Regeling vervallen per 08-02-2023

Tijdelijke beleidsregels noodfonds energietoeslag Duiven

Geldend van 08-02-2023 t/m 07-02-2023

Intitulé

Tijdelijke beleidsregels noodfonds energietoeslag Duiven

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Duiven

gelet op:

  • -

    titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 35 van de Participatiewet;

overwegende dat:

  • -

    het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een bijdrage uit het tijdelijk noodfonds energietoeslag

besluit vast te stellen de Tijdelijke beleidsregels noodfonds energietoeslag Duiven.

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Duiven;

  • c.

    inkomen: totaal van het inkomen als bedoeld in artikel 32 en 33 van de wet, met uitzondering van de middelen bedoeld in artikel 31 lid 2 en artikel 33 lid 5 van de wet;

  • d.

    peildatum: de eerste dag van de maand waarin de aanvraag op het tijdelijk noodfonds is ingediend;

  • e.

    referteperiode: periode van drie maanden voorafgaand aan de peildatum;

  • f.

    huishouden: de alleenstaande, alleenstaande ouder of het gezin, zoals bedoeld in artikel 4, lid 1 onderdeel a, b, of c van de wet;

  • g.

    bijstandsnorm: de toepasselijke bijstandsnorm als bedoeld in artikel 5 onderdeel c van de wet;

  • h.

    energie-armoede: wanneer er hier over “energie-armoede” wordt gesproken, wordt hierbij als richtsnoer gebruikt dat hier iedere inwoner van Duiven onder valt die van zijn of haar besteedbaar inkomen 10% of meer kwijt is aan energierekeningen;

  • i.

    vermogen: uit gegevens aanvrager blijkende bezittingen en schulden van de aanvrager;

  • j.

    besteedbaar inkomen: het bruto inkomen, verminderd met betaalde inkomensoverdrachten, premies inkomensverzekeringen, premies ziektekostenverzekeringen en belastingen op inkomen en vermogen (het netto-inkomen).

Artikel 2: Doelgroep noodfonds en hoogte maximale bedragen

  • 1. De tijdelijke eenmalige energietoeslag 2023 wordt per huishouden op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

  • 2. De energietoeslag wordt per woonadres eenmalig toegekend. In het geval van meerdere huishoudens op één adres wordt de energietoeslag toegekend aan de persoon die op de peildatum de hoofdbewoner is. Bij onduidelijkheid hieromtrent wordt de persoon die op de peildatum het energiecontract voor het betreffende woonadres op zijn naam heeft staan als hoofdbewoner aangemerkt.

  • 3. De feitelijke energiekosten zijn voor het recht op of de hoogte van de tijdelijke eenmalige energietoeslag niet relevant; indien aanvrager aan de voorwaarden voldoet dan wordt een vast bedrag van € 1.300 als tegemoetkoming verstrekt.

  • 4. Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als het in aanmerking te nemen inkomen niet lager is dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm en niet hoger is dan 150% van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 5. Het college kent de tijdelijke eenmalige energietoeslag 2023 toe als:

    • a.

      de aanvrager 10% of meer van zijn of haar besteedbaar inkomen kwijt is aan energielasten; en

    • b.

      het inkomen op de peildatum niet hoger is dan 150% van bijstandsniveau; en

    • c.

      het vermogen van de aanvrager de in artikel 4, lid 6, van deze beleidsregel opgenomen vermogensgrenzen tijdens de referteperiode niet overschrijdt.

  • 6. Een energietoeslag kan in afwijking van het vijfde lid van dit artikel ook worden toegekend aan inwoners die in een schuldhulpverleningstraject zitten en waar zij als gevolg van sterk gestegen energielasten niet meer kunnen voldoen aan de bestaande aflossingsafspraken en waarbij de schuldeisers niet willen meewerken aan nieuwe afspraken waardoor de bestaande schuldenregeling dreigt te vervallen.

  • 7. Studenten die zelfstandig in de gemeente Duiven wonen en een energiecontract hebben, worden beschouwd als een huishouden en worden niet uitgesloten van deze regeling.

  • 8. Op 1 adres kan maar 1 huishouden wonen en er wordt ook maar 1 toeslag per adres verstrekt. Dit betekent, onder andere, dat (inwonende) kinderen geen toeslag kunnen aanvragen indien een van de ouders de toeslag al heeft aangevraagd.

  • 9. Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

    • a.

      in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet;

    • b.

      jonger is dan 21 jaar, met uitzondering van de jongere zoals bedoeld in artikel 12 van de wet;

    • c.

      is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres.

Artikel 3: Weigeringsgronden

Het college weigert een aanvraag voor energietoeslag indien:

  • 1. Het inkomen van de aanvrager lager is dan 120% van het bijstandsniveau en er daarmee een recht en/of toekenning is geweest op basis van eerdere beleidsregels.

  • 2. Het inkomen van de aanvrager hoger is dan 150% van het bijstandsniveau.

  • 3. De aanvrager niet aantoonbaar 10% of meer van zijn of haar besteedbaar inkomen kwijt is aan energielasten.

  • 4. Het vermogen van de aanvrager de in artikel 4, lid 6 van deze beleidsregels opgenomen vermogensgrenzen overschrijdt.

Artikel 4: Aanvraag, hoogte toekenning

  • 1. De aanvraag geschiedt op een door het college aan te geven wijze.

  • 2. De tijdelijke eenmalige energietoeslag wordt op aanvraag toegekend aan de persoon binnen het huishouden, die op de peildatum het energiecontract voor het betreffende woonadres op zijn naam heeft staan.

  • 3. De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt schriftelijk ingediend, door middel van een door het college vastgesteld aanvraagformulier. Op het aanvraagformulier staat vermeld welke bewijsstukken bij de aanvraag overgelegd moeten worden, waarbij in ieder geval – maar niet uitsluitend – moet worden aangetoond of de aanvrager in het bezit is van vermogen (zoals een tweede woning, spaarrekeningen, crypto-valuta of andere vermogensbestanddelen). Daartoe moeten bankafschriften worden overgelegd over een periode van drie maanden voorafgaand aan de peildatum (referteperiode).

  • 4. Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag kan worden ingediend van 1 maart 2023 tot 1 juli 2023.

  • 5. Geen toekenning op basis van deze beleidsregels zal het maximumbedrag van € 1.300,- overschrijden.

  • 6. Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt het vermogen van de aanvrager in aanmerking genomen. Het college hanteert daarvoor de vermogensgrenzen die het ook hanteert voor het vaststellen van het recht op individuele bijstand:

  • Leefsituatie:

    Maximaal vermogen:

     

    Gezamenlijke huishouding

    € 15.210

    Alleenstaande ouder

    € 15.210

    Alleenstaande

    € 7.605

  • 7. Het college kan aan het toekennen van de aanvraag een dringend advies aan de inwoner uitbrengen om het advies van een energiecoach te accepteren.

  • 8. Indien er – na verstrekking van deze toeslag – achteraf sprake blijkt te zijn van evidente fouten of fraude, dan kan het college de verstrekte toeslag terugvorderen.

Artikel 5: Plafond noodfonds

  • 1. Het plafond van het noodfonds voor de periode van 1 maart 2023 tot 1 juli 2023 bedraagt € 750.000,-.

  • 2. Indien het plafond van het noodfonds wordt bereikt voor afloop van de aanvraagperiode als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, maakt het college dit bekend op de daarvoor gebruikelijke wijze.

Artikel 6: Verdelingsregime

  • 1. Het college verdeelt de in de aanvraagperiode beschikbare gelden op volgorde van ontvangst van de aanvragen.

  • 2. Indien een aanvrager niet heeft voldaan aan enig wettelijk voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag en met toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt, de dag waarop de aanvraag voldoet aan de wettelijke voorschriften, als datum van ontvangst.

  • 3. Indien het college op de dag dat het plafond van het noodfonds is bereikt, meer dan één volledige aanvraag heeft ontvangen, stelt het de onderlinge rangschikking vast door middel van loting.

Artikel 7: Algemene afwijzingsgrond

Het college kan afwijzend beslissen op een aanvraag om toekenning uit het noodfonds indien de aanvraag niet voldoet aan het bepaalde in deze beleidsregel.

Artikel 8: Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 9: Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

  • 2. Deze beleidsregels vervallen op 1 juli 2023.

Artikel 10: Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Tijdelijke beleidsregels noodfonds energietoeslag Duiven.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 10 januari 2023,

Het college van burgemeester en wethouders van Duiven,

Secretaris,

Burgemeester,