Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

Geldend van 18-07-2023 t/m 31-12-2023

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GILZE EN RIJEN;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2022;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid,

aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

b e s l u i t:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

(Legesverordening 2023)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • 1.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • 2.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • 3.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • 4.

    maand: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • 5.

    week: aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • 6.

    ideële instelling: een vereniging of stichting die als doel heeft ideële of maatschappelijke activiteiten te ontplooien zonder winstoogmerk.

Artikel 2 Waarvoor betaal je de belasting? Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van, door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

  • een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Wie betaalt de belasting? Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Wanneer betaal je geen belasting? Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • 1.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • 2.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • 3.

    bewijs van in leven zijn, ter verkrijging van enige uitkering ten laste van een openbaar lichaam; verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • 4.

    beschikkingen of afschriften van aanstelling, benoeming, bevordering enz. met betrekking tot enige gemeentelijke functie of dienstverrichting jegens de gemeente;

  • 5.

    het raadplegen van de bij de gemeente beschikbare informatie uit de Basisregistratie Kadaster door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie;

  • 6.

    diensten, door openbare besturen, ambtenaren of openbare instellingen in het openbaar belang verzocht, voor zover daarin niet reeds op andere plaatsen in deze verordening is voorzien;

  • 7.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor gebouwen ten behoeve van de publieke dienst van deze gemeente.

Artikel 5 Waarover en hoeveel belasting betaal je? Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Hoe brengen we de belasting in rekening? Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Wanneer moet je betalen? Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 14 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 14 dagen na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

  • 3. In afwijking van artikel 4:90, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht, wordt in geval van contante betaling geen kwitantie afgegeven.

  • 4. Indien de leges, op het moment van het in behandeling nemen van een aanvraag om een dienst, niet tot het definitieve bedrag kunnen worden vastgesteld, kan een voorlopige vordering worden opgelegd tot ten hoogste het bedrag waarop de vordering vermoedelijk zal worden vastgesteld.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • 1.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • 2.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • a.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • b.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • c.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • d.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • e.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De "Legesverordening 2022", vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 20 december 2021, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid, genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 3. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

  • 5. Deze verordening wordt aangehaald als "Legesverordening 2023".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 19 december 2022.

DE RAAD VOORNOEMD,

de griffier,

de voorzitter,

Bijlage 1: Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2023

Titel-hoofdstuk

Toelichting 2023

Tarief 2023

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2023

 
 

Titel 1 Algemene dienstverlening

 

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

 
 

2023

1.1.1

Het tarief bedraagt voor

 

a. de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap

b. het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk

c. het herbevestigen van een huwelijk,

indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte, op:

1.1.1.1

maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot 17.00 uur

€ 301,75

1.1.1.2

maandag tot en met vrijdag voor 9.00 uur en na 17.00 uur

€ 789,40

1.1.1.3

zaterdag, zondag en feestdagen

€ 789,40

1.1.1.4

In geval sprake is van annulering dan wel verzetten van een voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap, het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk of het herbevestigen van een huwelijk dan bedraagt het tarief:

 

1.1.1.4.1

tussen 4 weken en een half jaar voor de vastgelegde datum

€ 66,00

1.1.1.4.2

vanaf 4 weken en minder voor de vastgelegde datum

€ 132,10

 

 

1.1.2

In afwijking van het bepaalde onder 1.1.1. is huwelijksvoltrekking of registratie van partnerschap op maandag om 9.00 uur en 9.15 uur in een door de gemeente hiertoe aangewezen trouwruimte

gratis

 

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een administratief huwelijk in een door de gemeente aangewezen trouwruimte

€ 132,10

 

 

1.1.4

Op een zelf gekozen locatie binnen de gemeente, anders dan die bedoeld onder 1.1.1. wordt het van toepassing zijnde tarief vermeerderd met

€ 132,10

 

 

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapsboekje in een lederen uitvoering

€ 44,25

 

 

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag:

€ 66,00

 

