Besluit van de raad van de gemeente Amstelveen tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Amstelveen 2023

Geldend van 01-01-2023 t/m heden

Intitulé

Besluit van de raad van de gemeente Amstelveen tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Amstelveen 2023

Zaaknummer: Z22-045073

De raad van de gemeente Amstelveen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 september 2022;

overwegende dat het wenselijk is om met de Algemene subsidieverordening meer ruimte te bieden aan zakelijke relaties tussen gemeente en subsidieontvangers en het risico op onrechtmatigheid te beperken;

gelet op artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit vast te stellen de:

Algemene subsidieverordening Amstelveen 2023

Artikel 1 Definities

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • bestemmingsreserve: reserve van de subsidieontvanger waaraan een concrete bestemming is verbonden;

  • de-minimissteun: steun die wordt verstrekt op basis van Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun (PbEU L 352/1); Verordening (EU) nr. 2019/316 van de Commissie tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector (PbEU L 51 I/1); Verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector (PbEU L 190/45), of Verordening (EU) 2018/1923 van de Commissie van 7 december 2018 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun verleend aan diensten van algemeen economisch belang verrichtende ondernemingen (PbEU L 313/2);

  • egalisatiereserve: reserve van de subsidieontvanger waaraan als bestemming het dekken van exploitatierisico’s is verbonden;

  • Europees steunkader: een mededeling, richtsnoer, kaderregeling, besluit of vrijstellingsverordening op het gebied van staatsteun die de Europese Commissie of de Raad van de Europese Unie, gelet op de artikelen 106, derde lid, 107, 108 of 109 van het Verdrag heeft vastgesteld, waaronder de Algemene groepsvrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 2017/1084 van de Commissie tot wijziging van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 156/1); de Landbouw vrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 193/1); en de Visserij vrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 1388/2014 van de Commissie van 16 december 2014 waarbij bepaalde categorieën steun voor ondernemingen die actief zijn in de productie, de verwerking en de afzet van visserij- en aquacultuurproducten, op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 369/37);

  • jaarlijkse subsidie: subsidie die per kalenderjaar of per boekjaar of voor een bepaald aantal kalenderjaren of boekjaren ten behoeve van voortdurende activiteiten aan een subsidieontvanger worden verstrekt;

  • jaarrekening: jaarrekening bestaande uit de balans, de exploitatierekening en de toelichtingen op de balans en de exploitatierekening;

  • onderneming: eenheid, ongeacht haar rechtsvorm of wijze van financiering, die een economische activiteit uitoefent;

  • projectsubsidie: subsidie ten behoeve van incidentele projecten of activiteiten van de aanvrager en waarvoor het college slechts voor een van te voren bepaalde tijd subsidie verstrekt;

  • raad: raad van de gemeente Amstelveen;

  • Verdrag: Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

  • Wet: Algemene wet bestuursrecht (Awb).

Artikel 2 Toepasselijkheid van de verordening

  • 1.

    Deze verordening is van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Bij nadere regels kan van deze verordening worden afgeweken, maar niet van de artikelen 3,8 en 12.

  • 3.

    Indien burgemeester en wethouders subsidie verstrekken voor activiteiten die mede door andere bestuursorganen worden gesubsidieerd kunnen burgemeester en wethouders afwijken van de bepalingen van deze verordening.

Artikel 3 Subsidiebevoegdheid en nadere subsidieregels

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen subsidies als bedoeld in artikel 4:21 van de wet verstrekken met inachtneming van de in de gemeentebegroting opgenomen financiële middelen of het subsidieplafond en – indien de begroting nog niet is vastgesteld dan wel goedgekeurd – onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels vaststellen die bepalingen bevatten met betrekking tot de te subsidiëren activiteiten, de personen of instellingen die voor subsidie in aanmerking kunnen komen, het subsidieplafond en de wijze waarop de beschikbare gelden worden verdeeld.

  • 3.

