Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR691587
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR691587/1
Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning begeleiding gemeente Roosendaal 2019
Geldend van 30-01-2023 t/m heden
Intitulé
Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning begeleiding gemeente Roosendaal 2019Burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal;
gelet de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;
overwegende dat het wenselijk is om een beleidsregel vast te stellen waarin ter ondersteuning van de uitvoering een nadere invulling wordt gegeven aan de Wmo-maatwerkvoorziening begeleiding;
BESLUITEN
vast te stellen de Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning begeleiding gemeente Roosendaal 2019
1. Definities
-
a. begeleiding: activiteiten gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van de cliënt opdat hij zo lang mogelijk in zijn eigen leefomgeving kan blijven;
-
b. zelfredzaamheid: vermogen om dagelijkse algemene levensverrichtingen zelfstandig te kunnen doen, bijvoorbeeld wassen, aankleden en koken en het vermogen om sociaal te kunnen functioneren, zo nodig met hulp van anderen
-
c. algemene dagelijkse levensverrichtingen: de dagelijks terugkerende basisverrichtingen om zelfstandig te kunnen blijven leven op een binnen de maatschappij fatsoenlijk geacht niveau;
-
d. Mantelzorg: zorg die mensen vrijwillig en onbetaald op structurele basis verlenen aan mensen met fysieke, verstandelijke of psychische beperkingen in hun familie, huishouden of sociale netwerk; het gaat om zorg die meer is dan in een persoonlijke relatie gebruikelijk is;
-
e. mantelzorger: de persoon die mantelzorg verleent;
-
f. gebruikelijke hulp: hulp die naar algemeen aanvaarde opvattingen in redelijkheid mag worden verwacht van de echtgenoot, ouders, inwonende kinderen of andere huisgenoten van iemand die problemen heeft in zijn zelfredzaamheid;
-
g. algemene voorziening: aanbod van diensten of activiteiten dat, zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruikers, toegankelijk is en dat is gericht op maatschappelijke ondersteuning;
-
h. Persoonsgebonden budget (Pgb): geldbedrag dat iemand kan aanvragen, nadat is vastgesteld dat er een Wmo-maatwerkvoorziening nodig is, om zelf zorg in te kopen;
-
i. Voorliggende voorziening: een wettelijke regeling, anders dan de Wet langdurige zorg (Wlz), die voorziet in een oplossing voor de cliënt, anders dan een Wmo-voorziening;
-
j. Wettelijke voorliggende voorziening: de Wlz;
-
k. Persoonlijke verzorging Wmo: begeleiding bij de algemene dagelijkse levensverrichtingen die toezien op verzorging
-
l. opvang: onderdak en begeleiding voor personen die de thuissituatie hebben verlaten, al dan niet in verband met risico’s voor hun veiligheid als gevolg van huiselijk geweld, en niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving;
-
m. beschermd wonen: wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving.
MAATWERKVOORZIENING BEGELEIDING
2. Inleiding
Met ingang van de Wmo 2015 is de gemeente ook verantwoordelijk voor ondersteuning in de vorm van begeleiding. Het gaat om hulp in het dagelijks leven om zelfstandig te kunnen leven. Gedacht kan worden aan het kunnen doen van de administratie, het plannen van de week, regelzaken- en geldzaken, het uitvoeren van algemeen dagelijkse levensverrichtingen, het hebben van een zinvolle invulling van de dag en ondersteuning bij het oplossen van problemen.
3. Onderzoek
Allereerst onderzoekt het college welke hulpvraag de klant heeft. Vervolgens wordt onderzocht welke belemmeringen de klant ondervindt op de verschillende levensdomeinen. Daarna onderzoekt het college of er eigen mogelijkheden zijn. Hierbij is niet de diagnose leidend (van welk ziektebeeld / welke grondslag is sprake) maar zijn de mogelijkheden en beperkingen van de cliënt en zijn sociale netwerk leidend. Het is wel zaak om daarbij in kaart te brengen van welke aandoening of beperking sprake is en wat de effecten daarvan zijn op de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie van de cliënt.
Er is sprake van beperkingen in zelfredzaamheid en participatie als het zelfstandig nemen van besluiten of oplossen van problemen niet vanzelfsprekend is. Wanneer betrokkene hulp nodig heeft bij het regelen van dagelijkse bezigheden en bij het aanbrengen van dagelijkse routine en structuur, niet goed begrijpt wat anderen zeggen en zich zelf niet voldoende begrijpelijk kan maken. Hierbij kan het voorkomen dat taken moeten worden overgenomen of betrokkene afhankelijk is van regie van anderen voor de dagelijkse handelingen.
Het clientperspectief is van invloed op wat een inwoner zelf kan, wat binnen zijn sociale netwerk kan of wat met voorliggende/ algemene voorzieningen opgelost kan worden. Er worden drie perspectieven toegepast:
- -
Ontwikkelen
- -
Stabiliseren
- -
Ondersteunen bij verminderde zelfredzaamheid
Niet iedere beperking leidt tot verminderde zelfredzaamheid of een participatieprobleem zoals bedoeld in de Wmo. En niet elke beperking van de zelfredzaamheid of participatie vraagt om overheidsondersteuning. Door eigen oplossingen in te zetten kan in veel gevallen een levenspatroon voortgezet worden dat als aanvaardbaar gezien kan worden. Dat zou anders kunnen zijn wanneer de beperkingen leiden tot een participatieprobleem dat niet met eigen oplossingen of hulp van anderen kan worden opgelost. Om te kunnen bepalen of en welke ondersteuning nodig is, is zorgvuldig onderzoek noodzakelijk. Dat onderzoek richt zich op het geobjectiveerd vaststellen van beperkingen en het verlies van zelfredzaamheid en participatie dat hieruit voortkomt.
Bij het in kaart brengen van de eigen mogelijkheden kan gedacht worden aan handige hulpmiddelen waardoor de hulpvrager een (deel van de) activiteiten weer zelf kan doen zoals een boodschappen-app voor mensen met een verstandelijke beperking, een pictogrammen bord of speciale multomap waarmee de administratie overzichtelijk opgeborgen kan worden.
Ter ondersteuning van de mantelzorger kan hierbij gedacht worden aan beeld-spraakverbindingen (skype), een alarmeringssysteem of scholing van mantelzorgers waardoor de draagkracht wordt vergroot.
4. Gebruikelijke hulp
Gebruikelijke hulp is hulp die verwacht wordt van huisgenoten en die “normaal” wordt geacht in de relatie tussen huisgenoten en/of niet structureel meer is dan wanneer de huisgenoot geen beperking zou hebben. Het is de normale, dagelijkse hulp die partners of ouders, inwonende kinderen of andere volwassen huisgenoten geacht worden elkaar onderling te bieden omdat ze als leefeenheid een gezamenlijk huishouden voeren en op die grond een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben voor het functioneren van dat huishouden en voor elkaar.
Het college beziet of er sprake is van gebruikelijke hulp.
Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen kortdurende en langdurige situaties.
Ondersteuning wordt als gebruikelijke hulp beschouwd bij (deze afbakening is overgenomen van het CIZ Protocol gebruikelijke zorg uit 2015):
Kortdurende situatie:
Alle begeleiding van de cliënt door de partner, ouder, volwassen kind en /of elke andere volwassen huisgenoot is gebruikelijke hulp als er sprake is van een kortdurende situatie, met uitzicht op een dusdanig herstel van het (gezondheids-)probleem en de daarmee samenhangende zelfredzaamheid van de cliënt, dat deze dan niet meer is aangewezen op Wmo-ondersteuning. Hierbij gaat het over het algemeen over een periode van maximaal drie maanden.
Langdurige situatie:
Als het gaat om een chronische situatie dan is de begeleiding van een cliënt gebruikelijke hulp wanneer die begeleiding naar algemeen aanvaarde maatstaven voor partner, ouder, inwonend kind en /of andere huisgenoot in de persoonlijke levenssfeer onderling aan elkaar moet worden geboden:
- -
bij normaal maatschappelijk verkeer binnen de persoonlijke levenssfeer (bezoek familie/vrienden, bezoek arts, brengen en halen van kinderen naar school, sport of clubjes, enz.;
- -
hulp bij overnemen van alle taken die bij een gezamenlijk huishouden behoren zoals de thuisadministratie, het schoonhouden van het huis, enz.;
- -
het leren omgaan van derden (familie/vrienden/leerkracht etc.) met klant;
- -
ouderlijk toezicht op kinderen, de aard en mate hiervan is afhankelijk van de leeftijd van het kind.
Alleen wanneer sprake is van een langdurige situatie waarbij de tijdsinvestering in activiteiten in relatie tot een situatie waarin geen sprake is van een beperking substantieel wordt overschreden, is er geen sprake van gebruikelijke hulp.
In individuele gevallen kan het voorkomen dat een huisgenoot of partner geen gebruikelijke hulp kan leveren omdat deze zodanige gezondheidsproblemen heeft of overbelasting dreigt dat redelijkerwijs kan worden geconcludeerd dat de betreffende taken niet uitgevoerd kunnen worden. Het is aan belanghebbende en de betreffende leden van het huishouden om dit te onderbouwen met objectieve en relevante gegevens. Deze onderbouwing kan betrokken worden bij de weging of een maatwerkvoorziening noodzakelijk is.
Wanneer de partner of huisgenoot gezondheidsproblemen en beperkingen heeft of door de combinatie van een (volledige) werkkring of opleiding en het voeren van het huishouden overbelast dreigt te raken, zullen de (medische) gegevens ter onderbouwing daarvan door de betrokkene moeten worden aangeleverd. De gemeente moet daar een geobjectiveerd oordeel over kunnen vormen.
Wanneer de dreigende overbelasting wordt veroorzaakt door een combinatie van werk en gebruikelijke hulp en andere activiteiten dan werk en huishouden, gaan werk en gebruikelijke hulp voor.
Het beoefenen van vrijetijdsbesteding kan op zich geen reden zijn om alsnog een maatwerkvoorziening toe te kennen voor taken die in redelijkheid overgenomen kunnen worden door huisgenoten in het kader van gebruikelijke hulp.
