Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR689619
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR689619/1
Regeling vervallen per 01-01-2024
Verordening op de heffing en de invordering van leges Schouwen-Duiveland 2023
Geldend van 01-01-2023 t/m 31-12-2023
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges Schouwen-Duiveland 2023De raad van de gemeente Schouwen-Duiveland;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2022;
gelet op artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onder h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2 tweede lid en 7 van de Paspoortwet;
besluit:
Vast te stellen de:
Verordening op de heffing en de invordering van leges Schouwen-Duiveland 2023
Artikel 1. Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
A. ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
B. ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
C. ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand; met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is.
D. ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
E. 'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2. Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3. Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4. Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
A. Het raadplegen van de bij de gemeente berustende registers, plankaarten en microfiches van de kadastrale registratie en de openbare registers door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie;
B. Het afgeven van een verklaring omtrent inkomen en vermogen;
C. Het verstrekken van vergunningen voor het houden van openbare geldinzamelingen
D. Vervallen
E. Diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
F. Diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend
G. Het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een tijdelijke vergunning
inzake de uitbreiding van een bestaande terrasvergunning als gevolg van de maatregelen die
zijn en worden genomen als gevolg van COVID-19.
H. Het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning horende bij de activiteiten genoemd in artikel 2.3.3.1 van de tarieventabel, waarbij een bestaand en vergund terras zodanig wordt ingericht dat het gebruikt kan worden als een winterterras.
I. Het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning horende bij de activiteiten genoemd in artikel 2.3.3.4 van de tarieventabel, waarbij een mini-camping gebruik wil maken van de mogelijkheden zoals geboden in de pilot winterkamperen op mini-campings 2023.
Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven
A. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabellen.
B. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
C. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis-en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis-en herstelwet.
Artikel 6. Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7. Termijnen van betaling
A. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
1. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
2. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
3. langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;
4. langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van de kennisgeving.
B. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8. Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9. Vermindering of teruggaaf
1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening
behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.
2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.
Artikel 10. Overgangsbepaling
1. De “Legesverordening Schouwen-Duiveland 2022” van 23 december 2021 alsmede de verordening tot eerst wijziging van de legesverordening van 21 februari 2019 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 11. Inwerkingtreding
1. De verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023
Artikel 12. Citeertitel
De verordening wordt aangehaald als “Legesverordening Schouwen-Duiveland 2023”.
Vastgesteld door de raad van de gemeente Schouwen-Duiveland in zijn openbare vergadering van 22 december 2022.
P.M.W. Goossens-Smits |
J. Chr. van der Hoek |
griffier |
voorzitter |
Tarieventabel leges |
||||
Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2023 |
||||
tarief 2023 |
Tarief 2022 |
|||
Titel 1 |
Algemene dienstverlening |
|||
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand |
||||
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op: |
|||
1.1.1.1 |
maandag- en woensdagochtend om 09:00 |
€ - |
€ - |
|
1.1.1.1.1 |
Woensdagmorgen vanaf 09.30 uur voor een sobere huwelijksvoltrekking en/of partnerschapsregistratie in het gemeentehuis. Voor deze sobere ceremonie wordt 15 minuten uitgetrokken. Het tarief dat in rekening wordt gebracht bedraagt: |
€ 235,00 |
€ 225,00 |
|
1.1.1.2 |
overige dagdelen tijdens de in het Reglement burgerlijke stand gemeente Schouwen-Duiveland 2018 genoemde uren |
€ 498,00 |
€ 475,00 |
|
1.1.1.3 |
op zaterdag of op een tijd buiten de uren, waarop het bureau van de burgerlijke stand voor het publiek is geopend |
€ 650,00 |
€ 750,00 |
|
1.1.1.4 |
Vervallen |
|||
1.1.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een gereserveerde datum voor de huwelijksvoltrekking, registratie van het partnerschap of omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk te annuleren. |
€ 81,50 |
€ 77,90 |
|
1.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op: |
|||
1.1.2.1 |
maandag- en woensdagochtend om 09:00 uur |
€ - |
||
1.1.2.2 |