    Nadere regels kunnen bepalen dat de subsidie kan worden vastgesteld zonder voorafgaande verleningsbeschikking, alsmede dat afdeling 4.2.8 van de wet van toepassing is.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders dragen zorg voor interne toetsing van subsidieaanvragen en de tussentijdse monitoring op gesubsidieerde instelling.

Artikel 4. Staatssteunregels

  • 1.

    Voor zover dat ten behoeve van het voldoen aan een Europees steunkader noodzakelijk is, kunnen burgemeester en wethouders bij subsidieregeling afwijken van deze verordening en deze aanvullen.

  • 2.

    Bij subsidieregelingen waarbij is bepaald dat toepassing kan worden gegeven aan een Europees steunkader, verwijst de subsidieregeling naar het desbetreffende steunkader.

  • 3.

    Bij subsidies waarop een Europees steunkader van toepassing is, verwijst de verleningsbeschikking naar de toepasselijke bepalingen van het steunkader.

  • 4.

    Bij subsidies waarop een Europees steunkader van toepassing is, komen alleen de activiteiten, doelstellingen, resultaten en kosten voor vergoeding in aanmerking die voldoen aan de eisen van het desbetreffende steunkader.

  • 5.

    Bij subsidies waarop een Europees steunkader van toepassing is, komen ondernemingen alleen in aanmerking voor zover de subsidieverstrekking die voldoet aan de voorwaarden van het desbetreffende steunkader.

Artikel 5 Subsidieplafonds

  • 1.

    De raad kan subsidieplafonds vaststellen.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen bij nadere regels de verdelingsregels voor de betrokken subsidie vaststellen.

  • 3.

    De raad kan een subsidieplafond verlagen.

Artikel 6 Tijdvak van subsidies

  • 1.

    Het tijdvak waarvoor een subsidie wordt verleend is maximaal vier jaar.

  • 2.

    Een meerjarige subsidie wordt verleend onder het voorbehoud dat jaarlijks voldoende financiële middelen ter beschikking worden gesteld.

Artikel 7 Aanvraag

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen voor het indienen van een aanvraag het gebruik van een aanvraagformulier voorschrijven. Als hiervoor een aanvraagformulier is vastgesteld geschiedt dit met gebruikmaking daarvan.

  • 2.

    Voor zover voor het aanvragen van subsidie niet een formulier is voorgeschreven waaruit blijkt welke gegevens moeten worden verstrekt, vermeldt een aanvraag in ieder geval:

    • a.

      een beschrijving van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd;

    • b.

      de doelen of resultaten die daarmee worden nagestreefd, hoe de activiteiten daaraan kunnen bijdragen en in welke mate deze zijn gericht op de gemeente of haar ingezetenen en op door de gemeente vastgestelde doelen of beleidsterreinen;

    • c.

      een begroting van de kosten van de activiteiten en een dekkingsplan;

    • d.

      voor zover de subsidieaanvrager voor dezelfde begrote kosten ook subsidie of een andere financiële bijdrage heeft aangevraagd bij een ander bestuursorgaan, doet hij daarvan mededeling in de aanvraag, onder vermelding van de stand van zaken van de beoordeling van die aanvraag;

    • e.

      indien van toepassing bij een jaarlijkse subsidie, de stand van de egalisatiereserve en/of de bestemmingsreserve op het moment van de aanvraag;

    • f.

      voor zover het gaat om een aanvraag voor een jaarlijkse subsidie vanaf € 100.000 de meest recente jaarrekening als bedoeld in artikel 2:361 Burgerlijk Wetboek en artikel 4:76 van de wet. Indien een jaarrekening ontbreekt een verslag inzake de financiële positie gewaarmerkt door het bestuur;

    • g.

      voor zover het gaat om een aanvraag voor een jaarlijkse subsidie vanaf € 100.000 een overzicht van de bezoldiging van de directie en bestuurders naar functie;

    • h.

      als de subsidieaanvrager een onderneming is:

      • i.

        een opgave van subsidies, vergoedingen of tegemoetkomingen, in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die al zijn of zullen worden ontvangen voor de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

      • ii.

        een volledig ingevulde en ondertekende de-minimis-verklaring.