In geval de leden van een leefeenheid overbelast dreigen te raken door de combinatie van werk en verzorging van de zieke partner/huisgenoot, gaat het aanvragen van persoonlijke verzorging via de Zorgverzekeringswet voor op het eventueel bieden van een maatwerkvoorziening op grond van de Wmo.
Indien de enige huisgenoot van belanghebbende vanwege zijn/haar werk fysiek niet aanwezig is, wordt dit betrokken bij de afweging of de gebruikelijke hulp daadwerkelijk geleverd kan worden. Hiermee kan alleen rekening worden gehouden, wanneer het om aaneengesloten perioden van ten minste zeven etmalen gaat.
De afwezigheid van de huisgenoot moet een verplichtend karakter hebben en inherent zijn aan diens werk, denk hierbij aan offshore werk, internationaal vrachtverkeer en werk in het buitenland. Wanneer de enige huisgenoot een aaneengesloten perioden van ten minste zeven etmalen van huis is, is er in die periode feitelijk sprake van een éénpersoonshuishouden en kan er geen gebruikelijke hulp worden geleverd.
In geval belanghebbende een zeer korte, bekende levensverwachting heeft kan, ter ontlasting van de leefeenheid van belanghebbende, afgewogen worden of taken die redelijkerwijs onder de gebruikelijke hulp vallen toch in aanmerking kunnen voor een maatwerkvoorziening.
5. Algemene voorzieningen
Algemene voorzieningen zijn laagdrempelig toegankelijk. Met de activiteit of ondersteuning die via algemene voorzieningen wordt geboden kan een individuele klant (een deel van) zijn participatieproblemen verminderen of zijn zelfredzaamheid verhogen. In deze gevallen is het niet noodzakelijk een maatwerkvoorziening in te zetten of kan volstaan worden met een aanvulling op de algemene voorziening. Er zal altijd op individueel niveau onderzocht worden of belanghebbende met de algemene voorziening voldoende resultaat kan behalen.
Het college beoordeelt of algemene voorzieningen zijn meegenomen en beoordeelt of deze passend zijn in de individuele situatie van de cliënt. Deze voorzieningen moeten voor de cliënt daadwerkelijk beschikbaar zijn, door cliënt financieel gedragen kunnen worden en adequate compensatie bieden. Bijvoorbeeld een huiskamerproject of inloopvoorziening (waar ontmoeting en activiteiten plaatsvinden), een administratie-maatjes project, vrijwillige thuiszorg, mantelzorgondersteuning door de welzijnsinstelling, een cursus waardoor de cliënt zijn sociale netwerk uitbreidt, de inzet van vrijwilligers of een soos voor mensen met een verstandelijke beperking.
6. (wettelijke) Voorliggende voorzieningen
De Wmo 2015 kent geen artikel meer op basis waarvan de Wmo-maatwerkvoorziening afgewezen kan worden op basis van een voorliggende voorziening, als alleen heel specifiek de Wlz.
De benadering van de voorliggende voorziening blijft feitelijk wel dezelfde als voorheen.
Het uitgangspunt is dan namelijk dat de cliënt op eigen kracht het probleem op kan lossen, namelijk door zijn aanspraak op grond van de andere regeling tot gelding te brengen.
Voorzieningen waar vanuit de eigen kracht eerst een beroep op kan worden gedaan alvorens de maatwerkvoorziening begeleiding wordt overwogen, zijn:
- -
onderwijs: begeleiding van kinderen met problemen is de verantwoordelijkheid van school. (als toezicht en aansturen meer vraagt dan van school en ouders kan worden verwacht en de mogelijkheden vanuit de Wet passend onderwijs ontoereikend zijn kan begeleiding worden geïndiceerd);
- -
kinderopvang: kinderopvang is de verantwoordelijkheid van ouders, werkgever en overheid (kinderopvangtoeslag). Kinderopvang is ook voor kinderen met een beperking voorliggend en het leidsters leren omgaan met een kind met een beperking is gebruikelijke hulp van ouders. Alleen in uitzonderlijke situaties, als extra begeleiding nodig is die niet door leidsters kan worden geboden en niet van ouders kan worden verwacht, kan begeleiding worden geïndiceerd;
- -
Jeugdwet: Opvoedingsondersteuning voor alle ouders en ouders van kinderen met een beperking, zoals medisch kinderdagverblijf, specialistische hulp thuis of tijdelijke opname worden op grond van de Jeugdwet geboden. Begeleiding kan in sommige gevallen ondersteunend op opvoedingsondersteuning thuis ter bevordering van de zelfredzaamheid van ouders worden geboden;
- -
arbeidsvoorzieningen: op grond van ziektewet, WIA, Wajong en WSW zijn er mogelijkheden voor aangepast werk. Het uitgangspunt is dat - als aangepast werk of speciaal onderwijs op grond van genoemde regelingen niet mogelijk is – groepsbegeleiding (dagbesteding) kan worden overwogen.
Niet onder begeleiding vallen verder zaken als taalondersteuning en begeleiding naar arts of ziekenhuis a.g.v. taalproblemen.
Wettelijke voorliggende voorziening Wlz:
De hulpvraag van een cliënt kan, door de zwaarte van de beperking, zo omvangrijk zijn dat een indicatie voor de Wet Langdurige Zorg aan de orde is. Het gaat hier om cliënten die 24-uur intensieve zorg en toezicht dichtbij nodig hebben. Het gaat dan bijvoorbeeld om ouderen met ernstige dementie, om mensen met een ernstige verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking.
In de memorie van toelichting op de wet is opgenomen dat indien cliënten een beroep kunnen doen op de Wlz, zij in principe geen beroep kunnen doen op ondersteuning op grond van de Wmo.
Behandeling:
Alvorens begeleiding te verstrekken is het van belang dat wordt onderzocht wat de mogelijkheden van behandeling zijn. De stelregel hierbij is dat als verbetering van functioneren of handelen (vaardigheden) nog mogelijk is, eerst behandeling wordt ingezet. Het is uiteraard niet aan de Wmo consulent om dit te bepalen. Hiervoor wordt de medische adviseur (onafhankelijk arts) ingeschakeld. Behandeling kan worden geboden door bijvoorbeeld: ergotherapeut, psychiater, psycholoog, specialist ouderen geneeskunde of in een revalidatiecentrum of een centrum gespecialiseerd in bepaalde problematiek (zoals een reumacentrum). Behandeling is gericht op: het verbeteren van de aandoening/ stoornis/beperking, het aanleren van nieuwe vaardigheden of gedrag of nadere functionele diagnostiek.
Anders dan in de Wlz is de diagnose niet leidend maar een diagnose is doorgaans wel vereist om behandeling in te kunnen zetten en om te bepalen hoe begeleiding de behandeling eventueel kan versterken (en niet contra- productief is). Begeleiding kan wel worden ingezet om de tijdens behandeling geleerde vaardigheden te oefenen of in te slijten. De combinatie van de Wmo-maatwerkvoorziening begeleiding en behandeling kan voorkomen.
Uiteraard dient hierover een goede afstemming tussen behandelaar en begeleider plaats te vinden.
7. Ondersteuning door mantelzorgers en vrijwilligers
Wanneer verminderde zelfredzaamheid of een participatieprobleem (gedeeltelijk) kan worden opgelost door een mantelzorger of vrijwilliger, kan aanvullend daarop een algemene of maatwerkvoorziening nodig zijn. Indien noodzakelijk wordt bij het bepalen van de meest passende ondersteuningsvorm rekening gehouden met de belangen van de mantelzorger of vrijwilliger.
Mantelzorg is een vorm van ondersteuning die niet afdwingbaar is door de overheid.
Ook het ontlasten van de mantelzorger en/of gezinsleden maakt onderdeel uit van begeleiding.
Het gaat daarbij om activiteiten gericht op het bevorderen van de inzet van mantelzorg en / of het continueren van de inzet van de mantelzorg (voorkomen van overbelasting bij de mantelzorger). Gedacht kan worden aan logeervoorzieningen, het tijdelijk overnemen van toezicht, vormen van dagbesteding etc. Een combinatie van de vormen van ondersteuning is mogelijk.
De draaglast- draagkracht van de betrokken mantelzorger(s) zal, waar van toepassing, in het onderzoek in beeld worden gebracht.
Het college beziet of personen uit het sociale netwerk een oplossing kunnen bieden voor de hulpvraag. Kunnen zij bijvoorbeeld samen de administratie doen, toezicht houden, structuur in de week aanbrengen. Kunnen zij door samen activiteiten te ondernemen zorgen voor een zinvolle invulling van (een deel van) de dag?
Vervolgens beoordeelt het college of in het gesprek alle voorliggende voorzieningen zijn meegenomen. Behandeling is een voorliggende voorziening. Alvorens een maatwerkvoorziening op grond van de Wmo te verstrekken is het van belang om na te gaan wat de mogelijkheden van behandeling zijn. Hierbij geldt dat als verbetering van functioneren of handelen (vaardigheden) nog mogelijk is, eerst behandeling wordt ingezet. De combinatie van de Wmo-maatwerkvoorziening begeleiding en behandeling kan voorkomen. De maatwerkvoorziening Wmo neemt de taak dan tijdelijk over totdat de taak in de behandeling is aangeleerd. Ook de mogelijkheden van voorliggende voorzieningen worden in kaart gebracht zoals opvoedingsondersteuning voor het kind vanuit de Jeugdwet, persoonlijke verzorging of mantelzorgondersteuning vanuit de Zorgverzekeringswet, arbeidsvoorzieningen op grond van de ziektewet, WIA, Wajong, Participatiewet. Als aangepast werk of speciaal onderwijs op grond van genoemde regelingen niet mogelijk is dan kan een maatwerkvoorziening Wmo worden overwogen.