overige dagdelen tijdens de in het Reglement burgerlijke stand gemeente Schouwen-Duiveland 2018 genoemde uren |
€ 498,00 |
€ 475,00 |
|
1.1.2.3. |
op zaterdag of op een tijdstip, buiten de uren waarop het bureau van de burgerlijke stand voor het publiek is geopend |
€ 650,00 |
€ 750,00 |
|
1.1.2.4 |
Vervallen |
|||
1.1.3 |
Vervallen |
|||
1.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
|||
1.1.4.1 |
een trouwboekje, partnerschap boekje of een duplicaat van een van deze in een normale uitvoering |
€ 38,00 |
€ 36,30 |
|
1.1.5. |
Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van getuigen voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap: |
€ 95,00 |
€ 90,80 |
|
1.1.6 |
Vervallen |
|||
1.1.7. |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
|||
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten |
||||
1.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.2.1.1 |
tot het verstrekken van een nationaal paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
||||
1.2.1.2 |
tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort) voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
||||
1.2.1.3 |
tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
||||
1.2.1.4 |
voor de reisdocumenten voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
1.2.1.5 |
Vervallen |
|||
1.2.1.6 |
tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
1.2.1.7 |
tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
1.2.1.8 |
van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
1.2.2 |
Voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.4 alsmede in 1.2.1.3 en 1.2.1.8. zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
Hoofdstuk 3Rijbewijzen |
||||
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
1.3.2 |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald (0,05 naar beneden afgerond). |
|||
1.3.3. |
Bij het niet overleggen van het origineel rijbewijs of na vermissing wordt extra in rekening gebracht: het bedrag. |
€ 15,50 |
€ 14,80 |
|
Hoofdstuk 4Verstrekkingen in het kader van de Basisregistratie Personen |
||||
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de Basisregistratie Personen moet worden geraadpleegd. |
|||
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.4.2.1 |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
€ 15,70 |
€ 14,30 |
|
1.4.3 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de Basisregistratie Personen, voor ieder daaraan te besteden kwartier |
€ 15,70 |
€ 14,30 |
|
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken: |
|||
1.4.4.1 |
van een afschrift uit de Basisregistratie Personen en tot het verkrijgen van een bewijs van het in leven zijn |
€ 15,70 |
€ 14,30 |
|
1.4.4.2 |
voor een afschrift uit de pandenregistratie, per gezin |
€ 15,70 |
€ 14,30 |
|
1.4.4.3 |
voor het verstrekken van een persoonslijst (BRP) |
€ 21,75 |
€ 20,75 |
|
1.4.4.4 |
voor het verstrekken van een (leeftijdsopbouw)statistiek of andere overzichten aangaande de bevolking |
€ 21,75 |
€ 20,75 |
|
1.4.4.5 |
voor het verstrekken van een verklaring van Nederlanderschap |
€ 15,70 |
€ 14,30 |
|
1.4.4.6 |
Tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon-en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012(PbEU 2016, L 200) |
€ 15,70 |
€ 14,30 |
|
Hoofdstuk 5 |
Naturalisatie |
|||
Vervallen |
||||
Hoofdstuk 6 |
Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens |
|||
Vervallen |
||||
Hoofdstuk 7 |
Bestuursstukken |
|||
1.7.1 |
Vervallen |
|||
1.7.2 |
Vervallen |
|||
1.7.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|||
1.7.3.1 |
een afschrift van een gemeentelijke verordening, per pagina |
€ 0,25 |
€ 0,25 |
|
1.7.3.2 |
Voor het tarief genoemd in onderdeel 1.7.3.1. geldt een maximum per verordening van |
€ 39,45 |
€ 37,65 |
|
Hoofdstuk 8Vastgoedinformatie |
||||
1.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.8.1.1 |
tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan: |
|||
1.8.1.1.1 |
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
€ 0,25 |
€ 0,25 |
|
1.8.1.1.2 |
in formaat A3, per bladzijde |
€ 0,45 |
€ 0,45 |
|
1.8.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het aanvragen van inlichtingen omtrent bestemmingsplangegevens, per verstrekking per onroerend object |
€ 14,65 |
€ 14,00 |
|
tenzij deze gegevens worden gevraagd voor het indienen van een aanvraag bij de gemeente |
||||
1.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: |
|||
1.8.2.1 |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen per adres of object |
€ 49,90 |
€ 47,60 |
|
1.8.2.2 |
een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet |
€ 44,70 |
€ 42,65 |
|
1.8.2.3 |
het gemeentelijke erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed |
€ 44,70 |
€ 42,65 |
|
1.8.2.4 |
het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet |
vervallen |
Vervallen |
|
1.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van: |
|||
1.8.3.1 |
het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan |
€ 49,90 |
€ 47,60 |
|
1.8.3.2 |
het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan |
€ 49,90 |
€ 47,60 |
|
1.8.3.3 |
het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan |
€ 49,90 |
€ 47,60 |
|
1.8.4 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.8.4.1 |
tot het verstrekken van analoge GBKN informatie op kaart/plot (A2-A0 formaat) |
€ 49,90 |
€ 47,60 |
|
1.8.4.2 |
tot het verstrekken van digitale GBKN informatie op diskette |
€ 86,05 |
€ 82,10 |
|
1.8.4.3 |
tot het verstrekken van digitale GBKN informatie op CD-ROM |
€ 99,15 |
€ 94,60 |
|
1.8.4.4 |
tot het verstrekken van digitale GBKN informatie per e-mail |
€ 86,05 |
€ 82,10 |
|
1.8.4.5 |
tot het verstrekken van analoge GBKN informatie op A3-A4 formaat |
€ 13,25 |
€ 12,65 |
|
1.8.5 |
Het tarief bedraagt terzake van het verstrekken van gegevens van het kadasternetwerk: |
|||
1.8.5.1 |
kadastrale kaart op A4-formaat |
€ 13,05 |
€ 12,45 |
|
1.8.5.2 |
hypotheekgegevens per object |
€ 13,05 |
€ 12,45 |
|
1.8.5.3 |
objectraadpleging (uitgebreid of verkort) per ingezien object |
€ 13,05 |
€ 12,45 |
|
1.8.6 |
Inlichtingen bestemmingsplangegevens / publiekrechtelijke beperkingen |
|||
1.8.6 |
Het tarief bedraagt voor het aanvragen van inlichtingen omtrent bestemmingsplangegevens, per verstrekking per onroerend object |
€ 14,45 |
€ 13,80 |
|
|
tenzij deze gegevens worden gevraagd voor het indienen van een aanvraag bij de gemeente |
|||
|
||||
Hoofdstuk 8aMilieu |
||||
1.8a.1 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
|||
1.8a.1.1 |
voor het op verzoek verstrekken van informatie over de aanwezigheid van bodemverontreiniging en/of ondergrondse tanks, per locatie |
€ 44,70 |
€ 42,65 |
|
1.8a.1.2 |
voor het op verzoek verstrekken van data uit het bodeminformatiesysteem anders dan omschreven in 1.8a.1.1 of het beoordelen van onderzoeksrapporten anders dan in het kader van de indiening van een aanvraag van een omgevingsvergunning, voor elk besteed uur of gedeelte daarvan |
€ 99,90 |
€ 95,30 |
|
1.8a.1.3 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor ontheffing van gebruik van knalapparatuur |
€ 128,10 |
€ 122,20 |
|
Hoofdstuk 9Overige publiekszaken |
||||
1.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.9.1 |
Tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald |
|||
1.9.2 |
vervallen |
|||
1.9.3 |
tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening |
€ 15,70 |
€ 14,30 |
|
1.9.4 |
tot het verkrijgen van gegevens uit geautomatiseerde bestanden per kwartier of gedeelte daarvan |
€ 22,00 |
€ 21,00 |
|
Hoofdstuk 10Gemeentearchief vervallen |
||||
Hoofdstuk 11Huisvestingswet |
||||
1.11 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.11.1 |
Tot het verkrijgen van een vergunning tot onttrekking als bedoeld in artikel 2.1.3, onderdelen a en b van de Huisvestigingsverordening gemeente Schouwen-Duiveland 2019-2022 |
€ 131,10 |
€ 125,10 |
|
1.11.2 |
Tot het verkrijgen van een vergunning tot woningvorming als bedoeld in artikel 2.2.3, onderdelen a en b van de Huisvestigingsverordening gemeente Schouwen-Duiveland 2019-2022 |
€ 262,60 |
€ 250,50 |
|
1.11.3 |
Tot het verkrijgen van een vergunning tot splitsing als bedoeld in artikel 2.3.3, onderdelen a en b, van de Huisvestigingsverordening Schouwen-Duiveland 2019-2022 |
€ 262,60 |
€ 250,50 |
|
1.11.4 |
tot het verlenen van een vergunning of ontheffing om woonruimte voor toeristische verhuur in gebruik te geven als bedoeld in artikel 23c, eerste en tweede lid, van de Huisvestingswet 2014 |
€ 262,60 |
€ 250,50 |
|
Hoofdstuk 12Leegstandwet |
||||
1.12 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.12.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
€ 131,10 |
€ 125,10 |
|
1.12.2 |
tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet |
€ 131,10 |
€ 125,10 |
|
Hoofdstuk 13Gemeentegarantie |
||||
1.13 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.13.1 |
tot het verkrijgen van een gemeentegarantie |
€ 65,75 |
€ 62,75 |
|
1.13.2 |
vervallen |
|||
Hoofdstuk 14Marktstandplaatsen |
||||
1.14 |
Gereserveerd |
|||
Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet |
vervallen |
|||
Hoofdstuk 16 Wet op de Kansspelen |
||||
1.16.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
|||
1.16.1.1 |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat |
€ 56,50 |
€ 56,50 |
|
1.16.1.2 |
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten € 22,50 vermeerderd met het product van het aantal kansspelautomaten waarvoor de vergunning geldt, en een bedrag van ten hoogste € 34,00 volgens het onderstaande schema: |
|||
Aantal kansspelautomaten: |
||||
één |
€ 56,50 |
€ 56,50 |
||
twee |
€ 90,50 |
€ 90,50 |
||
drie |
€ 124,50 |
€ 124,50 |
||
vier |
€ 158,50 |
€ 158,50 |
||
vijf |
€ 192,50 |
€ 192,50 |
||
1.16.1.3 |
het eerste lid is van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan 12 maanden of langer dan 12 maanden doch ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de in het eerste lid bedoelde maximumbedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden |
|||
1.16.1.4 |
het eerste lid is van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, met dien verstande dat voor toepassing van onderdeel 1.16.1.1 in plaats van € 56,50 een bedrag van € 226,50 geldt en voor toepassing van onderdeel 1.16.1.2 in plaats van € 22,50 een bedrag van € 90,50 geldt en in plaats van € 34,00 een bedrag van € 136,00 geldt. |
|||
1.16.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ 42,40 |
€ 42,40 |
|
1.16.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor exploitatie van een speelautomatenhal ingevolge artikel 2, lid 1 van de Verordening speelautomaten gemeente Schouwen-Duiveland. |
€ 325,30 |
€ 325,30 |
|
Hoofdstuk 17Kinderopvang |
||||
vervallen |
||||
Hoofdstuk 18Algemene Verordening Ondergrondse infrastructuren AVOI |
||||
1.18.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding of een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit of een vergunning voor het leggen, in stand houden, onderhouden, verleggen of verwijderen van kabels en leidingen als bedoeld in artikel 4, eerste lid van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren – AVOI € 403, - en per extra strekkende meter bodemsleuf voor bodemsleuven van 25 meter of meer € 1,30. |
|||
Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer |
||||
1.19 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
1.19.1 |
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
€ 34,65 |
€ 33,05 |
|
in afwijking van het voorgaande wordt bij een ontheffing op basis van artikel 87 Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, afgegeven voor een periode van maximaal zeven aaneengesloten dagen, inclusief het weekend, een bedrag in rekening gebracht van |
€ 8,10 |
€ 7,75 |
||
1.19.2 |
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen |
€ 18,35 |
€ 17,50 |
|
1.19.3 |
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), bij een standaard aanvraag (zonder keuring) |
€ 79,70 |
€ 76,05 |
|
1.19.3.1 |
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), bij een aanvraag met medische keuring |
€ 207,30 |
€ 197,80 |
|
1.19.4 |
tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5 van de Wet personenvervoer |
€ 23,25 |
€ 22,20 |
|
1.19.5 |
In afwijking van het bepaalde in artikel 1.19.1 worden bij huwelijken of partnerschapsregistraties voor de locatie voormalig stadhuis Meelstraat te Zierikzee, per gebeurtenis 3 gratis ontheffingen verstrekt van het parkeer- en inrijverbod |
|||
1.19.6 |
Het tarief voor het verkrijgen van een enkelvoudige ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen bedraagt |
€ 92,05 |
€ 87,80 |
|
1.19.7 |
Het tarief voor het verkrijgen van een meervoudige ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen bedraagt |
€ 275,90 |
€ 263,20 |
|
1.19.8 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om toestemming te verlenen voor het laden en lossen van vuurwerk als bedoeld in het Reglement Vervoer gevaarlijke stoffen: |
€ 90,40 |
€ 86,25 |
|
1.19.9 |
Het (eenmalig) tarief bedraagt voor de aanleg, het onderhoud en de verwijdering van een invalidenparkeerplaats op kenteken in totaal |
€ 374,50 |
€ 357,20 |
|
1.19.10 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot aanstelling van een verkeersregelaar |
€ 93,95 |
€ 89,60 |
|
Hoofdstuk 20Diversen |
||||
1.20.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|||
1.20.1.1 |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 3,40 |
€ 3,25 |
|
1.20.2.1 |
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|||
1.20.2.1.1 |
per pagina op papier van A4-formaat |
€ 0,25 |
€ 0,25 |
|
1.20.2.1.2 |
per pagina op papier van A3-formaat |
€ 0,50 |
€ 0,50 |
|
1.20.2.1.3 |
per pagina op papier groter dan A3-formaat |
€ 5,45 |
€ 5,20 |
|
1.20.2.1.4 |
per pagina op papier van A4-formaat in kleur |
€ 0,85 |
€ 0,85 |
|
1.20.2.1.5 |
per pagina op papier van A3-formaat in kleur |
€ 1,50 |
€ 1,45 |
|
1.20.3.1 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ 12,65 |
€ 12,10 |
|
1.20.4.1 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 2,30 |
€ 2,20 |
|
1.20.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, 3, 4 of 5 van de APV voor: |
|||
Een vergunning van burgemeester en wethouders voor het plaatsen van voorwerpen op de weg op grond van artikel 2:10 |
€ 23,45 |
€ 22,40 |
||
1.20.5.1 |
vervallen |
|||
1.20.5.2 |
een ontheffing van burgemeester en wethouders voor het plaatsen van winkeluitstallingen op grond van artikel 2:10 APV |
€ 137,30 |
€ 131,00 |
|
1.20.5.3 |
Vervallen |
|||
1.20.5.4 |
een schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders om op de weg of dat gedeelte van een onroerende zaak dat vanaf de weg zichtbaar is, te plakken en te kladden op grond van artikel 2:42 |
€ 23,45 |
€ 22,40 |
|
1.20.5.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in hoofdstuk 5 van de APV, voor: |
|||
1.20.5.5.1 |
een vergunning van burgemeester en wethouders voor een openbare inzameling van goederen op grond van artikel 5:13 |
€ 23,45 |
€ 22,40 |
|
1.20.5.5.2 |
een vergunning van burgemeester en wethouders om in de uitoefening van de handel te venten op grond van artikel 5:15: |
|
||
|
voor een dag |
vervallen |
vervallen |
|
|
voor een week |
vervallen |
vervallen |
|
|
voor een maand |
vervallen |
vervallen |
|
|
voor een jaar |
vervallen |
vervallen |
|
1.20.5.5.3 |
een vergunning van burgemeester en wethouders tot het innemen van een standplaats op grond van artikel 5:18: |
|||
voor een dag |
€ 137,40 |
€ 131,10 |
||
voor een week |
€ 207,70 |
€ 198,10 |
||
voor een maand |
€ 238,30 |
€ 227,30 |
||
voor een jaar |
€ 276,00 |
€ 263,30 |
||
voor een dag t.b.v. de verkoop van ongeregelde goederen (zoals vermeld in het evenementenbeleid) met maximaal 5 kramen |
€ 13,40 |
€ 12,80 |
||
Voor het verlengen dan wel wijzigen van een standplaatsvergunning bedraagt het tarief |
€ 63,90 |
€ 60,95 |
||
1.20.5.5.4 |
een ontheffing van burgemeester en wethouders om afvalstoffen te verbranden of anderszins vuur aan te leggen, te stoken of te hebben op grond van artikel 5:34 van de APV en op grond van het in artikel 5.34 van de APV gestelde verbod hiertoe (stookontheffing) |
€ 52,10 |
€ 49,70 |
|
1.20.5.5.5 |
een ontheffing van burgemeester en wethouders om een incidentele as verstrooiing te houden op grond van artikel 5:36, lid 3 stoken of te hebben op grond van artikel 5:34 |
vervallen |
vervallen |
|
1.20.5.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor overige in deze niet met name genoemde vergunningen of ontheffingen op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ 23,45 |
€ 22,40 |
|
1.20.5.7 |
Het tarief bedraagt voor het gelijktijdig in behandeling nemen van een of meerdere aanvragen voor een vergunning of ontheffing, al dan niet met name genoemd in deze tabel, ingediend door een charitatieve instelling die voorkomt op een door het college van burgemeester en wethouders vast te stellen limitatieve lijst (voor zover ingevolge deze tarieventabel niet reeds een lager tarief van toepassing is) |
€ 12,95 |
€ 12,35 |
Titel 2Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ |
|||
Omgevingsvergunning |
|||
Hoofdstuk 1Begripsomschrijvingen |
|||
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
||
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
||
[De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1 eerste lid van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1657), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen; |
|||
2.1.1.2 |
bouwkosten: |
||
[De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid van de Uniforme administratieve voor- waarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012,1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop een aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen; |
|||
2.1.1.3 |
vervallen |
||
2.1.1.4 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
||
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
||
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
||
Hoofdstuk 2Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag |
|||
2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is |
€ 100,00 |
€ 100,00 |
|
Hoofdstuk 3Omgevingsvergunning |
|||
2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
||
2.3.1 |
Bouwactiviteiten |
||
2.3.1.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief 2,60% van de bouwkosten exclusief BTW; het tarief heeft een minimumbedrag van |
€ 199,80 |
€ 190,60 |
2.3.2 |
Aanlegactiviteiten |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 199,80 |
€ 190,60 |
|
2.3.3 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen of tevens sprake is van een bouwactiviteit |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en geen of tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: |
|||
2.3.3.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º en/of 2º van de Wabo wordt toegepast (planologisch strijdig gebruik binnenplanse en kleine buitenplanse afwijking) |
€ 767,50 |
€ 732,00 |
2.3.3.2 |
samengevoegd |
||
2.3.3.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (planologisch strijdig gebruik buitenplanse afwijking): |
€ 3.843,00 |
€ 3.666,00 |
2.3.3.4 |
indien artikel 2.23, 2.23a, 2.23b of 2.24 van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) |
€ 767,50 |
€ 732,00 |
2.3.3.5 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b of onder d., van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan of voorbereidingsbesluit): |
€ 506,00 |
€ 482,70 |
2.3.3.6 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang of nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid of artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale of nationale regelgeving): |
€ 506,00 |
€ 482,70 |
2.3.3.7 |
samengevoegd met artikel 2.3.3.6 |
||
2.3.3.8 |
samengevoegd met artikel 2.3.3.5 |
||
2.3.4 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
||
samengevoegd met artikel 2.3.3 |
|||
2.3.5 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
2.3.5.1 |
indien bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf wordt verschaft aan meer dan 10 personen en/of indien dagverblijf wordt verschaft aan meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar en/of meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapte personen |
||
bij 11 tot en met 25 personen (gebruik: verblijf 11 t/m 25 personen) |
€ 1.144,00 |
€ 1.092,00 |
|
bij 26 tot en met 50 personen (gebruik: verblijf 26 t/m 50 personen)e |
€ 1.755,00 |
€ 1.674,00 |
|
bij meer dan 50 personen (gebruik: verblijf meer dan 50 personen) |
€ 2.523,00 |
€ 2.407,00 |
|
Het tarief tot wijziging van een omgevingsvergunning voor het gebruik vanaf 11 personen |
€ 1.144,00 |
€ 1.092,00 |
|
2.3.6 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
||
2.3.6.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit |
||
2.3.6.1.1 |
met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f van de Wabo, anders dan het verwijderen van asbest, bedraagt het tarief. |
€ 431,10 |
€ 411,20 |
2.3.6.1.2 |
als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke Erfgoedverordening Schouwen-Duiveland aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
€ 331,10 |
€ 315,80 |
2.3.6.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk, anders dan het verwijderen van asbest, in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, of op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
€ 199,70 |
€ 190,50 |
2.3.7 |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermde stads- of dorpsgezichten |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in die gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 199,70 |
€ 190,50 |
|
Aanleggen of veranderen weg |
|||
2.3.8 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2 en eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
€ 50,10 |
€ 47,80 |
||
2.3.9 |
Uitweg/inrit |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben of veranderen van een uitweg of het veranderen van het gebruik daarvan, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 199,80 |
€ 95,30 |
|
2.3.10 |
Kappen |
||
vervallen |
|||
2.3.11 |
Opslag van roerende zaken |
||
vervallen |
|||
2.3.12 |
Natura 2000-activiteiten |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|||
2.3.13 |
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|||
2.3.14 |
Andere activiteiten |
||
Vooralsnog niet aan de orde |
|||
2.3.15 |
Omgevingsvergunning in twee fasen |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|||
2.3.15.1 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
||
2.3.15.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
||
2.3.16 |
Beoordeling rapporten |
||
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk (Omgevingsvergunning) en in hoofdstuk 8 ((principe) uitspraak) en 9 (Bestemmingswijzigingen) bedraagt het tarief, indien voor de in die onderdelen bedoelde aanvraag een rapport wordt beoordeeld: |
|||
2.3.16.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
||
2.3.16.1.1 |
indien het rapport uitsluitend een vooronderzoek als bedoeld in NEN 5725, uitgave 2009 naar het historisch gebruik en naar de bodemgesteldheid betreft (toets vooronderzoek bodem) |
€ 99,90 |
€ 95,30 |
2.3.16.1.2 |
indien het rapport een verkennend onderzoek volgens NEN 5740 naar de bodemgesteldheid betreft of een nader onderzoek als bedoeld in de NTA 5755, betreft (toets verkennend of nader onderzoek bodem) |
€ 199,70 |
€ 190,50 |
2.3.16.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
||
2.3.16.2.1 |
indien het rapport bureauonderzoek of inventariserend veldonderzoek/booronderzoek als bedoeld in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie naar de archeologische verwachting betreft: |
€ 417,50 |
€ 398,20 |
2.3.16.2.2 |
extra tarief voor als het rapport definitief is gemaakt en dat door een senior-archeoloog moet worden beoordeeld: |
€ 115,70 |
€ 110,40 |
2.3.16.2.3 |
indien het rapport inventariserend proefsleuvenonderzoek als bedoeld in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie naar de archeologische verwachting betreft (toetsing inventariserend proefsleuvenonderzoek): |
€ 805,00 |
€ 768,00 |
2.3.16.2.4 |
indien het rapport een archeologische opgraving, begeleiding of fysieke bescherming als bedoeld in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie naar de archeologische verwachting betreft: |
€ 805,00 |
€ 768,00 |
2.3.16.2.5 |
indien de beoordeling van het Programma van Eisen (PvE) of de richtlijnen van een archeologisch onderzoek als bedoeld in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie betreft voor een inventariserend veldonderzoek/ booronderzoek of -proefsleuvenonderzoek naar de archeologische waarde en/of voor een archeologische opgraving, begeleiding of fysieke bescherming (toetsing PvE bij archeologie): |
€ 611,00 |
€ 583,00 |
2.3.16.2.6 |
Indien de beoordeling van het Programma van Eisen (PvE) of de richtlijnen van een archeologisch onderzoek als bedoeld in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie betreft voor een inventariserend veldonderzoek/booronderzoek en proefsleuvenonderzoek naar de archeologische waarde en/of voor een archeologische opgraving, begeleiding of fysieke bescherming (toetsing PvE bij archeologie) |
€ 805,00 |
€ 768,00 |
2.3.16.3 |
voor de beoordeling van overige rapporten |
€ 191,30 |
€ 182,50 |
2.3.17 |
Advies |
||
2.3.17.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk (omgevingsvergunning) en in hoofdstuk 8 ((principe)uitspraak) en 9 (bestemmingswijzigingen) wordt het tarief verhoogd met, indien een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag als bedoeld in deze onderdelen, de kosten van deze advisering. De kosten van deze verhoging worden vóór het aanvragen van het advies aan de aanvrager meegedeeld. |
||
2.3.18 |
Verklaring van geen bedenkingen |
||
2.3.18.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
||
2.3.18.1.1 |
indien de provincie Zeeland een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven in verband met gebiedsbescherming: |
€ 1.450,00 |
€ 1.450,00 |
2.3.18.1.2 |
Indien de provincie Zeeland een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven in verband met soortenbescherming: |
€ 1.450,00 |
€ 1.450,00 |
2.3.18.1.3 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief verhoogd met, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, de kosten van advisering. De kosten van deze verhoging worden vóór het aanvragen van de verklaring van geen bedenking aan de aanvrager meegedeeld (verklaring van geen bedenking extern). |
||
2.3.19 |
Verplicht advies agrarische commissie |
||
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: |
€ 825,00 |
€ 875,00 |
|
2.3.19a |
Indien een bedrijfsbezoek wordt afgelegd door de commissie bedraagt het tarief per bedrijfsbezoek |
€ 65,00 |
€ 65,00 |
2.3.19b |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk en in hoofdstuk 9 bedraagt het tarief, indien ten behoeve van een aanvraag voor het vestigen van een Nieuwe Economische Drager (N.E.D.) een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: |
€ 628,50 |
€ 660,60 |
2.3.20 |
Achteraf ingediende aanvraag |
||
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien de in de onderdelen bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteiten, 50% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges met een minimumbedrag van |
€ 196,90 |
€ 187,80 |
|
Hoofdstuk 4Vermindering |
|||
2.4.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3. |
||
Hoofdstuk 5Teruggaaf |
|||
2.5.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning. |
||
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2, 2.3.3., 2.3.5, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, maar voor de vergunning is verleend, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. Deze teruggaaf bedraagt: |
50% |
50% |
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges |
|||
2.5.2. |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning |
||
2.5.2.1 |
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.5, 2.3.6 en 2.3.7 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na het onherroepelijk worden van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
50% |
50% |
2.5.2.2 |
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1,2.3.2,2.3.3,2.3.5,2.3.6 en 2.3.7 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 36 maanden na het onherroepelijk worden van de vergunning, van de vergunning geen gebruik is gemaakt, de realisatie van het project afhankelijk is van een subsidietoekenning op grond van de Stimuleringsregeling duurzame energieproductie (SDE+) en de intrekking vergezeld gaat van een schriftelijke afwijzing van de subsidieaanvraag die niet ouder is dan drie maanden of van een schriftelijk afwijzing van een erkende geldverstrekkende bankinstelling op een verzoek tot financiering van het project die niet ouder is dan drie maanden. De teruggaaf bedraagt: 80% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning |
||
2.5.3.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.5, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
50% |
50% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|||
2.5.3.2 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
||
2.5.4 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
||
Een bedrag minder dan € 10 wordt niet teruggegeven. |
|||
2.5.5 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
||
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. |
|||
2.5.6 |
Teruggaaf als gevolg van intrekken dan wel afwijzing van een aanvraag om een wijziging van het bestemmingsplan |
||
2.5.6.1 |
Als een aanvrager zijn aanvraag om een wijziging van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening intrekt, terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, maar voordat de wijziging is vastgesteld, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges De teruggaaf bedraagt: 50% van de op grond van de in onderdeel 2.9.2 verschuldigde leges. |
||
2.5.6.2 |
Als de gemeente een aanvraag om een wijziging van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening afwijst, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 50% van de op grond van de in onderdeel 2.9.2 verschuldigde leges. |
||
2.5.6.3 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.6.2 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking door een rechterlijke uitspraak. |
||
2.5.7 |
Teruggaaf als gevolg van negatieve grondhouding ten aanzien van een aanvraag om een (principe)uitspraak* |
||
Als het college een negatieve grondhouding aanneemt ten aanzien van een aanvraag om een (principe)uitspraak, maar geen Quick Scan is opgesteld over de aanvraag, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 50% van de op grond van de in onderdeel 2.8.1 verschuldigde leges. |
|||
Hoofdstuk 6Intrekking omgevingsvergunning |
|||
2.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: |
||
Hoofdstuk 7Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|||
2.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
||
2.7.1 |
indien en voor zover geen sprake is van bouwen: |
||
5% van de oorspronkelijk geheven leges met een minimum van |
€ 99,95 |
€ 95,35 |
|
2.7.2 |
indien en voor zover sprake is van bouwen en van de reeds verleende vergunning binnen zes maanden na verlenen nog geen gebruik is gemaakt: |
||
2,60% van de meerkosten excl. BTW van het gewijzigde bouwplan ten opzichte van de bouwkosten van het oorspronkelijke bouwplan met een minimum van: |
€ 199,70 |
€ 190,50 |
|
Hoofdstuk 7a |
Overdracht omgevingsvergunning |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het overschrijven van de verleende omgevingsvergunning |
€ 99,95 |
€ 95,35 |
|
Hoofdstuk 7b |
Verlengen omgevingsvergunning |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlengen van een tijdelijke omgevingsvergunning: |
|||
indien en voor zover sprake is van bouwen |
€ 195,10 |
€ 186,10 |
|
indien en voor zover geen sprake is van bouwen: 50% van de oorspronkelijk geheven leges met een minimum van |
€ 97,60 |
€ 93,10 |
|
Hoofdstuk 8(Principe) uitspraak |
|||
2.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een (principe)uitspraak te doen of het college van burgemeester en wethouders bereid is om ten behoeve van een initiatief middels een planologische procedure af te wijken van het ter plaatse geldende bestemmingsplan |
€ 711,50 |
€ 679,00 |
2.8.2 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief verhoogd met, indien het gemeentelijke kwaliteitsteam buitengebied advies moet uitbrengen over een aanvraag om een (principe)uitspraak te doen, de kosten van deze advisering. De kosten van deze verhoging worden vóór het aanvragen van het advies aan de aanvrager meegedeeld. |
||
Hoofdstuk 9Bestemmingswijzigingen |
|||
2.9.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening (aanvraag tot vaststellen bestemmingsplan) |
€ 3.843,00 |
€ 3.666,00 |
2.9.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen of uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a of b, van de Wet ruimtelijke ordening |
€ 1.414,00 |
€ 1.349,00 |
2.9.3 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief verhoogd met, indien het gemeentelijk kwaliteitsteam buitengebied advies moet uitbrengen over de aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan, de kosten van deze advisering. De kosten van deze verhoging worden vóór het aanvragen van het advies aan de aanvrager meegedeeld. |
||
2.9.4 |
Onverminderd het bepaalde in voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief verhoogd met de kosten van het gereedmaken van een (voor)(ontwerp)herziening van een bestemmingsplan door een (stedenbouwkundig) bureau. De kosten van deze verhoging worden vóór de opdrachtverlening aan het bureau aan de aanvrager meegedeeld. |
||
2.9.5 |
Onverminderd het bepaalde in voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk, wordt het tarief verhoogd met, in de gevallen dat het bestemmingsplan wordt opgesteld door een (stedenbouwkundig) bureau, |
€ 1.863,00 |
€ 1.777,00 |
Hoofdstuk 10 Sloopmelding |
|||
2.10 |
Vervallen |
||
Hoofdstuk 11In deze titel niet benoemde beschikking |
|||
2.11 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: |
€ 99,95 |
€ 95,35 |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|||
Hoofdstuk 1Horeca |
|||
3.1.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet |
€ 276,00 |
€ 263,30 |
3.1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot bijschrijving van een leidinggevende op een verleende drank- en horecavergunning |
€ 53,20 |
€ 50,75 |
3.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet |
€ 53,20 |
€ 50,75 |
3.1.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet |
€ 53,20 |
€ 50,75 |
3.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2,3,4 of 5 van de APV, voor |
||
3.1.4.1 |
een vergunning van de burgemeester voor het exploiteren van een horecabedrijf op grond van artikel 2:28 |
€ 276,00 |
€ 263,30 |
3.1.4.2 |
een vergunning van de burgemeester voor het uitzetten van een terras op grond van artikel 2:28, lid 3 |
€ 137,40 |
€ 131,10 |
3.1.4.3 |
een ontheffing van de burgemeester voor horecabedrijven om incidenteel af te wijken van het sluitingsuur op grond van artikel 2:29, lid 3 |
€ 137,40 |
€ 131,10 |
3.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in Hoofdstuk 4 van de APV, voor: |
||
3.1.5.1 |
een ontheffing van burgemeester en wethouders voor het in werking hebben van toestellen of geluidsapparaten of het verrichten van handelingen op een zodanige wijze dat voor een omwonende of overigens voor de omgeving geluidshinder wordt veroorzaakt op grond van artikel 4:6 |
€ 23,45 |
€ 22,40 |
3.1.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in Hoofdstuk 5 van de APV, voor: |
||
3.1.6.1 |
een vergunning van burgemeester en wethouders op grond van artikel 5:30b, lid 3 om in de uitoefening van een beroep of bedrijf niet-gemotoriseerde vaartuigen, daaronder begrepen een kano, een roeiboot, een rubberboot en een luchtbed vanaf het strand of het water voor onmiddellijk gebruik in het openbaar water te exploiteren dan wel in de uitoefening van een beroep of activiteiten op het gebied van de beoefening van niet-gemotoriseerde watersport te organiseren |
€ 270,90 |
€ 258,40 |
3.1.6.2 |
een vergunning van burgemeester en wethouders op grond van artikel 5:30d, lid 3 om in de uitoefening van een beroep of bedrijf motorboten en vaartuigen vanaf het strand of het water voor onmiddellijk gebruik in het openbaar water te exploiteren dan wel in de uitoefening van een beroep of activiteiten op het gebied van de beoefening van gemotoriseerde watersport te organiseren |
€ 270,90 |
€ 258,40 |
3.1.6.3 |
een vergunning van burgemeester en wethouders op grond van artikel 5:31b om in de uitoefening van een beroep of bedrijf sportactiviteiten op het strand te organiseren |
€ 270,90 |
€ 258,40 |
3.1.6.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing voor het rijden op het strand ad. artikel 5:33 APV |
€ 93,85 |
€ 89,55 |
Hoofdstuk 2Organiseren evenementen of markten |
|||
3.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2,3,4 of 5 van de APV, voor: |
||
3.2.1.1 |
een vergunning van de burgemeester voor een evenement of snuffelmarkt op grond van artikel 2:25 (evenement) |
€ 109,70 |
€ 104,70 |
3.2.1.2 |
een groot evenement of grote snuffelmarkt op grond van artikel 2:25 (evenement), niet zijnde een grootschalig evenement waarbij het aantal bezoekers meer dan 20.000 beloopt en die door commerciële instellingen wordt georganiseerd |
€ 547,00 |
€ 522,00 |
3.2.1.3 |
een vergunning van de burgemeester voor een groot evenement waarbij het aantal bezoekers meer dan 20.000 beloopt en die door commerciële instellingen worden georganiseerd op grond van artikel 2:25 (evenement) |
€ 36.827,00 |
€ 35.124,00 |
Hoofdstuk 3Prostitutiebedrijven |
|||
3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
||
3.3.1 |
een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3:14 |
||
3.3.1.1 |
voor een seksinrichting of escortbedrijf |
€ 506,10 |
€ 482,70 |
3.3.2 |
wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:15, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening: |
||
3.3.2.1 |
voor een seksinrichting |
€ 131,10 |
€ 125,10 |
3.3.2.2 |
voor een escortbedrijf |
€ 131,10 |
€ 125,10 |
Hoofdstuk 4Splitsingsvergunning woonruimte |
|||
3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet |
€ 65,70 |
€ 62,70 |
Hoofdstuk 5Leefmilieuverordening |
|||
Is niet van toepassing |
|||
Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet |
|||
3.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
||
3.6.1 |
Tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet |
€ 53,15 |
€ 50,70 |
3.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking |
€ 65,70 |
€ 62,70 |
Behorende bij raadsbesluit van 22 december 2022 |
|||
de griffier, P.M.W. Goossens-Smits |
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl