Regeling vervallen per 26-03-2024

Nadere regels voor het beheer en het gebruik van de begraafplaatsen in de gemeente Heerde

Geldend van 01-05-2013 t/m 25-03-2024 met terugwerkende kracht vanaf 01-05-2013

Intitulé

Nadere regels voor het beheer en het gebruik van de begraafplaatsen in de gemeente Heerde

Het college van Heerde;

Gelet op het raadsbesluit van 8 april 2013 tot vaststelling van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Heerde 2013

besluit:

ter uitvoering van voornoemd raadsbesluit vast te stellen de

NADERE REGELS voor het beheer en het gebruik van de begraafplaatsen in de gemeente Heerde.

Artikel 1 Openingstijden/tijdstip van begraven

  • 1.

    De begraafplaats is geopend van 09.00 uur tot zonsondergang.

  • 2.

    De tijd van begraven van lijken of het bijzetten van asbussen is van maandag tot en met zaterdag van 08.00 uur tot 16.00 uur in de zomertijd en tot 14.30 uur in de wintertijd.

Artikel 2 Afmetingen van graven

  • 1.

    Elk graf, niet zijnde een kindergraf, heeft een lengte van maximaal 2,50 meter en een breedte van maximaal 1,25 meter.

  • 2.

    Een kindergraf heeft een lengte van maximaal 1,50 meter en een breedte van maximaal 1,00 meter.

Artikel 3 Volgorde uitgifte van graven

  • 1.

    De volgorde van uitgifte wordt bepaald aan de hand van de indelingstekening van de begraafplaats als bedoeld in artikel 12 van de Verordening regelende het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Heerde en de hierbij aangegeven nummering van graven.

Artikel 4 Aantal overledenen per graf

  • 1.

    Per graf, niet zijnde een kindergraf mogen, uitsluitend in nieuw uit te geven of reeds aangekochte nog niet benutte graven, op de begraafplaatsen Engelmanskamp en Wapenveld worden begraven:

    • drie lijken boven elkaar of;

    • twee lijken en één asbus met de as van de overledene of;

    • één lijk en twee asbussen met de as van de overledenen of;

    • drie asbussen met de as van de overledenen.

  • Per graf, niet zijnde een kindergraf mogen op de begraafplaatsen de Kamperweg/Zuppeldseweg en de Meester Nijhoffstraat/Zuppeldseweg worden begraven:

    • twee lijken boven elkaar of;

    • één lijk en één asbus met de as van de overledenen of;

    • twee asbussen met de as van de overledenen.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1 mag in een graf mee worden begraven het lijk van een kind tot de leeftijd van zes jaar.

  • 3.

    In een urnennis (colombarium) kunnen twee asbussen, met of zonder urnen, worden bijgezet.

  • 4.

    Per kindergraf mag één lijk van een kind of één asbus met de as van een overleden kind, tot de leeftijd van 12 jaar, worden begraven dan wel bijgezet. Dit aantal mag twee bedragen indien het kinderen uit hetzelfde gezin betreft.

  • 5.

    Naast een graf, niet zijnde een kindergraf, mag onder voorwaarden een graf worden gehuurd of aangekocht.

  • 6.

    Er wordt geen graf geschud om daarmee de mogelijkheid te bieden meer lijken in een graf te begraven.

Artikel 5 Aanvragen van de vergunning

  • 1.

    De vergunning voor het hebben van grafbedekking dient ten minste acht weken voor het aanbrengen daarvan worden te aangevraagd bij burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Bij het aanbrengen van een wijziging in de grafbedekking dient opnieuw een vergunning te worden aangevraagd.

  • 3.

    De aanvraag moet in ieder geval een omschrijving van de grafbedekking en een tekening op schaal van ten minste 1:100 bevatten.

Artikel 6 Gedenktekens en grafbedekking

  • 1.

    Op een eigen graf mag, uitsluitend door een erkend steenhouwer, één gedenkteken worden aangebracht.

  • 2.

    Het gedenkteken op een eigen graf mag niet hoger zijn dan 1,25 meter en niet breder zijn dan 0,90 meter.

  • 3.

    Het gedenkteken op een eigen kindergraf mag niet hoger zijn dan 1.00 meter en niet breder dan 0,75 meter.

  • 4.

    Naast of in plaats van het gedenkteken mag een grondplaat worden aangebracht.

  • 5.

    Een grondplaat moet zijn voorzien van een deugdelijke fundering, mag niet breder zijn dan 0,90 meter en niet langer dan 1,90 meter zijn en mag uitsluitend worden aangebracht door een erkende steenhouwer.

  • 6.

    Gedenktekenen op urnengraven mogen niet breder zijn dan 0,75 meter en niet hoger en dieper dan 0,50 meter.

  • 7.

    Bij gebruikmaking van het colombarium voor het plaatsen van een asbus mag uitsluitend de standaard gedenkplaat gebruikt worden.

Artikel 7 Randen en losse voorwerpen op graven

  • 1.

    Op een eigen graf mogen, naast het gedenkteken en grondplaten, randen en andere losse voorwerpen worden geplaatst.

  • 2.

    De randen mogen met de grondplaat tezamen niet breder zijn dan 0,90 meter en niet hoger dan 0,10 meter boven het graf en niet dieper dan 0,10 meter in het graf en mogen uitsluitend worden aangebracht door een erkend steenhouwer.

  • 3.

    Toepassing van grind en steenslagafdekkingen zijn alleen toelaatbaar wanneer een deugdelijke vloerplaat en deugdelijke randen zijn aangebracht.

  • 4.

    Losse voorwerpen mogen niet hoger zijn dan 0,30 meter.

Artikel 8 Uiterlijk aanzien

  • 1.

    De vormgeving en kleur van gedenktekenen en grafbedekking dienen, in overeenstemming te zijn met de aard van de begraafplaats en te voldoen aan esthetische en architectonische eisen, dit ter beoordeling van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    In ieder geval is niet toegestaan het gebruik van:

    • andere gedenkplaten dan de standaard gedenkplaten voor het colombarium;

    • losse (grond)tegeIs, flatstones e.d.; worteldoek;

    • houten rolborders;

    • hekjes of palen rondom het graf of het grafteken;

    • een firmanaam;

    • opgroeiende beplanting hoger dan 60 cm.

Artikel 9 Constructie en materialen

De voorwerpen voor het daarin plaatsen van asbussen moeten vervaardigd zijn van harde en weerbestendige materialen, dit ter beoordeling van burgemeester en wethouders.

Artikel 10 Opschriften/ inscripties

Er worden geen nadere regels gesteld voor opschriften op gedenktekens, uitgezonderd de voorwaarde dat een opschrift op een gedenkteken aan de voorzijde moet worden aangebracht.

Artikel 11 Wijze van aanbrengen

  • 1.

    Het aanbrengen van gedenktekens dient te geschieden in overleg met de beheerder.

  • 2.

    Gedenktekens moeten deugdelijk worden geplaatst op een doelmatige onderbouw en dienen zuiver te worden gesteld.

  • 3.

    Op elk gedenkteken moet aan de achterzijde de letter van de afdeling en het nummer van het graf door middel van een ingehakte letter worden aangebracht.

  • 4.

    Afval ontstaan door het aanbrengen van een gedenkteken dient te worden opgeruimd en op een daartoe bestemde plaats te worden gedeponeerd.

Artikel 12 Verwijderen gedenktekens/voorwerpen voor asbussen

Gedenktekens die worden geplaatst zonder vergunning of in strijd met de vergunningvoorschriften kunnen worden verwijderd nadat burgemeester en wethouders de rechthebbende op het graf in de gelegenheid hebben gesteld zelf gedurende een nader te bepalen termijn over te gaan tot het verwijderen dan wel het verzuim te herstellen.

Artikel 13 Verstrooien van as

Als begraafplaats waar het mogelijk is om as van overledenen te verstrooien wordt aangewezen de begraafplaats Engelmanskamp te Heerde.

Artikel 14 Afwijking in bijzondere omstandigheden

In bijzondere omstandigheden kunnen burgemeester en wethouders afwijken van de nadere regels.

Artikel 15 Aanhalingstitel, in werkingtreding en vervallen voorgaande nadere regelen betreffende het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats

  • 1.

    Deze regels kunnen worden aangehaald als ‘nadere regels voor het beheer en het gebruik van de begraafplaatsen’;

  • 2.

    Deze nadere regels treden gelijktijdig in werking met de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen 2013, vastgesteld bij raadsbesluit van 8 april 2013;

  • 3.

    De bekendmaking van de nadere regels vindt plaats door publicatie in “de Schaapskooi”;

  • 4.

    Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze nadere regels komen de NADERE REGELS voor het beheer en het gebruik van de begraafplaats in de gemeente Heerde van 17 april 2012 te vervallen.

Ondertekening

Heerde, 26 februari 2013

Het college voornoemd,

secretaris, burgemeester,