Als de hiervoor beschreven mogelijkheden niet hebben geleid heeft tot een (volledige) oplossing
van de hulpvraag zal het college een maatwerkvoorziening verstrekken in de vorm van:
- -
Waakvlam ontwikkeling
- -
Begeleiding ontwikkeling
- -
Dagbesteding ontwikkeling
- -
Waakvlam stabilisatie
- -
Begeleiding stabilisatie laag
- -
Begeleiding stabilisatie midden
- -
Begeleiding stabilisatie hoog
- -
Daginvulling stabilisatie
- -
Arbeidsmatige dagbesteding
- -
Begeleiding verminderde zelfredzaamheid
- -
Daginvulling verminderde zelfredzaamheid
- -
Logeerzorg (voor zover niet via zorgverzekering)
In bijlage worden alle vormen van de maatwerkvoorziening Wmo begeleiding verder toegelicht. Indien een cliënt niet zelf kan voorzien in het vervoer naar daginvulling stabilisatie, daginvulling bij verminderde zelfredzaamheid of arbeidsmatige dagbesteding, kan hiervoor een indicatie worden afgegeven per etmaal/ etmalen per week per kilometercategorie. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen gewoon- en rolstoelvervoer. Bij dagbesteding ontwikkeling reist de client in principe zelfstandig. Er kan tijdelijk vervoer worden ingezet met als doel toewerken naar zelfstandig reizen naar de dagbesteding.
De ondersteuning kan door het college worden toegekend in natura of in de vorm van een persoonsgebonden budget. In de verordening zijn de uitgangspunten voor het Pgb vastgelegd.
Bij het vormgeven van de maatwerkvoorziening wordt het uitgangspunt gehanteerd dat de ondersteuning zo dichtbij mogelijk bij de inwoner (thuis, school, kern of wijk) georganiseerd is.
8. Persoonlijke verzorging
Met ingang van 1 januari 2015 kunnen cliënten aanspraak maken op persoonlijke verzorging op grond van de Wmo 2015.
Het gaat bij persoonlijke verzorging op grond van de Wmo niet om het daadwerkelijk wassen en aankleden van de cliënt, maar om de begeleiding hierbij. Het gaat dus om cliënten die zichzelf wel kunnen wassen en aankleden en dergelijke, maar daartoe aangespoord moeten worden door de begeleider omdat ze een regieprobleem hebben.
De algemeen dagelijkse levensverrichtingen nemen hierbij een bijzondere plaats in. Algemeen dagelijkse levensverrichtingen zijn dagelijks terugkerende basisverrichtingen die iemand moet uitvoeren om zelfstandig te kunnen blijven leven op een binnen de maatschappij fatsoenlijk geacht niveau. Te denken valt aan: in en uit bed komen, aankleden, eten en drinken, wassen, naar het toilet gaan etc. Deze activiteiten vielen onder de AWBZ onder de functie persoonlijke verzorging. De persoonlijke verzorging gaat met ingang van 2015 over naar de Zorgverzekeringswet (ZVW) In de memorie van toelichting op de Wmo 2015 is opgenomen dat er ook sprake kan zijn van ondersteuning bij algemeen dagelijkse levensverrichtingen die nauw samenhangt met de ondersteuning die is gericht op behoud of verbetering van de zelfredzaamheid. De verantwoordelijkheid voor die laatste groep gaat wel over naar de Wmo, en valt onder het resultaat ‘Begeleiding’. Dit geldt alleen indien er geen sprake is van somatische, psychogeriatrische of lichamelijke aandoening of primaire medische problematiek. Het betreft cliënten met een zintuiglijke beperking, verstandelijke beperking of een psychiatrische aandoening, zonder combinatie met een geldige indicatie voor verpleging. In de Memorie van toelichting (Wmo 2015) is opgenomen dat het bij deze groepen meer gaat om het ondersteunen bij algemeen dagelijkse levensverrichtingen, zoals het wassen en aankleden, dan het daadwerkelijk overnemen ervan.
Als er sprake is van persoonlijke verzorging vanuit de Wmo en er om medische redenen (tijdelijk) meer verzorging nodig is, dan wordt de volledige persoonlijke verzorging (tijdelijk) vanuit de zorgverzekering betaald (wijkverpleging).
Een cliënt kan op grond van de Zvw aanspraak maken op persoonlijke verzorging wanneer er behoefte is aan geneeskundige zorg of een hoog risico daarop (artikel 2.10 Besluit zorgverzekering).
Geneeskundige zorg omvat zorg zoals huisartsen, medisch-specialisten, klinisch-psychologen en verloskundigen die plegen te bieden, zintuiglijk gehandicaptenzorg, zorg bij stoppen-met-rokenprogramma, geriatrische revalidatie en paramedische zorg (artikel 2.4 Besluit zorgverzekering).
9. Kortdurend verblijf (logeerzorg)
Er zijn veel manieren om de mantelzorg te ontlasten, bijvoorbeeld door een vrijwilliger in te schakelen om een paar uur de zorg voor een cliënt over te nemen en ook dagbesteding kan dit als belangrijkneveneffect of zelfs doel hebben. Soms is dat niet voldoende om de mantelzorg langdurig vol te kunnenhouden of is de zorg die een vrijwilliger kan bieden onvoldoende. Alleen als er sprake is van de combinatie van voortdurend zorg en toezicht van de cliënt en het voorkomen of verminderen van overbelasting van de mantelzorger en als andere voorliggende voorzieningen niet voldoen kan kortdurend verblijf worden geïndiceerd.
De omvang van kortdurend verblijf is maximaal 15 etmalen per jaar, afhankelijk van wat noodzakelijk is in de specifieke situatie van de cliënt. Logeerzorg kan ook een aantal etmalen aansluitend worden ingezet, bijvoorbeeld verblijf van een week, zodat mantelzorg op vakantie kan. Dan moet wel vaststaand dat andere oplossingen, zoals bijvoorbeeld respijtzorg vergoed door de ziektekostenverzekeraar, geen optie zijn.
In de instelling waar de cliënt kortdurend verblijft, wordt de dagelijkse zorg overgenomen. Wanneer verpleging nodig is, moet hiervoor apart een indicatie op grond van de zorgverzekeringswet worden geïndiceerd. Behandeling behoort nadrukkelijk niet bij kortdurend verblijf.
De cliënt is zelf verantwoordelijk voor vervoer van en naar de instelling voor kortdurend verblijf. Hij kan hiervoor gebruik maken van eigen vervoer of van hulp uit het eigen netwerk.
Logeerzorg is bedoeld voor cliënten, waarvan de mantelzorger(s) of gezinsleden ontlast moeten worden dan wel waarvan de mantelzorger(s) of gezinsleden tijdelijk afwezig zijn.
Logeerzorg is bedoeld voor cliënten wiens ondersteuningsbehoefte gepaard gaat met toezicht. Het toezicht is gericht op één of meerdere van de volgende situaties:
- -
bieden van fysieke zorg, zodat tijdig kan worden ingegrepen bij bijvoorbeeld valgevaar, risico op verwaarlozing of complicaties bij een ziekte en/of;
- -
het verlenen van zorg op ongeregelde en/of frequente tijden, omdat de cliënt zelf niet (meer) instaat is om hulp in te roepen en/of;
- -
het preventief ingrijpen bij gedragsproblemen (voorkomen van escalatie en gevaar).
Logeerzorg kan plaatsvinden in bijvoorbeeld een gehandicapteninstelling of verpleeghuis. Hierdoor wordt de mantelzorg ontlast, zodat deze de zorg langer kan volhouden en de cliënt thuis kan blijven wonen. Kortdurend verblijf is bedoeld voor mensen die permanent toezicht nodig hebben. Bijvoorbeeld als er valgevaar is of als cliënt zelf niet in staat is hulp in te roepen als dat nodig is of omdat er ernstige gedragsproblemen zijn. Dit toezicht kan ook een vorm van actieve observatie zijn, zoals bij kinderen met een lichamelijke beperking waarbij ouders actief de vitale functies van het kind moeten controleren.
Het kan ook gaan om constante zorg of zorg op ongeregelde tijdstippen, bijvoorbeeld voor iemand meteen ernstige hartaandoening of dementie.
10. Beschermd wonen
De maatwerkvoorziening Beschermd Wonen bestaat uit een aantal verschillende producten die waar nodig aangevuld kunnen worden met een bouwsteen (productbeschrijving in de bijlage). De producten zijn als volgt:
- -
Beschermd Wonen
- -
Beschermd Thuis Zwaar
- -
Beschermd Thuis midden
- -
Beschermd Thuis licht
- -
Aanvullende bouwsteen beschermd wonen dagbesteding
- -
Aanvullende bouwsteen wonen
Cliënten die door hun beperkingen behoefte hebben aan een beschermd woonklimaat dat gericht is op het bieden van structuur en ondersteuning van alle dagelijks activiteiten, wonen vaak in een zogenaamde woonvorm voor beschermd wonen. Waar mogelijk wonen de cliënten op een eigen woonplek met begeleiding naar gelangd de benodigde hulpvraag.
De doelgroep voor het product beschermd wonen bestaat uit mensen met psychiatrische problematiek, verslavingsproblematiek, ernstige gedragsproblemen, psychosociale problematiek en licht verstandelijke beperking (ouder - kind project valt hier bijvoorbeeld ook onder). Er moet sprake zijn van behoefte aan 24-uurszorg en/of toezicht.
Cliënten krijgen begeleiding bij het brengen van structuur in hun dagelijks leven, ondersteuning bij regelzaken en geldbeheer en het vinden van een passende daginvulling. Voor een groot deel van de cliënten is beschermd wonen een opstap naar zelfstandig wonen; er is sprake van perspectief.
Centrumgemeente Bergen op Zoom is verantwoordelijk voor het indiceren en uitvoeren van beschermd wonen. Wanneer een cliënt in Roosendaal een melding doet voor beschermd wonen vindt er een overleg plaats met Wmo professional en een Wmo-consulent van beschermd wonen. Vaak zijn beide consulenten betrokken bij het keukentafelgesprek. Indien blijkt dat een indicatie voor beschermd wonen nodig is, en op dat moment is er geen plaats, biedt de gemeente Roosendaal overbruggingszorg aan in de vorm van ambulante begeleiding.
Pgb begeleiding
11. Pgb voor begeleiding
Pas nadat de noodzaak voor maatwerkondersteuning is vastgesteld kan de klant de keuze maken deze ondersteuning te verzilveren via een Pgb.
Bij het Pgb voor begeleiding gaat het om de inhuur van menskracht.
Hierdoor is het onder andere belangrijk dat de cliënt goed weet wat zijn rechten en plichten zijn en dat hij een Pgb-plan aanlevert dat inzicht geeft in de ondersteuningsvraag van de cliënt en de te bereiken doelen en resultaten, frequentie van ondersteuning en waarin de uit te voeren activiteiten zijn benoemd.