 

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige:

€ 25,35

 

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

 
 

 

1.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag

 

1.2.1

van een nationaal paspoort:

 

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,79

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,83

 

 

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in subonderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

 

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,79

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,83

 

 

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,79

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,83

 

 

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 58,83

 

 

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 70,31

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 37,95

 

 

1.2.6

van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

€ 34,26

 

 

1.2.7

voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:

€ 52,96

 

 

1.2.8

voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.6 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.7 genoemde bedragen:

€ 16,70

 

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

 
 

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 48,15

 

 

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt:

 

1.3.2.1

bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

1.3.2.2

bij een aanvraag in verband met [beschadiging of] vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met

€ 31,05

 

 

1.3.3

De verhogingen genoemd in onderdeel 1.3.2 zijn in voorkomend geval cumulatief verschuldigd.

 
 

 

1.3.4

in geval van thuisbezorging vermeerderd met

€ 16,70

 

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

 
 

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 
 

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 7,95

 

 

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in basisregistratie personen.

 
 

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 7,95

 

 

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 7,95

 

 

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan te besteden kwartier

€ 18,40

1.4.6.1

Het op grond van subonderdeel 1.4.6 verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het verstrekken van één persoonslijst dan wel tot het verstrekken van een opgave van derden aan wie gegevens uit de persoonsregistratie, de aanvrager betreffende, zijn verstrekt

€ 18,40

 

 

1.4.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het digitaal verstrekken van gegevens, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 18,40

1.4.8.1

Het op grond van subonderdeel 1.4.8 verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 
 

 

Hoofdstuk 5 Vervallen

 
 

 

Hoofdstuk 6 Vervallen

 
 

 

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

 
 

 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in subonderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 0,80

1.8.1.2

in formaat A3, per bladzijde

€ 1,10

1.8.1.3

in formaat A2 of groter, per bladzijde

€ 16,50

 

 

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object

€ 19,05

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 19,05

1.8.2.3

een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet

€ 19,05

1.8.2.4

het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed

€ 19,05

 

 

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

 

1.8.3.1

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres

€ 19,05

1.8.3.2

het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie

€ 19,05

1.8.3.3

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat

€ 19,05

 

 

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

 
 

 

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.9.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35

1.9.2

tot het legaliseren van een handtekening

€ 8,05

1.9.3

tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn

€ 15,70

1.9.4

tot het verstrekken van een bewijs van Nederlanderschap

€ 8,05

 

 

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

 
 

 

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 19,05

 

 

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 
 

 

1.10.3

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.10.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 
 

 

1.10.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het digitaal verstrekken van gegevens, voor ieder daaraan besteed kwartier:

€ 19,05

 

 

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 2014 niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

 
 

 

1.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 98,65

1.12.1.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 65,80

 

 

1.12.2

Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. [Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.]

 
 

 

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 14 Vervallen

 
 

 

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet vervallen

 
 

 

Hoofdstuk 16 Kansspelen

 
 

 

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

 

 

1.16.2

De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

 
 

 

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 30,30

 

 

1.16.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 242,30

 

 

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

 
 

 

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor de aanleg, instandhouding of opruiming van kabels en leidingen, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI):

 

1.17.1.1

indien het betreft tracés tot 250m1

€ 422,40

1.17.1.2

indien het betreft tracés vanaf 250m1 tot 1.500m1

€ 476,05

1.17.1.3

indien het betreft tracés vanaf 1.500m1 tot 5.000m1

€ 544,85

1.17.1.4

indien het betreft tracés vanaf 5.000m1, per m1 tracé

€ 0,12

 

 

1.17.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden voor tracés tot 25m1:

€ 54,85

 

 

1.17.3

Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de beheerder van het netwerk en/of andere netbeheerders of belanghebbenden, wordt het in 1.17.1 genoemde tarief per overleg vermeerderd met:

€ 367,20

 

 

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

 
 

 

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.18.1

niet van toepassing

 