Artikel 8 Aanvraag- en beslistermijnen

  • 1.

    Een aanvraag voor een jaarlijkse subsidie, wordt uiterlijk 1 oktober voor het begin van het betrokken jaar ingediend. Burgemeester en wethouders beschikken hierop uiterlijk dertien weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 2.

    Een aanvraag voor een eenmalige subsidie wordt uiterlijk vóór het begin van de te subsidiëren activiteiten ingediend. Burgemeester en wethouders beschikken hierop uiterlijk dertien weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen de subsidieaanvrager op diens schriftelijke gemotiveerd verzoek uitstel verlenen voor het indienen van een aanvraag.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen een beschikking op een aanvraag voor de duur van maximaal 13 weken verdagen.

  • 5.

    Bij aanvragen om een subsidie die overeenkomstig artikel 108, derde lid, van het Verdrag worden aangemeld bij de Europese Commissie wordt de termijn verdaagd totdat de Europese Commissie een eindbeslissing heeft genomen.

  • 6.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 4:5 van de wet kunnen burgemeester en wethouders het te verlenen subsidiebedrag met vijf procent verlagen indien een aanvrager van een jaarlijkse subsidie van meer dan 50.000 euro een aanvraag niet binnen de in het eerste lid gestelde termijn heeft ingediend, en de aanvrager geen schriftelijk verzoek om uitstel heeft ingediend als bedoeld in het derde lid.

Artikel 9 Weigeringsgronden

  • 1. Een subsidie wordt in elk geval geweigerd voor zover de verlening een steunmaatregel zou vormen die in strijd is met artikel 107 of 108 van het Verdrag.

  • 2. Onverminderd het vorige lid weigeren burgemeester en wethouders de subsidie in ieder geval als de subsidieverstrekking in strijd zou zijn met een Europees steunkader omdat:

  • a.

    subsidie verstrekt zou worden aan een aanvrager die een onderneming drijft die in moeilijkheden verkeert als bedoeld in het desbetreffende steunkader, of;

  • b.

    de subsidie geen stimulerend effect heeft als bedoeld in het desbetreffende steunkader.

  • 3. Een subsidie kan in elk geval worden geweigerd:

  • a.

    voor zover de subsidieontvanger op enigerlei wijze handelt in strijd met de fundamentele rechtsbeginselen;

  • b.

    voor zover de te subsidiëren activiteiten in strijd zijn met een wettelijke regeling;

  • c.

    voor zover activiteiten niet verenigbaar zijn met het gemeentelijk beleid dan wel de betreffende activiteiten in dat kader onvoldoende prioriteit hebben;

  • d.

    voor zover activiteiten zich niet in hoofdzaak richten op de gemeente of haar inwoners, tenzij de subsidie wordt gedekt door een specifieke uitkering van het Rijk die mede is bestemd voor andere gemeenten;

  • e.

    voor zover activiteiten gericht zijn op het uitdragen van levensbeschouwelijke of politieke overtuigingen;

  • f.

    voor zover bepaalde groepen van deelname worden uitgesloten en daarmee naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet een nuttig doel wordt gediend, zodat sprake is van ontoelaatbare discriminatie;

  • g.

    als de aanvrager een bij of krachtens deze verordening gestelde verplichting niet nakomt of als hij niet voldoet aan een daar gestelde voorwaarde om voor subsidie in aanmerking te komen;

  • h.

    de kosten van de activiteiten niet in een redelijke verhouding staan tot de voorgenomen doelstellingen en de daarvan te verwachten resultaten;

  • i.

    de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden kan beschikken om de kosten van zijn activiteiten te dekken;

  • j.

    de aanvrager voor dezelfde activiteiten subsidie ontvangt van een ander bestuursorgaan;

  • k.

    als de subsidieverstrekking niet is toegestaan totdat de Europese Commissie met toepassing van artikel 108, derde lid, van het Verdrag heeft vastgesteld dat de subsidie verenigbaar is met de interne markt;

Artikel 10 Verplichtingen subsidieontvanger

  • 1.