Waar de term Pgb-houder wordt gebruikt wordt bedoeld de Pgb-houder of zijn vertegenwoordiger.
De uitgangspunten voor het Pgb voor begeleiding zijn:
- -
er wordt bij het Pgb voor begeleiding gekozen voor een resultaatgerichte werkwijze;
- -
we maken voor het Pgb begeleiding onderscheid in de situatie van de cliënt:
- -
Stimuleren, er wordt voor relatief korte termijn een pgb verstrekt
- -
Behouden / stabilisatie, er wordt voor middellange/ lange termijn een pgb verstrekt
- -
Ondersteunen bij verslechtering, er worden langdurige afspraken gemaakt over de ondersteuning die met het pgb wordt gerealiseerd
- -
- -
de cliënt staat centraal in de uitvoering van de ondersteuning, ongeacht of deze wordt geboden door het sociaal netwerk of een zorgaanbieder;
- -
een combinatie van het Pgb voor het sociaal netwerk en een pgb voor een zorgaanbieder is mogelijk tegen maximaal het resultaatstarief voor begeleiding zorg in natura. Er kan geen sprake zijn van dubbele financiering.
12. Pgb-vaardigheid
Een cliënt of zijn vertegenwoordiger die Pgb-vaardig is, is aantoonbaar in staat om het Pgb te beheren en hij beseft welke rechten en plichten (zoals werkgeversrol) hierbij horen. De zorgaanbieder mag dit beheer niet op zich nemen.
Onder Pgb-vaardigheid verstaan we:
- -
de Pgb-houder is in staat de eigen situatie te overzien, afspraken te maken met aanbieders en te sturen op activiteiten en frequentie;
- -
de Pgb-houder is op de hoogte van rechten en plichten van een pgb (evt werkgeversverplichtingen);
- -
de Pgb-houder kan de voortgang op de hulpverlening bewaken en bijsturen waar nodig;
- -
de Pgb-houder heeft geen druk ervaren vanuit de pgb hulpverlener om zorg te mogen leveren.
13. Pgb-plan
Bij het Pgb voor begeleiding werken we met een Pgb-plan waarin doelen en resultaten, activiteiten en frequentie worden benoemd. Het Pgb-plan is gelijk voor het Pgb bij een zorgaanbieder en het Pgb sociaal netwerk. Van de cliënt of zijn vertegenwoordiger wordt verwacht dat deze een kwalitatief goed doordacht Pgb-plan opstelt. Hij levert een Pgb-plan voor begeleiding aan dat inzicht geeft in de ondersteuningsvraag van de cliënt en benoemt te bereiken doelen en resultaten, frequentie van ondersteuning en de uit te voeren activiteiten.
De Pgb-houder dient te beseffen dat het pgb plan een belangrijk document is.
14. Toets op resultaat
Indien een cliënt kiest voor een Pgb, dient vooraf de afweging gemaakt te worden of het resultaat kan worden behaald met het Pgb. Het is belangrijk dat het Pgb zo wordt ingezet dat het in het Pgb-plan geformuleerde resultaat wordt behaald. De Pgb-houder is hier verantwoordelijk voor. De gemeente informeert de Pgb-houder vooraf dat periodiek getoetst kan worden of het resultaat met het Pgb behaald wordt en welke consequenties verbonden zijn aan het niet behalen van het resultaat. Wanneer (tussentijds) door de Wmo-consulent wordt vastgesteld dat de resultaten die in het Pgb-plan zijn genoemd niet of onvoldoende worden behaald, zijn mogelijke consequenties:
- -
Het resultaat wordt opnieuw geformuleerd. De Pgb-houder c.q. zijn ondersteuner moet kunnen beredeneren waarom het resultaat niet behaald is en waarom dit niet eerder met de Wmo-professional besproken is;
- -
Pgb wordt omgezet naar zorg in natura of andere Pgb-begeleider;
- -
Pgb wordt stopgezet en moet eventueel terugbetaald worden.
15. Kwaliteitseisen Pgb begeleiding
Net als bij zorg in natura is het ook bij het pgb belangrijk dat de ondersteuning van goede kwaliteit is. De pgb houder is verantwoordelijk voor het aantonen van de kwaliteit. De pgb-houder ondertekent een eigen verklaring waarin hij aangeeft dat de pgb zorgverlener voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen.
Algemene kwaliteitseisen:
Alle maatschappelijke ondersteuning die wordt geboden, dus ook de ondersteuning op basis van het pgb voor begeleiding dient te voldoen aan de wettelijke voorwaarden voor kwaliteit. Deze voorwaarden gelden zowel voor zorgaanbieders/ zzp als sociaal netwerk/ overig die op grond van een pgb ondersteunen.
In de Wmo 2015 is opgenomen dat een voorziening in elk geval:
- -
veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht wordt verstrekt
- -
wordt afgestemd op de reële behoefte van de cliënt en op andere vormen van zorg of hulp die de cliënt ontvangt,
- -
wordt verstrekt in overeenstemming met de op de beroepskracht rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de professionele standaard;
- -
wordt verstrekt met respect voor en inachtneming van de rechten van de cliënt.
Kwaliteitseisen zorgaanbieders / ZZP’ers:
Verder gelden voor pgb-zorgaanbieders/ zzp de kwaliteitseisen die worden gesteld aan zorgaanbieders met een resultaatsovereenkomst voor zorg in natura.
In bijlage 3 is hier een omschrijving van opgenomen.
Kwaliteitseisen sociaal netwerk/ overig:
Naast de hiervoor genoemde algemene kwaliteitseisen worden aan het sociaal netwerk/ overig die worden gecontracteerd door de pgb- houder de volgende kwaliteitseisen gesteld:
- -
met het pgb worden gestelde resultaten bereikt en dit wordt inzichtelijk gemaakt;
- -
het overleggen van een VOG-verklaring met uitzondering van personen uit het gezin van de pgb houder en eerste en tweedegraads familieleden;
- -
In geval van afwezigheid door vakantie, ziekte of andere oorzaken sluit de zorg naadloos aan. de pgb houder is verantwoordelijk voor een planning die hierin voorziet;
- -
de zorgverlener mag niet overbelast zijn;
- -
de zorgverlener heeft een stabiele persoonlijke situatie (een indicatie kan bijvoorbeeld zijn dat deze zelf in ieder geval geen begeleiding heeft).
16. Uitsluitingen Pgb voor begeleiding
Gebruikelijke hulp bij begeleiding:
Het pgb voor begeleiding mag niet ingezet worden voor gebruikelijke hulp.
De vraag of gebruikelijke hulp ingezet kan worden is onderdeel van de algemene afweging of een maatwerkvoorziening begeleiding noodzakelijk is.
Zie hiervoor hoofdstuk 2.4
Pgb sociaal netwerk versus begeleiding plus ZIN:
Bij zorg in natura kennen we begeleiding plus, deze is bedoeld voor cliënten, die beperkingen hebben die (langdurig) gepaard gaan met matig of zwaar regieverlies, of met een invaliderende aandoening of beperking (fysieke, cognitieve, sociaal-emotionele beperkingen). Deze beperkingen hebben een tekortschietend zelfregelend vermogen tot gevolg. De integratie in de samenleving door de beperking of aandoening kan zeer moeilijk zijn. Gezien de benodigde deskundigheid voor begeleiding plus, is het bieden van deze vorm van begeleiding door het sociaal netwerk in principe niet aan de orde. Uitzondering kan gemaakt worden als aangetoond kan worden dat de begeleider uit het sociaal netwerk beschikt over de benodigde diploma’s en ervaring om deze vorm van begeleiding te bieden.
Het pgb sociaal netwerk kan niet worden ingezet voor vormen van groepsbegeleiding.
Verbeterbare problematiek:
Wanneer de toegang Wmo vindt dat er sprake is van verbeterbare problematiek (stimuleren), is het uitgangspunt dat door de pgb ondersteuner gewerkt aan verbetering en/of herstel. Dit geldt zowel voor het sociaal netwerk/ overig als voor zorgaanbieders / ZZP’ers.
Wanneer de cliënt, het sociaal netwerk of de zorgaanbieder echter in tegenstelling tot de toegang Wmo van mening is dat de problematiek onverbeterlijk is, is de ondersteuning niet cliëntgericht en wordt geen pgb verstrekt en wordt een andere passende oplossing gezocht. Dit kan zijn een zorg in natura maatwerkvoorziening of een pgb bij een andere zorgaanbieder. Als hierover tussen gemeente en cliënt verschil van mening ontstaat dan kan een onafhankelijk advies worden opgevraagd.
17. Hoogte Pgb voor begeleiding
Voor de hoogte van het Pgb voor begeleiding wordt onderscheid gemaakt in:
- -
ondersteuners die in dienst zijn van een professionele organisatie of die werkzaam zijn als zelfstandig werkend ondernemer : 100 % van het tarief waarvoor het college de geïndiceerde diensten heeft ingekocht voor;
- -
voor personen die behoren tot het sociaal netwerk en personen die niet als ondersteuners als bedoeld hierboven worden aangemerkt bedraagt de hoogte van het pgb niet meer dan het op grond van de Wet langdurige zorg geldende tarief voor zorg van niet-professionele zorgverleners (peiljaar 2023 € 22,67 -) .
Er wordt geen Pgb verstrekt als deze wordt ingezet bij een gecontracteerde zorgaanbieder (begeleiding zin) tenzij dit in een combinatie met het sociaal netwerk is.
Lager periodetarief:
Het Pgb-plan wat wordt ingediend door de cliënt is leidend. Ligt het periodetarief wat is opgenomen in het Pgb-plan lager dan de tarieven van de gecontracteerde zorgaanbieders, wordt het door de Pgb-houder opgegeven tarief gehanteerd. De gemeente checkt wel het uurtarief vanwege de wetgeving rondom het minimumloon en de inleg bij de SVB.
Het Pgb mag niet hoger zijn dan het tarief dat beschikbaar is voor de begeleiding zorg in natura (ZIN). In individuele situaties blijft maatwerk mogelijk en kan op basis van een onderbouwde motivatie het pgb tarief worden verhoogd met de benodigde extra inzet.
De gemeente keert een “bruto” Pgb uit aan de SVB.
Hierop is geen eigen bijdrage in mindering gebracht.
De eigen bijdrage wordt bij cliënt geïnd door het CAK en mag niet worden betaald uit het Pgb.
18. Salaris zorgverlener
Onder het salaris voor een zorgverlener wordt niet verstaan:
- a.
eenmalige uitkering: dit is een uitkering die (als er nog voldoende budget is) uitgekeerd mag worden aan de zorgverlener als er sprake is van een plotselinge beëindiging van de werkzaamheden als gevolg van bijv. een overlijden van de cliënt. De zorgverlener zit in dat geval plotseling zonder werk;
- b.
feestdagenuitkering: Uit het Pgb mag geen feestdagenuitkering aan de zorgverlener(s) worden betaald;
- c.
reiskosten;
- d.
kosten voor het voeren van een Pgb-administratie: De Sociale Verzekeringsbank (SVB) beheert het budget;
- e.
kosten voor ondersteuning bij het aanvragen en beheren van het Pgb: in verband met fraudegevoeligheid is het niet toegestaan dat een (professionele) zorgverlener de administratie richting SVB verzorgt;
- f.
alle zorg en ondersteuning (door aanbieders) in het buitenland: controle op kwaliteit en financiën is dan nauwelijks mogelijk. Een Pgb mag alleen na toestemming van het college besteed worden in het buitenland.
SLOT
19. Hardheidsclausule
Het college kan een bepaling geheel of gedeeltelijk buiten toepassing kan worden gelaten als de toepassing ervan zou leiden tot uitzonderlijk onbillijke of onredelijke gevolgen.
20. Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op de derde dag na bekendmaking in het Gemeenteblad.
Ondertekening
Aldus besloten door burgemeester en wethouders van Roosendaal op 10 januari 2023,
de secretaris, de burgemeester,
Bijlage 1 Perspectieven en productbeschrijving Wmo Begeleiding
Cliëntperspectieven Begeleiding
Bij het formuleren van begeleidingsdoelen voor de cliënt maken we onderscheid tussen de cliëntperspectieven:
- •
Ontwikkelen
- •
Stabiliseren
- •
Ondersteunen bij achteruitgang.
Ontwikkelen: Met de client kan worden toegewerkt naar een verbetering in zijn of haar zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie waardoor geen of minder begeleiding vanuit de Wmo noodzakelijk is. Dit perspectief is gericht op afschalen en/ of uitstroom.
S tabiliseren: Er is sprake van een langdurige behoefte aan begeleiding vanuit de Wmo, omdat de clientsituatie zich op moment van indicatiestelling er niet toe leent zich op alle leefgebieden verder te ontwikkelen om zelfredzamer te worden en / of de maatschappelijke participatie te vergroten. Voor een deel van de cliënten is het perspectief stabilisatie tijdelijk, zij stromen uit of stromen door naar ontwikkeling als hun situatie is gestabiliseerd. Voor een ander deel van de cliënten is op één of enkele leefgebieden wel ontwikkeling mogelijk hetgeen op termijn kan leiden tot afschaling of uitstroom. Indien dit niet mogelijk is blijven zij in het perspectief stabilisatie. Mogelijk regieverlies kan door het sociaal netwerk dan wel de aanbieder worden opgevangen.
Ondersteunen bij achteruitgang: Door een progressieve ziekte is de client in de situatie gekomen dat zijn zelfredzaamheid en participatie zodanig structureel achteruit zijn gegaan dat sprake is van regieverlies wat zodanig is dat dit uiteindelijk niet meer door het sociaal netwerk dan wel de aanbieder opgevangen kan worden. Overgang naar de WLZ kan noodzakelijk zijn. De ondersteuning is erop gericht om de client en diens netwerk met deze onomkeerbare achteruitgang om te laten gaan en deze draaglijk te maken.
Clientperspectief ontwikkeling
Productnaam: Waakvlam ontwikkeling |
Inhoudelijke omschrijving product: Begeleiding Waakvlam ontwikkeling is erop gericht dat de cliënt met minimale ‘activerende’ ondersteuning op eigen kracht verder kan en/of doorgeleid wordt naar het voorliggend veld en/of sociaal netwerk. Er is op korte termijn verbetering mogelijk in de situatie van de client. |
Doelgroep: Cliënten hebben een behoorlijke mate van zelfredzaamheid en kunnen uitstromen naar voorliggend veld, eigen kracht, sociaal netwerk. Cliënt heeft niet complexe ondersteuningsvragen, te behalen resultaten zijn beperkt in aantal (maximaal 2). De client heeft een mate van voorspelbaarheid en is bereid/gemotiveerd om zich te ontwikkelen. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Waakvlam ontwikkeling gaat uit van een minimale beschikbaarheid die goed planbaar is Er sprake van een (redelijk) voorspelbare situatie. Aanbieder moet de ondersteuning flexibel inzetten gebaseerd op de daadwerkelijke ondersteuningsbehoefte van de cliënt. Deze ondersteuningsbehoefte kan fluctueren gedurende de looptijd van de indicatie. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Als na de initiële looptijd van de beschikking de begeleiding waakvlam ontwikkeling bij de client niet heeft geleid tot zelfredzaamheid, vindt doorstroom plaats naar waakvlam stabilisatie of wordt onderzocht welk product het meest passend is. Voorliggende voorzieningen zijn één van de mogelijkheden voor de cliënt om zelfredzaam te worden. De begeleider leidt de cliënt toe naar deze mogelijkheden en consolideert het gebruik hiervan, zodanig dat de cliënt met voorliggende producten geen Wmo-begeleiding meer nodig heeft. |
Clientperspectief ontwikkeling
Productnaam: Begeleiding ontwikkeling |
Inhoudelijke omschrijving product: Begeleiding ontwikkeling is erop gericht dat de cliënt met een ontwikkeltraject op eigen kracht verder kan en/of doorgeleid wordt naar het voorliggend veld en/of sociaal netwerk of afschalen naar waakvlam ontwikkeling. Bij begeleiding ontwikkeling kan worden gewerkt aan meerdere resultaten op meerdere levensgebieden. |
Doelgroep: Cliënten zijn redelijk zelfredzaam en kunnen met een ontwikkeltraject de benodigde vaardigheden aanleren om zelfredzaam te zijn of mee te kunnen doen. Cliënt heeft ondersteuningsvragen op één of meerdere leefgebieden, deze ondersteuningsvragen zijn niet complex van aard. De client is ontwikkelbaar en staat hiervoor open. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Gezien de beperkingen van de cliënt is er sprake van planbare ondersteuning en er is sprake van een (redelijk) voorspelbare situatie. Aanbieder moet de ondersteuning flexibel inzetten (binnen de 0% ORT uren) gebaseerd op de ondersteuningsnoodzaak van de cliënt. Deze ondersteuningsbehoefte kan fluctueren gedurende de looptijd van de indicatie. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Dit product is erop gericht dat de cliënt op termijn zelfredzaam wordt. Afschaling is mogelijk naar het voorliggend veld of naar waakvlam.
De aanbieder zet aantoonbaar in om de beweging naar voren te maken. De aanbieder schept kaders om de client door te geleiden naar lokale voorliggende voorzieningen. Doordat de aanbieder actief verbinding legt en contacten onderhoudt in het voorliggend veld is er sprake van een warme overdracht bij het afschalen en uitstromen. |
Clientperspectief ontwikkeling
Productnaam: Dagbesteding ontwikkelingsgericht |
Inhoudelijke omschrijving product: Dagbesteding ontwikkelingsgericht is bedoeld voor cliënten die een stap op de participatieladder kunnen zetten maar nog zodanige begeleiding in dagstructuur en dagritme nodig hebben waardoor zij nog niet onder de doelgroepen/mogelijkheden vallen van het Werkplein en het UWV die hen gaan ondersteunen om de volgende stap op de participatieladder te zetten. |
Doelgroep: Cliënten dienen vaardigheden aan te leren om hun arbeidskansen te verhogen en terug te kunnen keren op de arbeidsmarkt, bij voorkeur betaalde arbeid of in ieder geval een traject vanuit het Werkplein of UWV (beschut werk, gesubsidieerde arbeid, vrijwilligerswerk). |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Er is sprake van planbare ondersteuning. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Voorliggende voorzieningen op het product dagbesteding ontwikkelingsgericht zijn de mogelijkheden die het Werkplein en het UWV bieden. Zodra een cliënt binnen deze mogelijkheden valt, zal instroom in de Wmo dagbesteding ontwikkelingsgericht niet plaatsvinden of is uitstroom uit Wmo dagbesteding ontwikkelingsgericht aan de orde. |
Clientperspectief Stabilisatie
Productnaam: Waakvlam stabilisatie |
Inhoudelijke omschrijving product: Waakvlam stabilisatie is gericht op het in beeld houden en monitoren van cliënten om de stabiele situatie te handhaven. Hierdoor wordt een terugval in de zelfredzaamheid en/of participatie voorkomen. Er wordt met de client aan een beperkt aantal resultaten (maximaal 2) op een beperkt aantal leefgebieden gewerkt. Door waakvlam stabilisatie wordt een oogje in het zeil gehouden onder andere door het voeren van ventilerende gesprekken met de cliënt. |
Doelgroep: Cliënten die voor een lange periode minimale begeleiding nodig hebben om zelfredzaam te blijven en/ of te participeren. Het gaat om niet complexe ondersteuningsvragen van cliënten waar verdere ontwikkeling van hun zelfredzaamheid en/of participatie niet mogelijk is. De clientsituatie is stabiel en er is sprake van een redelijke mate van zelfredzaamheid. |
Specifieke eisen voor aanbieden product: Niet van toepassing. |
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Waakvlam stabilisatie gaat uit van een minimale beschikbaarheid die goed planbaar is. Er sprake van een (redelijk) voorspelbare situatie. Aanbieder moet de ondersteuning flexibel inzetten gebaseerd op de daadwerkelijke ondersteuningsbehoefte van de cliënt. Deze ondersteuningsbehoefte kan fluctueren gedurende de looptijd van de indicatie. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Voor deelresultaten, zoals het voeren van ventilerende gesprekken, kan toegewerkt worden naar het voorliggend veld. |
