energie of de aansluiting op een warmtenet wordt aan de groepsaccommodaties verstrekt onder het staatssteunkader in artikel 41 van de algemene groepsvrijstellingsverordening. Hoewel de prestatiesubsidie op grond van deze regeling aanhaakt bij het staatssteunkader van de de-minimusverordening, dient toch rekening gehouden te worden met de voorwaarden van de algemene groepsvrijstellingsverordening omdat dezelfde activiteiten worden gesubsidieerd. Een van die voorwaarden is dat ten hoogste 65% van de investeringskosten gesubsidieerd in het geval de subsidie verstrekt wordt aan een kleine onderneming. Omdat de subsidie van de RVO ten hoogste zo rond 1/3e deel van de kosten dekt en de subsidie op grond van deze regeling de subsidie ten hoogste verdubbelt, wordt niet uitgekomen boven die 65%.