    Als aannemelijk is dat een of meer van de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht of dat niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen wordt voldaan, meldt de subsidieontvanger dat onverwijld schriftelijk aan burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Bij een jaarlijkse subsidie van meer dan € 50.000 informeert de subsidieontvanger burgemeester en wethouders onverwijld schriftelijk over:

    • a.

      beslissingen of procedures die zijn gericht op beëindiging van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, of tot ontbinding van de gesubsidieerde rechtspersoon;

    • b.

      relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhouding met derden;

    • c.

      wijzigingen van de statuten voor zover het betreft de vorm van de gesubsidieerde rechtspersoon, de persoon van de bestuurder of bestuurders en het doel van de rechtspersoon.

  • 3.

    Bij een jaarlijkse subsidie van meer dan € 50.000 behoeft de subsidieontvanger toestemming van burgemeester en wethouders voor handelingen als vermeld in artikel 4:71 van de wet.

  • 4.

    Bij een jaarlijkse subsidie van meer dan € 50.000 maakt de subsidieontvanger op zijn website de laatst vastgestelde jaarrekening en een overzicht openbaar van de bezoldiging van de directie en de bestuurders.

  • 5.

    De subsidieontvanger verstrekt burgemeester en wethouders op verzoek die inlichtingen, die zij voor de beoordeling van de rechtmatigheid en de doelmatigheid van de besteding van de subsidie noodzakelijk achten.

  • 6.

    De subsidieontvanger verleent op verzoek medewerking aan de rekenkamer(functie) bij elk onderzoek dat door dit orgaan wordt uitgevoerd en geeft een volledig inzicht in alle gevraagde informatie en documenten.

  • 7.

    Burgemeester en wethouders kan aan de beschikking tot subsidieverlening de verplichting verbinden dat de subsidieontvanger in publicaties, persberichten en presentaties aangeeft dat de activiteiten mede tot stand zijn gekomen dankzij een financiële bijdrage van de gemeente Amstelveen.

  • 8.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan een beschikking tot subsidieverlening ook andere verplichtingen verbinden dan genoemd in artikel 4:37, eerste lid, van de wet, als ze strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie.

  • 9.

    Burgemeester en wethouders kunnen bij nadere regeling verplichtingen die niet strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie aan de subsidie verbonden, voor zover deze verplichtingen betrekking hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht.

Artikel 11 Egalisatiereserve en bestemmingsreserve

  • 1.

    Bij verleningsbeschikking kan worden bepaald dat de subsidieontvanger van een per kalenderjaar of boekjaar verstrekte subsidie van meer dan € 50.000 een egalisatiereserve als bedoeld in artikel 4:72 van de wet vormt.

  • 2.

    Is een jaarlijkse subsidie verleend voor een in de loop van een kalenderjaar uit te voeren activiteitenplan en blijkt dat daarvoor niet de gehele subsidie nodig was, dan kan de aanvrager burgemeester en wethouders verzoeken een egalisatiereserve of bestemmingsreserve te mogen vormen. In dat geval is artikel 4:72 van de wet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 12 Voorschotten

  • 1. Op een verleende subsidie kunnen voorschotten worden verleend voordat ze is vastgesteld.

  • 2. Indien besloten wordt tot bevoorschotting van de subsidie, worden in de verleningsbeschikking de hoogte en de termijnen van de voorschotten bepaald.

Artikel 13 Wijzigen en intrekken van de subsidie

Als na de verlening blijkt dat de subsidieverstrekking een steunmaatregel vormt die in strijd is met artikel 107 of 108 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, wordt de subsidie gewijzigd of ingetrokken.

Artikel 14 Aanvraag tot vaststelling

  • 1.

    Een aanvraag om vaststelling van een jaarlijkse subsidie per kalenderjaar wordt uiterlijk op 1 juni na het betrokken jaar ingediend. Burgemeester en wethouders beschikken hierop uiterlijk dertien weken na ontvangst van de volledige aanvraag. Een aanvraag om vaststelling van een projectsubsidie of een jaarlijkse subsidie per boekjaar dat afwijkt van een kalenderjaar wordt ingediend uiterlijk dertien weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht. Burgemeester en wethouders beschikken hierop uiterlijk dertien weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen de aanvrager op diens schriftelijke verzoek uitstel verlenen voor het indienen van een aanvraag tot vaststelling voor de duur van maximaal vier weken.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen een beschikking op een aanvraag voor de duur van maximaal vier weken verdagen.

  • 4.

    Bij subsidieregeling kunnen andere termijnen worden vastgelegd.

Artikel 15 Verantwoording subsidies tot € 15.000

  • 1. Een subsidie van niet meer dan € 15.000 wordt direct ambtshalve vastgesteld.

  • 2. De subsidieontvanger toont op verzoek van burgemeester en wethouders op de in de beschikking aangegeven wijze aan dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat is voldaan aan de verplichtingen die aan de verleende subsidie zijn verbonden.

  • 3. De burgemeester en wethouders behoudt de bevoegdheid om achteraf te controleren en om verantwoording te vragen.

Artikel 16 Verantwoording subsidies vanaf € 15.000 tot € 100.000

  • 1. Een aanvraag tot vaststelling van een subsidie van meer dan € 15.000 doch ten hoogste € 100.000 gaat vergezeld van:

  • a.

    een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan; en

  • b.

    een overzicht van de activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten.

  • 2. Bij subsidieregeling kunnen andere gegevens worden verlangd.

Artikel 17 Verantwoording subsidies vanaf € 100.000

  • 1.

    Een aanvraag tot vaststelling van een subsidie van meer dan € 100.000 gaat vergezeld van:

    • a.

      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan;

    • b.

      financieel verslag;

    • c.

      een balans van het afgelopen subsidietijdvak en een toelichting daarop; en

    • d.

      een controleverklaring opgesteld door een onafhankelijk accountant;

    • e.

      als een subsidieontvanger ingevolge wettelijk voorschrift verplicht is tot het opstellen van een jaarrekening als bedoeld in artikel 361 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, legt hij deze jaarrekening tevens over.

  • 2.

    Bij subsidieregeling kunnen andere gegevens worden verlangd.

Artikel 18 Betaling en verrekening

  • 1.

    Het subsidiebedrag wordt overeenkomstig de beschikking tot subsidievaststelling binnen vier weken na de subsidievaststelling betaald. Indien een voorschot is verleend, wordt dit voorschot op het subsidiebedrag in mindering gebracht.

  • 2.

    Indien een subsidieontvanger van een jaarlijkse subsidie van meer dan € 50.000 een aanvraag tot subsidievaststelling niet binnen de termijnen als bedoeld in artikel 13 indient en/of de subsidieontvanger niet voldoet aan het bepaalde in artikel 9, vierde lid, kunnen burgemeester en wethouders het vast te stellen subsidiebedrag met vijf procent verlagen.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan de gemeente verschuldigde bedragen terzake van huur of andere verplichtingen, verband houdend met de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, verrekenen met de te betalen subsidiebedragen.

Artikel 19 Hardheidsclausule

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen deze verordening, met uitzondering van de artikelen 2 en 3, in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van die bepalingen voor de aanvrager of –ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding met de betrokken bepalingen dient te doelen.

  • 2. Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd in het besluit.

Artikel 20 Intrekking

De Algemene subsidieverordening Amstelveen 2016 wordt ingetrokken.

Artikel 21 Overgangsrecht

Voor subsidieaanvragen ingediend voor de inwerkingtreding van deze verordening blijft de Algemene subsidieverordening Amstelveen 2016 zijn werking behouden.

Artikel 22 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

Artikel 23 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Algemene subsidieverordening Amstelveen 2023.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 14 december 2022.

De griffier,

Debby de Heus

De voorzitter,

Tjapko Poppens