Clientperspectief stabilisatie
Productnaam: Begeleiding stabilisatie laag |
Inhoudelijke omschrijving product: Ondersteuning die geboden wordt om de zelfredzaamheid en/of participatie te behouden. Doel is het stabiliseren van de clientsituatie of het behouden van een bereikte stabiele situatie. Ontwikkeling is mogelijk op subdoelen. |
Doelgroep: Cliënten hebben ondersteuning nodig om hun situatie stabiel te houden. Als er sprake is van het moeten stabiliseren van de clientsituatie dan is beperkte inzet nodig om weer grip op het leven te krijgen. Cliënten zijn in redelijke mate zelfredzaam wat gezien hun clientsituatie verder bevorderd kan worden. Er is doorgaans wekelijks contact of meerdere korte momenten per week. De client is zelf of met zijn netwerk in staat om regie te kunnen voeren. Het betreft hier:
Daarnaast kan dit product worden ingezet als de cliënt in afwachting van behandeling is waardoor nog niet (of niet voldoende) aan begeleidingsdoelen gewerkt kan gaan worden. Dit om de periode tot de behandeling start te overbruggen. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Begeleiding stabilisatie laag is goed planbaar en stelt geen specifieke eisen aan de beschikbaarheid. Aanbieder moet de ondersteuning flexibel inzetten (binnen de 0% ORT uren) gebaseerd op de ondersteuningsnoodzaak van de cliënt. Deze ondersteuningsbehoefte kan fluctueren gedurende de looptijd van de indicatie |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Afschalen mogelijk naar waakvlam, naar begeleiding ontwikkeling of naar het voorliggend veld. Als behandeling geweigerd wordt dan kan de indicatie voor begeleiding stopgezet worden. |
Clientperspectief stabilisatie
Productnaam: Begeleiding stabilisatie midden |
Inhoudelijke omschrijving product: Ondersteuning die voor langere tijd geboden wordt om de zelfredzaamheid en/of participatie te behouden. Doel is het stabiliseren van de clientsituatie en het behouden van een bereikte stabiele situatie. Ontwikkeling is mogelijk op subdoelen. |
Doelgroep: Cliënten hebben voor langere tijd ondersteuning nodig om hun situatie te stabiliseren dan wel stabiel te houden. Er is sprake van forse beperkingen in de zelfredzaamheid. Problematiek kan spelen op meerdere levensdomeinen. Denk hierbij aan (ex)verslavingsproblematiek, het niet hebben van een stabiele thuissituatie, suïcidale gedachten, opvoed-en of relatievraagstukken etc. Gebeurtenissen zorgen voor een sterke verergering van de clientsituatie. De client kan niet de regie voeren en hiervoor niet of beperkt terugvallen op zijn netwerk. Mantelzorgers zijn overbelast en/of hebben zelf ook beperkingen. Het vraagt veel aandacht om de doelen te bereiken, er is wekelijks één langer durend contact of er zijn meerdere contactmomenten in de week noodzakelijk. Het betreft hier:
Als er sprake is van behandeling dan kan de begeleiding bij de client aanvullend op het behandeltraject, wat wordt gevolgd, ingezet worden. Ook kan dit product kan ingezet worden bij het wachten op behandeling maar alleen op het moment dat er tijdens het wachten op behandeling al wel aan de begeleidingsdoelen gewerkt kan worden. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Begeleiding stabilisatie midden is goed planbaar en stelt geen specifieke eisen aan de beschikbaarheid. Aanbieder moet de ondersteuning flexibel inzetten (binnen de 0% ORT uren) gebaseerd op de ondersteuningsnoodzaak van de cliënt. Deze ondersteuningsbehoefte kan fluctueren gedurende de looptijd van de indicatie. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Afschalen mogelijk naar waakvlam, naar begeleiding stabilisatie laag, naar begeleiding ontwikkeling of naar het voorliggend veld. Als behandeling geweigerd wordt dan kan de indicatie stopgezet worden. |
Clientperspectief stabilisatie
Productnaam: Begeleiding stabilisatie hoog |
Inhoudelijke omschrijving product: De ondersteuning is gericht op de noodzaak om een (multi-)complexe situatie eerst te stabiliseren voordat ontwikkeling op alle leefgebieden mogelijk wordt. Op één of meerdere leefgebieden is gaandeweg het traject wel ontwikkeling mogelijk Het kan noodzakelijk zijn om eerst een vertrouwensband met de cliënt op te bouwen voordat intensief aan de stabilisatie gewerkt kan gaan worden. |
Doelgroep: Cliënten waarbij sprake is van zodanige complexe (multi-) problematiek dat de andere producten voor begeleiding thuis niet voldoen om zich te kunnen blijven handhaven in de samenleving. Er is sprake van intensieve inzet waarbij doorgaans meerdere (langer durende) contactmomenten per week nodig zijn. Hierbij kan gedacht worden aan: Cliënten met multiproblematiek waarbij ook sprake kan zijn van complexe gezinssituaties; Zorgmijders waarbij sprake is van overlastgevend gedrag; (Ex-)gedetineerden; Cliënten die uitstromen uit beschermd wonen of wachten op plaatsing beschermd wonen; Cliënten die uitstromen uit de maatschappelijke opvang dan wel waar de instroom in maatschappelijke opvang voorkomen moet worden.
Clientperspectieven kunnen bij deze doelgroep door elkaar lopen maar stabilisatie is leidend. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Client kan vaak en op niet voorziene momenten om contact en/of ondersteuning vragen. Aanbieder is hiertoe 7 dagen per week, 24 uur per dag bereikbaar (digitaal en/of telefonisch). Er is geen behoefte aan 24 uurs nabijheid / oproepbaarheid. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Als stabilisatie is gerealiseerd is doorstroom naar lichtere vormen van begeleiding (gericht op stabilisatie dan wel ontwikkeling) of uitstroom mogelijk. Lokale voorzieningen uit het voorliggend veld kunnen voor deelvragen een oplossing bieden. Als behandeling geweigerd wordt kan de indicatie voor begeleiding stopgezet worden. Als de benodigde intensieve inzet na herhaalde pogingen door de aanbieder niet geleverd kan worden door weigering / zorgmijding van de client kan afgeschaald worden naar een andere vorm van begeleiding stabilisatie (midden of laag). |
Clientperspectief stabilisatie
Productnaam: Arbeidsmatige dagbesteding |
Inhoudelijke omschrijving product: Dagbesteding heeft als doel de cliënt een zinvolle invulling van de dag te bieden met kenmerken van arbeid, waarbij geen arbeidsproductiviteit wordt verwacht. Uitstroom naar reguliere arbeid, beschut werk, gesubsidieerde arbeid en vrijwilligerswerk is (nog) niet aan de orde. Deze dagbesteding biedt een alternatief voor werk of school voor mensen die geen betaald werk kunnen doen. |
Doelgroep: Cliënten hebben geen arbeidsvermogen en zijn niet in staat tot (aangepast) werk of vrijwilligerswerk maar hebben wel dagritme en dagstructuur nodig. Cliënten hebben nog niet de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Cliënten zijn niet in staat een stap op de participatieladder te maken. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Er is sprake van planbare ondersteuning. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Client kan doorstromen naar dagbesteding ontwikkelingsgericht. Een Wmo-maatwerkvoorziening is niet aan de orde wanneer de inzet van algemene en/of voorliggende voorzieningen voldoende is om de doelen van de client te bereiken. |
Clientperspectief stabilisatie
Productnaam: Daginvulling stabilisatie |
Inhoudelijke omschrijving product: De daginvuling stabilisatie verzorgt voor de cliënt een zinvolle invulling van de dag en is belevingsgericht van aard. |
Doelgroep: Cliënten hebben nog een bepaalde mate van zelfredzaamheid, maar hebben dagstructuur nodig en/of de mantelzorgers moeten worden ontlast. Cliënten zijn stabiel, er is (nog) geen sprake van een progressief ziektebeeld. Er is geen sprake van een complexe situatie. Dit product kent een diverse doelgroep waaronder ouderen (somatisch of psychogeriatrisch), Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH), verstandelijke beperking of (chronische) psychiatrie. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Er is sprake van planbare ondersteuning. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Een Wmo-maatwerkvoorziening is niet aan de orde wanneer de inzet van algemene en/of voorliggende voorzieningen voldoende is om de doelen van de client te bereiken. Te denken valt aan huiskamerprojecten, inloopvoorzieningen, vrijwillige thuiszorg, maatjes-project etc. |
Clientperspectief ondersteunen bij verminderde zelfredzaamheid
Productnaam: Begeleiding bijverminderde zelfredzaamheid |
Inhoudelijke omschrijving product: Ondersteuning thuis in de situatie dat de zelfredzaamheid en participatie van de client door een progressief ziektebeeld zodanig achteruit is gegaan dat sprake is van regieverlies. Dit regieverlies is zodanig dat dit niet meer door het sociaal netwerk dan wel de aanbieder opgevangen kan worden. De ondersteuning is erop gericht om de client en diens mantelzorger / netwerk met deze onomkeerbare achteruitgang om te laten gaan en deze draaglijk te maken. Dit product kan ingezet worden ter ontlasting van de mantelzorger. Daarnaast betreft het individuele ondersteuning voor alleenwonenden om de periode tot aan WLZ indicatie te overbruggen. |
Doelgroep: Cliënten hebben een progressieve ziekte, bijvoorbeeld ouderen met psycho-geriatrische of somatische aandoeningen. De zelfredzaamheid van deze cliënten neemt steeds verder af en die afname is onomkeerbaar. Er is geen sprake van een complexe Wmo-ondersteuningsvraag. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Gezien de beperkingen van de cliënt zal er meestal sprake van planbare ondersteuning en is er sprake van een (redelijk) voorspelbare situatie. Aanbieder moet de ondersteuning flexibel inzetten (binnen de 0% ORT uren) gebaseerd op de ondersteuningsnoodzaak van de cliënt. Deze ondersteuningsbehoefte kan fluctueren gedurende de looptijd van de indicatie. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Lokale mantelzorgondersteuning is voorliggend, alleen als die niet voldoet dan kan dit product worden ingezet. Op termijn zullen deze cliënten overgaan naar de Wlz. |
