Regeling vervallen per 01-01-2024

Legesverordening natuur Zuid-Holland 2023

Geldend van 01-07-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

Legesverordening natuur Zuid-Holland 2023

Provinciale Staten van Zuid-Holland;

Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 17 oktober 2022, met het besluitnummer PZH-2022-817249150;

Gelet op de artikelen 220 van de Provinciewet en 13.1a, eerste lid, van de Omgevingswet;

Besluiten vast te stellen het volgende besluit:

Legesverordening natuur Zuid-Holland 2023

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder aanvraag:

  • a.

    aanvraag van een omgevingsvergunning voor een Natura 2000-activiteit of een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit, met inbegrip van een aanvraag tot intrekking daarvan en tot verlenging of wijziging daarvan;

  • b.

    een verzoek tot een bestuurlijk oordeel; of

  • c.

    een verzoek tot een toets van een plan, project of activiteit.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1. Leges zijn verschuldigd in verband met het in behandeling nemen van een aanvraag voor een dienst als bedoeld in de tarieventabel behorende bij deze verordening, ongeacht of de aanvraag leidt tot een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, geldt dat:

    • a.

      indien voor een werkzaamheid zowel een omgevingsvergunning voor een Natura 2000-activiteit als een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit benodigd is en deze aanvragen tegelijk worden ingediend, slechts eenmaal leges worden geheven ten bedrage van het hoogste bedrag;

    • b.

      indien een toets binnen één jaar na de eindconclusie op de toets, gevolgd wordt door een verzoek om een bestuurlijk oordeel of door een aanvraag om een vergunning binnen de reikwijdte van hetzelfde plan, project of activiteit, maar met uitzondering van besluiten van gedeputeerde staten als bedoeld in artikel 9.3 van het Omgevingsbesluit, slechts eenmaal leges worden geheven ten bedrage van het hoogste bedrag;

    • c.

      voor de uitvoering van Natura 2000 maatregelen, maatregelen in het kader van het Natuurnetwerk Nederland, of andere maatregelen die door Provincie Zuid-Holland zijn gesubsidieerd, geen leges zijn verschuldigd.

  • 3. Het in het tweede lid, onder b bepaalde, lijdt uitzondering bij gevallen waarbij sprake is van buitenbehandeling stellen van een aanvraag ingevolge artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 3 Belastingplichtige

  • 1. Belastingplichtig is degene die een aanvraag indient, dan wel degene ten behoeve van wie een aanvraag wordt ingediend.

  • 2. In afwijking van het eerste lid zijn niet belastingplichtig:

    • a.

      de Faunabeheereenheid Zuid-Holland;

    • b.

      door het Centraal Bureau Fondsenwerving erkende goed doelen;

    • c.

      Provincie Zuid-Holland.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en tarief

De leges worden geheven aan de hand van de dienst en het tarief opgenomen in de tarieventabel, behorende bij deze verordening.

Artikel 5 Wijze van Heffing

Leges worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke of digitale kennisgeving aan de belastingplichtige.

Artikel 6 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 7 Vermindering of teruggaaf

  • 1. De reeds betaalde leges worden aan aanvrager (deels) terugbetaald indien:

    • a.

      op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht wordt besloten om een aanvraag buiten behandeling te stellen: 50% van de geheven leges;

    • b.

      de aanvraag binnen drie maanden wordt ingetrokken nadat deze in behandeling is genomen, maar voordat op de aanvraag is beslist: 50% van de geheven leges;

    • c.

      Gedeputeerde staten op grond van artikel 9.3 van het Omgevingsbesluit besluiten tot tegemoetkoming van faunaschade: 100% van de geheven leges.

  • 2. Verzoeken om teruggaaf worden schriftelijk ingediend bij de provincieambtenaar, belast met de heffing van provinciale belastingen, binnen een jaar na het in behandeling nemen van de aanvraag.

  • 3. De in het eerste lid bedoelde terugbetaling geschiedt binnen drie maanden na ontvangst van de leges door de provincieambtenaar, belast met de heffing van provinciale belastingen.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de aanslag.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 9 Nadere regels door het college van gedeputeerde staten

Gedeputeerde staten kunnen nadere regels vaststellen met betrekking tot de heffing en de invordering van leges.

Artikel 10 Intrekking

De Legesverordening Wet Natuurbescherming Zuid-Holland 2020 wordt ingetrokken.

Artikel 11 Overgangsrecht

Voor aanvragen ingediend voor de inwerkingtreding van deze verordening blijft de Legesverordening Wet Natuurbescherming Zuid-Holland 2020 zijn werking behouden.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2023 of, indien de Omgevingswet op een tijdstip na 1 januari 2023 in werking treedt, op het tijdstip waarop de Omgevingswet in werking treedt.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023 of, indien de Omgevingswet op een tijdstip na 1 januari 2023 in werking treedt, met ingang van de inwerkingtreding van de Omgevingswet.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening natuur Zuid-Holland 2023.

Ondertekening

Den Haag, 14 december 2022

Provinciale Staten van Zuid-Holland,

griffier,

B.S.M. Sepers

voorzitter,

drs. J. Smit

Bijlage 1: Dienst en tarief behorende bij de Legesverordening natuur Zuid-Holland 2023 (Tarieventabel)

Categorie Dienst Tarief/legesbedrag

  • 1.

    Een vergunning van gedeputeerde staten als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, onder e en g, van de Omgevingswet, met uitzondering van de gevallen, bedoeld in artikel 8.74j, eerste lid, onder b, en artikel 8.74k, eerste lid, onderdeel b, onder 4, van het Besluit kwaliteit leefomgeving die gericht zijn op het toelaten van onderzoek: € 1.800,--.

  • 2.

    Een bestuurlijk oordeel van Gedeputeerde Staten of er wel of geen vergunning nodig is: € 1.800,--.

  • 3.

    Een toets van een plan, project of activiteit aan hoofdstuk 11 van het Besluit activiteiten leefomgeving door gedeputeerde staten, niet zijnde een aanvraag om vergunning of bestuurlijk oordeel: € 1.800,--.

  • 4.

    Een besluit van gedeputeerde staten als bedoeld in artikel 9.3 van het Omgevingsbesluit voor een tegemoetkoming in geleden schade aangericht door natuurlijk in het wild levende beschermde dieren: € 300,--.