Regeling vervallen per 11-04-2023

Verordening commissie personeelszorg raadsfunctionarissen gemeente Utrecht

Geldend van 29-12-2022 t/m 10-04-2023

Intitulé

Verordening commissie personeelszorg raadsfunctionarissen gemeente Utrecht

De raad van de gemeente Utrecht;

Gelezen het voorstel van het presidium van 12 december 2022;

Gelet op:

Artikel 107, 107 e eerste lid, 108, eerste lid en artikel 149 Gemeentewet, en

Artikel 83 Gemeentewet

besluit vast te stellen de volgende Verordening commissie personeelszorg raadsfunctionarissen gemeente Utrecht:

Artikel 1 Definities

  • college: het college van burgemeester en wethouders van Utrecht;

  • CPR: Commissie Personeelszorg Raadsfunctionarissen;

  • dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de gemeenteraad als bedoeld in het Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de Gemeenteraad van de gemeente Utrecht;

  • griffier: de griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • HUP-030: Handboek Utrecht Personeel;

  • raad: de gemeenteraad van Utrecht;

  • rekenkamer: de rekenkamer van de gemeente Utrecht als bedoeld in artikel 81a van de Gemeentewet;

  • voorzitter: de voorzitter van de CPR.

Artikel 2 Taken en bevoegdheden CPR

  • 1. De CPR oefent, namens de raad, het werkgeverschap uit ten aanzien van de griffier, zoals dat door de raad aan de CPR is gemandateerd.

  • 2. De HUP-030, alsmede toekomstig door de gemeentesecretaris vastgestelde wijzigingen van de HUP-030, zijn overeenkomstig van toepassing op de griffier. Indien de CPR van oordeel is dat toepassing daarvan een ongewenste of onredelijke situatie zou opleveren, kan de CPR besluiten hiervan af te wijken.

  • 3. De CPR onderhoudt namens de raad het contact met de rekenkamer en voert ten minste jaarlijks een gesprek met de voorzitter respectievelijk de voorzitter en de leden van de rekenkamer over het functioneren van de rekenkamer en de uitvoering van haar taken.

  • 4. Tot de bevoegdheid van de CPR behoren ook de voorbereiding en de uitvoering van de tot het werkgeverschap van de raad behorende besluiten en regelingen.

Artikel 3 Samenstelling CPR

  • 1. De CPR bestaat uit drie fractievoorzitters die affiniteit hebben met het uitoefenen van de werkgeversrol, afkomstig uit de coalitie en de oppositie.

  • 2. De leden van de CPR worden door de raad uit zijn midden benoemd voor de duur van de zittingsperiode van de raad en wijzen zelf hun voorzitter aan alsmede een plaatsvervangend voorzitter. De raad benoemt tevens een plaatsvervangend lid.

  • 3. Het lidmaatschap van de CPR eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek; het lid doet daarvan schriftelijk mededeling aan de voorzitter van de raad; het ontslag gaat in als de opvolger door de raad is benoemd;

    • b.

      indien het lid aftreedt als lid van de raad;

    • c.

      indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van de CPR te vervullen.

Artikel 4 Taken voorzitter

De voorzitter draagt in ieder geval zorg voor:

  • a.

    het tijdig en periodiek bijeenroepen van de CPR;

  • b.

    het leiden van de vergaderingen;

  • c.

    het doen naleven van deze verordening;

  • d.

    het ondertekenen van de stukken en de besluiten die van deze commissie uitgaan, alsmede het zorg dragen voor de uitvoering van de besluiten van de CPR;

  • e.

    het fungeren als schakel tussen de CPR en de griffier als eerstverantwoordelijke voor de personele en organisatorische zaken van de griffie, en

  • f.

    Het verzorgen van de jaarlijkse terugkoppeling aan het dagelijks bestuur, als bedoeld in artikel 10.

Artikel 5 Ondersteuning van de CPR

De griffier, of een door de griffier aan te wijzen functionaris, is de secretaris van de CPR. Een ter zake kundige ambtelijke ondersteuner verzorgt het secretariaat voor de CPR en staat de CPR waar nodig bij met inhoudelijke advisering op HRM-gebied.

Artikel 6 Besluitvorming

  • 1. Besluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen, uitgebracht door de leden als bedoeld in artikel 3.

  • 2. Besluiten worden alleen genomen indien in de vergadering meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 7 Besluitenlijst

De griffier draagt zorg voor het opstellen van een besluitenlijst van elke vergadering. De besluitenlijst wordt in de eerstvolgende vergadering van de CPR definitief vastgesteld.

Artikel 8 Beslotenheid van vergaderingen

  • 1. De vergaderingen van de CPR worden in het belang als bedoeld in artikel 5.1.2 sub e of 5.1.4 van de Wet open overheid in beslotenheid gehouden.

  • 2. Indien een raadslid de agenda, de stukken en de besluitenlijst van de CPR wil inzien, kan hij daartoe een verzoek indienen bij de voorzitter van de CPR. De voorzitter weigert een dergelijk verzoek slechts als er sprake is van strijd met het openbaar belang.

Artikel 9 Vergaderfrequentie

De CPR vergadert tenminste tweemaal per jaar en voorts zo vaak als door de voorzitter of één van de leden nodig wordt geacht.

Artikel 10 Verantwoording

De CPR brengt, met inachtneming van het bepaalde in artikel 8, jaarlijks aan het dagelijks bestuur mondeling verslag uit van haar werkzaamheden en bevindingen.

Artikel 11 Uitleg verordening

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing ervan beslist de CPR op voorstel van de voorzitter.

Artikel 12 Intrekking

De Verordening CPR gemeente Utrecht, vastgesteld bij raadsbesluit van 21 januari 2021 (Gemeenteblad 2021, nr. 23331), wordt ingetrokken met ingang van de datum waarop deze verordening in werking treedt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking in het Gemeenteblad.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening CPR gemeente Utrecht”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 22 december 2022

De griffier,

Merel van Hall

De burgemeester,

Sharon A.M. Dijksma

Bijlage Toelichting

Algemeen

De gemeente is de werkgever van de ambtenaren die werkzaam zijn bij deze rechtspersoon. Raad en college vullen dit werkgeverschap nader in. De raad is daarbij de formele werkgever van de griffier en de werknemers van de griffie. Het college voor de eigen werknemers. Gelet op de publieke taken, de grootte en de samenstelling van de raad heeft de raad voor de feitelijke invulling van het werkgeverschap een commissie ingesteld Deze verordening regelt de taken van de commissie personeelszorg raadsfunctionarissen (CPR). Het mandaat van de raad aan de CPR regelt het nemen van personele besluiten. Het personeel van de griffie volgt sinds de invoering van het dualisme op 7 maart 2002 feitelijk de Rechtspositieregeling gemeente Utrecht. Na de invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren vallen de medewerkers van de griffie en de griffier onder de werking van het arbeidsovereenkomstenrecht en de Cao Gemeenten.

Artikelsgewijs

Artikel 2 Taken en bevoegdheden CPR

Lid 1 Werkgeverschap CPR voor Griffier

In lid 1 wordt verwoord dat de CPR alle bij het werkgeverschap horende taken en bevoegdheden vervult ten aanzien van de griffier.

Lid 2 Arbeidsvoorwaarden griffier

In lid 2 is opgenomen dat de CPR van het Handboek Utrechts Personeel (HUP-030) kan afwijken als de toepassing van de daarin opgenomen arbeidsvoorwaardelijke regelingen zou leiden tot ongewenste of onredelijke situaties. Omdat de HUP-030 onderdeel uitmaakt van de arbeidsovereenkomst van de griffier kan dat niet zomaar. Hier voor gelden regels uit het arbeidsovereenkomstenrecht. Uitgangspunt is daarbij wilsovereenstemming tussen griffier en CPR. Formeel bestaat de mogelijkheid om aanpassingen te doen in de HUP-030 specifiek voor personeel van raadsorganen, waaronder de griffier. Van deze mogelijkheid zal zeer terughoudend gebruik worden gemaakt om mobiliteit van personeel binnen de gemeente als geheel niet te belemmeren. Gelijkheid op het gebied van arbeidsvoorwaarden is daarbij uitgangspunt. Ook mogen afwijkingen niet in strijd zijn met de Cao Gemeenten.

Om de werkgeversrol van de raad te borgen in het proces van de totstandkoming van arbeidsvoorwaarden wordt de CPR geïnformeerd over voorgenomen aanpassingen van de HUP-030 en in de gelegenheid gesteld om voorstellen in te brengen. De CPR wordt geïnformeerd en geadviseerd over eventuele noodzakelijke afwijkingen. Over de toepassing van noodzakelijke afwijkingen en kosten daarvan zal de CPR zich verantwoorden aan het dagelijks bestuur en raad.

Lid 3 CPR en de rekenkamer

De formele bevoegdheden van de raad ten aanzien van de voorzitter en leden van de rekenkamer zijn beperkt. De gemeentewet regelt kort samengevat het benoemen en ontslaan van de voorzitter en leden en het vaststellen van vergoedingen. De CPR onderhoudt namens de raad het contact met de rekenkamer. De CPR heeft daarvoor ten minste een keer per jaar een gesprek met de voorzitter respectievelijk de voorzitter en de leden van de rekenkamer over het functioneren van de rekenkamer en de uitvoering van haar taken en de wijze waarop de controlerende rol van de raad ondersteund wordt. Voorts vervult de CPR een rol bij de selectieprocedure voor de voorzitter en de leden van de rekenkamer. Dit is verankerd in de Verordening rekenkamer gemeente Utrecht.

Lid 4 Overige bevoegdheden en taken CPR

Naast het nemen van personele besluiten, buigt deze commissie zich bijvoorbeeld ook over het te voeren HRM-beleid, integriteitsbeleid (o.a. gedragscode, ambtseed, vertrouwenspersoon) en bereidt zij de voorstellen aan de raad voor die voortvloeien uit het werkgeverschap. Andere voorbeelden die horen tot de werkgeverstaak zijn het voeren van overleg met de griffier over de voortgang van de werkzaamheden van de griffie, het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken met de griffier en het doen van voorstellen over de inrichting van de griffie.

Artikel 3 Samenstelling CPR

Uit artikel 83 van de Gemeentewet vloeitvoort dat de burgemeester (en de wethouders) geen lid kunnen zijn van de CPR. Dit is volledig in de lijn met het feit dat de raad het bevoegde gezag is van de griffie. De burgemeester is hiervan geen lid. Overigens is de burgemeester wel lid van het college en stuurt hij dus rechtstreeks de secretaris aan, maar niet de griffier. De griffier is niet aan hem ondergeschikt. De burgemeester is echter wel technisch voorzitter van de raad en zal in die hoedanigheid vaak een beroep doen op de griffier.

Artikel 5 Ondersteuning van de CPR

De ondersteuning waarover in dit artikel wordt gesproken kan worden geregeld door middel van het aangaan van dienstverleningsovereenkomsten van de griffier met het college, de secretaris of een organisatieonderdeel.

Artikel 8 Beslotenheid van vergaderingen

Omdat er in vergaderingen van de CPR personele aangelegenheden aan bod komen en hetgeen hier wordt besproken niet bedoeld is om aan derden kenbaar te maken, ligt het voor de hand dat hierover in beslotenheid wordt vergaderd. Ingevolge artikel 83 lid 1 Gemeentewet dient in dat geval tevens geregeld te worden op welke wijze de raad inzage heeft in de stukken van de CPR. De voorzitter van de CPR kan inzage alleen weigeren als er sprake is van strijd met het openbaar belang.

Artikel 10 Verantwoording

De raad heeft sinds de dualisering van het gemeentebestuur een eigen secretaris gekregen, de griffier. Daarnaast heeft de raad ook vaak een griffie ingericht om hem, zijn organen en de griffier te ondersteunen.

Daardoor heeft de raad er formeel een taak bij gekregen, de invulling van het werkgeverschap. Het is van belang dat de raad inzicht krijgt en houdt wat hieronder moet worden verstaan en hoe hier door de CPR invulling aan wordt gegeven. De verantwoording door de CPR van haar werkzaamheden en bevindingen kan hieraan bijdragen en geschiedt jaarlijks en mondeling aan een afvaardiging van de raad, te weten het dagelijks bestuur.