Overige eisen/ voorwaarden aan ondersteuning en/ of aanbieder:
|
Clientperspectief ondersteunen bij verminderde zelfredzaamheid
Productnaam: Daginvulling bijverminderde zelfredzaamheid |
Inhoudelijke omschrijving product: De daginvulling achteruitgang biedt in een beschermde omgeving een (zinvolle) invulling van de dag en is belevingsgericht van aard. |
Doelgroep: Cliënten hebben een progressieve ziekte en zijn in de fase gekomen dat zij zodanig zijn achteruitgegaan dat hun zelfredzaamheid nog minimaal is. Cliënten met psychogeriatrisch of somatisch ziektebeeld, die ook al deels lichamelijke ondersteuning nodig hebben en/of gedragsproblemen hebben. |
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Er is sprake van planbare ondersteuning. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Cliënten hebben een progressief ziektebeeld, de beweging naar het voorliggend veld is niet meer aan de orde. Wel is extra aandacht voor de toeleiding naar de Wlz. Er is sprake van periodieke evaluatiemomenten voor toeleiding naar de Wet langdurige zorg. |
Vervoer
Productnaam: Vervoer door aanbieder (percelen 3, 4 en 5) |
Inhoudelijke omschrijving product: Vervoer heeft tot doel dat cliënten de locatie waar de dagbesteding (daginvulling, arbeidsmatige dagbesteding, dagbesteding ontwikkelingsgericht) plaatsvindt op tijd kunnen bereiken. De gemeente bepaalt of er een indicatie is voor het product Vervoer door aanbieder. De aanbieder is verantwoordelijk voor het bieden van passend vervoer, naar en van de dichtsbijzijnde passende dagbesteding. Vervoer door gaanbieder is formeel vervoer in de vorm van regulier (taxi)vervoer (door personenauto of personenbus) of rolstoelvervoer. |
Doelgroep: De client die een indicatie heeft voor daginvulling stabilisatie, daginvulling achteruitgang, arbeidsmatige dagbesteding of dagbesteding ontwikkelingsgericht kan een aanspraak hebben op vervoer door aanbieder als hij hierop redelijkerwijs is aangewezen. |
Randvoorwaarden
|
Categorieën Vervoer door aanbieder kent de volgende categorieën:
De genoemde kilometers betreffen de enkele reis
|
Specifieke eisen voor aanbieden product:
|
Kwaliteit/ competenties medewerker:
|
Beschikbaarheid en planning: Vervoer moet zodanig vormgegeven zijn dat de client aanwezig is als de dagbesteding start (dit kan een vaste starttijd zijn of een venstertijd voor inloop) en dat de client direct na afloop van de dagbesteding (dit kan een vaste einddtijd zijn of een venstertijd voor uitloop) naar zijn woonadres wordt vervoerd. |
Voorliggende producten/ veld (verwachte beweging): Voorliggend op het product vervoer door zorgaanbieder: Openbaar vervoer, eigen vervoer (zelfstandig of door partner, mantelzorger, sociaal netwerk), het zich lopend dan wel met een mobliteitshulpmiddel verplaatsen). In deze situaties is er geen aanspraak op het product vervoer door aanbieder. Bij dagbesteding ontwikkelingsgericht wordt het product vervoer alleen tijdelijk ingezet, gericht op het aanleren zelfstandig naar de dagbesteding te reizen. De client die dagbesteding ontwikkelingsgericht ontvangt reist in principe zelfstandig naar de dagbesteding. |
Bijlage 2: productbeschrijving Beschermd Wonen en Beschermd Thuis
Beschermd Wonen
Tarief per etmaal
Doelgroep
- -
Er is sprake van hoogcomplexe meervoudige (gestapelde) problematiek: psychische problematiek (soms i.c.m. LVB) waarbij veelal sprake is van een actieve verslaving.
- -
Er is sprake van ernstige gedragsproblematiek die voortdurend moet worden gereguleerd. De problematiek is actief van aard (symptomen zijn duidelijk waarneembaar).
- -
Hulpvragen kunnen niet worden uitgesteld. Er is sprake van ernstig verlies van zelfregie: cliënten zijn (tijdelijk) niet in staat om zelf de regie te voeren over diverse leefgebieden.
- -
De cliënt heeft meestal nog geen zinvolle daginvulling in de vorm van scholing, een leerwerk traject, werk (regulier werk, beschut werk, vrijwilligerswerk), of deelname aan vrij toegankelijke dagactiviteiten.
- -
Zelfstandig wonen is op korte termijn niet haalbaar omdat de cliënt niet in staat is om voor de algemene dagelijkse zaken als maaltijden en een veilige en gezonde woonomgeving te zorgen.
- -
De problematiek van de cliënt vormt een risico voor de veiligheid van de cliënt als er geen permanent toezicht (24 uur dag) aanwezig is. Veelal ontbreekt bij de cliënt inzicht in de problematiek en de impact ervan op de omgeving.
Begeleiding
- -
Begeleiding bestaat uit zowel geplande als ongeplande begeleiding. Begeleiding moet direct geboden kunnen worden als de cliënt er om vraagt of als gesignaleerd wordt dat een cliënt per direct hulp nodig heeft (ondanks dat hij/ zij hier mogelijk niet om vraagt).
- -
Begeleiding is gericht op stabilisatie (het creëren van een veilige woonomgeving), om van daaruit te werken aan herstel. Met de cliënt wordt gewerkt aan het (h)erkennen van de eigen problematiek en het aanleren/ behouden van vaardigheden.
- -
Ten aanzien van de ADL-taken is er sprake van toezicht, aanleveren en stimuleren. Hierbij kan gedacht worden aan het aansporen/ motiveren van de cliënt om zich te gaan wassen, douchen en aankleden (niet het daadwerkelijk fysieke hulp bieden bij). Ook het beheer van medicatie kan onderdeel uitmaken van de begeleiding. Er is geen sprake van structureel overnemen van ADL-taken.
- -
Dagbesteding is geen integraal onderdeel van de Beschermd Wonen-indicatie. Indien nodig kan Beschermd Wonen-dagbesteding als bouwblok worden toegevoegd aan de indicatie.
Na 2 jaar begeleiding in deze vorm moet duidelijk zijn wat het perspectief van de cliënt is.
à Wanneer het perspectief is dat afschaling binnen afzienbare tijd niet aan de orde is, wordt een Wlz indicatie aangevraagd.
à Wanneer het perspectief is dat de cliënt door kan stromen naar Beschermd Thuis, dan richt de begeleiding zich in de periode tot afschaling op het aanleren van vaardigheden op het gebied van financiën, wonen, emotionele en sociale ontwikkeling.
Wonen
- -
Cliënten hebben een woonomgeving nodig die gericht is op veiligheid. De aanbieder voorziet in 24-uurs aanwezigheid van begeleiding in de accommodatie zodat voortdurend ondersteuning en/of toezicht geboden kan worden.
- -
Het betreft compleet verzorgd verblijf voor cliënten. De aanbieder draagt zorg voor alle zaken gerelateerd aan het wonen: het bieden van een geschikte privé ruimte (inclusief meubels, stoffering en linnengoed), schoonmaak van de privé ruimte, bewassing van linnengoed dat de cliënt in bruikleen heeft, gemeenschappelijke ruimten, inrichting/ onderhoud/ schoonmaak/ reparatie van gemeenschappelijke binnen en buitenruimten, nutsvoorzieningen, tv & internet, maaltijden (drie maaltijden per dag en koffie/thee), verzekeringen/ belastingen en heffingen gerelateerd aan het wonen.
Beschermd Thuis
Tarief per etmaal
Beschermd Thuis Zwaar
Doelgroep
- -
Er is sprake van complexe psychische problematiek(soms i.c.m. LVB) die zeer intensieve begeleiding vraagt, maar niet van een actieve verslaving.
- -
Er is sprake van ernstige gedragsproblematiek. De problematiek is actief van aard (symptomen zijn duidelijk waarneembaar) en moet voortdurend worden gereguleerd.
- -
Er is sprake van verlies van zelfregie op diverse gebieden: de cliënt is vaak nog instabiel en zoekende en hulpvragen kunnen vaak nog niet worden uitgesteld.
- -
De cliënt heeft vaak nog geen zinvolle daginvulling in de vorm van scholing, een leerwerk traject, werk (regulier werk, beschut werk, vrijwilligerswerk), of deelname aan vrij toegankelijke dagactiviteiten.
Begeleiding
- -
Gemiddelde inzet begeleiding (zowel gepland als ongepland) bedraagt 14 uur per week.
- -
Begeleiding moet direct geboden kunnen worden als de cliënt er om vraagt of als gesignaleerd wordt dat een cliënt per direct hulp nodig heeft (ondanks dat hij/ zij hier mogelijk niet om vraagt).
- -
De begeleiding is gericht op (herstel van) deelname aan de maatschappij. Met de cliënt wordt gewerkt aan het besef van taken en activiteiten die behoren bij het wonen en participeren.
- -
Ten aanzien van de ADL-taken is er sprake van aanleveren, stimuleren en toezicht. Hierbij kan gedacht worden aan het aansporen/ motiveren van de cliënt om zich te gaan wassen, douchen en aankleden (niet het daadwerkelijk fysieke hulp bieden bij). Ook het beheer van medicatie kan onderdeel uitmaken van de begeleiding. Er is geen sprake van structureel overnemen van ADL-taken.
- -
Dagbesteding is geen integraal onderdeel van de Beschermd Thuis-indicatie. Indien nodig kan Beschermd Wonen-dagbesteding als bouwblok worden toegevoegd aan de indicatie.
Wonen
- -
De cliënt heeft tijdelijk een woonomgeving nodig die bescherming, stabiliteit en structuur biedt. De zorgaanbieder voorziet in 24-uurs aanwezigheid. In de nacht is er een wakende wacht op locatie aanwezig.
- -
De cliënt huurt zelf een woonruimte of betaalt een woonbijdrage aan de zorgaanbieder voor het gebruik van de woonruimte.
- -
Kenmerkend is dat er sprake is van een aantal personen die bij elkaar in de buurt wonen. Dit kan zijn in één woning met privé- en gezamenlijke ruimten of in aparte zelfstandige woonruimten in 1 gebouw (meestal met een gezamenlijke ruimte voor ontmoeting).
Beschermd Thuis Midden
Doelgroep
- -
Er is sprake van psychische problematiek die intensieve begeleiding vraagt, maar niet van een actieve verslaving
- -
Er is sprake van gedragsproblematiek, maar deze hoeft niet voortdurend te worden gereguleerd.
- -
Er is sprake van verminderde zelfregie op diverse gebieden: hulpvragen kunnen nog niet altijd worden uitgesteld.
- -
De cliënt heeft in veel gevallen een zinvolle daginvulling in de vorm van scholing, een leerwerk traject, werk (regulier werk, beschut werk, vrijwilligerswerk), of deelname aan vrij toegankelijke dagactiviteiten, maar moet vaak nog wel worden gestimuleerd om hier naar toe te gaan.
Begeleiding
- -
Gemiddelde inzet begeleiding (zowel gepland als ongepland) bedraagt 9 uur per week.
- -
Middels 24/7 begeleiding in nabijheid (direct bereikbaar en beschikbaar binnen 30 min.) kunnen cliënten in een beschermde omgeving voorzichtige stappen gaan zetten in het uitstellen van de hulpvraag.
- -
De begeleiding is gericht op ontwikkeling het leren omgaan met de problematiek.
- -
Ten aanzien van de ADL-taken is vooral sprake van toezicht.
- -
De cliënt wordt ondersteund om invulling te geven aan goed huurderschap.
- -
Dagbesteding is geen integraal onderdeel van de Beschermd Thuis indicatie. Indien nodig kan Beschermd Wonen-dagbesteding als bouwblok worden toegevoegd aan de indicatie
Wonen
- -
De cliënt heeft tijdelijk een woonomgeving nodig die bescherming, stabiliteit en structuur biedt. De begeleiding is op vaste momenten gedurende de dag (en eventueel avond) aanwezig. In de nacht is er een slapende wacht in (nabijheid van) de locatie aanwezig. Begeleiding 24/7 bereikbaar en zo nodig beschikbaar Begeleiding heeft binnen 15 minuten contact (telefonisch dan wel fysiek) en kan binnen 30 minuten ter plaatse zijn.
- -
De cliënt huurt zelf een woonruimte of betaalt een woonbijdrage aan de zorgaanbieder voor het gebruik van de woonruimte.
- -
Kenmerkend is dat er sprake is van een aantal personen die bij elkaar in de buurt wonen. Dit kan zijn in één woning met privé en gezamenlijke ruimten of in aparte zelfstandige woningen in elkaars nabijheid (vaak met een gezamenlijke ruimte voor ontmoeting).
Beschermd Thuis Licht
Doelgroep
- -
Er is sprake van psychische problematiek die dagelijkse begeleiding vraagt, maar niet van een actieve verslaving
- -
Er kan (terugkerend) sprake zijn van gedragsproblematiek.
- -
Er is al grotendeels sprake van zelfregie: de cliënt is in staat om tijdig hulp te vragen en kan de hulpvraag meestal uitstellen. Maar de cliënt heeft nog wel de behoefte om ook buiten de planbare begeleidingsmomenten een beroep te kunnen doen op de begeleiding.
- -
De cliënt heeft een zinvolle daginvulling in de vorm van scholing, een leerwerk traject, werk (regulier werk, beschut werk, vrijwilligerswerk), of deelname aan vrij toegankelijke dagactiviteiten en kan hier zelfstandig naar toe.
Begeleiding
- -
Gemiddelde inzet begeleiding (zowel gepland als ongepland) bedraagt 5 uur per week.
- -
Begeleiding is al (groten)deels planbaar. De cliënt heeft wel de zekerheid nodig dat begeleiding continu oproepbaar is en indien nodig beschikbaar, maar in de meeste gevallen is de fysieke opvolging uitstelbaar tot de geplande contactmomenten, dan wel is begeleiding op afstand voldoende.
- -
De begeleiding is gericht op het hanteerbaar houden van de problematiek en/of het voorbereiden van de cliënt op de stap naar zelfstandig wonen (met enkel planbare ambulante begeleiding). Met de cliënt wordt gewerkt aan het behouden, aanleren en/of versterken van vaardigheden die nodig zijn om zo zelfstandig mogelijk te functioneren, te participeren en een bijdrage te leveren aan zijn/ haar omgeving. Indien een netwerk van de cliënt in beeld is, wordt deze betrokken bij de hulpverlening. Als er geen netwerk in beeld is of het is afwezig, dan werkt de aanbieder aan het ontwikkelen van een netwerk.
- -
De cliënt is grotendeels zelf in staat om invulling te geven aan goed huurderschap en voor de algemene dagelijkse zaken als maaltijden en een veilige en gezonde woonomgeving te zorgen.
- -
Dagbesteding is geen onderdeel van de Beschermd Thuis-indicatie. In uitzonderlijke gevallen kan in overleg met de uitvoering maatwerk worden toegepast.
Wonen
- -
De cliënt heeft tijdelijk een woonomgeving nodig die bescherming, stabiliteit en structuur biedt. De begeleiding is op vaste momenten aanwezig en daarbuiten 24/7 bereikbaar en zo nodig beschikbaar (binnen 30 min.).
- -
De cliënt huurt zelf een woonruimte of betaalt een woonbijdrage aan de zorgaanbieder voor het gebruik van de woonruimte.
- -
Kenmerkend is dat er sprake is van een aantal personen die bij elkaar in de buurt wonen. Dit kan zijn in één woning met privé en gezamenlijke ruimten of in aparte zelfstandige woningen in elkaars nabijheid (vaak met een gezamenlijke ruimte voor ontmoeting).
Aanvullende bouwsteen Beschermd Wonen-Dagbesteding
Tarief per dagdeel
- -
Bedoeld voor cliënten die nog geen gebruik kunnen maken van participatiemogelijkheden via scholing, een leerwerk traject, werk (regulier werk, beschut werk, vrijwilligerswerk) of deelname aan vrij toegankelijke dagactiviteiten.
- -
Het doel van Beschermd Wonen-dagbesteding is het creëren van een gezond dag- en nachtritme (ritme en regelmaat) en het klaarstomen van cliënten voor andere vormen van participatie (scholing, een leerwerk traject, werk (regulier werk, beschut werk, vrijwilligerswerk of deelname aan vrij toegankelijke dagactiviteiten).
- -
Activiteiten zijn gericht op persoonlijke ontwikkeling en toename van zelfredzaamheid en sluiten aan bij de interesses en mogelijkheden van de cliënt.
- -
De dagbesteding wordt in de regel in groepsverband uitgevoerd en vindt plaats buiten de accommodatie waar de inwoner verblijft. In overleg met de Wmo-consulent kan hiervan worden afgeweken als dit in lijn is met het ondersteuningsplan van de cliënt.
- -
Indien vervoer nodig is wordt dit aanvullend geïndiceerd op basis van daadwerkelijk af te leggen kilometers.
- -
Deze bouwsteen wordt altijd tijdelijk afgegeven (na zes maanden geëvalueerd).
Aanvullende bouwsteen Wonen
Tarief per etmaal
- -
Bedoeld voor cliënten die door omstandigheden tijdelijk/ nog niet in staat zijn om zelf voor woon- of leefkosten zorg te dragen.
- -
Het verantwoordelijk maken van de cliënt voor het zorgdragen voor woon- of leefkosten zou een negatieve uitwerking hebben op de behandelings- en begeleidingsdoelen van de cliënt (zou tot escalatie en/of verslechtering van de problematiek van de cliënt kunnen leiden).
- -
Deze bouwsteen wordt alleen bij uitzondering toegekend en altijd tijdelijk (na zes maanden geëvalueerd).
Bijlage 3: Kwaliteitseisen zorgaanbieders / ZZP’ers
Verder pgb-zorgaanbieders/ zzp gelden integraal de kwaliteitseisen die worden gesteld aan zorgaanbieders met een resultaatsovereenkomst voor zorg in natura. In deze bijlage zijn de hoofdlijnen daarvan samengevat:
- -
Opdrachtnemer heeft een inschrijving Kamer van Koophandel.
- -
Opdrachtnemer heeft een voor haar branche geldend kwaliteitsborgingscertificaat, in ieder geval betrekking hebbende op zorg, maatschappelijke en/of aanpalende dienstverlening, dan wel, een geldig ISO 9001:2008-certificaat met daarbij een bewijs van implementatie van additionele normen die gelden voor haar branche, in ieder geval betrekking hebbende op zorg, maatschappelijke en/of aanpalende dienstverlening, dan wel, een geldig ISO 9001:2015-certificaat met daarbij een bewijs van implementatie van additionele normen die gelden voor haar branche, in ieder geval betrekking hebbende op zorg, maatschappelijke en/of aanpalende dienstverlening, dan wel een kwaliteitsborgingssysteem waarvan na toetsing gesteld kan worden dat het aan het bovenstaande gelijk te stellen is.
- -
Opdrachtnemer hanteert de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.
- -
Opdrachtnemer heeft een afdoende bedrijfs- en beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Opdrachtnemer hanteert de meldplicht calamiteiten zoals beschreven in de Wmo (art 3.4) bij de toezichthouder van de gemeente Roosendaal.
- -
Opdrachtnemer zorgt ervoor dat de kwaliteit van de Maatwerkvoorziening overeenkomstig de gangbare kwaliteitsmaatstaven in de zorg- en welzijnssector is en steeds in overeenstemming is met de Wmo 2015 en de daarop gebaseerde regelingen.
- -
Opdrachtnemer houdt zich aan de privacy wet en regelgeving.
- -
Alle medewerkers zijn in bezit van een geldige Verklaring Omtrent Gedrag (VOG).
- -
De Maatwerkvoorziening begeleiding die wordt geleverd zal er toe strekken om de Zelfredzaamheid en de Participatie van de Cliënt te bevorderen, dan wel de Zelfredzaamheids- of Participatieproblematiek van de Cliënt te verminderen, dan wel waar nodig de achteruitgang in Zelfredzaamheid dan wel vermindering van de Participatie te vertragen.
- -
Bij de uitvoering van de overeenkomst wordt gewerkt met aantoonbaar bekwame en geschoolde Beroepskrachten , in overeenstemming met de wet- en regelgeving alsmede geldende cao’s.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl