Regeling vervallen per 01-01-2024

De raad van de gemeente Tynaarlo; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 november 2022; gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet B E S L U I T vast te stellen de: Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

Geldend van 30-12-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

De raad van de gemeente Tynaarlo; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 november 2022; gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet B E S L U I T vast te stellen de: Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

b. week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

c. maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

d. jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

e. kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

a. diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

b. diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

4. Daar waar in de tarieventabel wordt gesproken over een tarief per eenheid van tijd of aantal, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag een begroting van het geschatte legesbedrag medegedeeld. Nadat de begroting is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen na de goedkeuring van de begroting, dan wel op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

5. Daar waar in de tarieventabel wordt gesproken over een begroting dat is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen na de goedkeuring van de begroting, dan wel op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een  stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Met uitzondering van het in artikel 1.2.1.4, 1.2.1.5 en 1.2.1.6 van de tarieventabel opgenomen tarief voor het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK), wordt bij de invordering van de leges geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

a. van zuiver redactionele aard zijn;

b. een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

1. hoofdstuk 2 (Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

2. hoofdstuk 3 (Rijbewijzen);

3. onderdeel 1.4.3 (papieren verstrekking uit de Basisregistratie Personen);

4. onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

5. hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Overgangsrecht

1. De ‘Verordening Legesverordening 2022’ van 7 december 2021, laatstelijk gewijzigd op 25 januari 2022, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;

2. Als de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12 Inwerkingtreding

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Legesverordening 2023’.

Bijlage tarieventabel horende bij de legesverordening 2023.

Titel 1. Algemene dienstverlening

Artikel

Omschrijving

Verkooptarief

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op:

1.1.1.1

maandag om 09.00 uur en 09.30 uur in de spreekkamer in het gemeentehuis, door een ambtenaar van de burgerlijke stand, zonder toespraak met maximaal vier getuigen

kosteloos

1.1.1.2

maandag tot en met vrijdag in het gemeentehuis

€ 643,40

1.1.1.3

zaterdag in het gemeentehuis

€ 867,50

1.1.1.4

maandag tot en met vrijdag op een vrije locatie (niet in het gemeentehuis)

€ 472,45

1.1.1.5

zaterdag, zon- en feestdagen op een vrije locatie (niet in het gemeentehuis)

€ 623,15

1.1.1.6

in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, door een ambtenaar van de burgerlijke stand

€ 213,50

1.1.2

Voor het benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand van een andere gemeente worden de onder 1.1.1.2 tot en met 1.1.1.5 genoemde tarieven verminderd met

€ 238,85

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.3.1

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering

€ 31,25

1.1.3.2

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een gekalligrafeerde uitvoering

€ 47,80

1.1.3.3

een gekalligrafeerde wijziging in een trouwboekje of partnerschapsboekje

€ 10,15

1.1.4

De werkelijk kosten voor de diensten van een tolk of tolkentelefoon worden doorberekend aan de burger, met een maximum van

€ 275,60

1.1.5

Bij annulering voorafgaand aan de plechtigheid worden alle betaalde leges terugbetaald, met uitzondering van het annuleringstarief van

€ 85,40

1.1.6

Bij annulering van een gratis plechtigheid genoemd onder 1.1.1.1 wordt het annuleringstarief in rekening gebracht.

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een laissez-passer (lijkenpas) voor het vervoer naar het buitenland

€ 17,30

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1.1

van een nationaal paspoort, zakenpaspoort, faciliteitenpaspoort of tweede paspoort, voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,85

1.2.1.2

van een nationaal paspoort, zakenpaspoort, faciliteitenpaspoort of tweede paspoort, voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet bereikt heeft

€ 58,85

1.2.1.3

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 58,85

1.2.1.4

van een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 70,35

1.2.1.5

van een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet bereikt heeft

€ 37,95

1.2.1.6

van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

€ 34,25

1.2.2

Voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.6 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen

€ 53,00

1.2.3

Voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.6 genoemd document op een locatie in Nederland (m.u.v. de Waddeneilanden), zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:

1.2.3.1

voor het laten bezorgen van één reisdocument of Nederlandse identiteitskaart voor een persoon

€ 10,90

1.2.3.2

voor het gelijktijdig laten bezorgen van meerdere reisdocumenten en/of Nederlandse identiteitskaarten voor een gezin of samenlevingsvorm op hetzelfde adres en op hetzelfde tijdstip

€ 10,90

1.2.3.3

voor de onderdelen 1.2.3.1 en 1.2.3.2 dienen bij het uitreiken van de documenten alle betreffende personen aanwezig te zijn. Bovendien dienen in dit geval alle aanvragen op hetzelfde tijdstip aan de balie ingediend te worden

1.2.4

Voor het afleggen van een huisbezoek in verband met het aanvragen van een reisdocument en of Nederlandse identiteitskaart worden overeenkomstig dit hoofdstuk geheven leges vermeerderd met

€ 32,50

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 44,65

1.3.2

Voor een spoedlevering wordt het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 vermeerderd met

€ 34,10

1.3.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een eigen verklaring CBR

€ 8,50

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen in het kader van de Basisregistratie Personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de Basisregistratie Personen moet worden geraadpleegd

1.4.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:

1.4.2.1

via internet (DigiD/eHerkenning)

€ 12,40

1.4.2.2

aan het loket/schriftelijk

€ 20,80

1.4.3

In afwijking van het voorgaande bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 7,50

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de Basisregistratie Personen, voor ieder daaraan te besteden kwartier

€ 23,85

1.4.5

Het tarief voor het verstrekken van een meertalig modelformulier behorende bij een uittreksel uit de Basisregistratie Personen

€ 12,15

Hoofdstuk 5 Vervallen

1.5.1

Vervallen

Hoofdstuk 6 Vervallen

1.6.1

Vervallen

Hoofdstuk 7 Vervallen

1.7.1

Vervallen

Hoofdstuk 8 Kadaster

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporingen in het gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed kwartier:

€ 21,70

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een aanvraag voor een:

1.8.2.1

kadastrale inzage, per geraadpleegd object, inclusief uitdraai op papier

€ 11,05

1.8.2.2

hypothecaire inzage, per geraadpleegd object, inclusief uitdraai op papier

€ 11,05

1.8.2.3

afdruk van een kadastrale kaart, per object, inclusief uitdraai op papier

€ 11,05

Hoofdstuk 9 Overige burgerzaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35

1.9.2

tot het legaliseren van een handtekening

€ 15,75

1.9.3

het waarmerken van enig stuk

€ 15,75

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Wanneer u opdracht geeft voor ambtelijk onderzoek naar informatie vanuit het gemeentearchief wordt per kwartier berekend

€ 17,40

1.10.2

Voor het ambtelijk laten vervaardigen van een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk betaalt u per pagina van dit stuk

€ 12,20

1.10.3

Voor het leveren van informatie die zonder uitgebreid onderzoek direct beschikbaar is betaalt u

€ 9,20

Hoofdstuk 11 Vervallen

1.11.1

Vervallen

Hoofdstuk 12 Leegstandswet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 91,15

1.12.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 91,15

Hoofdstuk 13 Vervallen

1.13.1

Vervallen

Hoofdstuk 14 Muziek- en collectevergunningen

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.14.1

tot het verkrijgen van een vergunning voor muziek en vertoningen als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening Gemeente Tynaarlo geldig voor:

1.14.1.1

één dag

€ 5,85

1.14.1.2

één week of korter, doch langer dan een dag

€ 9,15

1.14.1.3

één maand of korter, doch langer dan een week

€ 17,80

1.14.1.4

één kwartaal of korter, doch langer dan een maand

€ 50,20

1.14.1.5

één jaar of korter, doch langer dan een kwartaal

€ 124,60

1.14.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een collectevergunning als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening gemeente Tynaarlo

€ 15,50

Hoofdstuk 15 Vervallen

1.15.1

Vervallen

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2.1

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

1.16.1.4.1

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

1.16.2

De subonderdelen 3.5.1.1 en 3.5.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 10,40

1.16.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld artikel 2.39 van de Algemene plaatselijke verordening Tynaarlo

€ 1.003,15

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 370,10

1.17.1.1

Indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,25

1.17.1.2

Indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,25

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 51,65

1.18.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 51,95

1.18.3

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 100,95

1.18.3.1

Indien geen keuring heeft plaatsgevonden vindt op het onder 1.18.3 in rekening gebrachte tarief restitutie plaats ter hoogte van

€ 45,40

1.18.3.2

Het verstrekken van een duplicaat van een geldige gehandicaptenparkeerkaart

€ 46,10

Hoofdstuk 19 Diversen

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag per adres

€ 15,80

1.19.1.1

voor het laten maken van fotokopieën van fysieke stukken of het laten afdrukken van digitale openbare bestanden

1.19.1.1.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,70

1.19.1.1.2

per pagina op papier van A3-formaat

€ 1,15

1.19.1.1.3

per pagina op papier groter dan A3-formaat

€ 7,85

1.19.1.1.4

per pagina op papier van A4-formaat, in kleur

€ 1,25

1.19.1.1.5

per pagina op papier van A3 formaat, in kleur

€ 2,60

1.19.1.1.6

per pagina op papier van A4 formaat, vervaardigd met een readerprinter als afdruk van een microfiche

€ 1,00

1.19.1.1.7

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk per blad op papier groter dan A3-formaat

€ 7,85

1.19.1.1.8

Wanneer u een verzoek doet voor het verstrekken van een scan van bouwtekeningen of overige informatie uit het bouwarchief betaalt u een start tarief per aangevraagd adres, vermeerderd met de kosten voor het scannen van:

€ 15,80

1.19.1.1.8.1

Klein formaat scans tot en met A3 tot 100 pagina's

€ 6,30

1.19.1.1.8.2

aanvullende kosten voor meer dan 100 pagina's

€ 8,40

1.19.1.1.8.3

Groot formaat scans >A3 per scan

€ 3,65

1.19.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag betaalt u per adres een starttarief van

wanneer de informatie al volledig digitaal beschikbaar is in het gemeentearchief worden geen extra kosten per pagina in rekening gebracht voor het samenstellen van een digitaal dossier

€ 15,80

1.19.3

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 15,80

Titel 2 Fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

Artikel

Omschrijving

Vast tarief

Variabel tarief

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

aanlegkosten:

2.1.1.1

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen en als de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

bouwkosten:

2.1.1.2

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting niet inbegrepen en als het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vervallen

2.2.1

Vervallen

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project, al dan niet met toepassing van de coördinatieregeling in artikel 3.30 Wro: de som van verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief 1,860 % van de vastgestelde bouwkosten

2.3.1.2

met een minimum van:

€ 137,70

1,860%

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 wordt het verschuldigde bedrag in verband met een toets aan welstandcriteria verhoogd met het bedrag van de aan de aanvrager medegedeelde kosten, in verband met de toetsing door de welstandscommissie. De kosten blijken uit het overzicht dat bij het bericht van ontvangst wordt meegestuurd.

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.1.4.1

voor de beoordeling van een aangeleverde milieukundig bodemrapport PDF-formaat

€ 77,30

2.3.1.4.2

voor de beoordeling van een aangeleverde archeologisch bodemrapport in PDF-formaat

€ 77,30

2.3.2

Aanlegactiviteiten

2.3.2.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief 1,860 % van de aanlegsom met een minimum van:

€ 137,70

1,860%

Planologisch strijdig gebruik, waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

2.3.3

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 151,25

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 218,60

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

2.3.3.3.1

als de gemeente de ruimtelijke onderbouwing schrijft:

€ 4.389,90

2.3.3.3.2

als de aanvrager zelf de ruimtelijke onderbouwing aanlevert:

€ 3.095,75

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 280,20

2.3.3.5

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 115,80

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 385,70

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 385,70

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 385,70

2.3.3.9

onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.3.2 tot en met 2.3.3.8 wordt het verschuldigde bedrag, als de gemeente opdracht moet geven voor het opstellen van een voor de ruimtelijke afweging noodzakelijk onderzoeksrapport dat niet is aangeleverd door de aanvrager, verhoogd met de kosten van het uitvoeren van het onderzoek en het opstellen van een rapportage door een extern bureau. Over het verlenen van de opdrachten en de hoogte van de kosten wordt met de aanvrager of zijn gemachtigde overlegd. De kosten worden slechts gemaakt na instemming door de aanvrager of zijn gemachtigde.

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

2.3.4

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 151,25

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 218,60

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

2.3.4.3.1

als de gemeente de ruimtelijke onderbouwing schrijft:

€ 4.389,90

2.3.4.3.2

als de aanvrager zelf de ruimtelijke onderbouwing aanlevert:

€ 3.095,75

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 280,20

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 115,80

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 385,70

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 385,70

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 385,70

2.3.4.9

onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.4.2 tot en met 2.3.4.8 wordt het verschuldigde bedrag, als de gemeente opdracht moet geven voor het opstellen van een voor de ruimtelijke afweging noodzakelijk onderzoeksrapport dat niet is aangeleverd door de aanvrager, verhoogd met de kosten van het uitvoeren van het onderzoek en het opstellen van een rapportage door een extern bureau. Over het verlenen van de opdrachten en de hoogte van de kosten wordt met aanvrager of zijn gemachtigde overlegd. De kosten worden slechts gemaakt na instemming door de aanvrager of zijn gemachtigde.

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

2.3.5

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in andere onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.5.1

voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verlenen van een vergunning brandveilig gebruik bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1, onder d eerste lid van de Wabo

€ 614,75

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met artikel 11 van de Provinciale monumentenverordening Drenthe 2016 of artikel 10 van de Erfgoedverordening Tynaarlo 2010, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk Als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 141,60

2.3.6.1.2

Voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 141,60

2.3.6.2

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 20 van de Erfgoedverordening Tynaarlo 2010, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk Als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 141,60

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 141,60

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van de aanleg van een weg, zoals bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met artikel 12.8 lid 1 van de Provinciale Omgevingsverordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Tynaarlo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk, als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 721,15

Uitweg/inrit

2.3.9

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, zoals bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met:

2.3.9.1

artikel 12.8 lid 2 van de Provinciale Omgevingsverordening bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk, als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 412,05

2.3.9.2

artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk, als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 162,50

Kappen

2.3.10

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, zoals bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 65,55

Opslag van roerende zaken

2.3.11

Opslag van roerende zaken

2.3.11.1

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, zoals bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de geldende provinciale regelgeving of artikel 2:10, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk, als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 309,05

2.3.11.2

Als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:

€ 309,05

Natura 2000-activiteiten

2.3.12

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk, als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 98,85

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

2.3.13

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk, als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 197,75

Andere activiteiten

2.3.14

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 98,00

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverbindend het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft:

€ 65,35

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:

€ 65,35

Omgevingsvergunning in twee fasen

2.3.15

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Advies

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager medegedeelde kosten op basis van een begroting van burgemeester en wethouders.

2.3.16.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.15.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.17.2

Indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven

€ 218,60

2.3.17.3

Indien de provincie een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven op grond van artikel 2.7 lid 2 van de Wet natuurbescherming bedraagt het tarief:

€ 782,95

2.3.17.4

Indien de provincie een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven op grond van artikel 3.1, 3.5 of 3.10, eerste lid, van de Wet natuurbescherming bedraagt het tarief:

€ 1.780,20

2.3.17.4.1

in het kader van ruimtelijke ontwikkelingen van particulieren, die niet handelen in het kader van beroep of bedrijf

€ 319,35

2.3.17.4.2

voor de opvang van inheemse soorten

€ 319,35

2.3.17.4.3

in alle overige gevallen

€ 1.780,20

2.3.17.5

Indien een ander bestuursorgaan dan het college of de raad een andere verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

2.3.17.5.1

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.6

Indien een begroting als hiervoor bedoeld is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen na goedkeuring van de begroting dan wel uiterlijk op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Vervallen

2.4.1

Vervallen

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 en 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7 intrekt of deze buiten behandeling wordt gelaten terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken op verzoek van team Publiekszaken en Veiligheid, in het belang van de procedure, bedraagt de teruggaaf 100% met dien verstande dat het in artikel 2.3.1.2 genoemde minimumbedrag niet van toepassing is.

2.5.1.2

indien de aanvraag niet ontvankelijk wordt verklaard, bedraagt de teruggaaf 100% met dien verstande dat het in 2.3.1.2. genoemde minimumbedrag altijd wordt geheven.

2.5.1.3

indien de aanvraag om andere redenen dan bedoeld in artikel 2.5.1.1 wordt ingetrokken bedraagt de teruggaaf 50% met dien verstande dat het in artikel 2.3.1.2 genoemde minimumbedrag altijd wordt geheven.

2.5.1.4

indien de intrekking leidt tot een nieuwe (gewijzigde) aanvraag, worden de verschuldigde gemeentelijk leges verrekend met deze aanvraag, mits deze aanvraag wordt ingediend binnen 12 maanden na intrekking.

2.5.2

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.

2.5.2.1

De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Een bedrag minder dan € 125,00 wordt niet teruggegeven.

2.5.5

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 139,80

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 273,30

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen

2.8.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening bedraagt:

2.8.1.1

Als de gemeente de ruimtelijke onderbouwing schrijft:

€ 6.622,90

2.8.1.2

Als de aanvrager zelf de ruimtelijke onderbouwing aanlevert:

€ 3.095,75

2.8.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening bedraagt:

2.8.2.1

als de gemeente de ruimtelijke onderbouwing schrijft:

€ 6.622,90

2.8.2.2

als de aanvrager zelf de ruimtelijke onderbouwing aanlevert:

€ 3.095,75

2.8.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.8.1 en 2.8.2 wordt het verschuldigde bedrag, wanneer de gemeente opdracht moet geven voor het opstellen van een voor de ruimtelijke afweging noodzakelijk onderzoeksrapport dat niet is aangeleverd door de aanvrager, verhoogd met de kosten van het uitvoeren van het onderzoek en het opstellen van een rapportage door een extern bureau. Over het verlenen van de opdrachten en de hoogte van de kosten wordt met aanvrager of zijn gemachtigde overlegd. De kosten worden slechts gemaakt na instemming door de aanvrager of zijn gemachtigde.

Hoofdstuk 9 Vervallen

2.9.1

Vervallen

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 139,80

Hoofdstuk 11 Makelaarsinformatie

2.11.1

Het starttarief voor makelaarsinformatie zoals inlichtingen uit het bestemmingsplan, bouwmogelijkheden, het bouwvergunningenarchief, bodeminformatie enz. bedraagt:

€ 35,10

2.11.2

Het tarief voor de naspeuring van de onder 2.11.1 bedoelde inlichtingen wordt daarnaast per kwartier verhoogd met

€ 20,30

Titel 3 Europese dienstenrichtlijn

Artikel

Omschrijving

Verkooptarief

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

3.1.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 732,80

3.1.2

het tarief bedraagt voor de wijziging in de onder 3.1.1. genoemde vergunning

€ 184,10

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 82,20

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 91,45

3.1.5

Teruggaaf als gevolg van intrekking of buiten behandeling laten van de aanvraag:

3.1.5.1

De teruggaaf bedraagt 50% van het bedrag, vermeld in artikel 3.1.1 indien:

3.1.5.1.1

aanvullende gegevens zijn gevraagd en de aanvraag buiten behandeling wordt gelaten vanwege het niet indienen van deze aanvullende gegevens bij de gemeente of het Landelijk Bureau Bibob en binnen 3 maanden na het om die reden buiten behandeling laten alsnog een volledige aanvraag wordt ingediend voor dezelfde activiteit op dezelfde locatie;

3.1.5.1.2

de aanvraag door verzoeker wordt ingetrokken nadat deze reeds in behandeling in genomen.

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen

3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening gemeente Tynaarlo (evenementenvergunning)

3.2.1

indien het betreft:

3.2.1.1

een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel

€ 1.682,20

3.2.1.2

een belastend evenement:

€ 160,45

3.2.1.3

voor niet-belastende evenementen worden geen leges geheven

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning om in de gemeente een standplaats in nemen met een kraam, stalletje, ijscokar of andere dergelijke voorzieningen voor de verkoop van waren, geldig voor

3.2.2.1

a. maximaal één week

€ 9,25

3.2.2.2

b. één maand, doch niet korter dan een week

€ 26,60

3.2.2.3

c. één jaar, doch niet korter dan een maand

€ 137,75

3.2.2.4

als de standplaats op meer dan één dag per week wordt ingenomen, worden de onder a t/m c genoemde bedragen vermeerderd met

€ 23,15

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening Tynaarlo

3.3.1

voor een seksinrichting voor zowel een aanvraag als een wijziging:

€ 1.819,60

3.3.2

voor een escortbedrijf:

€ 1.819,60

Hoofdstuk 4 Registratie Landelijk Register Kinderopvang (LRK)

3.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.4.1.1

Voor registratie van een kindercentrum en/of buitenschoolse opvang als bedoeld in de Wet kinderopvang en de Wet innovatie en kwaliteit kinderopvang:

€ 1.027,10

3.4.1.2

Voor registratie van een gastouder en/of gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang en de Wet innovatie en kwaliteit kinderopvang:

€ 458,25

3.4.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking van de aanvraag

3.4.2.1

Als de aanvraag voor registratie van een kindercentrum en/of buitenschoolse opvang, gastouderbureau en/of gastouder wordt ingetrokken nadat deze in behandeling wordt genomen, doch voor het besluit omtrent registratie wordt genomen bedraagt de teruggaaf

75%

3.4.3

Als de aanvraag voor registratie van een kindercentrum en/of buitenschoolse opvang, gastouderbureau en/of gastouder wordt geweigerd, bedraagt de teruggaaf

50%

Hoofdstuk 5 Vervallen

3.5.1

Vervallen

Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.6.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 23,10

3.6.2

Tot het wijzigen van een in onderdeel 3.6.1 bedoelde ontheffing

€ 23,10

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking

€ 47,90

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 20 december 2022

drs. M.J.F.J. Thijsen, voorzitter

R.J. Puite griffier