Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR691895
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR691895/1
Regeling vervallen per 01-01-2024
Maatschappelijke participatie West Maas en Waal 2023”
Geldend van 04-02-2023 t/m 31-12-2023 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2023
Intitulé
Maatschappelijke participatie West Maas en Waal 2023”Vastgesteld bij collegebesluit van 17 januari 2023, kenmerk Z.79471 / 235796
Burgemeester en wethouders van West Maas en Waal;
Gelet op de van toepassing zijnde artikelen in de Algemene wet bestuursrecht, de Participatiewet en de Gemeentewet;
Besluit vast te stellen de volgende beleidsregel:
“Maatschappelijke participatie West Maas en Waal 2023”
Artikel 1 Algemene doelstelling
Gemeente West Maas en Waal vindt dat iedereen met een laag inkomen moeten kunnen deel nemen aan sociale, culturele of educatieve activiteiten. Deze beleidsregel beoogt deze maatschappelijke activiteiten (cultureel, educatief, sociaal te bevorderen door een financiële bijdrage in de kosten er van te bieden aan inwoners met een laag inkomen.
Bij de kosten van de maatschappelijke participatie valt te denken aan aantoonbare kosten van o.a.:
• lidmaatschap van een vereniging die zich richt op sociale, culturele of educatieve activiteiten zoals muziek- of, toneelvereniging en de kosten van benodigdheden/attributen die verband houden met deelname aan activiteiten;
• lidmaatschap en gebruik van de bibliotheek;
• theaterbezoek of museumjaarkaart;
• abonnement op een tijdschriften of dag- en weekbladen
• bezoek pretpark, dierentuin, etc.;
• cursuskosten voor niet-beroepsgerichte vaardigheden (geen schriftelijke cursussen);
• kosten openbaar vervoer voor deelname aan een activiteit;
Artikel 2 Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
A. Kind(eren): ten laste komende thuiswonende kinderen van 4 tot en met 17 jaar;
a. huishouden: de alleenstaande, alleenstaande ouder of het gezin, zoals bedoeld in artikel 4, lid 1 onderdeel a, b, of c van de Participatiewet *1;
B. Bijdrage: de met toepassing van deze beleidsregel verleende of te verlenen geldelijke bijdrage;
C. Aanvrager(s): de in de gemeente woonachtige persoon van 18 jaar en ouder en zijn eventuele partner (indien er sprake is van gehuwden of daarmee gelijkgestelden) of gezin, die een aanvraag om een bijdrage op grond van deze beleidsregel indient of indienen;
D. Gezinsleden: de tot het huishouden behorende personen van 18 jaar en ouder
E. zelfstandige woonruimte: een eigen woonruimte in eigendom of een eigen woonruimte waarbij op basis van een schriftelijke overeenkomst met een derde een commerciële prijs is overeengekomen als huurder of als kostganger én waarbij er maandelijks energiekosten worden betaald;
F. Inkomen: het in aanmerking te nemen inkomen conform paragraaf 3 van de Participatiewet;
G. Minimuminkomen: het in aanmerking te nemen inkomen tot 120% van de toepasselijke bijstandsnorm als bedoeld in de Participatiewet;
H. Vermogen: het vermogen van de aanvrager zoals is bepaald in artikel 34 lid 2 (onder d) en lid 3 van de Participatiewet;
I. Peildatum: de aanvraagdatum.
J. referteperiode: periode van 3 maanden voorafgaand aan de peildatum;
Artikel 3 Doelgroep
1. Deze beleidsregel is uitsluitend van toepassing op personen van 18 jaar of ouder, die in de Basisregistratie Personen van de gemeente West Maas en Waal zijn ingeschreven.
2. Personen die een wettelijk traject in het kader van schuldhulpverlening volgen, behoren tot de doelgroep.
3. De doelgroep wordt ingedeeld in 3 (drie) categorieën:
a. Alleenstaande van 18 jaar en ouder met een zelfstandige woonruimte;
b. Alleenstaande ouder met ten laste komende thuiswonende kinderen jonger dan de 4 jaar of andere gezinsleden van 18 jaar en ouder én met een zelfstandige woonruimte;
c. Gezin met ten laste komende thuiswonende kinderen jonger dan de 4 jaar of andere gezinsleden van 18 jaar en ouder én met een zelfstandige woonruimte;
Binnen categorie b en c wordt rekening gehouden met het aantal kinderen in het huishouden.
4. Uitsluitingsgrond:
Van een beroep op toepassing van deze regeling zijn uitgesloten:
Een alleenstaande ouder / gezin met ten laste komende thuiswonende schoolgaande kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 17 jaar
5. een nettomaandinkomen dat niet meer bedraagt dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm als bedoeld in paragraaf 3 van de Participatiewet (beiden inclusief vakantietoeslag).
6. een vermogen niet hoger dan de voor hen geldende vermogensgrens, zoals bedoeld in artikel 34 lid 2 (onder d) en lid 3 van de Participatiewet.
Een nettomaandinkomen boven 120% van de toepasselijke bijstandsnorm (beiden inclusief vakantietoeslag) en/of vermogen boven de toepasselijke vermogensgrens, leidt tot verlies van het recht op aanspraak op de regeling.
Artikel 4 Hoogte vergoeding
1. Jaarlijks kan aanvrager die tot de doelgroep behoort in aanmerking komen voor een vergoeding van
a. € 125,-- per ten laste komend thuiswonend schoolgaand kind in de leeftijd tot 4 en andere gezinsleden vanaf 18 jaar én
b. € 125,-- per alleenstaande / alleenstaande ouder / ouder-verzorger per kalenderjaar.
2. Het bedrag van € 125,-- per lid van het gezin is binnen het gezin overdraagbaar.
Artikel 5 Aanvraag, voorwaarden en verplichtingen
1. De vergoeding wordt alleen verstrekt op aanvraag;
2. De aanvraag wordt schriftelijk (of digitaal) ingediend;
3. Een aanvraag voor een vergoeding kan gedurende het gehele jaar ingediend worden;
4. Aan de vergoeding is de bestedingsverplichting verbonden;
5. Besteding moet plaatsvinden in het kalenderjaar waarin de aanvraag is ingediend;
6. Op verzoek moet aanvrager de besteding van de toegekende vergoeding kunnen aantonen door middel van bonnen, nota’s e.d.
Artikel 6 Hardheidsclausule
Het college handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.
Artikel 7 Citeertitel
Deze beleidsregel wordt aangehaald als: “Maatschappelijke participatieregeling West Maas en Waal 2023”.
Artikel 8 Inwerkingtreding
1. De beleidsregel treedt de eerste dag na bekendmaking in werking en treedt uit werking op 31 december 2023;
2. Deze beleidsregel heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2023;
3. De beleidsregel “Maatschappelijke participatie West Maas en Waal 2023”, vastgesteld bij besluit van 13 december 2022 komt met de inwerkingtreding van deze beleidsregel te vervallen.
Ondertekening
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN WEST MAAS EN WAAL,
De gemeentesecretaris, De burgemeester,
P. G. Arissen V.M. (Vincent) van Neerbos
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl