Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heeze-Leende 2023

Geldend van 01-01-2023 t/m heden

Intitulé

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heeze-Leende 2023

HOOFDSTUK 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

artikel 1.1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In dit Besluit wordt verstaan onder:

    • a.

      Verordening: Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Heeze-Leende 2021

  • 2. Alle begrippen die in dit Besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de wet, het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, de Verordening en de Algemene wet bestuursrecht.

HOOFDSTUK 2 HOOGTE PERSOONSGEBONDEN BUDGET 1

  • 1. Bij de vaststelling van de hoogte van het persoonsgebonden budget voor diensten wordt onderscheid gemaakt tussen:

    • a.

      Professionals, tot deze groep behoren personen die:

      • I.

        (bijvoorbeeld) werkzaam zijn bij een aanbieder die ten aanzien van de uit het pgb te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staan in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007), en die beschikken over de relevante diploma’s die nodig zijn voor uitoefening van de desbetreffende taken. 2

      • II.

        aangemerkt zijn als Zelfstandige zonder personeel en de beschikking hebben over een beschikking geen loonheffingen (BGL). Daarnaast moeten ze ten aanzien van de uit het pgb te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staan in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007) en beschikken over de relevante diploma’s die nodig zijn voor uitoefening van de desbetreffende taken.

    • b.

      Zorgverleners die behoren tot het sociaal netwerk van cliënt en die niet voldoet aan de onder a genoemde punten.

artikel 2.1 Hoogte tarief / persoonsgebonden budget huishoudelijke hulp

Tarief 2023

Zorg in Natura (ZIN)

Professionals (*)

CAO VVT

Professionals (**)

(niet zijnde CAO VVT)

Zorgverleners die behoren tot het sociaal netwerk van de client (***)

Huishoudelijke hulp

€ 31,24

€ 31,24

€ 26,55

€ 20,31

* maximaal 100% van het tarief ZIN

** maximaal 85% van het tarief ZIN

*** maximaal 65% van het tarief ZIN

artikel 2.2 Hoogte tarief / persoonsgebonden budget begeleiding

Tarief ZIN /

Professionals behorende bij I.

Professionals.3

behorende bij II.

Zorgverleners die behoren tot het sociaal netwerk van cliënt

Begeleiding A

€ 548,16

€ 548,16

€ 465,93

€ 411,12

Begeleiding B (groep)

€ 826,72

€ 826,72

€ 702,71

n.v.t.

Begeleiding C

€ 769,42

€ 769,42

€ 654,01

€ 577,07

Individuele begeleiding op offertebasis (****)

€ 74,75

100%

85%

75%

Begeleiding groep op offertebasis (****)

Basis (H531): € 44,88

Max. NZA H800: € 62,22

100%

85%

n.v.t.

***** maximaal tarief per uur of per dagdeel

In uitzonderlijke gevallen (die niet onder Begeleiding A, B of C vallen) worden individuele afspraken gemaakt omtrent de hoogte van het (persoonsgebonden) budget. Hiervoor dient een onderbouwde offerte te worden ingediend. Het uurtarief voor individuele begeleiding is ten hoogste € 74,75 per uur (NZA H150). Voor dagbesteding ten hoogste € 62,22 per dagdeel (NZA tarief H800). Indien het gaat om basis begeleiding groep, geldt het maximum (NZA tarief H531) € 44,88 per dagdeel.

artikel 2.3 Hoogte tarief / persoonsgebonden budget vervoer bij groepsbegeleiding

  • 1. Het tarief/persoonsgebonden budget voor vervoer van en naar Begeleiding B bedraagt € 12,99 per dag.

  • 2. Het tarief/persoonsgebonden budget voor rolstoel gebonden vervoer van en naar Begeleiding B bedraagt € 19,48 per dag.

artikel 2.4 Hoogte persoonsgebonden budget kortdurend verblijf

  • 1. De hoogte van een door het college te verlenen persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf bedraagt € 228,25 per etmaal.

  • 2. Het persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf vanuit informele/particuliere inzet bedraagt maximaal € 68,47 per etmaal. .

HOOFDSTUK 3 NORMALE GEBRUIK VAN DE WONING

artikel 3.1 Woningaanpassing

  • 1. De hoogte van een door het college te verlenen persoonsgebonden budget voor een woningaanpassing wordt vastgesteld op het bedrag van de tegenwaarde van de goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura, indien nodig aangevuld met een vergoeding voor bijkomende kosten (onderhoud, reparatie en verzekering, indien van toepassing). Verder geldt dat het onderstaande voor vergoeding in aanmerking komt:

    • a.

      De aanneemsom (hierin begrepen de loon-en materiaalkosten) voor het treffen van de voorziening. Indien de woningaanpassing in zelfwerkzaamheid wordt getroffen dan vervalt de post loonkosten en komen alleen de materiaalkosten voor vergoeding in aanmerking.