1.18.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 31,90

1.18.3

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 31,90

 

vermeerderd met de kosten voor het inwinnen van medisch advies bij de GGD

€ 120,00

1.18.4

tot het verstrekken van een duplicaat gehandicaptenparkeerkaart

€ 31,90

1.18.5

van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats (op kenteken)

€ 96,00

 

vermeerderd met de kosten voor de aanleg van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats (op kenteken)

€ 200,00

1.18.6

voor het vervangen van het kentekenbord bij een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats (op kenteken)

€ 32,60

 

 

Hoofdstuk 19 Diversen

 
 

 

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.19.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 1,80 met een minimum van € 16,50

1.19.1.2

afschriften, doorslagen, fotokopieën of scans van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.19.1.2.1

per pagina op A4-formaat of kleiner

€ 0,45

1.19.1.2.2

per pagina op A3-formaat

€ 0,75

1.19.1.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in subonderdelen 1.19.2.1 en 1.19.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.19.1.3.1

per kaart, tekening of lichtdruk van A4 of A3-formaat

€ 4,85

1.19.1.3.2

per kaart, tekening of lichtdruk van A2-formaat of groter

€ 16,50

1.19.1.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 32,85

1.19.1.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 6,55 met een minimum van € 32,85

1.19.1.6

milieu-informatie op grond van het Verdrag van Aarhus, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 19,05

1.19.1.7

een verklaring op grond van artikel 56, lid f van de Pachtwet

€ 16,50

1.19.1.8

een uittreksel uit het register op grond van artikel 46 Wet Kinderopvang

€ 16,50

 

 

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het digitaal verstrekken van gegevens, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 19,05

 

 

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

 
 

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 
 

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 
 

1. kosten als bepaald aan de hand van de digitale bouwkostenberekeningsmodule van het Nederlands Bouwkosteninstituut. Bij de berekening wordt uitgegaan van het prijsniveau op de datum van aanvraag. Is deze module niet beschikbaar, dan worden de berekende bouwkosten aan de hand van het op de datum van aanvraag meest recente boekwerk ‘Basisbedragen gebouwen’, van het Nederlands Bouwinstituut (NBI), uitgever Moors Bouw Calculatie Prijzen gehanteerd. Het boekwerk is een bijlage bij deze tarieventabel en ligt ter inzage op het gemeentehuis.

2. indien het bouwwerk/de bouwwerken niet in het boekwerk of de module staat(n) vermeld, worden de bouwkosten ambtshalve vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met wat de bouwkosten zouden zijn voor zo goed mogelijk vergelijkbare werken volgens lid 1.

3. Indien het bedrag niet op basis van het 1e en 2e lid bepaald kan worden: Het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.

 

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 
 

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 
 

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 
 

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

 
 

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

2.2.1

tot het houden van vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project (voor de activiteit bouwen en/of handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening) binnen een bestemmingsplan past en/of voldoet aan redelijke eisen van welstand, en zodoende in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 197,45

2.2.1.1

Indien uit het vooroverleg als bedoeld in onderdeel 2.2.1 blijkt, dat geen omgevingsvergunning nodig is, worden aan de aanvrager geen leges in rekening gebracht.

 
 

 

2.2.2

tot het nemen van een principebesluit door het college van burgemeester en wethouders op een verzoek tot bouwen en/of gebruik dat afwijkt van het bestemmingsplan

€ 889,50

 

 

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

 
 

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 
 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 19.000 bedragen:

2,82%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 188,70

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 19.000 of meer bedragen maar minder dan € 500.000:

€ 535,80

vermeerderd met

2,36%

 

van het bedrag waarmee de bouwkosten € 19.000 te boven gaan;

 

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 500.000 of meer bedragen:

€ 11.887,40

vermeerderd met

2,36%

 

van het bedrag waarmee de bouwkosten € 500.000 te boven gaan.