    • b.

      De risicoverrekening van loon-en materiaalkosten, met inachtneming van het bepaalde in de risicoregeling woning- en utiliteitsbouw 1991. Indien de voorziening in zelfwerkzaamheid wordt getroffen dan vervalt de post loonkosten en komen alleen de materiaalkosten voor vergoeding in aanmerking.

    • c.

      Het architectenhonorarium tot ten hoogste 10 procent van de aanneemsom met dien verstande dat dit niet hoger is dan het maximale honorarium als bepaald in DNR 2011 van de BNA. Alleen in die gevallen dat het noodzakelijk is dat een architect voor de woningaanpassing moet worden ingeschakeld worden deze kosten subsidiabel geacht. Het betreft dan veelal de ingrijpende woningaanpassingen.

    • d.

      De aantoonbare kosten voor het toezicht op de uitvoering, indien dit noodzakelijk is, tot een maximum van 2 procent van de aanneemsom.

    • e.

      De leges voor zover deze betrekking hebben op het treffen van de woningaanpassing.

    • f.

      De verschuldigde en niet verrekenbare of terugvorderbare omzetbelasting.

    • g.

      Renteverlies, in verband met het verrichten van een noodzakelijke betaling aan derden voordat het persoonsgebonden budget is uitbetaald, voor zover dit verband houdt met de bouw dan wel het treffen van woningaanpassingen.

    • h.

      De prijs van bouwrijpe grond indien noodzakelijk als niet binnen de oorspronkelijke kavel gebouwd kan worden.

    • i.

      De door het college (schriftelijk) goedgekeurde kostenverhoging, die ten tijde van de raming van de kosten redelijkerwijs niet voorzien hadden kunnen zijn.

    • j.

      De kosten in verband met noodzakelijk technisch onderzoek en adviezen met betrekking tot het verrichten van de aanpassing.

    • k.

      De aantoonbare kosten van heraansluiting op de openbare nutsvoorziening.

    • l.

      De administratiekosten die verhuurder maakt ten behoeve van het treffen van een woningaanpassing voor de cliënt, voor zover de kosten onder a t/m k meer dan € 907,00 bedragen, 10 procent van die kosten, met een maximum van € 340,00.

  • 2. Bij woningaanpassingen van € 5.000 of hoger inzake woningen in eigendom bestaat voor de cliënt de verplichting om 2 offertes in te dienen van de betreffende woningaanpassing.

  • 3. De bijkomende kosten als bedoeld in het eerste lid worden gebaseerd op het bedrag dat het college hiervoor verschuldigd is bij een maatwerkvoorziening in natura gedurende een periode van 5 jaar.

artikel 3.2 Aantal m2 waarvoor compensatie mogelijk is

  • 1. Het aantal m2 waarvoor ten hoogste een maatwerkvoorziening dan wel een persoonsgebonden budget kan worden verleend, aangegeven per vertrek in een zelfstandige woning:

    soort vertrek

    aantal m2 bij van aanbouw

    van een vertrek

    aantal m2 bij uitbreiding van

    een reeds aanwezig vertrek

    Woonkamer

    30

    6

    Keuken

    10

    4

    Zit-slaapkamer

    18

    8

    Eenpersoonsslaapkamer

    10

    4

    Tweepersoonsslaapkamer

    18

    4

    Toiletruimte

    2

    1

    Badruimte

    • -

      wastafelruimte

    • -

      -doucheruimte

    • -

       badruimte

    2

    3

    4

    1

    2

    2

    Entree/gang/hal

    5

    2

    Berging

    6

    4

  • 2. Het aantal m2 verhard pad tussen de openbare weg en de hoofdingang tot een woonruimte, dan wel tussen een tweede ingang en een berging en/of tuinpoort dat bij het nieuw aanleggen van paden dan wel bij het aanpassen van bestaande paden dat ten hoogste wordt verstrekt dan wel middels een persoonsgebonden budget voor vergoeding in aanmerking komt is 20m2.

artikel 3.3 Hoogte persoonsgebonden budget woonvoorziening

  • 1. De hoogte van een door het college te verlenen persoonsgebonden budget voor een woonvoorziening niet zijnde een woningaanpassing wordt vastgesteld op het bedrag van de tegenwaarde van de goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura, indien nodig aangevuld met een vergoeding voor bijkomende kosten (onderhoud, reparatie en verzekering, indien van toepassing).

  • 2. De bijkomende kosten als bedoeld in het eerste lid worden gebaseerd op het bedrag dat het college hiervoor verschuldigd is bij een maatwerkvoorziening in natura gedurende een periode van 5 jaar.

HOOFDSTUK 4 VERPLAATSEN IN EN OM DE WONING

artikel 4.1 Hoogte persoonsgebonden budget rolstoel

  • 1. De omvang van het persoonsgebonden budget is de tegenwaarde van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura, indien nodig aangevuld met een vergoeding voor bijkomende kosten (onderhoud, reparatie en verzekering, indien van toepassing).

  • 2. De bijkomende kosten worden gebaseerd op het bedrag dat het college hiervoor verschuldigd is bij een maatwerkvoorziening in natura gedurende een periode van 5 jaar.

HOOFDSTUK 5 LOKAAL VERPLAATSEN PER VERVOERMIDDEL

artikel 5.1. Collectief vervoer

  • 1. Conform artikel 7.3 in de beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Heeze-Leende wordt collectief vervoer alleen in natura verstrekt en niet als persoonsgebonden budget.

  • 2. Conform artikel 7.3 in de beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Heeze-Leende komen bij een rit met het collectief vervoer maximaal de eerste 25 kilometers voor vergoeding in aanmerking. De overige kilometers moet de cliënt zelf betalen.

  • 3. Per kilometer komen de kosten van het regulier openbaar vervoer voor eigen rekening, de gemeente vergoedt slechts het meerdere tot de contractueel afgesproken kilometerprijs

  • 4. Bij bepaling van het aantal strippen wordt rekening gehouden met de individuele omstandigheden. Het jaarlijks aantal strippen is vastgesteld op maximaal 1500 km. Bij samenloop met een andere vervoersvoorziening wordt het aantal kilometers gehalveerd.

artikel 5.2 Hoogte persoonsgebonden budget vervoersvoorziening

  • 1. De omvang van het persoonsgebonden budget is de tegenwaarde van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura, indien nodig aangevuld met een vergoeding voor bijkomende kosten (onderhoud, reparatie en verzekering, indien van toepassing).

  • 2. De bijkomende kosten worden gebaseerd op het bedrag dat het college hiervoor verschuldigd is bij een maatwerkvoorziening in natura gedurende een periode van 5 jaar.

HOOFDSTUK 6 HEBBEN VAN CONTACTEN EN DEELNAME RECREATIEVE, MAATSCHAPPELIJKE EN RELIGIEUZE ACTIVITEITEN

artikel 6.1 Bezoekbaar/logeerbaar maken woning

  • 1. De hoogte van een door het college te verlenen persoonsgebonden budget voor het bezoekbaar/logeerbaar maken van een woning wordt vastgesteld op het bedrag van de tegenwaarde van de goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura, indien nodig aangevuld met een vergoeding voor bijkomende kosten (onderhoud, reparatie en verzekering, indien van toepassing).

  • 2. De bijkomende kosten worden gebaseerd op het bedrag dat het college hiervoor verschuldigd is bij een maatwerkvoorziening in natura gedurende een periode van 5 jaar.

artikel 6.2 Sportvoorzieningen

  • 1. De hoogte van een door het college te verlenen persoonsgebonden budget voor een sportvoorziening wordt vastgesteld op het bedrag van de tegenwaarde van de goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura, indien nodig aangevuld met een vergoeding voor bijkomende kosten (onderhoud, reparatie en verzekering, indien van toepassing).

  • 2. De bijkomende kosten worden gebaseerd op het bedrag dat het college hiervoor verschuldigd is bij een maatwerkvoorziening in natura gedurende een periode van 5 jaar.

HOOFDSTUK 7 BESTRIJDING MISBRUIK OF ONEIGENLIJK GEBRUIK

artikel 7.1 Controle

Het college doet steekproefsgewijs onderzoek naar de rechtmatigheid van de maatwerkvoorziening.

HOOFDSTUK 8 MELDINGSREGELING/CALAMITEITEN EN GEWELD

artikel 8.1 Meldingsregeling calamiteiten en geweld

In geval van calamiteiten en geweld wordt gehandeld conform het Protocol toezicht en Calamiteiten binnen de jeugdhulp en de Wmo A2 gemeenten.

HOOFDSTUK 9 SLOTBEPALINGEN

artikel 9.1 Inwerkingtreding

Dit Besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

artikel 9.2 Citeertitel

Dit Besluit wordt aangehaald als “Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heeze- Leende 2023”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders, op 13 december 2022.


Noot
1

Artikel 4.2. lid 3. Verordening maatschappelijke ondersteuning Heeze-Leende

Noot
2

Hierbij is medebepalend het in bezit zijn van een relevant en adequaat keurmerk, overeenkomstig de eisen zoals deze gesteld worden aan de aanbieders Zorg in Natura. Indien niet in bezit van relevant en adequaat keurmerk ontvangt men tarief behorend bij Professionals behorende bij II.

Noot
3

Hierbij is medebepalend het in bezit zijn van een relevant en adequaat keurmerk, overeenkomstig de eisen zoals deze gesteld worden aan de aanbieders Zorg in Natura. Indien niet in bezit van relevant en adequaat keurmerk ontvangt men tarief behorend bij Professionals behorende bij II.