 

2.3.1.1.4

Indien, ingeval van een digitaal ingediende aanvraag van de vergunning als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1, bij of na verlening van deze vergunning om de verstrekking van een papieren exemplaar wordt verzocht, wordt het tarief vermeerderd met:

€ 65,80

 

 
 

Extra welstandstoets

 

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

€ 240,15

 

 
 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 890,00

 

 
 

Achteraf ingediende aanvraag

 

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 en onderdeel 2.3.3

10 % met een minimum van € 205,10 en een maximum van € 1.106,10

bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel, respectievelijk onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

 

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

 
 

 
 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

2.3.1.5

Niet van toepassing

 
 

 
 

Toets Verordening ruimte

 

2.3.1.6

Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een toets op grond van de Verordening ruimte (Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij) noodzakelijk is:

€ 1.703,65

 

 
 

Aanlegactiviteiten

 

2.3.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 197,45

2.3.2.1

Indien deze activiteit ook betrekking heeft op de activiteit kappen en deze activiteiten worden gelijktijdig aangevraagd, wordt alleen het tarief voor de activiteit kappen als bedoeld in artikel 2.3.10 in rekening gebracht

 
 
 
 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

 
 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 266,85

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 425,90

2.3.3.2.a

Indien zowel artikel 2.3.3.1. als artikel 2.3.3.2 moet worden toegepast worden uisluitend de leges als bedoeld in artikel 2.3.3.2 in rekening gebracht.

 

2.3.3.2.b

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking) voor het mogelijk maken van een functiewijziging van een bestaand pand tot maximaal 9 woningen: het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking = projectafwijkingsbesluit):

 

het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 
 

Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen van de aanvraag, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Milieu effect rapportage

 

2.3.3.3.a

Indien het voor het vaststellen van de buitenplanse afwijking noodzakelijk is om een milieu effect rapportage procedure te doorlopen, wordt de som van het bedrag in onderdeel 2.3.3.3 vermeerderd met 10% met een minumum van € 5.000,00.

 
 

Onderdeel 2.3.3.3.a blijft buiten toepassing indien de kosten als bedoeld in artikel 6.2.4 sub h Besluit ruimtelijke ordening zijn opgenomen in een door de aanvrager gesloten exploitatieovereenkomst of bij een vastgesteld exploitatieplan.

 

2.3.3.4

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 658,20

2.3.3.5

Niet van toepassing

 

2.3.3.6

Niet van toepassing

 

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 658,20

 

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 
 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 266,85

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 425,90

2.3.4.2.a

Indien zowel artikel 2.3.3.1. als artikel 2.3.3.2 moet worden toegepast worden uisluitend de leges als bedoeld in artikel 2.3.3.2 in rekening gebracht.

 

2.3.4.2.b

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking) voor het mogelijk maken van een functiewijziging van een bestaand pand tot maximaal 9 woningen: het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking = projectafwijkingsbesluit):

 

het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Milieu effect rapportage

 

2.3.4.3.a

Indien het voor het vaststellen van de buitenplanse afwijking noodzakelijk is om een milieu effect rapportage procedure te doorlopen, wordt de som van het bedrag in onderdeel 2.3.4.3 vermeerderd met 10% met een minumum van € 5.000,00.

 
 

Onderdeel 2.3.4.3.a blijft buiten toepassing indien de kosten als bedoeld in artikel 6.2.4 sub h Besluit ruimtelijke ordening zijn opgenomen in een door de aanvrager gesloten exploitatieovereenkomst of bij een vastgesteld exploitatieplan.

 

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 658,20

2.3.4.5

Niet van toepassing

 

2.3.4.6

Niet van toepassing

 

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 658,20

 

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.3.5.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten bij een bruto vloeroppervlakte van:

 

2.3.5.1.1

minder dan 100 m²

€ 631,05

2.3.5.1.2

100 m² tot 1.000 m²

€ 1.030,75

2.3.5.1.3

1.000 m² tot 2.000 m²

€ 1.562,40

2.3.5.1.4

2.000 m² of meer, het tarief zoals genoemd in subonderdeel 2.3.5.1.3 voor elke 500 m² of gedeelte daarvan, tot een maximaal vloeroppervlak van 20.000 m², vermeerderd met

€ 164,30

2.3.5.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een tijdelijke omgevingsvergunning ten behoeve van een evenement betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 63,85

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens gemeentelijke verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument

€ 329,65

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht

€ 329,65

2.3.6.2

Niet van toepassing

 
 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten

 
 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 197,45

 

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

 
 

Niet van toepassing

 
 

 

2.3.9

Uitweg/inrit

 
 

Niet van toepassing

 
 

 

2.3.10

Kappen

 
 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 131,85

 

 

2.3.11

Opslag van roerende zaken

 
 

Niet van toepassing

 
 

 

2.3.12

Natura 2000-activiteiten

 
 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 262,65

 

 

2.3.13

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

 
 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 262,65

 

 

2.3.14

Andere activiteiten

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien voor een aanvraag om een omgevingsvergunning in het kader van veehouderij en gezondheid een advies moet worden gevraagd aan de GGD:

€ 1.548,80

 

 

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

 
 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase:

 

het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase:

 

het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 131,85

2.3.16.2

Het tarief bedraagt voor archeologisch(voor)onderzoek voor het:

 

2.3.16.2.1

adviseren, begeleiden en overleggen, namens het bevoegd gezag, van/met derden, particulieren, projectontwikkelaars ten aanzien van de archeologische monumentenzorg in het kader van ruimtelijke ordeningsprocessen en omgevingsvergunningtrajecten, per daaraan besteed half uur

€ 65,80

2.3.16.2.2

beoordelen, namens het bevoegd gezag, van aangeleverde Plannen van Aanpak inzake archeologisch (voor)onderzoek

€ 329,10

2.3.16.2.3

beoordelen, namens het bevoegd gezag, van aangeleverde Programma’s van Eisen inzake archeologisch (voor)onderzoek, overeenkomstig de vigerende Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie

€ 921,40

2.3.16.2.4

beoordelen, namens het bevoegd gezag, van een archeologische paragraaf in het kader van ruimtelijke ordeningsprocessen

€ 394,85

2.3.16.2.5

beoordelen, namens het bevoegd gezag, van evaluatieverslagen die voortvloeien uit archeologisch (voor)onderzoek

€ 394,85

2.3.16.2.6

beoordelen, namens het bevoegd gezag, van rapportages die voortvloeien uit archeologisch (voor)onderzoek

€ 789,80

2.3.16.2.7

beoordelen, namens het bevoegd gezag, per herziene versie van plan van aanpak, programma's van eisen, archeologische paragraaf, evaluatieverslagen en rapportages in het kader van of voortvloeiend uit archeologisch (voor)onderzoek

€ 278,00

 

 

2.3.17

Advies

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning:

€ 263,75

2.3.17.2

Niet van toepassing

 
 

 

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.18.1.1

Indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 263,75

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 394,85

2.3.18.1.3.

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven ingevolge de Wet Natuurbescherming:

 
 

advies met instemming

€ 5.124,00

 

aanvraag Soortenbescherming burgers

€ 2.220,00

 

aanvraag Soortenbescherming infrastructureel en gebiedsgericht

€ 7.902,00

 

aanvraag Soortenbescherming overig

€ 5.459,00

 

 

2.3.19

Persoonsgebonden beschikking

 

2.3.19.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een persoonsgebonden beschikking:

€ 460,45

 

 

Hoofdstuk 4 Vermindering

 
 

 

2.4.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 
 

 

2.4.2

Niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

 
 

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, kap- of sloopactiviteiten

 
 

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project, dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, kap- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, 2.3.10, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

30%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.1.3

Niet van toepassing

 

2.5.1.4

Voor een aanvraag om omgevingsvergunning die wordt ingetroken op initiatief van het bevoegd gezag, omdat de aanvraag niet tot een vergunning kan leiden, worden geen leges in rekening gebracht.

 
 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, kap- of sloopactiviteiten

 

2.5.2.1

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project, dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, kap- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, 2.3.10, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

30%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 
 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, kap- of sloopactiviteiten

 
 

Niet van toepassing

 
 

 

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

 
 

Een bedrag minder dan:

€ 197,45

 

wordt niet teruggegeven.

 
 

 

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 
 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.3, 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

 
 

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

 
 

 

2.6

Niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 
 

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 197,45

 

 

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 
 

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

Hoofdstuk 9 Vervallen

 
 

 

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

 
 

 

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

2.10.1

tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking;

€ 197,45

2.10.2

Niet van toepassing;

 

2.10.3

tot het verkrijgen van een ontheffing voor hogere grenswaarden in het kader van de Wet geluidhinder.

€ 658,20

 

 

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

 
 

 

Hoofdstuk 1 Horeca

 
 

 

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

3.1.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet

€ 134,05

3.1.2

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 134,05

3.1.3

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, vijfde lid van de Algemene plaatselijke verordening

€ 95,85

3.1.4

Niet van toepassing

 

3.1.5

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

€ 72,55

3.1.6

een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet

€ 72,55

3.1.7

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

€ 13,25

 

 

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

 
 

 

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning)

€ 13,25

 

 

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt:

 

3.2.2.1

als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 73,55

3.2.2.1

als bedoeld in artikel 5.23 van de Algemene plaatselijke verordening, indien aangevraagd door een ideële instelling

€ 26,65

3.2.3

Niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven

 
 

 

3.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.3.1.1

tot het verlenen of verlengen van een vergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening:

 

3.3.1.1.1

voor een escortbedrijf

€ 779,10

3.3.1.1.2

voor andere prostitutiebedrijven dan bedoeld in subonderdeel 3.3.1.1.1

€ 779,10

3.3.1.1.3

voor andere seksbedrijven dan bedoeld in de subonderdelen 3.3.1.1.1 en 3.3.1.1.2

€ 779,10

3.3.1.2

tot het wijzigen van een in subonderdeel 3.3.1.1 bedoelde vergunning in verband met een wijziging van:

 

3.3.1.2.1

de exploitant aan wie de vergunning is verleend

€ 779,10

3.3.1.2.2

de op de vergunning vermelde of te vermelden beheerder of beheerders

€ 779,10

 

 

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014 niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 5 Marktstandplaatsen

 
 

 

3.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een standplaatsvergunning, als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening:

 

3.5.1.1

voor een jaar of een gedeelte daarvan, maar langer dan een maand

€ 191,05

3.5.1.2

voor een maand of een gedeelte daarvan,maar langer dan een week

€ 127,40

3.5.1.3

voor een week of een gedeelte daarvan, maar langer dan een dag

€ 97,00

3.5.1.4

of een gedeelte daarvan

€ 63,60

3.5.1.5

Niet van toepassing

 

3.5.1.6

Niet van toepassing

 

3.5.1.7

Niet van toepassing

 

3.5.1.8

Niet van toepassing

 

3.5.1.9

Niet van toepassing

 

3.5.1.10

Niet van toepassing

 

3.5.2

Niet van toepassing

 

3.5.3

Niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet niet van toepassing

 
 

 

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 
 

 

3.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.7.1.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4.6 van de Algemene plaatselijke verordening (geluidhinder):

 

3.7.1.1.1

voor een dag

€ 17,65

3.7.1.1.2

voor een jaar

€ 71,50

3.7.1.2

tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking

€ 77,55

3.7.1.3

tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:40c van de Algemene plaatselijke verordening (smartshop, headshop, growshop)

€ 782,20

 

 

Deze tarieventabel behoort bij de Legesverordening 2023,

 

vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 19 december 2022.

 
 

 

de griffier,